direct naar inhoud van 5.1 Natuur
Plan: Nijmegen Vossenpels Zuid
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0268.BP22100-OH01

5.1 Natuur

Quick scan Natuurbeschermingswet voor de wijk Vossenpels in de Waalsprong

In het plangebied de Waalsprong wordt een nieuwe wijk, Vossenpels, aangelegd op minimaal 150 meter afstand van de zuidoosthoek van Natura 2000-gebied de Gelderse Poort. In deze rapportage wordt onderzocht of er externe effecten zijn te verwachten van deze wijk op de natuur in de Gelderse Poort. In dit kader wordt een zelfstandige beoordeling uitgevoerd van externe effecten van de wijk Vossenpels in de Waalsprong (Nijmegen) en wordt ook gekeken naar de relatie met de passende beoordeling die is uitgevoerd voor de grootschalige werkzaamheden voor de Dijkteruglegging bij Lent.

Het plangebied van deze Dijkteruglegging strekt zich aan de noordoostzijde uit tot het gebied ten oosten van Vossenpels. De huidige zelfstandige beoordeling en vergelijking met de passende beoordeling van de Dijkteruglegging leiden tot de conclusie dat eventuele effecten van de aanleg van Vossenpels ruim vallen binnen de marges van de ingrepen en de passende beoordeling van de Dijkteruglegging. Een afzonderlijke passende beoordeling voor Vossenpels zal daarom weinig veranderen aan de passende beoordeling die al is gemaakt voor de Dijkteruglegging.

De situatie

De oostzijde van de Waalsprong grenst aan de zuidwestelijke punt van het Natura 2000-gebied De Gelderse Poort. Binnen de Waalsprong ligt de wijk Vossenpels op minimaal 150 meter van de winterdijk, die de grens vormt van het Natura 2000-gebied gebied. Door de ruime afstand tot de winterdijk zijn alleen zogenaamde 'externe effecten' tijdens de aanleg en het bestaan van de wijk van belang voor deze quick-scan. Hierbij zijn eventueel potentiële effecten te verwachten van licht, van beweging van voertuigen tijdens de bouw, van recreatie en van stikstof, met name afkomstig van verkeer.

De geplande bouwactiviteiten in de wijk Vossenpels zullen plaatsvinden op minimaal 150 meter (tot 300 meter) afstand van de winterdijk. De bouwhoogte is maximaal 12 meter Er is geen hoogbouw. Hoogte van de winterdijk van de Waal is 6 meter boven het grondniveau van Vossenpels.

De wijk Vossenpels ligt op minstens 150 meter afstand van de winterdijk die de grens vormt van het Natura 2000-gebied de Gelderse Poort. De instandhoudingsdoelstellingen in de ontwerp-aanwijzingsbesluit van De Gelderse Poort (Nijmegen 2011) omvatten acht habitattypen, elf habitatsoorten, elf broedvogels en zeventien niet-broedvogels. In de nabijheid van Vossenpels komen de volgende doelen voor in het gebied van de Dijkteruglegging: slikkige rivieroevers, glanshaverhooiland, Meervleermuis en Bever.

Zelfstandige beoordeling van potentiële externe effecten veroorzaakt door de wijk Vossenpels

Licht: De wijk vossenpels bevindt zich op minimaal 150 meter van de uiterwaarden. De winterdijk steekt daarbij 6 meter uit boven het niveau van de grond in Vossenpels. Hierdoor bereikt licht dat op 12 meter hoogte wordt uitgestraald in de wijk Vossenpels op zijn vroegst 150 meter voorbij de winterdijk het niveau van water of grond in de uiterwaarden. Op deze afstand is de lichtsterkte zeer zwak geworden. Alle het overige licht in de wijk, dat beneden 6 meter hoogte wordt uitgestraald, wordt afgeschermd door de winterdijk en bereikt het natuurgebied nooit. Effecten van licht hangen af van intensiteit en kleurenspectrum, terwijl heldere lichtbronnen tot over grote afstand zichtbaar zijn (de Molenaar et al. 2005). Licht sluit beschermde waarden niet per se uit, immers in de Bovenste Polder bij Wageningen broedt de Kwartelkoning in een uiterwaarden grenzend aan bebouwing en een straat met straatlantarens (de Molenaar et al. 2005).

Geluid: Voor geluid werkt de dijk als een geluidswal. Als regel neemt geluidsterkte met ongeveer 6 decibel af bij verdubbeling van de afstand tot de bron. Om bovenop de winterdijk de voor veel vogels geldende drempelwaarde van 45 dB te overschrijden (Reijnen et al. 1992), moet een geluidsbron in Vossenpels minstens een sterkte hebben van 100 dB (vergelijkbaar met het geluid van een autotoeter of sirene). Deze geluidssterkte zal tijdens de aanbouw en aanwezigheid van de wijk zelden optreden. Om in het natuurterrein voorbij de winterdijk de waarde van 45 dB te veroorzaken is in de wijk een nog veel luidere bron nodig. Daarmee vormt geluid geen serieuze oorzaak van verstoring.

