direct naar inhoud van 6.2 Regels in dit bestemmingsplan
Plan: Park Schothorst e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0307.BP00068-0301

6.2 Regels in dit bestemmingsplan

Dit bestemmingsplan bestaat uit een verbeelding, regels en een toelichting. De verbeelding en de regels vormen tezamen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan. Beide planonderdelen dienen in onderlinge samenhang te worden bezien en toegepast. Op de verbeelding zijn de bestemmingen aangewezen. Aan deze bestemmingen zijn bouwregels en regels betreffende het gebruik gekoppeld. De toelichting heeft geen rechtskracht, maar vormt niettemin een belangrijk onderdeel van het plan. De toelichting van dit bestemmingsplan geeft een weergave van de beweegredenen, de onderzoeksresultaten en de beleidsuitgangspunten die aan het bestemmingsplan ten grondslag liggen. Tot slot is de toelichting van wezenlijk belang voor een juiste interpretatie en toepassing van het bestemmingsplan. In de volgende paragraaf wordt nog een nadere uitleg gegeven over de regels in het bestemmingsplan.

Hoofdstukopbouw van de regels:

De regels zijn verdeeld over vier hoofdstukken:

  • 1. Inleidende regels. In dit hoofdstuk worden begrippen verklaard die in de regels worden gebruikt. Het gaat om begrippen die op meerdere manieren op te vatten / uit te leggen zijn en die kunnen leiden tot discussie. Ook is aangegeven hoe gemeten moet worden bij het toepassen van de regels.

  • 2. Bestemmingsregels. In dit tweede hoofdstuk zijn de bepalingen over het gebruik van en het bouwen op de bestemmingen opgenomen. Bij elke bestemming staat in de eerste paragraaf ('bestemmingsomschrijving') aangegeven welke gebruiksmogelijkheden zijn toegestaan. De grondgebruiker (dat kan zowel een eigenaar als huurder zijn) mag de functies behorende bij de bestemming uitoefenen. Een grondgebruiker kan niet worden verplicht om een aangewezen bestemming daadwerkelijk te realiseren, maar tegelijkertijd mag de grondgebruiker ook geen andere functie uitoefenen die in strijd is met de gegeven bestemming(en). Ook mag niet in strijd met het bestemmingsplan worden gebouwd. De regels met betrekking tot het bouwen, zoals maximale bouwhoogte en maximaal bebouwingspercentage, staan bij elke bestemming in de tweede paragraaf ('bouwregels'). Verder staan per bestemming vaak eventuele nadere eisen vermeld die burgemeester en wethouders kunnen stellen bij gebruikmakeing van bouw- of gebruiksregels en eventuele afwijkingen van het bestemmingsplan waarvoor burgemeester en wethouders onder bepaalde voorwaarden een (omgevings)vergunning kunnen verlenen.

  • 3. Algemene regels. In dit hoofdstuk zijn bepalingen opgenomen met een algemeen karakter. Ze gelden dus voor het gehele plan / alle bestemmingen en dienen dus altijd in combinatie met de bestemmingsregels gelezen te worden.

4. Overgangs- en slotregels. In het laatste hoofdstuk zijn respectievelijk het overgangsrecht en een slotregel opgenomen. Overgangsrecht houdt -kort gezegd - in dat reeds aanwezige bouwwerken of reeds bestaand gebruik van grond, passend binnen een oud bestemmingsplan of waarvoor een vergunning is verleend, maar niet meer passend in dit nieuwe bestemmingsplan, mag blijven staan / kan worden voortgezet en onder voorwaarden kan worden vernieuwd.

Per bestemming:

Hieronder volgt een uitleg van een aantal bestemmingen die het bestemmingsplan kent. Sommige bestemmingen spreken voor zich en zijn daarom niet nader toegelicht.

Naast de bestemmingen kent het bestemmingsplan dubbelbestemmingen. In een dubbelbestemming staan aanvullende regels voor het bouwen, slopen en/of het gebruik van grond of gebouwen, met als doel om de in de bestemming aangegeven waarden te beschermen (zoals acheologische waarden of cultuurhistorische waarden). De dubbelbestemming geldt naast de regeling die is verbonden aan de overige bestemmingen ter plekke, aan beide moet worden getoetst.

Behalve bestemmingen en dubbelbestemmingen zijn binnen het bestemmingsplan aanduidingen te onderscheiden. Aanduidingen bevatten meer specifieke voorwaarden die gesteld worden aan het gebruik of het bouwen en gelden voor een specifiek gebied of pand binnen het bestemmingsplangebied. Een aanduiding kan gelden voor een gebied waarbinnen meerdere bestemmingen aanwezig zijn. Een voorbeeld van een aanduiding is de aanduiding "horeca", dat soms gebruikt wordt om aan te geven dat binnen een specifiek pand horca is toegestaan.

