Plan: | Groot Sypel |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0243.BP00081-0003 |
De Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) is van kracht sinds 13 maart 2012. Deze structuurvisie vormt sedertdien het integrale kader voor het rijksbeleid met ruimtelijke consequenties. De SVIR vervangt de Nota Ruimte uit 2005.
In de Structuurvisie wordt onder meer gesteld dat een actualisatie van het ruimtelijk en mobiliteitsbeleid nodig was, omdat de verschillende beleidsnota's op het gebied van ruimte en mobiliteit waren gedateerd door nieuwe politieke accenten en veranderende omstandigheden zoals de economische crisis, klimaatverandering en toenemende regionale verschillen die onder andere ontstaan omdat groei, stagnatie en krimp gelijktijdig plaatsvinden.
De SVIR geeft een nieuw, integraal kader voor het ruimtelijk- en mobiliteitsbeleid op rijksniveau en vormt het kader voor bestaand en nieuw rijksbeleid met ruimtelijke consequenties. Nederland heeft ruimte nodig om te leven en te bewegen, om economisch te kunnen blijven groeien en voor burgers en bedrijven om initiatief te nemen. Het Rijk kan en wil niet alles zelf doen, en geeft daarom meer ruimte aan provincies en gemeenten om in te spelen op de eigen situatie, zelf beslissingen te nemen en geven ruimte aan burgers en bedrijven voor initiatief en ontwikkeling
Infrastructuur en ruimte worden door alle overheden in samenhang opgepakt.
Om Nederland concurrerend, bereikbaar, leefbaar en veilig te houden zijn in de SVIR zijn drie hoofddoelen voor de voor de middellange termijn (2028) benoemd:
De drie rijksdoelen zijn in het SIVR uitgewerkt tot dertien (thematische) 'onderwerpen van nationaal belang'.
In het SIVR worden geen beleidsuitspraken gedaan die specifiek van toepassing zijn voor de omgeving van Harderwijk of voor Groot Sypel.
Hoe de provincie Gelderland de ruimte wil verdelen en gebruiken staat in de algemene structuurvisie ruimtelijke ordening, voorheen het Streekplan Gelderland 2005. Dit plan is er op gericht de verschillende functies in regionaal verband een zodanige plek te geven, dat de ruimtelijke kwaliteiten worden versterkt en er zuinig en zorgvuldig met de ruimte wordt omgegaan. Dat gebeurt door op provinciaal niveau te sturen op kenmerken en waarden die van provinciaal belang worden geacht: natuur en water ('groenblauw raamwerk'), maar ook de ruimtelijke ontwikkelingen in het 'rode raamwerk' van stedelijke functies en infrastructuur. Voor Harderwijk betekent dit dat de regionale centrumfunctie wordt voortgezet en geïntensiveerd. Harderwijk kan zich profileren als een krachtige en aantrekkelijke stad op het gebied van wonen, werken en voorzieningen. Aandacht gaat daarbij uit naar binnenstedelijke transformatieprocessen en bereikbaarheid, gekoppeld aan de potenties van het knooppunt station Harderwijk, Waterfront en de opwaardering van de N302.
Op de beleidskaart Ruimtelijke structuur (die deel uitmaakt van het streekplan) is het gebied aangeduid als "Regionaal centrum (bebouwd gebied 2000)". Voor Groot Sypel is geen specifiek beleid opgesteld.
Met de inwerkingtreding van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) kunnen, indien provinciale of nationale belangen dat met het oog op een goede ruimtelijke ordening noodzakelijk maken, bij of krachtens provinciale verordening respectievelijk bij of krachtens algemene maatregel van bestuur regels worden gesteld omtrent de inhoud en toelichting van bestemmingsplannen. Gedeputeerde Staten van gelderland hebben in december 2010 de Ruimtelijke Verordening Gelderland vastgesteld.
In de Ruimtelijke Verordening Gelderland zijn regelingen opgenomen waarvan Provinciale Staten van mening zijn dat de provincie verantwoordelijk is voor de doorwerking daarvan. Daarnaast zijn regelingen opgenomen die naar de mening van het Rijk door de provincies nader moeten dan wel kunnen worden uitgewerkt in een provinciale verordening. Deze regels kunnen betrekking hebben op het hele provinciale grondgebied, delen of gebiedsgerichte thema's. Gemeenten moeten binnen een bepaalde termijn hun bestemmingsplan afstemmen op de in de verordening opgenomen regels.
