direct naar inhoud van Artikel 15 Tuin
Plan: Oude stad / IJsselkade
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0301.bp0500Centrum-vs01

Artikel 15 Tuin

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuin of onbebouwd erf;
  • b. groenvoorzieningen, water en paden;
  • c. ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - stadsmuur": voor het behoud en versterking van de cultuurhistorische waarde van de objecten;
  • d. ter plaatse van de aanduiding "parkeerterrein": voor parkeren;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - groenstructuur' het behoud en herstel van hoofd- en nevengroenstructuren,

met de daarbij behorende bouwwerken.

15.2 Bouwregels

Op de in lid 15.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken geen gebouwen zijnde ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:

  • 1. de bouwhoogte van erfafscheidingen voor de voorgevelrooilijn niet meer dan 1 m mag bedragen;
  • 2. de bouwhoogte van erfafscheidingen achter de voorgevelrooilijn niet meer dan 2 m mag bedragen;
  • 3. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde, zoals lichtmasten, verkeersborden en andere verkeersgeleiders en verkeersinstallaties niet meer dan 6 m mag bedragen.
  • 4. met betrekking tot het (ver- en her)bouwen van bouwwerken, die op de verbeelding zijn aangeduid als "specifieke bouwaanduiding - stadsmuur" geldt dat de op het tijdstip van het in ontwerp ter visie leggen van dit plan bestaande maatvoering niet mag worden gewijzigd.

15.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
15.3.1 Omgevingsvergunningsplicht
  • a. Het is verboden binnen de bestemming ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - groenstructuur' zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
    • 1. het ontgronden, vergraven, afgraven, egaliseren, diepploegen, woelen en mengen en ophogen van gronden;
    • 2. het aanleggen, verbreden en verharden van wegen en andere oppervlakteverhardingen;
    • 3. het aanleggen, verdiepen, verbreden en dempen van sloten, watergangen en overige waterpartijen en het aanbrengen van drainage;
    • 4. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;
    • 5. het aanbrengen van straatmeubilair;
    • 6. het kappen van bomen.
15.3.2 Uitzonderingen omgevingsvergunningsplicht

Het verbod, als bedoeld in 15.3.1 is niet van toepassing indien de werken of werkzaamheden:

  • a. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende omgevingsvergunning;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van in werking treden van het plan;
  • c. behoren tot het normale onderhoud en beheer van de gronden.
15.3.3 Randvoorwaarde omgevingsvergunning

De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien:

  • a. geen onevenredige aantasting van de betreffende groenstructuur plaatsvindt in die zin dat door de werken of de werkzaamheden de conditie, levensverwachting, groeiplaats en ruimtelijke kwaliteit van de groenstructuur negatief wordt beïnvloed;
  • b. zwaarwegende maatschappelijke belangen dit vergen;
  • c. advies is ingewonnen bij de groenadviseur van de gemeente Zutphen.