Agrarisch met waarden

Het totale agrarische gebied in Groot Weede krijgt de bestemming "agrarisch met waarden". Het bestaand agrarisch gebruik mag hier worden voortgezet, mits dit niet ten koste gaat van de aanwezige cultuurhistorische waarde in de vorm van een hoevenlandschap of de waarde die het gebied vervult als ecologische verbindingszone tussen park Schothorst en het Maatweggebied en buitengebied.

Groen (1 en 2)

In het plangebied komt veel groen voor, waarbij een onderscheid te maken is tussen groen waarbij recreatief gebruik de boventoon voert (groen 1) en groen waar natuurwaarden de boventoon voeren (groen 2). De bestemming 'groen' is erop gericht om het groene karakter in stand te houden waar dat nodig is. Daarom wordt hier geen bebouwing mogelijk gemaakt.

De gronden met een bestemming Groen 1 zijn bestemd voor groenvoorzieningen, parken en plantsoenen, speel en ligweiden, voet- en fietspaden en kleine speelvoorzieningen (zoals wipkippen of een losse glijbaan). Er mogen alleen nutsvoorzieningen en bouwwerken zoals palen, masten en verlichtingselementen worden gerealiseerd.

De gronden met een bestemming Groen 2 zijn bestemd voor natuurwaarden, groenvoorzieningen en onverharde voet- en fietspaden.

Kantoor

In het plangebied is de witte villa (Schothorsterlaan 11) in gebruik als kantoorpand. Binnen de kantoorbestemming is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor het afwijken van het bestemmingsplan om ter plekke horeca en/of wonen toe te staan. Bij de afwijkingsbevoegdheid staat aangegeven hoe de landschappelijke en natuurwaarden worden beschermd, bijvoorbeeld door het oppervlak van een eventueel terras te beperken en door onderzoek te verlangen naar de gevolgen van horeca op de natuurwaarden ter plekke. Als voorwaarde geldt ook dat de cultuurhistorische waarde van het pand als gevolg van de functiewijziging niet mag worden aangetast. Dit betekent bijvoorbeeld dat het bouwen van een afzuiginstallatie waarbij door de muren heen moet worden geboord niet direct is toegestaan. Ook bij het wonen is het aanbrengen van wijzigingen aan het pand die de cultuurhistorische waarde aantasten niet toegestaan.

Maatschappelijk

Een aantal percelen in het plangebied heeft de bestemming "Maatschappelijk" gekregen. In principe is bij elk pand met een aanduiding aangegeven om wat voor een maatschappelijke voorziening het gaat. In de gevallen dat het voorgaande bestemmingsplan geen beperkingen stelde aan het soort maatschappelijke voorziening, is ook nu een algemene, ruime maatschappelijke bestemming opgenomen.

Binnen de specifieke maatschappelijke bestemmingen is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor het realiseren van een ander soort maatschappelijke voorziening. Zo kan bijvoorbeeld (puur theoretisch) een schoolgebouw dat niet meer gebruikt wordt omgezet worden naar een buurtcentrum. Voorwaarde is dat de wijziging geen nadelige gevolgen heeft voor de woonomgeving vanwege geluids-, verkeers- of parkeeroverlast en dat wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid.

Recreatie

De bestemming recreatie is gebruikt voor de volkstuinencomplexen in het plangebied. Hier geldt dat gebouwen alleen binnen het bouwvlak mogen worden gebouwd. Een bouwvlak is opgenomen voor de gebouwen die gezamenlijk worden gebruikt, zoals een verenigingsgebouw. Buiten deze bouwvlakken mogen geen gebouwen worden geplaatst, om het groene karakter van het stadspark te beschermen.

Via een afwijkingsbevoegdheid kunnen eventueel gebouwen buiten het bouwvlak worden geplaatst, zoals een fietsenstalling. Het plan wordt door de gemeente beoordeeld op passendheid in de omgeving.

Sport

De sportverenigingen in het gebied hebben de bestemming "Sport" gekregen. Deze gronden kunnen worden gebruikt voor sportvelden en dagrecreatie.

Veelal is bij sportverenigingen een kantine / kleine bar aanwezig, deze zijn met een aanduiding "horeca van categorie c toegestaan" aangegeven.

Verder is binnen de bestemming Sport de bouw van lichtmasten tot een hoogte van 15 meter bij de sportvelden mogelijk. Deze regeling was in het voorgaande bestemmingsplan ook al mogelijk.

