Artikel 17 Overige regels
17.1 Aantal woningen
17.1.1
Binnen het plangebied dienen minimaal 950 woningen en maximaal 1.150 woningen te worden gerealiseerd , met dien verstande dat:
-
a. ter plaatse van de aanduiding 'woningdichtheid 1' het aantal woningen minimaal 300 en maximaal 400 bedraagt;
-
b. ter plaatse van de aanduiding 'woningdichtheid 2' het aantal woningen minimaal 175 en maximaal 275 bedraagt;
-
c. ter plaatse van de aanduiding 'woningdichtheid 3' het aantal woningen minimaal 400 en maximaal 500 bedraagt.
17.1.2
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in:
-
a. artikel 17.1.1 onder a en toestaan dat het aantal woningen ter plaatse van de aanduiding 'woningdichtheid 1' minimaal 250 en maximaal 450 bedraagt;
-
b. artikel 17.1.1 onder b en toestaan dat het aantal woningen ter plaatse van de aanduiding 'woningdichtheid 2' minimaal 125 en maximaal 325 bedraagt;
-
c. artikel 17.1.1 onder c en toestaan dat het aantal woningen ter plaatse van de aanduiding 'woningdichtheid 3' minimaal 350 en maximaal 550 bedraagt;
met dien verstande dat het aantal woningen binnen het plangebied niet minder mag bedragen dan 950 en niet meer mag bedragen dan 1.150.
17.2 Woningbouwcategorieën
Minimaal 40% van de woningen binnen het plangebied zijn bestemd voor sociale huurwoningen en sociale koopwoningen, waarvan tenminste 50% voor sociale huurwoningen.
17.3 Particulier opdrachtgeverschap
Minimaal 5% van de woningen binnen het plangebied zijn bestemd voor particulier opdrachtgeverschap.
17.4 Ontheffing
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in de artikelen 17.2 en 17.3 voor het afwijken van het genoemde aantal woningen binnen een bandbreedte van 10% (+/-).
17.5 Ondergronds bouwen
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden, behoudens in deze regels opgenomen afwijkingen, de volgende bepalingen:
-
a. ondergrondse bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen die ook buiten de bouwvlakken zijn toegestaan;
-
b. de ondergrondse bouwdiepte van ondergrondse bouwwerken bedraagt maximaal 4 m onder peil.
17.6 Úitsluiting aanvullende werking bouwverordening
De regels van de Bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het gestelde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:
-
a. de richtlijnen voor het verlenen van ontheffing van de stedenbouwkundige bepalingen;
-
b. de bereikbaarheid van gebouwen voor wegverkeer;
-
c. de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;
-
d. het bouwen bij hoogspanningsleidingen en ondergrondse hoofdtransportleidingen;
-
e. de parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden, en
-
f. de ruimte tussen bouwwerken.
17.7 Verwijzing naar andere wettelijke regelingen
Bij een verwijzing naar andere wettelijke regelingen is bedoeld de desbetreffende wet, zoals die luidt op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan.