Plan: | Westelijke binnenstad |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.A1102BPSTD-VG01 |
In het plangebied zijn ongeveer 860 bedrijven gevestigd waar bijna 1740 mensen werken. De bedrijvensector bestraat uit:
Opvallend is dat de meeste bedrijven van de binnenstad in de Jordaan zijn gevestigd. Van de ruim 2.700 bedrijven bevinden zich er circa 580 in de Jordaan. Dat is meer dan een vijfde van alle bedrijven in de binnenstad.
Van oudsher werd in de Jordaan veel grond ingenomen door bedrijven, vooral ten zuiden van de Rozengracht. Een deel van deze bedrijven was er al voor de stadsuitleg, toen de grond nog buiten de muren lag. Na de stadsuitleg werd dit door het stadsbestuur gestimuleerd. In de grachtengordel was de uitoefening van een groot aantal bedrijven niet toegestaan. Een belangrijk deel van de bedrijvigheid van de stad kwam daarmee terecht in de Jordaan: bakkers, drukkers, lakenwevers en -ververs, tegel en steenbakkers, geschuts- en klokgieters, huidenvetters, leerlooiers, passeerders (leerbewerkers), papierverwerkendebedrijven en suikerraffinaderijen. Door de stedelijke overheid werd destijds een soort zonering aangebracht. Zo kreeg de leerindustrie haar plaats rond de Elandsgracht, de Looiersgracht en de Passeerdersgracht. Textielindustrie werd langs de Rozengracht, Bloemgracht en de Bloemstraat gevestigd. Rondom het voormalige Karthuizerklooster waren vooral pottenbakkerijen gevestigd.
Bloemgracht
Nu maakt de meeste bedrijvigheid in de Jordaan deel uit van industrie en bouw. In de ruim 200 vestigingen in de sector industrie en bouw werken circa 360 mensen.
In de Westelijke Grachtengordel steekt niet één bepaalde sector er bovenuit. Ongeveer een gelijk aantal bedrijven maakt deel uit van de sector handel (70), industrie en bouw (74) en de media en filmproductie (73). Wat betreft de werkzame personen voert de sector handel met ruim 300 de personen, de boventoon.
De uitgangspunten voor het vestigen van nieuwe bedrijven in het plangebied Westelijke binnenstad worden bepaald aan de hand van de Staat van Inrichtingen. De Staat van Inrichtingen is een lijst met een categorale indeling, waarbij per bedrijfssoort de mate van milieuhygiënische hinderlijkheid (geur, gevaar, geluid, stof) wordt aangegeven. In de Staat van Inrichtingen behorende bij dit bestemmingsplan zijn vijf milieuhindercategorieën opgenomen: categorie 1 tot en met 5. Categorie 1 en 2 betreffen bedrijfsactiviteiten die vanwege hun aard toelaatbaar zijn tussen of onmiddellijk naast woonbebouwing. Voorbeeld: een meubelmakerij met een vloeroppervlak tot 150m² is categorie 1, heeft hetzelfde bedrijf een oppervlak tussen de 150 m² en 300m² dan valt het in categorie 2. Heeft de meubelmakerij een vloeroppervlak van groter dan 300m² dan valt het in categorie 3. Categorie 3 tot en met 5 betreft kleine tot (middel) grote industrie. Deze categorieën betreffen bedrijfsactiviteiten die vanwege hun aard slechts toelaatbaar zijn op afstand van woonbebouwing.
Het is algemeen beleid om startende ondernemers (startersmilieus) en broedplaatsen te stimuleren in de binnenstad.
Bedrijven met een lage geluidsbelasting in het plangebied kunnen bijdragen aan de (kleinschalige) functiemenging.
Bedrijven zijn overal toegestaan binnen (de subcategorieën) de bestemming 'Gemengd - 1' en “Gemengd 2”. In de panden in winkelstraten met de bestemming 'Centrum - 2' zijn op de begane grond geen bedrijven toegestaan. Op de verdiepingen zijn bedrijven wel toegestaan. Voor het vestigen van nieuwe bedrijven gelden de maximaal toegestane milieuhindercategorieën 1 of 2. De bedrijfssoorten met bijbehorende milieuhindercategorie worden genoemd in de Staat van Inrichtingen behorende bij de regels van dit bestemmingsplan.
Door middel van een algemene afwijking wordt de mogelijkheid geboden om bedrijven uit een hogere milieuhindercategorie te vestigen. Ook is een afwijking mogelijk voor bedrijfssoorten die niet op de lijst voorkomen. Voorwaarden voor het verlenen van de afwijking is dat het bedrijf in vergelijking met de bedrijfssoorten die volgens de Staat van Inrichtingen zijn toegestaan, geen blijvende, onevenredige afbreuk doet aan het woon- en leefmilieu door hinder en/of gevaar. In samenhang hiermee kan als aanvullende eis worden gesteld dat het bedrijf de nodige voorzieningen treft.
Voor de Appeltjesmarkt en de Groenmarkt is in het bestemmingsplan de bestaande situatie opgenomen. De gebouwen, gelegen op de locatie hoek Marnixstraat-Elandsgracht, (de Appeltjesmarkt) en het onderstation electriciteit op de Groenmarkt, hebben de bestemming 'Bedrijf' gekregen. Op deze gronden met de bestemming 'Bedrijf' zijn de volgende bestaande functies toegestaan: een benzinestation, een onderstation voor energievoorziening, een aardgasvulstation, de parkeergarage, een winkel en de opvang voor dak- en thuislozen.