Beweging: Als ervan wordt uitgegaan dat werktuigen tijdens de bouw slechts zelden hoger zijn dan 12 meter, zullen soorten in de uiterwaarden de bewegingen van deze werktuigen (vrachtwagens, hijskragen, etc.) niet kunnen waarnemen binnen de eerste 150 meter na de winterdijk, omdat het zicht op deze werkzaamheden door de winterdijk wordt afgeschermd. Op afstanden verder dan 150 meter van de winterdijk zijn hoger bewegende delen (kranen) wel waarneembaar, maar dan is de afstand tot de wijk ondertussen meer dan 300 meter. Dit is een afstand waarboven de meeste vogels niet op bewegende objecten reageren (Krijgsveld et al. 2008). Wandelaars en verkeer op de winterdijk zelf zullen zeer zeker meer effect hebben. Het is daarom niet aannemelijk dat bouwgerelateerde bedrijvigheid en beweging in de wijk Vossenpels de natuur in de uiterwaarden visueel zal verstoren.

Recreatie: De inwoners van de wijk Vossenpels zullen naar verwachting recreatief gebruik gaan maken van de uiterwaarden. De uiterwaarden ten oosten van Vossenpels zijn relatief slecht ontsloten en zullen slechts weinig invloed ondervinden.

Stikstof: De depositie van stikstof zal licht toenemen als gevolg van een toename van het verkeer in de wijk Vossenpels en op de Prins Mauritssingel. De uiterwaarden zijn dynamische ecosystemen. Door natuurlijke hoge niveaus van stikstof in het water tijdens overstromingen, komen in de uiterwaarden geen habitattypen voor die zeer gevoelig zijn voor stikstofdepositie. Het is relevant om in het kader van het verkeer in de hele Waalsprong in de toekomst onderzoek te doen naar cumulatieve effecten van alle wijken gezamenlijk op de stikstofdepositie.

Passende beoordeling Dijkteruglegging bij Lent

In april 2011 is in het kader van de Dijkteruglegging bij Lent een passende beoordeling gepubliceerd () van de potentiele effecten van het graven van een extra nevengeul en de aanleg van beperkte bebouwing op het ontstane schiereiland. Hierbij zijn effecten beoordeeld op het Natura 2000-gebied Uiterwaarden Waal ten westen van de Waalsprong en het Natura 2000-gebied Gelderse Poort ten oosten van de Waalsprong. De aanleg van een nevengeul gaat gepaard met majeure cultuurtechnische ingrepen in het landschap van de uiterwaarden. Daarbij zijn negatieve effecten op korte termijn niet te vermijden, terwijl op de lange termijn veel natuurdoelen in de Natura 2000-gebieden zullen profiteren van de ingrepen.

De passende beoordeling in het kader van de Dijkteruglegging bij Lent biedt handvatten voor het beoordelen van externe effecten van de wijk Vossenpels. Het plangebied van de Dijkteruglegging strekt zich namelijk naar het noordoosten uit, tot voorbij de wijk Vossenpels. Om deze reden zijn een aantal conclusies uit de passende beoordeling, waarbij het om veel zwaardere beïnvloeding gaat, ook relevant voor Vossenpels.

Bij onderzoek in het kader van de passende beoordeling (Nijmegen 2011) zijn tijdens een inventarisatie in 2009 in de Gelderse Poort geen aangewezen broedvogels waargenomen in het plangebied van de Dijkteruglegging bij Lent. Dit werd geweten aan de afwezigheid van geschikt biotoop/habitat en aan verstoring door recreanten en verkeer. In het gebied komen wel overige water- en weidevogels voor: Fuut, Aalscholver, Kleine zwaan, Kolgans, Grauwe gans, Smient, Krakeend, Wintertaling, Pijstaart, Slobeend, Tafeleend, Nonnetje, Meerkoet, Kievit, Grutto en Wulp.