Voor dit plangebied zijn met name de afspraken gemaakt binnen het Kwantitatief Woon Programma III (KWP-3) van belang. Woningen die tot 2020 binnen het plangebied gerealiseerd worden, gaan ten laste van het totaal in KWP-3 vastgelegde aantallen. Met andere woorden: iedere nieuwe woning die tot 2020 in het gebied wordt gebouwd gaat in mindering van beschikbare woningaantallen voor andere plangebieden. De gemeente heeft veel lopende plannen in de stad waardoor uiterst terughoudend moet worden omgegaan met het toewijzen van nieuwe woningbouwlocaties. In 2015 wordt gesproken over een KWP-4. Afhankelijk van de markt en vraag naar woningen in de regio kan dat leiden tot bijstelling van het KWP-3.
Op basis van een interactief Stadsforum is in 2003 de Stadsvisie Harderwijk 2020 opgesteld. Deze visie is door de gemeente vertaald in een ruimtelijk plan: Structuurplan Harderwijk 2020. Dit structuurplan geeft de hoofdlijnen van de ruimtelijke ontwikkeling van Harderwijk aan tot circa 2020 en is op 15 juni 2006 door de gemeenteraad vastgesteld. Hiermee vervangt het plan de Ontwikkelingsvisie Harderwijk uit 1998.
Centraal in het structuurplan staat dat Harderwijk een stad is met kwaliteiten. Harderwijk is prachtig gelegen, tussen de randmeren en de Veluwe en centraal in het land. De historische binnenstad is uitnodigend. Het Dolfinarium is een attractie van de eerste orde, maar voor een blijvende toeristische betekenis een te smalle basis. Ingezet wordt daarom op versterking van de kwaliteiten: het water, de Veluwe en de binnenstad.
Het gebied Groot Sypel vormt een schakel in een groene verbindingszone tussen binnenstad en Veluwe, genaamd Groene Long. Naast de voorzieningen liggen er enkele woonbuurten in het gebied. De 'Groene corridor' is een verbinding tussen binnenstad en de Veluwe. Deze corridor moet worden gevrijwaard van verstedelijking en ontbrekende schakels moeten hersteld worden waaronder een fietstunnel naar de Graaf Ottolaan.
Op 10 juni 2010 is de Stadsvisie Harderwijk 2031 vastgesteld. De Stadsvisie Harderwijk 2031 is gemaakt om een ontwikkelingsrichting voor de stad te bepalen op het gebied van voorzieningen, werkgelegenheid, woonklimaat en bereikbaarheid. Hierbij moeten strategische keuzes worden gemaakt. De visie is integraal. Dit betekent dat er nadrukkelijk wordt gekeken naar de onderlinge samenhang tussen de ruimtelijke, sociale en economische beleidsvelden. De visie is een uitgangspunt voor de intensieve samenwerking tussen bestuur, bevolking, bedrijfsleven, instellingen, organisaties en andere overheidsinstanties.
Gekozen is voor scenario 2 "Verdiepen". Ontwikkeling is namelijk noodzakelijk om van Harderwijk een aantrekkelijke woon- en werkgemeente te maken.
De Stadsvisie beschrijft de visie op de toekomst aan de hand van vier thema’s:
In scenario 2 is met betrekking tot het woonklimaat onder meer opgenomen dat Harderwijk bijzondere woonmilieus wil realiseren, die in de regio en omliggende steden niet of nauwelijks voorkomen. Hierden moet een aantrekkelijk villadorp worden.
De "Stadsvisie Harderwijk 2031" geeft aan welke koers Harderwijk wil varen. De volgende stap is het vertalen van deze stadsvisie in één integrale visie. Een visie waarin een duidelijke sociale, economische én ruimtelijke pijler herkenbaar is. Per onderwerp worden de ambities en beleidsdoelen beschreven zodat de vraag "wat willen we in de komende jaren bereiken" helder wordt beantwoord. In de uitvoeringsagenda die hieraan wordt gekoppeld, staan de maatregelen die het gemeentebestuur de komende jaren neemt om die gestelde doelen te bereiken.
De gemeente is bezig met het maken van een integrale structuurvisie. Deze integrale structuurvisie (ontwerp) is een uitwerking van de in juni 2010 door de gemeenteraad vastgestelde stadsvisie.
In de structuurvisie wordt aangegeven wat in de periode tot 2031 voor de gemeente Harderwijk de belangrijkste thema's zijn waar integraal aan gewerkt gaat worden door de gemeente, het bedrijfsleven, de maatschappelijke organisaties en door inwoners zelf. De visie is een document waar het economische, sociale en ruimtelijke beleid met elkaar in verband is gebracht. Het betreft een visie waarin kaders zijn gesteld met doelstellingen om de in de Stadsvisie verwoorde ambitie te verwezenlijken. Deze doelstellingen zijn ondergebracht in 4 ontwikkelsporen: Zorgzame stad, Ondernemende stad, Aantrekkelijke stad en Verbindende stad.
