direct naar inhoud van Artikel 11 Maatschappelijk
Plan: Kernen Ooy, Oud-Zevenaar en Babberich
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0299.BP99KERNENOOB-VA01

Artikel 11 Maatschappelijk

11.1 bestemmingsomschrijving

De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maatschappelijke voorzieningen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats' is uitsluitend een begraafplaats toegestaan;
  • c. (boven)woningen voor zover deze voorkomen op het moment van ter inzage leggen van het ontwerp van dit plan;
  • d. ondersteunende en ondergeschikte horeca;
  • e. bij de bestemming behorende voorzieningen waaronder wegen, paden, bermen, parkeerplaatsen, tuinen, groenvoorzieningen en overige voorzieningen, zoals nutsvoorzieningen;
11.2 bouwregels

Op en in de gronden als bedoeld in artikel 11.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:

11.2.1 gebouwen

Gebouwen moeten voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen de bouwvlakken worden gebouwd;
  • b. het bebouwingspercentage en de goothoogte en de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot-, bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' of 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' is aangegeven;
  • c. in afwijking van het bepaalde onder a mag buiten het bouwvlak aan de voor- en zijgevel van een woning een erker worden gebouwd:
    • 1. met, uit de betreffende gevel van het gebouw gemeten, een gezamenlijke diepte van ten hoogste 30% van de kortste afstand tussen de betreffende gevel en de bestemmingsgrens evenwijdig aan die gevel, met een maximum van 1,5 m;
    • 2. indien gesitueerd aan de zijgevel dient een afstand van minimaal 1 meter tot de zijdelingse perceelsgrens te resteren;
    • 3. tot een gezamenlijke breedte van 3/5 van de breedte van de betreffende gevel van het gebouw, waarbij een erker tot 1,5 m breder dan de breedte van die gevel mag zijn;
    • 4. tot een bouwhoogte van maximaal 3,25 m.
11.2.2 bouwwerken geen gebouw zijnde

Bouwwerken geen gebouw zijnde moeten voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. de bouwhoogte voor palen, masten, verkeerstekens, technische installaties mag maximaal 12 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van erf- of perceelafscheidingen, op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn en op ten minste 1 m van de weg of het openbaar groen mag maximaal 2 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige erf- of terreinafscheidingen mag maximaal 1 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag maximaal 3 m bedragen.
11.3 afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:

  • a. artikel 11.2.1 ten behoeve van het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats' van niet voor bewoning bestemde gebouwen, zoals bergingen en stallingen, tot:
    • 1. een gezamenlijke oppervlakte van 25 m²;
    • 2. een bouwhoogte van maximaal 3 m;

met in achtneming van het bepaalde in artikel 26.2.