Tuin

Voortuinen bij de woningen hebben de bestemming "Tuin" gekregen. Binnen deze bestemming mogen uitsluitend erkers, ingangspartijen en andere bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de aangrenzende bestemming. Daarnaast is een verboden gebruik opgenomen voor parkeren.

Verkeer - verblijfsgebied

In het plangebied komen 2 typen wegen voor: gebiedsontsluitingswegen (vaak de doorgaande wegen) en de erftoegangswegen (vaak de 30 kilometer zones). De enige gebiedsontsluitingsweg in het gebied is de Hamseweg. Deze weg is van belang voor de bereikbaarheid van de stad. Alle overige wegen zijn erftoegangswegen.

Binnen deze bestemmingen mogen alleen nutsvoorzieningen en andere bouwwerken zoals palen, masten en verlichtingselementen en geluidwerende voorzieningen worden gerealiseerd.

Verkeer (-spoorverkeer)

Deze bestemming is gegeven aan de gronden ter plaatse van de spoorlijn Amersfoort - Zwolle/Apeldoorn. Binnen deze bestemmingen mogen alleen nutsvoorzieningen en andere bouwwerken zoals palen (waaronder de elektriciteitsvoorziening), masten , verlichtingselementen en geluidswerende voorzieningen worden gerealiseerd.

Water

Alle watergangen in het plangebied hebben de bestemming "Water" gekregen in het bestemmingsplan. Dit in tegenstelling tot het voorgaande bestemmingsplan, waar alleen nog de primaire watergangen als water werden bestemd. In het plangebied is een stuw aanwezig, deze is weergegeven met een aanduiding. Alleen langs de Grote Koppel mogen boten worden aangemeerd, dit is op de verbeelding terug te zien via de aanduiding 'ligplaats'.

Wonen

In het plangebied komen 4 woonbestemmingen voor, elk aangeduid met een nummer. De vier woonbestemmingen worden voor alle bestemmingsplannen gebruikt zodat een eenduidige bestemmingsregeling ontstaat voor de woningen in Amersfoort.

De hoofdbestemming 'wonen' (zonder nummer) is in dit plan alleen gebruikt om de garageboxen in het gebied aan te geven. Het is namelijk niet altijd duidelijk bij welk woningtype een garagebox hoort en garageboxen worden niet per definitie gehuurd/gekocht door de bewoners van de aangrenzende woningen. Bij de garageboxen is ook een aanduiding "garage" opgenomen.

Wonen-1: deze bestemming is gegeven aan de aaneengesloten (eengezins)woningen. Op de verbeelding ligt het bouwvlak bij deze bestemming steeds om een rij woningen. Daarbinnen zijn de hoofdgebouwen van de woningen toegestaan, waarbij voldaan moet worden aan een aantal bouw- en gebruiksregels (zoals het maximaal aantal verdiepingen). Daarbuiten, maar binnen de bestemmingsgrens, mogen de bijbehorende bouwwerken (zoals bergingen) worden gerealiseerd, waarbij ook weer voldaan moet worden aan een aantal bouw- en gebruiksregels. Sommige woningen zijn beeldbepalend voor de omgeving, deze krijgen bescherming in dit bestemmingsplan via een aanduiding 'waarde-cultuurhistorie'. In de regels is dit terug te zien via eeen aantal aanvullende eisen ten aanzien van het (ver)bouwen.

Wonen-2: deze bestemming is gegeven aan de twee-onder-één-kap-woningen. Op de verbeelding ligt het bouwvlak bij deze bestemming steeds om een blok van twee woningen. Daarbinnen zijn de woningen toegestaan, waarbij voldaan moet worden aan een aantal bouw- en gebruiksregels. Daarbuiten, maar binnen de bestemmingsgrens, mogen de bijbehorende bouwwerken worden gerealiseerd, waarbij ook weer voldaan moet worden aan een aantal bouw- en gebruiksregels. Sommige woningen zijn beeldbepalend voor de omgeving, deze krijgen bescherming in dit bestemmingsplan via een aanduiding 'waarde-cultuurhistorie'. In de regels is dit terug te zien via eeen aantal aanvullende eisen ten aanzien van het (ver)bouwen.

Wonen-3: deze bestemming is gegeven aan de vrijstaande woningen. Op de verbeelding ligt het bouwvlak bij deze bestemming om één woning. Daarbinnen is de woning toegestaan, waarbij voldaan moet worden aan een aantal bouw- en gebruiksregels. Daarbuiten, maar binnen de bestemmingsgrens, mogen de bijbehorende bouwwerken worden gerealiseerd, waarbij ook weer voldaan moet worden aan een aantal bouw- en gebruiksregels. Sommige woningen zijn beeldbepalend voor de omgeving, deze krijgen bescherming in dit bestemmingsplan via een aanduiding 'waarde-cultuurhistorie'. In de regels is dit terug te zien via eeen aantal aanvullende eisen ten aanzien van het (ver)bouwen. Binnen de bestemming voor vrijstaande woningen zijn ook woonwagenstandplaatsen opgenomen. Deze zijn alleen toegestaan op de locaties die met een aanduiding 'woonwagenstandplaats' zijn aangeduid. In het plangebied zijn twee van deze locaties aanwezig.