Bij de passende beoordeling van de Dijkteruglegging Lent () zijn effecten beoordeeld van verstoring door recreatie, verstoring door evenemententerrein, verstoring door verkeer, verdichting van het landschap (bebouwing) en effecten van gebruik van machines. Een korte opsomming van de conclusies is weergegeven in onderstaande tabel:.

recreatie   De mens is welkom in het dynamische natuurgebied en het hele gebied is vrij toegankelijk voor recreanten. Het gebied fungeert als recreatiegebied en uitloopgebied. Er worden paden, zandstrandjes en voorzieningen zoals BBQ-plaatsen en horeca gecreëerd.
Recreatie neemt toe na de Dijkteruglegging. Dit kan een negatief effect hebben op de (ontwikkeling van) natuurwaarden in het gebied.
Het rapport (Nijmegen 2011) concludeert dat “voor alle soorten vogels die in het plangebied voorkomen, is sprake van enige mate van verstoring zowel door land- als waterrecreatie”. Negatieve effecten zijn “beperkter in de Lentse waard” dan in de Oosterhoutse waard.  
evenemententerrein   Het evenemententerrein ligt deels in de zone die al verstoord wordt door de tweede stadsbrug. Het verlies aan broedgebied (door lawaaibelasting) is hiervoor al (deels) gecompenseerd. Omdat effecten op doelsoorten niet zijn uit te sluiten zijn mitigerende maatregelen nodig, waaronder kampeerterrein zo dicht mogelijk bij de tweede stadsbrug aanleggen.  
verstoring door geluid van verkeer en ander werkzaamheden   Dit heeft vooral betrekking op de tweede stadsbrug, waarvoor is voorzien in een compensatie van 30 ha natuurgebied. Drempelwaarden voor geluid liggen voor de meeste soorten rond de 45 dB(A). In worst-case situatie kan een scheidingsinstallatie zorgen voor geluid dat maximaal 500-700 meter vanaf het terrein nabij de stadsbrug reikt.  
verdichting van het landschap   Door toelaten van meer natuurlijke processen zal er ruimte komen voor meer riet, ruigte en deels ook bomen. Daarnaast is er bebouwing op het eiland voor Lent. Voor verstoring door bebouwing wordt een verstoringszone van 250 meter gehanteerd (Werkplan weidevogels in Friesland 2007-2013).  
verstoring tijdens aanlegwerkzaamheden   Effecten van inzet van materiaal (geluid en beweging) op de omgeving zijn niet te vermijden. “De verwachting is dat de soorten tijdelijk elders langs de Waal terecht kunnen”. Van het totale gebied Gelderse Poort grenst alleen het uiterste zuidwesten aan de Waalsprong. De verwachting is dat bewegingen “andere factoren als geluid en licht zullen overschaduwen”. Veel soorten hebben verstoringsafstanden van 100-300 meter. Voor ganzen gelden grenzen tot 500 meter.  

Conclusies uit passende beoordeling voor effecten op Natura 2000-gebied Gelderse poort

De Dijkteruglegging heeft geen negatieve effecten op de habitattypen. Omdat geen van de habitatsoorten werden aangetroffen binnen het plangebied, zijn negatieve effecten van de Dijkteruglegging uitgesloten. De aanleg van nieuw habitat zal wel positieve effecten kunnen hebben op de Zeeprik, de Rivierprik, de Elft, de Zalm en de Bittervoorn. Voor alle broedvogels zijn negatieve effecten uit te sluiten. De soorten komen in het gebied niet voor en het broedgebied komt niet tot ontwikkeling. Daarbij liggen de huidige broedgebieden 500 meter van de grenzen van het plangebied. Het gaat daarbij om Dodaars, Aalscholver, Roerdomp, Woudaapje, Zwarte stern, Blauwborst en Grote karekiet. Geluid van een scheidingsinstallatie zou in het slechtste geval kunnen reiken tot aan de noordoost grens van het plangebied van de Dijkteruglegging. Dit betreft geen gebieden die zeer geschikt zijn voor vogels. In het algemeen wordt ook na beoordeling van cumulatieve effecten (samenhang met andere projecten langs het traject van de Waal) geconcludeerd dat op geen van de instandhoudingsdoelen van de Gelderse Poort permanente negatieve effecten zijn te verwachten.

Conclusie

De aanleg van Vossenpels veroorzaakt veel minder ingrijpende invloeden op het Natura 2000-gebied van de Gelderse Poort dan de aanleg van de Dijkteruglegging bij Lent. Een uitgebreide passende beoordeling van de Dijkteruglegging laat zien dat geen permanente negatieve effecten zijn te verwachten. Daarnaast is in deze rapportage een korte onafhankelijke beoordeling uitgevoerd van externe effecten van Vossenpels. Zowel de onafhankelijke beoordeling als de vergelijking met effecten van de Dijkteruglegging bij Lent laten zien dat de aanleg van Vossenpels geen negatieve effecten zal hebben op de beschermde waarden in het Natura 2000-gebied van de Gelderse Poort. Daarbij doet zowel deze studie als de passende beoordeling geen uitspraken over mogelijke effecten van een toename van stikstofdepositie door verkeer in alle wijken van de Waalsprong gezamenlijk.