direct naar inhoud van Artikel 13 Natuur
Plan: Twello Noordoost
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0285.171000-VS00

Artikel 13 Natuur

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het behoud, het herstel en/ of de ontwikkeling van de natuurwetenschappelijke waarden, de landschappelijke waarden en de ecologische waarden;
  • b. agrarisch medegebruik, waaronder begrepen het houden en weiden van paarden en het verbouwen van gewassen;
  • c. extensief recreatief en/ of educatief medegebruik, met uitzondering van paardenbakken;
  • d. in afwijking van hetgeen onder c beschreven ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - paardenbak': een paardenbak;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening': nutsvoorzieningen;
  • f. water, waterberging en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • g. openbare nutsvoorzieningen;
  • h. bij deze bestemming horende voorzieningen zoals groen, voet- en fietspaden.

13.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken worden gebouwd en gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 1,50 m;
  • b. overkappingen zijn niet toegestaan.

13.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
13.3.1 Uitvoeringsverbod zonder omgevingsvergunning

Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Natuur' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen of de volgende werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen en/of verharden van wegen, voet-, fiets- en/of ruiterpaden;
  • b. het aanleggen van parkeerplaatsen;
  • c. het egaliseren, afgraven of ophogen van gronden;
  • d. het aanbrengen dan wel wijzigen van drainagesystemen;
  • e. het graven, vergraven, verbreden, verdiepen of dempen van watergangen, vijvers en poelen;
  • f. het aanbrengen van bovengrondse en ondergrondse transport-, energie- en telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur, met uitzondering van het aanbrengen van leidingen uitsluitend ten behoeve van aansluiting van percelen op het openbare voorzieningennet.
13.3.2 Uitzonderingen op het omgevingsverbod

Het verbod van lid 13.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden:

  • a. die het normale onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • b. waarvoor een vergunning is vereis krachtens de Natuurbeschermingswet;
  • c. die worden uitgevoerd krachtens een in het kader van de Natuurbeschermingswet vastgesteld beheersplan.
13.3.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning

De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 13.3.1 zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de natuurlijke waarden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig wordt of kan worden verkleind.