Wonen-4: deze bestemming is gegeven aan de gestapelde woningen (appartementen). Op de verbeelding ligt het bouwvlak bij deze bestemming om het gebouw. Daarbinnen is de bebouwing voor gestapelde woningen toegestaan, waarbij voldaan moet worden aan een aantal bouw- en gebruiksregels. Veel gestapelde woningen in dit plangebied zijn flats met op de begane grond garageboxen. In de bestemming is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen zodat het college onder voorwaarden kan toestaan dat deze garageboxen worden gebruikt voor gemengde doeleinden.

In alle woonbestemmingen is een regeling opgenomen voor niet-publieksgerichte beroepen en bedrijven aan huis. Deze regeling biedt de mogelijkheid om onder bepaalde voorwaarden een beroep of bedrijf aan huis uit te oefenen. Via een afwijkingsbevoegdheid kan het college ook (onder voorwaarden) publiekgerichte beroepen en bedrijven aan huis toestaan. Een andere afwijkingsbevoegdheid maakt het voor het college mogelijk om onder voorwaarden kamerverhuur in een pand toe te staan. Aan een afwijking van een bestemmingsplan is een procedure met zienswijzentermijn gekoppeld.

Leiding - riool (dubbelbestemming)

Onder de Ringweg Kruiskamp/Koppel, Korvetweg en Eemzijde loopt een rioolwaterpersleiding. De gronden met deze dubbelbestemming zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), ook bestemd voor het transport van rioolwater door een rioolpersleiding. Op deze gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de bestemming waarbij de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 4 m.

Waarde - archeologie (dubbelbestemming)

Het plangebied is een gebied met zowel hoge archeologische waarden als lage, middelhoge en hoge archeologische verwachtingen binnen de bebouwde kom aanwezig. In de regels en op de verbeelding zijn hiervoor de dubbelbestemmingen "Waarde-Archeologie 1 t/m 4" (afhankelijk van de verwachting ter plekke) opgenomen.

Er mag slechts worden gebouwd indien aanvrager van een omgevingsvergunning een archeologisch onderzoeksrapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarden naar het oordeel van burgemeester en wethouders voldoende zijn vastgesteld. Er zijn uitzonderingen op het overleggen van een onderzoeksrapport en er kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden. Daarnaast is het verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, over een oppervlakte van meer dan 500 m². Ook hierop zijn uitzonderingen mogelijk en kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden.

Waarde - beschermd stadsgezicht (dubbelbestemming)

Deze dubbelbestemming is opgenomen voor het beschermde stadsgezicht "Jericho jeruzalem". In de dubbelbestemming is aangegeven wat de te beschermen waarden van het stadsgezicht zijn. Hier gelden aanvullende voorwaarden voor slopen en (ver)bouwen.

Waarde - cultuurhistorie (dubbelbestemming)

Deze dubbelbestemming is opgenomen voor waardevolle, beeldbepalende panden/elementen in het plangebied. Aan deze dubbelbestemming zijn aanvullende eisen voor het (ver)bouwen opgenomen, zodat de vastgestelde beeldbepalende elementen beschermd kunnen worden.

Waarde - ecologie (dubbelbestemming)

De dubbelbestemming "Waarde - ecologie" is gelegd op het Valleikanaal en de oevers ten noorden en zuiden hiervan. Hier is een ecologische verbindingszone aanwezig. In Kruiskamp zijn drie kleine groengebieden aanwezig die grenzen aan het Valleikanaal en die ook onderdeel uitmaken van de ecologische verbindingszone. Ook hier ligt een dubbelbestemming 'waarde-ecologie'. De (oever-)stroken langs het Valleikanaal dienen met deze dubbelbestemming zo veel mogelijk vrij te blijven van bebouwing. Alleen ten behoeve van de andere bestemming, in dit geval "groen.", mag worden gebouwd uitsluitend nadat zo nodig advies is ingewonnen van een door het bevoegd gezag aan te wijzen ter zake deskundige en mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van de ecologische verbindingszone.

Waarde - natuur en landschap (dubbelbestemming)

Deze dubbelbestemming is opgenomen bij het Moeras langs de Hooglandsedijk en bij het waterwingebied. De genoemde uitgangspunten en voorwaarden zoals beschreven bij 'waarde - ecologie' gelden ook hier, met het verschil dat deze gebieden niet officieël onderdeel uitmaken van een ecologische verbindingszone.

