Plan: | Nijmegen Centrum - Stationsomgeving |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0268.BP5500-VG01 |
Op gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone-grondwaterbeschermingsgebied' mogen, naast hetgeen overeenkomstig de geldende bestemmingen mag worden gebouwd, tevens bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, ten behoeve van het grondwaterbeschermingsgebied worden gebouwd, met dien verstande dat dubbelbestemmingen en overige gebiedsaanduidingen onverkort van toepassing blijven.
Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegde gezag voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone-grondwaterbeschermingsgebied' op of in de grond de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:
Het in lid 27.1.2 vervatte verbod geldt niet voor werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 27.1.2 zijn slechts toelaatbaar voor zover de kwaliteit van het grondwater hierdoor niet onevenredig wordt geschaad.
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 27.1.2 wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de grondwaterbeheerder(s) omtrent de vraag of door de uitvoering van de voorgenomen werken en werkzaamheden de kwaliteit van het grondwater niet onevenredig wordt geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van artikel 3.6, lid 1, onder a van de Wet ruimtelijke ordening het bestemmingsplan te wijzigen door:
de aanduiding "Milieuzone-Grondwaterbeschermingsgebied" geheel of gedeeltelijk te doen vervallen indien door beƫindiging van de waterwinning grondwaterbescherming niet langer nodig is.
Binnen de gebiedsaanduiding veiligheidszone-vervoer gevaarlijke stoffen zijn nieuwe zeer kwetsbare objecten niet toegestaan.
Op gronden ter plaatse van de aanduiding 'zoekgebied-parkeergarage' mag, naast hetgeen overeenkomstig de geldende bestemmingen mag worden gebouwd, tevens een parkeergarage worden gebouwd met een maximum van 900 parkeerplaatsen met bijbehorende voorzieningen zoals in- en uitritten, fietsenstallingen en groenvoorzieningen. Hierbij gelden de volgende voorwaarden: