direct naar inhoud van Artikel 14 Algemene gebruiksregels
Plan: 3e herziening bestemmingsplan Hoorn, Veessen en Vorchten, De Akkers te Veessen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0246.303HVVH03AKKERSVSN-VA01

Artikel 14 Algemene gebruiksregels

14.1 Algemene gebruiksregels
  • a. Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de aan de grond gegeven bestemming.
  • b. Onder een gebruik, strijdig met de bestemming, wordt in ieder geval verstaan het gebruiken of het laten gebruiken van gebouwen ten behoeve van een seksinrichting.
  • c. Onder een gebruik, strijdig met de bestemming, wordt niet verstaan het gebruiken of het laten gebruiken van gronden ten behoeve van kortstondige, incidentele evenementen, festiviteiten en manifestaties, indien en voor zover daarvoor ingevolge een wettelijk voorschrift vergunning, ontheffing of vrijstelling vereist en deze is verleend.
  • d. Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van het bepaalde onder a, indien strikte toepassing van de verbodsbepalingen zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
14.2 Toegestaan gebruik
14.2.1 Toegestaan gebruik

Een bedrijfswoning of woning mag worden gebruikt en verbouwd ten behoeve van bed & breakfast met maximaal 2 slaapkamers en 5 slaapplaatsen.

14.2.2 Afwijken van toegestaan gebruik

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 14.2.1 ten behoeve van bed & breakfast in een aan de bedrijfswoning of woning gebouwd bijbehorend bouwwerk.

14.3 Paardenbakken
14.3.1 Toegestaan gebruik

Met betrekking tot paardenbakken bij woningen en bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:

  • a. bij iedere woning en bedrijfswoning is één paardenbak toegestaan, mits er minimaal 5.000 m2 aaneengesloten agrarische gronden duurzaam in gebruik is bij de woning;
  • b. bij iedere paardenhouderij/fokkerij is het aantal paardenbakken onbeperkt, mits passend binnen de regels voor deze bestemming;
  • c. de afstand van de dichtstbijzijnde rand van de paardenbak tot bebouwingsconcentratie (ruimtelijke eenheid), mag niet meer dan 40 m bedragen;
  • d. de paardenbak mag niet voor (het verlengde van) de voorgevelrooilijn van de woning worden gesitueerd;
  • e. paardenbak mag niet in Natura2000-gebied of een EHS-gebied en een omliggende zone van 100 m liggen, tenzij de paardenbak is gelegen binnen het bouwvlak dan wel bestemmingsvlak met het beginsel van bebouwingsconcentratie;
  • f. de afstand van de dichtstbijzijnde rand van de paardenbak tot een woning van derden mag niet minder dan 50 m bedragen;
  • g. de inwendige maatvoering bedraagt maximaal 20 bij 40 m;
  • h. lichtmasten zijn niet toegestaan;
  • i. de bouwhoogte van de omheining mag niet meer dan 1,70 m bedragen en is uitgevoerd in hout (gedekte kleur);
  • j. de paardenbak dient landschappelijk ingepast te worden;
  • k. bakdrainage is toegestaan mits overleg heeft plaatsgevonden met de verantwoordelijke instantie(s).

14.3.2 Afwijken van toegestaan gebruik

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in:

  • a. 14.3.1 onder c, en toestaan dat de bedoelde afstand niet meer bedraagt dan 60 m;
  • b. 14.3.1 onder d en toestaan dat de paardenbak voor (het verlengde van) de voorgevelrooilijn wordt gesitueerd;
  • c. 14.3.1 onder f en toestaan dat de bedoelde afstand niet minder bedraagt dan 25 m en het treffen van extra maatregelen;
  • d. 14.3.1 onder h en toestaan dat vanaf 100 m van Natura2000-gebieden en EHS-gebieden en vanaf 50 m vanaf woningen van derden lichtmasten mogen worden gebouwd, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 8 m mag bedragen en het gebruik uitsluitend in de periode tussen 7.00 en 22.00 uur plaatsvindt.