direct naar inhoud van Artikel 5 Centrum
Plan: Nieuw Oosteinde
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0358.BPNIEUWOOSTEINDE-VG01

Artikel 5 Centrum

5.1 Bestemmingsomschrijving
5.1.1 Algemeen

De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor een winkelcentrum met bijbehorende voorzieningen en daarboven wonen.

5.1.2 Toegestaan gebruik

Onder de hiervoor genoemde bestemming is toegestaan:

  • a. detailhandel, dienstverlening en maatschappelijke dienstverlening in de eerste bouwlaag met daarboven woningen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'horeca' tevens voor restaurants, dagzaken en cafetaria's in de eerste bouwlaag;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'supermarkt' tevens voor een supermarkt in de eerste bouwlaag met inbegrip van bijbehorende kantines;
  • d. ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van centrum - maatschappelijke dienstverlening tweede bouwlaag’ tevens voor de uitoefening van maatschappelijke dienstverlening in de tweede bouwlaag;
  • e. het uitoefenen van een aan-huis-gebonden beroep of -bedrijf in samenhang met het wonen, met inachtneming van het bepaalde in 16.3;
  • f. tuinen en erven;
  • g. parkeervoorzieningen in de vorm van een parkeerkelder;
  • h. tevens voor gebouwde bevoorradingsvoorzieningen in de eerste bouwlaag;
  • i. aan de bestemming ondergeschikte rijwegen en in- en uitritten;
  • j. aan de bestemming ondergeschikte voetpaden.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Gebouwen
  • a. Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
    • 1. de hoofdgebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' mag de bouwhoogte ten hoogste de aangegeven hoogte bedragen;

5.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2 meter bedragen.

5.2.3 Onderdoorgang

In aanvulling op het bepaalde in 5.2.1 geldt de volgende regel:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - onderdoorgang' mag tot aan de vloer van de tweede bouwlaag geen bebouwing worden opgericht behoudens de voor de hoger opgaande bebouwing benodigde ondersteuningsconstructies.

5.3 Specifieke gebruiksregels
5.3.1 Detailhandel

Voor detailhandel geldt een maximum bruto vloeroppervlak van 500 m2 per vestiging.

5.3.2 Horeca

Voor horeca geldt een maximum van 300 m2 bruto vloeroppervlak per vestiging, waarbij het aantal vestigingen niet meer dan twee bedraagt

5.4 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om in afwijking van het bepaalde in 5.3.2 een omgevingsvergunning te verlenen ten behoeve van het toestaan van een groter aantal horecavestigingen, met dien verstande dat de gezamenlijke bruto vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 600 m2.