direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijventerrein
Plan: Den Dolder Zuid, Bosch en Duin en Huis ter Heide Noord
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0355.BPDDZBDHtHN-VS01

Artikel 3 Bedrijventerrein

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Bedrijventerrein" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven, die hierna zijn aangegeven:
bedrijven die in de van deze regels deel uitmakende bijlage Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn aangeduid als categorie:   ter plaatse van de aanduiding:  
1 t/m 3.2   'bedrijf tot en met categorie 3.2'  
1 t/m 4.1   'bedrijf tot en met categorie 4.1'  

  • b. andere bedrijven, mits het betreft bedrijven die gezien de gevolgen daarvan voor de omgeving redelijkerwijs kunnen worden gelijkgesteld met bedrijven die ter plaatse zijn toegestaan krachtens lid 3.1 sub a,
  • c. wegen met bijbehorende paden en bermen, ter ontsluiting van bedrijven en voorzieningen,
  • d. parkeervoorzieningen,
  • e. fiets- en voetpaden en andere langzaamverkeersvoorzieningen, en
  • f. watergangen en waterpartijen.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Toegestane bouwwerken

Op en in de gronden als bedoeld in lid 3.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. niet voor bewoning bestemde bedrijfsgebouwen,
  • b. andere bouwwerken, zoals palen, masten, verkeers-, reclame- en andere tekens, technische installaties en erf- of perceelafscheidingen.

3.2.2 Bouwen

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in lid 3.2.1, gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen zijn uitsluitend binnen het bouwvlak toegestaan;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijven tot en met categorie 4.1' dient de afstand van gebouwen tot de bestemmingsgrens van de bestemming Bedrijventerrein tenminste 2 meter te bedragen;
  • c. het bebouwingspercentage mag op bij eenzelfde bedrijfsvestiging behorende gronden ten hoogste 80% bedragen, tenzij de aanduiding 'bebouwingspercentage terrein' anders aangeeft;
  • d. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 10 meter;
  • e. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer bedragen dan daarbij hierna is aangegeven:
bouwwerken   max. bouwhoogte  
licht- en andere masten en technische installaties   15 m  
erf- of perceelafscheidingen   2 m  
overkappingen, luifels en overige andere bouwwerken   5 m  
3.3 Specifieke gebruiksregels
3.3.1 Uitgesloten bedrijven

Onder bedrijven als bedoeld in lid 3.1 zijn niet begrepen:

  • a. detailhandelsbedrijven;
  • b. showrooms;
  • c. bedrijven die krachtens artikel 2.1, lid 3 van het Besluit omgevingsrecht zijn aangewezen als inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken, welke inrichtingen als zodanig zijn genoemd in de van deze regels deel uitmakende bijlage Inrichtingen Wet geluidhinder;
  • d. bedrijven die in belangrijke mate een verhoging van de veiligheidsrisico's kunnen veroorzaken vanwege risicobronnen die buiten de erfgrens van de bedrijfslocatie waarop die risicobronnen aanwezig zijn, een plaatsgebonden risico veroorzaken van meer dan 10-6 per jaar.
3.3.2 Verboden gebruik

Een verboden gebruik als bedoeld in Artikel 25, is in ieder geval ook het gebruik van gronden als bedoeld in lid 3.1 :

  • a. zonder te voorzien in voldoende parkeergelegenheid;
  • b. voor opslag, buiten bouwwerken, met een vanaf peil gemeten hoogte die meer bedraagt dan de bouwhoogte van het hoogste bij het betreffende bedrijf behorende gebouw, en ieder geval meer dan 10 m.