direct naar inhoud van 2.2 Provinciaal en regionaal beleid
Plan: Nieuw Hoog Catharijne
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0344.BPNWHOOGCATHARIJNE-0601

2.2 Provinciaal en regionaal beleid


Streekplan (structuurvisie) Provincie Utrecht 2005-2015 (2004)
Op 23 juni 2008 hebben Gedeputeerde Staten van Utrecht de Beleidslijn nieuwe Wro vastgesteld. Doel van deze beleidslijn is om, na inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) per 1 juli 2008, slagvaardig het Streekplan Utrecht 2005-2015 als beleidskader te kunnen blijven toepassen. Met de Beleidslijn wordt de inzet van de nieuwe Wro-instrumenten vastgelegd. Met nadruk geldt dat deze Beleidslijn géén nieuw beleid bevat. Het Streekplan Utrecht is van rechtswege omgezet in een structuurvisie en blijft onverminderd gelden.

De provincie geeft in het streekplan aan dat het ruimtelijk beleid voor een belangrijk deel is ingegeven door het principe van beheerste groei. Gedeputeerde Staten wil zo de aantasting van waardevolle en kwetsbare open ruimte door nieuwe verstedelijking zoveel mogelijk vermijden. Ook willen zij de contrastwerking tussen stad en land versterken. In verband daarmee is het gewenst om nieuwe bouwmogelijkheden binnen het bestaande stedelijk gebied goed te benutten. Beleidsmatig is dit vertaald in een ruimtelijke afbakening van het stedelijk gebied door rode contouren.

In het streekplan wordt gesteld dat Utrecht het knooppunt is in het nationaal netwerk van infrastructuur en een historische binnenstad heeft met een internationale allure. Belangrijke uitgangspunten zijn het opvoeren van de stedelijke kwaliteiten en het intensiveren, transformeren en inbreiden. De omgeving van het centraal station en de belangrijkste stadstoegangswegen geven kansen om door toevoeging van beeldbepalende stedenbouwkundige elementen de stedelijke allure van de stad Utrecht te benadrukken.

Conclusie:
Het plangebied bestemmingsplan Nieuw Hoog Catharijne is gelegen in het stedelijk gebied en is op de plankaart van het streekplan aangeduid als locatie voor 'inbreiding'. De beoogde herontwikkeling van Hoog Catharijne betreft een zorgvuldige ruimtelijke ontwikkeling waarbij veel aandacht is besteed aan efficiënt, intensief, meervoudig en duurzaam gebruik van de ruimte en past hierdoor in de uitgangspunten die zijn geformuleerd in het Streekplan.

Provinciale Ruimtelijke Verordening (2009)
In de Provinciale Ruimtelijke Verordening (PRV), door Provinciale Staten van Utrecht vastgesteld op 21 september 2009, is opgenomen op welk wijze in bestemmingsplannen omgegaan dient te worden met het provinciaal belang. Doel van de verordening is om provinciale belangen op het gebied van ruimtelijke ordening te laten doorwerken naar het gemeentelijk niveau.

Het instrument van de provinciale verordening is weliswaar nieuw, maar het provinciale beleid is niet veranderd. De Provinciale Ruimtelijke Verordening vindt haar oorsprong dan ook in het hiervoor beschreven Streekplan. Voorheen moest een ruimtelijk plan goedgekeurd worden door de provincie, maar sinds de invoering van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) is dat vervallen. De provincie dient nu vooraf aan te geven wat haar provinciale belangen zijn. Dit heeft zij allereerst gedaan in de Beleidslijn nieuwe Wro en vervolgens verder uitgewerkt in de Uitvoering Beleidslijn nieuwe Wro. De PRV is hiervan het sluitstuk, waarin de provincie een aantal provinciale belangen laat doorwerken naar de gemeenten.

De Provinciale Ruimtelijke Verordening heeft geen andere gevolgen voor de ruimtelijke onderbouwing dan de gevolgen die al vanuit het Streekplan Utrecht en de Handleiding bestemmingsplannen zijn benoemd.

Ontwerp Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie (2013-2025) en verordening
De Provincie is bezig geweest met het opstellen van een nieuwe structuurvisie. De ontwerp structuurvisie heeft van 3 april 2012 tot 14 mei 2012 ter visie gelegen voor zienswijzen. Naar verwachting zal de definitieve versie van de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie en de Provinciale Ruimtelijke Verordening eind 2012 vastgesteld worden.

Ten aanzien van de vitale dorpen en steden heeft de provincie het volgende aangemerkt als provinciaal belang:

  • Realiseren van voldoende en op de behoefte aansluitend woningaanbod, met een accent op binnenstedelijke ontwikkeling;
  • Een vitale en innovatieve regionale economie, met voldoende en diverse vestigingsmogelijk- heden;
  • Optimaal gebruik van de binnenstedelijke ruimte;
  • Een goede bereikbaarheid voor woon-, werk- en vrijetijds- locaties.

