direct naar inhoud van 4.9 Bodem
Plan: Bedrijventerrein 1
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0267.BP0001-0006

4.9 Bodem

In beginsel is geen bodemonderzoek noodzakelijk, als een bestemmingsplan betrekking heeft op een bestaande situatie. Bij bestemmingsplannen met een wijzigings- en/of afwijkingsbevoegdheid dienen in principe alle vereiste bodemkwaliteitsgegevens bij de goedkeuring van het (moeder)plan beschikbaar te zijn. Indien in een bestemmingsplan een wijzigings- of afwijkingsbevoegdheid is opgenomen, kan er bij wijze van uitzondering mee worden ingestemd dat de noodzakelijke gegevens pas beschikbaar zijn in het kader van het wijzigingsplan- of verzoek tot afwijking. Wel zal via een op te nemen voorwaarde in de planregels moeten worden geregeld dat ten behoeve van de wijziging/afwijking gegevens omtrent de bodem zijn vereist. Daarbij ligt het initiatief voor het uitvoeren van het bodemonderzoek bij de bouwer/ontwikkelaar.

In dit plan zal van de hiervoor genoemde uitzondering gebruik gemaakt worden en zullen de noodzakelijke voorwaarden gekoppeld worden aan de procedure van de wijzigings- en afwijkingsbevoegdheid. De reden hiervan is dat niet bekend is of, en wanneer van de bevoegdheid gebruik gemaakt zal worden en dat de wettelijke eisen ten aanzien van bodemonderzoeken en/of saneringen in de loop der jaren wijzigen. Bovendien hebben onderzoeken in het kader van de omgevingsvergunning (voorheen bouwvergunning) een beperkte geldigheidsduur van circa vijf jaar.

In de planregels is voor zowel de wijzigingsbevoegdheid als ook de afwijkingsbevoegdheid bepaald dat deze procedures pas in gang gezet kunnen nadat door burgemeester en wethouders is beoordeeld dat de bodemkwaliteit aan de actuele wettelijke eisen voldoet. In dit verband kunnen bodemkwaliteitsgegevens en/of saneringsmaatregelen noodzakelijk zijn.