Geluidzone - industrie (gebiedsaanduiding)

Deze gebiedsaanduiding is opgenomen voor de geluidzone van het bedrijventerrein Isselt. Hier mogen geen nieuwe geluidgevoelige bestemmingen in de zin van de Wet geluidhinder worden gerealiseerd (zoals woningen), tenzij voldaan wordt aan een maximale geluidgrenswaarde van 50 dB(A) op de gevel.

6.2.1 Regels

Hoofdstukopbouw van de regels:

De regels zijn verdeeld over vier hoofdstukken:

  • 1. Inleidende regels. In dit hoofdstuk zijn begrippen verklaard die in de regels worden gebruikt. Het gaat om begrippen die op meerdere manieren op te vatten / uit te leggen zijn en die kunnen leiden tot discussie. Ook is aangegeven hoe gemeten moet worden bij het toepassen van de regels.
  • 2. Bestemmingsregels. In dit tweede hoofdstuk zijn de bepalingen over het gebruik van en het bouwen op de bestemmingen opgenomen. Bij elke bestemming staat in de eerste paragraaf ('bestemmingsomschrijving') aangegeven welke gebruiksmogelijkheden zijn toegestaan. De grondgebruiker (dat kan zowel een eigenaar als huurder zijn) mag de functies behorende bij de bestemming uitoefenen. Een grondgebruiker kan niet worden verplicht om een aangewezen bestemming daadwerkelijk te realiseren, maar tegelijkertijd mag de grondgebruiker ook geen andere functie uitoefenen die in strijd is met de gegeven bestemming(en). Ook mag niet in strijd met het bestemmingsplan worden gebouwd. De regels met betrekking tot het bouwen, zoals maximale bouwhoogte en maximaal bebouwingspercentage, staan bij elke bestemming in de tweede paragraaf ('bouwregels'). Verder staan per bestemming vaak eventuele nadere eisen vermeld die burgemeester en wethouders kunnen stellen bij gebruikmaking van bouw- of gebruiksregels en eventuele afwijkingen van het bestemmingsplan waarvoor burgemeester en wethouders onder bepaalde voorwaarden een (omgevings)vergunning kunnen verlenen.
  • 3. Algemene regels. In dit hoofdstuk zijn bepalingen opgenomen met een algemeen karakter. Ze gelden dus voor het gehele plan / alle bestemmingen en dienen dus altijd in combinatie met de bestemmingsregels gelezen te worden.
  • 4. Overgangs- en slotregels. In het laatste hoofdstuk zijn respectievelijk het overgangsrecht en een slotregel opgenomen. Overgangsrecht houdt -kort gezegd - in dat reeds aanwezige bouwwerken of reeds bestaand gebruik van grond, passend binnen een oud bestemmingsplan of waarvoor een vergunning is verleend, maar niet meer passend in dit nieuwe bestemmingsplan, mag blijven staan / kan worden voortgezet en onder voorwaarden kan worden vernieuwd.

Per bestemming:

Hieronder volgt een uitleg van een aantal bestemmingen die het bestemmingsplan kent. Sommige bestemmingen spreken voor zich en worden daarom niet nader toegelicht.

Naast de bestemmingen kent het bestemmingsplan dubbelbestemmingen. In een dubbelbestemming staan aanvullende regels voor het bouwen, slopen en/of het gebruik van grond of gebouwen, met als doel om de in de bestemming aangegeven waarden te beschermen (zoals acheologische waarden of cultuurhistorische waarden). De dubbelbestemming geldt naast de regeling die is verbonden aan de overige bestemmingen ter plekke, aan beide moet worden getoetst.

Behalve bestemmingen en dubbelbestemmingen zijn binnen het bestemmingsplan aanduidingen te onderscheiden. Aanduidingen bevatten meer specifieke voorwaarden die gesteld worden aan het gebruik of het bouwen en gelden voor een specifiek gebied of pand binnen het bestemmingsplangebied. Een aanduiding kan gelden voor een gebied waarbinnen meerdere bestemmingen aanwezig zijn. Een voorbeeld van een aanduiding is de aanduiding "horeca", dat soms gebruikt wordt om aan te geven dat binnen een specifiek pand horca is toegestaan.

6.2.1.1 Agrarisch

De bestemming 'agrarisch' is opgenomen voor het perceel Molenweg 4, waar in het verleden een kwekerij was gevestigd. De regeling uit het voorgaande bestemmingsplan is zoveel mogelijk aangehouden, dit op verzoek van de eigenaar van het perceel.

