direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Kern Gorssel 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0262.goKernGorssel2011-BP41

Artikel 4 Bedrijf

4.1 bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten in de categorieën A en B van de bij deze regels behorende 'Staat van Bedrijfsactiviteiten' (bijlage 1), dan wel het bestaande bedrijf;
  • b. een verkooppunt voor motorbrandstoffen zonder lpg en garagebedrijf ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg';
  • c. het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten ten behoeve van het openbaar nut, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening';

alsmede voor:

  • d. een bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', met dien verstande dat bij een bedrijf maximaal één bedrijfswoning is toegestaan;
  • e. bijbehorende verhardingen, groen- en watervoorzieningen en parkeervoorzieningen.
4.2 bouwregels

Op de voor 'Bedrijf' aangewezen gronden mag uitsluitend worden gebouwd met inachtneming van de aanduidingen op de verbeelding en de volgende bepalingen:

4.2.1 Binnen het bouwvlak:
  • a. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd met gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, met inachtneming van de overige bouwregels;
  • b. binnen het bouwvlak mag de goot- en bouwhoogte van gebouwen niet meer bedragen dan de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven goot- en bouwhoogte;
  • c. de inhoud van een bedrijfswoning bedraagt maximaal 600 m3;
  • d. binnen het bouwvlak mag de dakhelling van een kap niet meer dan 60 graden bedragen;
  • e. binnen het bouwvlak mag de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde niet meer dan 3 meter bedragen.
4.2.2 Buiten het bouwvlak:
  • a. van de gronden buiten het bouwvlak mag per bouwperceel maximaal 30% worden bebouwd met gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, en met inachtneming van de overige bouwregels;
  • b. buiten het bouwvlak zijn de gebouwen uitsluitend toegestaan achter de lijn ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn';
  • c. buiten het bouwvlak mag de goothoogte van de gebouwen niet meer dan 3 meter bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 5 meter, mits het gebouw op ten minste 2 meter van de zijdelingse en/of achtergrenzen van het bouwperceel is gesitueerd;
  • d. op een afstand van 2 meter of minder van de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel mag de bouwhoogte van gebouwen buiten het bouwvlak maximaal 3 meter bedragen (behoudens afwijking als bedoeld in artikel 4.3);
  • e. buiten het bouwvlak mag de dakhelling van een kap niet meer dan 60 graden bedragen;
  • f. buiten het bouwvlak mag de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde:
    • 1. achter de lijn ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn' niet meer dan 2 meter bedragen;
    • 2. op de overige gronden niet meer dan 1 meter bedragen.
4.3 afwijken van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.2 onder d, voor een gebouw met een kap op een afstand van 2 meter of minder van de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel, mits:

  • a. de dakhelling vanaf de zijdelingse en/of achtergrenzen van het bouwperceel oploopt met een helling van maximaal 60 graden, en;
  • b. de nok van de kap ten minste 2 meter uit de zijdelingse en achtergrenzen van het bouwperceel is gesitueerd;
  • c. de bouwhoogte niet meer dan 5 meter bedraagt.
4.4 specifieke gebruiksregels
4.4.1

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden mogen niet worden gebruikt voor zelfstandige kantoren, horeca en detailhandel, met dien verstande dat productiegebonden detailhandel is toegestaan.

4.4.2

Per bedrijf mag maximaal 30% van de vloeroppervlakte van de bedrijfsgebouwen voor bij het bedrijf horende kantoordoeleinden worden gebruikt.