direct naar inhoud van Artikel 11 Maatschappelijk
Plan: Binnenstad
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0352.bpwbdbinnenstad-va01

Artikel 11 Maatschappelijk

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijke voorzieningen, waaronder in ieder geval begrepen een kerk, school, museum, kinderdagverblijf, stadhuis/VVV-kantoor en zorgcentrum, alsmede een begraafplaats uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats',
    met de daarbij behorende:
    • 1. groen- en speelvoorzieningen;
    • 2. tuinen, erven en paden;
    • 3. verkeers- en verblijfsvoorzieningen;
    • 4. nutsvoorzieningen.

  • b. De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor bedrijfswoningen welke aanwezig zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan en op een legale wijze tot stand zijn gebracht zijn toegestaan.

11.2 Bouwregels
  • a. Op deze gronden mogen gebouwen worden gebouwd en gelden de volgende regels:
    • 1. hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen het aangegeven bouwvlak worden gebouwd;
    • 2. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
    • 3. de goot- en bouwhoogte mogen maximaal de waarde bedragen die is aangegeven;
    • 4. de inhoud van een bedrijfswoning mag maximaal 600 m³ bedragen, tenzij de bestaande inhoud, welke aanwezig is op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan en op een legale wijze tot stand is gebracht, meer bedraagt;
    • 5. buiten het bouwvlak zijn uitsluitend aan- en uitbouwen en bijgebouwen toegestaan waarvan de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 20 m² en de goot- en bouwhoogte niet meer mogen bedragen dan respectievelijk 3 m en 5 m, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' uitsluitend bestaande aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zijn toegestaan.

  • b. Op deze gronden mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd en gelden de volgende regels:
    • 1. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 m bedragen;
    • 2. de bouwhoogte van speeltoestellen mag maximaal 4,5 m bedragen;
    • 3. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag maximaal 6 m bedragen;
    • 4. de bouwhoogte van overige bouwwerken mag maximaal 3 m bedragen.

11.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik van gronden strijdig met de bestemming wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik als opslag-, los- of laadplaats, tenzij dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
  • het in enigerlei vorm opslaan of opgeslagen hebben van goederen en materialen van welke soort dan ook, waaronder begrepen puin en afvalstoffen, tenzij dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden;
  • het gebruik als parkeerterrein, tenzij dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de gronden.