direct naar inhoud van Artikel 13 Bedrijventerrein 5
Plan: Bedrijventerreinen e.o. en snelwegen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0307.BP00070-0303

Artikel 13 Bedrijventerrein 5

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Bedrijventerrein 5" (De Wieken Zuid) aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven in de categorie 1 tot en met 3.2, ter plaatse van de aanduiding 3.2 zoals aangeduid in de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  • b. bedrijven in de categorie 4 tot en met 4.1 ter plaatse van de aanduiding 4.1 zoals aangeduid in de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  • c. bedrijfsgebonden, onzelfstandige kantoren zijn uitsluitend toegestaan voor zover zij behoren bij de toegelaten bedrijven en mits de vloeroppervlakte van die kantoren per bedrijf minder bedraagt dan 50% van het brutovloeroppervlak van het bedrijf, tenzij dit percentage ten tijde van de inwerkingtreding van het plan, op basis van verworven rechten al afwijkend is;
  • d. zelfstandige kantoren uitsluitend zijn toegestaan in een bedrijfsverzamelgebouw waarbinnen drie of meer bedrijven zijn gevestigd en per bedrijfsverzamelgebouw niet meer dan 50% van het totale bruto vloeroppervlak bestaat uit zelfstandige kantoren en parkeren op eigen terrein plaatsvindt;
  • e. functieverruiming ten behoeve van:
    vrije tijdsvoorzieningen (fitness, dansschool, leisure, sport, cultuur e.d.):
    vergaderfaciliteiten/congres;
    persoonlijke dienstverlening (kapper, stomerij e.d.);
    maatschappelijke functies
    is toegestaan, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
    • 1. overeenstemming met de Visie Werklocaties zoals die geldt ten tijde van de ontvangst van de aanvraag;
    • 2. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid zoals is vastgelegd in de Nota Parkeernormen zoals die geldt ten tijde van de ontvangst van de aanvraag:
    • 3. uit het oogpunt van milieu geen belemmeringen zijn, indien nodig - op aangeven en ter beoordeling van de gemeentelijke milieudeskundige - onderbouwd met een milieuonderzoek;
    • 4. er moet sprake zijn van een acceptabele verkeersafwikkeling en een acceptabele verkeersveiligheidssituatie, indien nodig - op aangeven en ter beoordeling van de gemeentelijke verkeersdeskundige - onderbouwd met een verkeersonderzoek;
    • 5. in overeenstemming met Horecanota en Nota Detailhandel zoals die geldt ten tijde van de ontvangst van de aanvraag;
    • 6. op enig aangrenzend terrein de realisering van de bestemming niet wordt belemmerd;
    • 7. er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende terreinen;

met dien verstande dat toepassing van de afwijking niet mag leiden tot feitelijke wijziging van de bestemming.

    • 1. Rijkswaterstaat zal geraadpleegd dienen te worden indien de functieverruiming plaatsvindt op een perceel nabij de rijkswegen A1 en A28 en vallend binnen de contourenkaart (*), zolang het Tracébesluit niet in werking is getreden.

* Voor het project knooppunt Hoevelaken is in samenspraak een Contourenkaart opgesteld waarbinnen het project knooppunt Hoevelaken moet kunnen worden uitgevoerd als maximale grens van het gebied. De Contourenkaart is onderdeel van de tweede bestuursovereenkomst knooppunt Hoevelaken (BOK2).

  • f. ontsluitingswegen; verkeersvoorzieningen, zoals wegen, fiets- en voetpaden en parkeervoorzieningen
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. groenvoorzieningen;
  • i. nutsvoorzieningen;
  • j. waterpartijen;

met daarbij behorende gebouwde en ongebouwde voorzieningen,

met dien verstande dat:

  • k. parkeervoorzieningen op eigen terrein wordt aangebracht en voldaan wordt aan de gemeentelijke parkeernorm, zoals vastgelegd in de Nota Parkeernormen Amersfoort zoals die geldt ten tijde van de ontvangst van de aanvraag;
  • l. ter plaatse van de aanduiding 'tc' is een tuincentrum toegestaan.
13.2 Bouwregels

Op en in deze gronden zijn uitsluitend gebouwen en andere bouwwerken toegestaan, die ten dienste staan van de bestemming, en nutsvoorzieningen.

13.2.1 Gebouwen- algemeen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen zijn alleen toegestaan binnen het bouwvlak;
  • b. een bouwvlak mag voor maximaal 80% worden bebouwd;
  • c. minimale en maximale (bouw)hoogte (15 en 19 meter) van de bedrijfsgebouwen mogen niet meer bedragen dan ter plaatse op de verbeelding aangegeven;
  • d. de (bouw)hoogte van nutsgebouwen, wachthuisjes ten dienste van openbaar vervoer en fietsenstallingen bedraagt maximaal 3 meter;
  • e. bedrijfsgebouwen dienen tegen de zijdelingse bouwperceelsgrens dan wel op een afstand van minimaal 3.00 meter tot de zijdelingse bouwperceelsgrens te worden gebouwd;
  • f. de representatieve zijde dient zich te richten op de op de kaart aangegeven aanduiding 'gevellijn';
  • g. maximale hoogte andere bouwwerken 3.00 meter, erfafscheidingen 2,50 meter en lichtmasten en verkeersvoorzieningen max. 9 meter;
  • h. telecommunicatiemasten 70 meter;
  • i. afvoerhoogte afgassen in buitenlucht max. 50 meter;
  • j. binnen 'bebouwingsvrije zone gasleiding' geen bedrijfsbebouwing toegestaan, tenzij aangetoond met risicoberekeningen;
  • k. inrit bouwpercelen maximaal 9 meter breed, indien lengte van zijde bouwperceel groter dan 50 meter zijn er twee inritten van maximaal 7 meter toegestaan met een onderlinge afstand van 40 meter en maximaal 2 per wegzijde;
  • l. de voorgevel van een bedrijfsgebouw dient voor minimaal 80 % van de breedte van het bouwperceel in de bebouwingsgrens te worden gebouwd.
13.3 Afwijken Staat van Bedrijfsactiviteiten
  • a. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in sublid 13.1 voor het toestaan van bedrijven in een hogere categorie van de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten, dan wel andere bedrijven toestaan die niet zijn opgenomen in de Staat van Bedrijfsactiviteiten maar daarmee vergelijkbaar zijn voor wat betreft de aard en de omvang van de effecten naar de omgeving, zoals bedoeld in de VNG-publicatie "Bedrijven en milieuzonering", uitgave 2009.
  • b. Een bedrijf uit een milieucategorie toegestaan volgens de milieuzone kan niet worden toegelaten als de milieueffecten groter zijn dan de effecten uit de milieucategorie voor deze milieuzone.
13.4 Wijzigingsbevoegdheid

Wijziging Staat van Bedrijfsactiviteiten
Burgemeester en wethouders kunnen overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, onder a van de Wro het plan wijzigen voor het toevoegen en schrappen van soorten bedrijven en het veranderen van de categorie-indeling van soorten bedrijven, voor zover veranderingen in de bedrijfsvoering en de milieugevolgen van die soorten bedrijven hiertoe aanleiding geven.