In de omschrijving van het toegestane gebruik is aangegeven dat de verbouw van gewassen is toegestaan. Het beroepsmatig houden van dieren is niet toegestaan, aangezien dit gevolgen kan hebben voor de omgeving in de vorm van mogelijke geuroverlast. In het bouwvlak is één bedrijfsgebouw en één bedrijfswoning toegestaan.

6.2.1.2 Agrarisch met waarden

Het gebied tussen de Hamseweg, Bunschoterstraat en de Boetzelaerlaan krijgt voor het grootste deel de bestemming "Agrarisch met waarden".

Het agrarisch gebruik mag plaatsvinden in de vorm van het weiden van vee en/of in de vorm van het verbouwen van gewassen. In beide gevallen mag het gebruik niet leiden tot een aantasting van de landschappelijke waarden van het hoevenlandschap ter plekke, bestaande uit onder andere de sloten en houtwallen die voor de flora en fauna van belang zijn.

Bedrijfsgebouwen en bedrijfswoningen zijn alleen binnen het bouwvlak, zoals aangegeven op de verbeelding, toegestaan. Bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken zijn zowel binnen als buiten het bouwvlak toegestaan.

Binnen de bestemming is een bevoegdheid voor het college opgenomen om af te wijken van de bouwregels en het bouwen van schuilhutten voor dieren toe te staan. Hieraan zijn een aantal voorwaarden gekoppeld waaraan het college zich moet houden. Een soortgelijke regeling is opgenomen om het bebouwingspercentage binnen het bouwvlak te mogen verhogen tot maximaal 75%. Verder is een bevoegdheid voor het college opgenomen om af te wijken van de gebruiksregels voor het toestaan van een bed and breakfast. Ook hieraan zijn meerdere voorwaarden verbonden die het college in acht neemt.

In totaal is vier keer een bevoegdheid voor het college opgenomen om de toegestane bestemmingen bij "Agrarisch met waarden" onder voorwaarden te wijzigen. Het betreft een wijziging ten behoeve van de bestemming wonen bij een bedrijfsbeëindiging, ten behoeve van een landelijk bedrijf, ten behoeve van het toestaan van nieuwe landgoederen en ten behoeve van de bouw van 1 extra vrijstaande woning bij de sloop van bedrijfsbebouwing. Deze wijzigingsbevoegdheden worden regelmatig opgenomen bij agrarische bedrijven, om flexibiliteit in de toekomst in te bouwen.

Tot slot is in het artikel een regeling opgenomen dat activiteiten die de waarden van het hoevenlandschap kunnen aantasten, zoals het ophogen van grond, niet zijn toegestaan zonder een schriftelijke (omgevings)vergunning van burgemeester en wethouders. Hierdoor kan de gemeente bij activiteiten in het gebied beoordelen of deze activiteiten geen onevenredig negative invloed hebben op de waarden van het plangebied.

 

6.2.1.3 Groen 1, 2 en 3

In het bestemmingsplan onderscheiden we nu drie groenfuncties: Groen 1 voor gebieden met voornamelijk intensieve recreatie, Groen 2 voor gebieden waar recreatie een kleinere rol speelt en natuurwaarden een grotere rol spelen (zoals het landgoed en het zuidelijke deel van vijver Emiclaer) en Groen 3 voor gebieden waar intensieve recreatie plaatsvindt (vergelijkbaar met groen 1) én waar evenementen (ondergeschikt) worden georganiseerd.

In de gebieden waar de natuurwaarden een grotere rol spelen zijn de bouw- en gebruiksvoorschriften iets strenger dan de gebieden waar recreatie een grotere rol speelt. In onderstaand overzicht zijn de verschillen in de voorschriften per groenbestemming op een rijtje gezet:

afbeelding "i_NL.IMRO.0307.BP00068-0301_0071.jpg"

6.2.1.4 Kantoor

In het stadspark heeft de Witte Villa aan de Schothorsterlaan (nr. 11) een kantoorbestemming gekregen, aangezien het gehele pand uitsluitend door kleine bedrijfjes wordt gebruikt voor kantooractiviteiten. Om flexibiliteit in het gebruik mogelijk te maken, zijn een tweetal bevoegdheden voor het college van burgemeester en wethouders opgenomen om de bestemming in de toekomst te kunnen wijzigen. De wijziging houdt in dat tevens horeca van categorie a (horeca zoals een lunchroom of een restaurant) kan worden toegestaan of dat tevens woningen en/of zorgwoningen kunnen worden toegestaan.

Aan de wijzigingsbevoegdheden zijn voorwaarden gekoppeld om het (rijks)monumentale pand en de flora en fauna in de directe omgeving te beschermen.