Conclusie:
De ontwikkeling van het stationsgebied, waaronder Nieuw Hoog Catharijne is aangemerkt als provinciaal belang. Verder stelt de structuurvisie of verordening geen specifieke eisen aan de ontwikkeling. Ten slotte kan geconcludeerd worden dat onderhavig bestemmingsplan past binnen het toekomstig provinciaal beleid

Regionaal Structuurplan (2005)
Bestuur Regio Utrecht (BRU) heeft in 2005 het Regionaal Structuurplan (RSP) vastgesteld waarin in grote lijnen is weergegeven hoe de regio Utrecht zich in de komende jaren moet gaan ontwikkelen op het gebied van wonen, werken, groen en bereikbaarheid. In de Wet ruimtelijke ordening is het instrument regionaal structuurplan niet langer opgenomen. Het huidige RSP heeft onder de nieuwe wet dezelfde status gekregen als een provinciale structuurvisie. De inhoud van het door de samenwerkende gemeenten vastgestelde RSP blijft geldig tot 2015.

Het centrale thema van het plan is beheerste dynamiek. Via het principe beheerste dynamiek moet sturing gegeven worden aan de verstedelijkingsdruk om te komen tot een evenwichtige ontwikkeling.

Op de plankaart RSP Utrecht 2005-2015 is Utrecht centrum aangegeven als kerngebied. Kerngebieden zijn gebieden met een belangrijke functie als (onderdeel van de) economische motor van de regio. Ontwikkeling van nieuwe bedrijvigheid en bereikbaarheidsmaatregelen in deze gebieden hebben prioriteit ten opzichte van andere gebieden. Het stationsgebied is specifiek aangeduid als OV knooppunt. In het RSP is het Stationsgebied Utrecht als één van de prioritaire projecten in de regio Utrecht aangewezen. Op de met het openbaar vervoer goed bereikbare plekken wordt dubbel grondgebruik en de menging van functies gestimuleerd door naast intensieve vormen van werkgelegenheid ook voorzieningen en woningen op en nabij knooppunten te concentreren.

Conclusie:
Herontwikkeling van de gronden van Hoog Catharijne gelegen tussen het station en de binnenstad van Utrecht past binnen het beleid uit het RSP. Het betreft een zeer goed bereikbare plek met het openbaar vervoer waarbij sprake is van een multifunctioneel gebruik van de gronden.

Regionaal Economische Ontwikkelingsstrategie (2008)
De Regionale Economische Ontwikkelingsstrategie van BRU draagt bij aan de regionale samenwerking en profilering van de stadsregio Utrecht op het gebied van economische ontwikkeling.

De ontwikkeling van het BRU richt zich op:

  • Een tijdig en adequaat aanbod van diverse typen werklocaties, afgestemd op de vraag van bedrijven en instellingen in kwantiteit en kwaliteit;
  • Het zoveel mogelijk voorkomen van verdere congestie door toenemende mobiliteit, met vanuit de REOS specifieke aandacht voor de bereikbaarheid van werklocaties;
  • In samenwerking met andere partijen uitvoeren van stimulerende acties gericht op:
      • a. versterking en profilering van enkele speerpunten van de Utrechtse kenniseconomie;
      • b. betere afstemming van de vele acties gericht op de onderkant van de arbeidsmarkt;
      • c. aanvullende mogelijkheden om toerisme en leisure te bevorderen door coördinatie van diverse activiteiten;
      • d. het faciliteren van veranderingen op de arbeidsmarkt (pendelrelaties, nieuwe woon/werk-concepten);
  • Bevordering van de economische belangen van de regio Utrecht in overleggen met Rijk, provincie en gemeenten en het aantrekken van extra financiële middelen van Rijk/EU en private partijen, via gerichte, strategische interventies.

De regio ziet het als zijn taak om te zorgen voldoende aanbod van werklocaties door een Regionaal Platform Werklocaties op te richten dat inzet op afstemming in de ontwikkeling van kantorenlocaties, herstructurering, nieuwe terrein tijdig beschikbaar krijgen, terreinen beoordelen vanuit diverse typen gebruikers en regionaal vestigingsbeleid voor grootschalige voorzieningen. Sturing op kwaliteit staat daarbij hoog in het vaandel. Verder gaat de regio op zoek naar creatieve oplossingen om belangrijke clusters van werkgelegenheid bereikbaar te houden. Tot slot gaat BRU een aantal initiatieven ondersteunen waarbij andere organisaties het voortouw hebben.

Conclusie:
Aangezien met dit bestemmingsplan de multifunctionele herontwikkeling van Hoog Catharijne wordt mogelijk gemaakt op een binnenstedelijke locatie die goed bereikbaar is met het openbaar vervoer past de ontwikkeling binnen de Regionaal Economische Ontwikkelingsstrategie.

