Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Kern Polsbroek
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0331.06Polsbroek-BP01

3.3 Gemeentelijk beleid

3.3.1 Toekomstvisie gemeente Lopik 2030
De gemeenteraad van Lopik heeft op 1 februari 2011 de Toekomstvisie gemeente Lopik 2030 vastgesteld. De Toekomstvisie moet richting geven aan diverse strategische discussies en opgaven. Kijkend naar het Lopik anno 2010 is de volgende missie voor de gemeente Lopik geformuleerd: 'de gemeente Lopik streeft naar behoud en versterking van de kwaliteiten van de dorpse gemeenschap met een ondernemende en agrarische mentaliteit, profiterend van de ligging in het Groene Hart en aan de Lek, nabij stedelijk gebied'. Om deze missie verder te concretiseren en richting te geven aan de kansen en kwaliteiten zijn de volgende vier ambities voor de toekomst opgesteld:
  1. landelijk gebied versterken en ontsluiten;
  2. levendige linten;
  3. ondernemend Lopik in MKB en ZZP;
  4. vitale schakel in de Lopikerwaard.
Voorgaande ambities zijn passend bij de schaal, de maat en het karakter van de gemeente Lopik, bij het bestuur en de inwoners. Het zijn geen ambities die een compleet nieuwe koers betekenen. Wel leggen zij nieuwe accenten.
3.3.2 Landschapsontwikkelingplan Groene Driehoek
De gemeenten Montfoort, Oudewater en Lopik hebben in 2005 gezamenlijk een landschapsontwikkelingsplan (LOP) opgesteld. Het plan geeft een visie op de ontwikkelingen in het landschap voor de komende tien jaar. Het plangebied van het LOP betreft het buitengebied van de drie gemeenten. Het geeft inzicht in de mogelijkheden en keuzen voor de landschapsontwikkeling in het buitengebied voor de komende circa 30 jaar. 
 
Het LOP zorgt voor een doorvertaling van het beleid van het rijk, de provincie en andere overheden en organisatie naar het lokale niveau. Voorop staat het behouden en de ontwikkeling van de streekeigen identiteit, verscheidenheid en beleving van het landschap. Hierbij geldt de voorwaarde dat een groot deel van het gebied levensvatbaar blijft voor de landbouw en met name de veeteelt. Daarbij is er eveneens de behoefte aan het inpassen van tal van niet-agrarische ontwikkelingen.
 
Bij het vaststellen van nieuwe ontwikkelingsrichtingen moeten de bestaande kernkwaliteiten van het landschap in al haar facetten als basis en richtinggevend kader dienen voor ruimtelijke veranderingen.  Het belangrijkste te verwezenlijken doel vormt de daadwerkelijke uitvoering van het opgestelde LOP en een actieve landschapscoördinator in alle drie de gemeenten.
3.3.3 Beleidsnota Recreatie en Toerisme
Omdat recreatie en toerisme een steeds belangrijkere functie in de gemeente wordt heeft de gemeenteraad van Lopik op ... de nota  'Ruimte voor recreatie, beleidsplan recreatie en toerisme' vastgesteld. In deze nota is de koers voor de verdere ontwikkeling kernachtig verwoordt in de volgende missie: 'Uitgaande van de cultuurhistorische en landschappelijke waarden en kwaliteiten stelt de gemeente zichzelf ten doel de duurzame ontwikkeling van recreatie en toerisme te stimuleren tot een toegankelijke, gastvrije en aantrekkelijke bestemming, afgestemd op de behoefte van de recreant en toerist'.
 
Om uitwerking te geven aan de missie zal allereerst een blijvende samenwerking worden gezocht met de overige twee gemeenten in de Lopikerwaard. Ontwikkelingen vergen energie, daadkracht en concrete inzet. Nagegaan wordt of in samenwerking met de overige gemeenten in de Lopikerwaard een initiatiefrijke aanjager kan worden aangetrokken die de middelen en de mogelijkheden krijgt om het toeristische klimaat in de Lopikerwaard op te jutten. In de stappen om te komen tot ontwikkeling van recreatie en toerisme is het van belang om allereerst de ruimtelijke voorwaarden te realiseren waar bezoekers graag gebruik van maken. Concreet betekent dit voor Lopik om allereerst werk te maken van de recreatieve netwerken als basis voor het genieten van de bijzondere kwaliteiten van het landschap en de omgeving.
3.3.4 Handhavingsbeleid
Op 20 december 2011 heeft het college van burgemeester en wethouders van het Lopik het Integraal Handhavingsbeleid 2012-2014 vastgesteld. Met dit beleidsplan geeft de gemeente Lopik invulling aan het programmatisch handhaven waarbij de belangrijkste en meest risicovolle zaken als eerste kunnen worden uitgevoerd. Daarnaast geeft het beleidsplan een duidelijke koers ten aanzien van de handhavingsstrategie van de gemeente. Het is namelijk één van de taken van de gemeente om ervoor te zorgen dat regels (bijv. uit een bestemmingsplan) worden nageleefd.
3.3.5 Welstandsnota
De gemeente Lopik heeft voor haar grondgebied een welstandsnota opgesteld. De nota geeft criteria waaraan getoetst wordt bij ver- of nieuwbouwplannen binnen de gemeente.
 
De volgende afbeelding toont een uitsnede van de typologiekaart uit de welstandsnota.
 
Typologiekaart welstandsnota Lopik
 
Binnen het plangebied zijn de gebiedstypen H6.1, W1.2 en W1.4 aanwezig. In de volgende tabel is per gebiedstype het bijbehorende welstandsniveau gegeven. Een beschrijving van de verschillende gebiedstypen/deelgebieden is reeds in hoofdstuk 2.3 gegeven.
 
Gebiedstype Welstandsniveau 
H6.1 Plus niveau 
W1.2 Regulier niveau 
W1.4 Regulier niveau 
 
De welstandscriteria die voor de verschillende gebiedstypen gelden staan uitgebreid beschreven in de welstandsnota.
 
3.3.6 Geurgebiedsvisie
De Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) vormt sinds 1 januari 2007 het nieuwe beoordelingskader bij milieuvergunningen en ruimtelijke plannen. In tegenstelling tot eerdere regelgeving houdt de Wgv, naast de beleving, de omvang van de bron en de ruimtelijke scheiding, ook rekening met de meteorologische omstandigheden. Ook biedt de Wgv de mogelijkheid maatwerk te leveren voor de plaatselijke omstandigheden. Hiervoor moet een gemeente of een regio een gebiedsvisie opstellen. De gemeente Lopik heeft daarom een Geurgebiedsvisie opgesteld. De gemeenteraad van de gemeente Lopik heeft in deze visie, met behulp van een inventarisatie, analyse en relaties in geurbeleving een overwogen besluit genomen om voor bepaalde gebieden af te wijken van de algemene wettelijke normen en afstanden.
 
Het eindbeeld is dat de gemeente aan het uitbreidingsgebied van Uitweg en Benschop een soepelere norm hanteert en voor het overige de wettelijke normen blijft hanteren, maar hiervoor wel een duidelijk onderscheid wordt gemaakt in bebouwde kommen. De vaste afstanden zijn, mede vanuit cultuurhistorisch oogpunt, binnen de hele gemeente voor de extensieve veehouderijen soepeler dan de wettelijke normen.