6.2.1.5 Maatschappelijk

Een aantal percelen in het plangebied heeft de bestemming "Maatschappelijk" gekregen. In principe is bij elk pand met een aanduiding aangegeven om wat voor een maatschappelijke voorziening het gaat. In de gevallen dat het voorgaande bestemmingsplan geen beperkingen stelde aan het soort maatschappelijke voorziening, is ook nu een algemene, ruime maatschappelijke bestemming opgenomen. Bij maatschappelijke voorzieningen kan gedacht worden aan scholen, religieuze gebouwen, buurtcentra of opvang.

Binnen de specifieke maatschappelijke bestemmingen is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor het realiseren van een ander soort maatschappelijke voorziening. Zo kan bijvoorbeeld (puur theoretisch) een schoolgebouw dat niet meer gebruikt wordt omgezet worden naar een buurtcentrum. Voorwaarde is dat de wijziging geen nadelige gevolgen heeft voor de woonomgeving vanwege geluids-, verkeers- of parkeeroverlast en dat wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid.

Een tweede afwijkingsbevoegdheid is opgenomen ten behoev van het bouwen van bijbehorende bouwwerken ten dienste van de bestemming buiten het bouwvlak, zoals bijvoorbeeld bergingen of fietsenstallingen.

De derde en laatste afwijkingsbevoegdheid is opgenomen om voor de gevel een terreinafscheiding van maximaal 2 meter hoog te kunnen bouwen (in plaats van 1 meter).

6.2.1.6 Recreatie

De bestemming recreatie is gebruikt voor de drie volkstuinencomplexen in het plangebied. Hier geldt dat gebouwen alleen binnen het bouwvlak mogen worden gebouwd. Een bouwvlak is opgenomen voor de gebouwen die gezamenlijk worden gebruikt, zoals een verenigingsgebouw.

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd om af te wijken van de regels door een uitbreiding van het gebouw buiten het bouwvlak toe te staan of door het bouwen van bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken, zoals een fietsenstalling, toe te staan. Ook het bouwen van een erfafscheiding tot maximaal 2 meter hoog (in plaats van maximaal 1 meter) kan door middel van een afwijkingsbevoegdheid worden toegestaan.

6.2.1.7 Sport

De sportverenigingen in het gebied hebben de bestemming "Sport" gekregen. Deze gronden kunnen worden gebruikt voor sportvelden en dagrecreatie. Veelal is bij sportverenigingen een kantine / kleine bar aanwezig, deze zijn met een aanduiding "horeca van categorie c toegestaan" aangegeven.

Verder is binnen de bestemming Sport de bouw van lichtmasten tot een hoogte van 15 meter bij de sportvelden mogelijk. Deze regeling was in het voorgaande bestemmingsplan ook al opgenomen. Als voorwaarde is in dit bestemmingsplan gesteld dat bij het aanvragen van een omgevingsvergunning voor lichtmasten een verlichtingsplan moet worden overlegd. Het bouwen van verlichtingsmasten is alleen toegestaan indien geen onevenredige verstoring ontstaat voor Flora en Fauna en/of voor omwonenden.

Binnen de sportbestemmingen is een mogelijkheid opgenomen om af te wijken van het bestemmingsplan door maatschappelijke voorzieningen, zoals kinderopvang, toe te staan tot maximaal 30% van het vloeroppervlak.

6.2.1.8 Tuin

In het deel van het plangebied dat een echt woonkarakter heeft, hebben de voortuinen bij de woningen de bestemming "Tuin" gekregen. Binnen deze bestemming mogen uitsluitend erkers, ingangspartijen en andere bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de aangrenzende bestemming. Daarnaast is een verboden gebruik opgenomen voor parkeren.

Voortuinen bij de woningen hebben de bestemming "Tuin" gekregen. Binnen deze bestemming mogen uitsluitend erkers, ingangspartijen en andere bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de aangrenzende bestemming. Parkeren is verboden, tenzij anders aangegeven op de verbeelding en in de regels.

6.2.1.9 Verkeer (- verblijfsgebied)

In het plangebied komen 2 typen wegen voor: één gebiedsontsluitingsweg (Hamseweg als doorgaande weg) en de erftoegangswegen (alle overige wegen, in dit geval de 30 kilometer zones in het stadspark en bij de Boetzelaerlaan). De Hamseweg heeft de bestemming "Verkeer" gekregen, de erftoegangswegen de bestemming "Verkeer - Verblijfsgebied".

Binnen deze bestemmingen mogen alleen nutsvoorzieningen en andere bouwwerken zoals palen, masten en verlichtingselementen en geluidwerende voorzieningen worden gerealiseerd.

6.2.1.10 Water

De watergangen in het plangebied die door het Waterschap zijn geclassificeerd als primaire watergangen, de grotere waterplassen en vijver Emiclaer hebben de bestemming "Water" gekregen in het bestemmingsplan.

