direct naar inhoud van Artikel 16 Water
Plan: Nijmegen Ooyse Schependom
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0268.BP18000-VG01

Artikel 16 Water

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de waterhuishouding en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, de waterbeheersing, waterafvoer en -berging, watergangen, aanleg- en vissteigers, waterlopen en waterpartijen alsmede voor taluds, oevers en onderhoudsstroken kunstwerken, bruggen en andere waterstaatkundige werken en;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats' als ligplaats voor woonboten, waarbij het maximum aantal woonboten is bepaald door middel van de aanduiding 'aantal';
  • c. bijbehorende voorzieningen zoals: groen, sport- en speelvoorzieningen en loopbruggen.
16.2 Bouwregels
16.2.1 Algemene bouwregels

Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde worden gebouwd, met dien verstande dat op de gronden met de aanduiding 'woonschepenligplaats' woonboten mogen worden gebouwd.

16.2.2 Specifieke bouwregels

De in artikel 16.2.1 genoemde bouwwerken zijn toegestaan voor zover voldaan wordt aan de volgende regels:

  • a. de oppervlakte van een aanleg- en vissteiger ten behoeve van een aangrenzende woning mag niet meer dan 3 m2 bedragen. De bouwhoogte mag maximaal 1 meter boven de waterlijn bedragen;
  • b. de oppervlakte van een woonboot mag met maximaal 10% worden uitgebreid ten opzichte van de bestaande oppervlakte, waarbij geldt dat de oppervlakte per woonboot niet meer mag bedragen dan 180 m2;
  • c. in verband met het voorkòmen van brandoverslag tussen woonboten, dient de onderlinge afstand tussen de woonboten minimaal 5 meter te bedragen, tenzij op andere wijze een weerstand tegen brandoverslag van ten minste 30 minuten, bepaald volgens NEN 6068, wordt verkregen;
  • d. een woonboot mag maximaal uit twee bouwlagen bestaan, met dien verstande dat het oppervlak van de tweede bouwlaag maximaal 80% van de onderliggende woonlaag mag bedragen;
  • e. de bouwhoogte van erfafscheidingen mag niet meer dan 2 meter bedragen, de bouwhoogte van palen en (licht)masten niet meer dan 10 meter, de bouwhoogte van scheepvaarttekens niet meer dan 15 meter, de hoogte van aanmeerpalen maximaal 16 meter +NAP, en de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, mag niet meer dan 4 meter bedragen.
16.3 Specifieke gebruiksregels
  • a. Uitsluitend op de gronden met de aanduiding 'woonschepenligplaats' zijn woonboten toegestaan, waarbij geldt dat maximaal het aantal woonboten dat is toegestaan is aangegeven door middel van de aanduiding 'aantal'.
  • b. Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval verstaan:
    • 1. het aanleggen van terrassen op pontons.