Regionaal Verkeers- en Vervoerplan 2005-2015
Het Bestuur Regio Utrecht (BRU) is als Kaderwetgebied verantwoordelijk voor het regionale verkeers- en vervoerbeleid in de Utrechtse regio. Vanwege voortdurende veranderingen in economie en verkeer is het nodig het beleid eens in de één à twee jaar bij te stellen. Daarnaast is het BRU op grond van de Planwet verkeer en vervoer verplicht om een Regionaal Verkeers- en Vervoerplan (RVVP) op te stellen. Het BRU werkt daarbij nauw samen met provincie en gemeenten.

Het Regionaal Verkeers- en Vervoerplan concentreert zich rond drie thema's: bereikbaarheid, veiligheid en leefbaarheid. Het BRU pleit voor 'beheerste mobiliteit', in overeenstemming met de 'beheerste dynamiek' die het BRU voor ogen staat in het Regionaal Structuurplan. Dit betekent dat het BRU zich uitspreekt tegen het ongelimiteerd faciliteren van de vraag naar verkeer en vervoer en uitdrukkelijk kiest voor selectieve bereikbaarheid.

Dertien hoofdpunten van het BRU-beleid zijn:

  • Selectieve bereikbaarheid en mobiliteit
  • Duurzaam veilig als speerpunt
  • Leefbaarheid als randvoorwaarde voor mobiliteit
  • Prioriteit fiets op kortere afstanden
  • Openbaar vervoer
  • Toepassing prijsmaatregelen in nationaal en/of Randstedelijk kader
  • Nadruk op benutting
  • Betere verbindingen voor Deltametropool
  • Noodzaak tot gebiedsgerichte samenwerking
  • Nieuwe perspectieven in technologie
  • Ketenverplaatsingen
  • Betrouwbaarheid van de reistijd
  • Goederenvervoer is onmisbaar voor het functioneren van de regio

Conclusie:
De beoogde revitalisatie van Hoog Catharijne maakt onderdeel uit van de integrale (gebiedsgerichte) herontwikkeling van het gehele Utrechtse Stationsgebied. Gezien de uitstekende bereikbaarheid van het plangebied Nieuw Hoog Catharijne en de voorgenomen kwaliteitsimpuls ligt het bestemmingsplan in lijn met de ingezette beleidslijn uit het Regionaal Verkeers- en Vervoerplan.

Beleidsprogramma Vrije Tijd 2009-2012 (2009)
De provincie Utrecht wil met het Beleidsprogramma Vrije Tijd 2009-2012 de positie van Utrecht als publieksbestemming voor vakanties, dagtochten en zakelijk toerisme versterken. Het programma is uitgewerkt in drie programmalijnen:

  • 1. versterking van het cultuur- en zakelijk profiel
  • 2. versterking van de vitaliteit van de vrijetijdsbranche
  • 3. verbetering van de ruimtelijke kwaliteit

Het beleidsprogramma benoemt zes thema’s, waarbij projecten zijn geclusterd:

  • Marketing en promotie: professionalisering van de bovenlokale marketing- en promotiefunctie. Stichting Utrecht Toerisme & Recreatie (UTR) geldt als de belangrijkste uitvoerder van marketing- en promotietaken van de provincie;
  • Evenementen: focus van het evenementenbeleid richt zich op evenementen in de zogenoemde categorieën 1 (bijv. de Vrede van Utrecht, het Europees Jeugd Olympisch festival 2013) en categorieën 2 (evenementen door derden geörganiseerd, zoals het Filmfestival en de Jaarbeurs Marathon);
  • Merklocaties: Utrecht sterker neerzetten als vernieuwende historische bestemming door het onderscheidend aanbod van cultuurtoppers in stad en regio de komende jaren meer te beandrukken;
  • Innovatie en monitoring: verhogen van de innovatiegraad van de Utrechtse economie en zo een grotere economische groei te bewerkstelligen;
  • Recreatie in landelijk gebied: verder versterken van de toeristisch-recreatieve kwaliteiten om zoveel mogelijk aan de toeristisch-recreatieve behoefte van de inwoners en bezoekers te kunnen voldoen. Hiervoor is een kwantitatieve en vooral kwalitatieve inhaalslag nodig;
  • Recreatieve routes: uitvoering van landelijke routenetwerkprojecten, boerenlandroutes en regionale routenetwerken. De regionale routenetwerken haken zoveel mogelijk aan op kooppunten en bestaande regionale netwerken.

Conclusie:
Met de revitalisering van Hoog Catharijne ontstaat een modern, transparant en multifunctioneel winkelcomplex dat zorgdraagt voor een optimale verbinding van het station met de Utrechtse binnenstad. Dit zal de ervaring voor zowel de zakelijke als persoonlijke gebruiker versterken en zorgen voor een kwaliteitsimpuls voor de gemeente Utrecht.