6.2.1.11 Wonen

In Amersfoort gebruiken we in alle bestemmingsplannen 4 woonbestemmingen, elk aangeduid met een eigen nummer. Door deze toepassing ontstaat een eenduidige bestemmingsregeling voor de woningen in Amersfoort.

  • Wonen-1: deze bestemming is gegeven aan de aaneengesloten woningen. Dergelijke woningen komen in het plangebied niet voor.
  • Wonen-2: deze bestemming is gegeven aan de twee-onder-één-kap-woningen. Op de verbeelding ligt het bouwvlak bij deze bestemming steeds om een blok van twee woningen. Daar binnen zijn de woningen toegestaan, waarbij voldaan moet worden aan een aantal regels. Daar buiten, maar binnen de bestemmingsgrens, mogen de bijbehorende bouwwerken worden gerealiseerd, waarbij ook voldaan moet worden aan een aantal regels.
  • Wonen-3: deze bestemming is gegeven aan de vrijstaande woningen. Op de verbeelding ligt het bouwvlak bij deze bestemming om één woning. Daar binnen is de woning toegestaan, waarbij voldaan moet worden aan een aantal regels. Daar buiten, maar binnen de bestemmingsgrens, mogen de bijbehorende bouwwerken worden gerealiseerd, waarbij ook voldaan moet worden aan een aantal regels.
  • Wonen-4: deze bestemming is gegeven aan de gestapelde woningen. Dergelijke woningen komen in dit plangebied niet voor.

In alle woonbestemmingen is een regeling opgenomen voor niet-publieksgerichte beroepen en bedrijven aan huis. Deze regeling biedt de mogelijkheid om onder bepaalde voorwaarden een beroep of bedrijf aan huis uit te oefenen. Via een afwijkingsbevoegdheid kan het college ook (onder voorwaarden) publiekgerichte beroepen en bedrijven aan huis toestaan. Een andere afwijkingsbevoegdheid maakt het voor het college mogelijk om onder voorwaarden kamerverhuur in een pand toe te staan. Aan een afwijking van een bestemmingsplan is een procedure met zienswijzentermijn gekoppeld.

6.2.1.12 Waarde - archeologie (dubbelbestemming)

Het plangebied is een gebied met zowel hoge archeologische waarden als lage, middelhoge en hoge archeologische verwachtingen. In de regels en op de verbeelding zijn hiervoor de dubbelbestemmingen "Waarde-Archeologie 1 t/m 4" (afhankelijk van de verwachting ter plekke) opgenomen.

Er mag slechts worden gebouwd indien de aanvrager van een omgevingsvergunning een archeologisch onderzoeksrapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarden naar het oordeel van burgemeester en wethouders voldoende zijn vastgesteld. Er zijn uitzonderingen op het overleggen van een onderzoeksrapport en er kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden. Daarnaast is het verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, over een oppervlakte van meer dan 500 m². Ook hierop zijn uitzonderingen mogelijk en kunnen voorwaarden aan de vergunning worden verbonden.

6.2.1.13 Waarde - ecologie (dubbelbestemming)

De dubbelbestemming "Waarde - ecologie" is gelegd op een zone aan weerszijden van het Winkelpad. Hier is een ecologische verbindingszone aanwezig. De verbindingszone loopt om het terrein van Amfors heen en ligt dus alleen op de onderliggende bestemmingen "Groen 1" en "verkeer-verblijfsgebied". Met de dubbelbestemming dient de op de verbeeling aangegeven zone zoveel mogelijk gevrijwaard te blijven van bebouwing. Er mag alleen ten behoeve van de andere bestemmingen worden gebouwd nadat zonodig advies is ingewonnen bij een door het bevoegd gezag aan te wijzen ter zake deskundige en mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de belangen van de ecologische verbindingszone.

Het landgoed Schothorst en het gebied tussen Hamseweg en Maatweg/Bunschoterstraat zijn eveneens onderdeel van de ecologische verbindingszone. Hier worden de kenmerkende elementen van de ecologische verbindingszone in de hoofdbestemming al dusdanig goed beschermd, dat een aanvullende dubbelbestemming 'waarde - ecologie' niet noodzakelijk is.

6.2.1.14 Geluidzone - industrie (gebiedsaanduiding)

Deze gebiedsaanduiding is opgenomen vanwege de geludiszone van het bedrijventerrein Isselt. Hier mogen geen geluidgevoelige bestemmignen in de zin van de Wet geluidhinder worden gerealiseerd (zoals woningen), tenzij voldaan wordt aan een maximale grenswaarde van 50 dB(A) op de gevel.