De structuurvisie zal fungeren als beoordeling- en sturingsinstrument op alle gemeentelijke beleidsterreinen. Het is daarmee een beleidsdocument dat de gemeente bindt. De gemeente kan daar alleen van afwijken indien daar een goede motivering voor is. Daarnaast wordt richting gegeven aan te verrichten inspanningen en te nemen maatregelen die moeten leiden tot de realisatie en totstandkoming van de in het beleid nagestreefde doelen. De structuurvisie vervangt hiermee het structuurplan Harderwijk 2020 en is daarmee:
In de structuurvisie wordt Groot Sypel benoemd als een te realiseren stadspark met ruimte voor lokale evenementen.
Inleiding
In het plangebied Groot Sypel spelen verschillende ruimtelijke ontwikkelingen, waaronder de (her)huisvesting van het voortgezet onderwijs en de vestiging van een nieuwe brandweerkazerne. Beslissingen om functies in het gebied te herbergen zijn in het verleden steeds gemaakt op basis van projecten. Het gevolg hiervan is dat het gebied veel (maatschappelijke) functies kent maar dat de samenhang tussen die functies ontbreekt. Het centraal gelegen gebied mist daardoor identiteit en 'leesbaarheid'. Met leesbaarheid wordt bedoeld dat de bezoeker van het gebied niet onmiddellijk de structuur herkent. Om deze redenen wordt de behoefte gevoeld om één integrale structuurvisie voor het gebied op te stellen. In het collegeprogramma 2006-2010 staat als doel voor deze visie het volgende omschreven:
'Ontwikkeling omgeving sport- en aquacentrum "De Sypel" (Nu: Groot Sypel). In relatie tot het sport- en aquacentrum wil het college eind 2006 een pakket stedenbouwkundige uitgangspunten formuleren met een doorkijk naar de totale ontwikkeling van het gebied tussen spoor, Stationslaan, Verkeersweg en Hoofdweg. In april 2007 wil het college een globale ontwikkelingsvisie voor voornoemd gebied aan de raad voorleggen, op grond waarvan diverse ruimtelijke en bouwkundige ontwikkelingen die hier spelen (o.m. ook uitbreiding scholen, herontwikkeling hoek 'Praxis', renovatie theater) kunnen worden verantwoord'.
Het doel van de gebiedsgerichte structuurvisie is dan ook: 'de samenhang van de verschillende functies in het gebied te verduidelijken en de identiteit van het gebied te versterken'.
Op 2 november 2009 is een startavond voor bewoners en belanghebbenden georganiseerd. Tijdens deze avond zijn mensen opgeroepen zich aan te melden voor een klankbordgroep. De klankbordgroep is in 2010 drie maal bijeengekomen om haar mening te geven over deze visie. De rol van de klankbordgroep was informerend en consulterend. Daarnaast heeft een ambtelijke projectgroep meegewerkt aan de totstandkoming van deze visie. De structuurvisie Groot Sypel is op 2 februari 2012 door de gemeenteraad vastgesteld.
Voor het opstellen van de visie is geïinventariseerd wat de huidige karakteristieke kenmerken van het gebied zijn. Daarnaast is geïnventariseerd welke ontwikkelingen al gaande zijn met consequenties voor het leefgebied zonder dat de visie nog invloed zal hebben op deze ontwikkelingen. Ook is bekeken welke sterke en zwakke kanten het gebied heeft en welke kansen zich in de maatschappij voordoen en welke bedreigingen. Ten slotte is geïnventariseerd welke uitgangspunten voor het gebied gelden.
Visie
In de structuurvisievisie is op heldere wijze omschreven hoe in de toekomst de programmatische invulling het meest wenselijk is. In het gebied speelt momenteel een aantal programmatische onzekerheden. In de structuurvisie zijn deze onzekerheden verkend. Op basis van ruimtelijke verkenningen wordt in de structuurvisie een duidelijk structuur geschetst die het kader is voor de programmatische invulling van dit gebied. De structuurschets vormt het stedenbouwkundig en planologisch kader voor (deel)ontwikkelingen binnen dit gebied. Deze structuurschets is de basis voor dit bestemmingsplan.
Ruimtelijke structuur
De ruimtelijke hoofdstructuur is voortgekomen uit twee belangrijke stedenbouwkundige doelen. De eerste heeft te maken met het vinden van het karakter van de plek (genius loci) en hier op doorontwikkelingen. Dit krijgt uiteindelijk vorm in het gebruik maken van de historische onderlaag, Het tweede stedenbouwkundige doel is het zoeken van aansluiting op belangrijke (groene) assen buiten het visie-gebied. Door deze aansluiting bij de 'lange lijnen' door te stad te herstellen wordt het gebied Groot Sypel verankerd aan de omliggende wijken en krijgt het gebied ook daadwerkelijk de centrale gebruiksfunctie die het verdiend.
Aan beide stedenbouwkundige doelen wordt voldaan op de wijze waarop de hoofd draagstructuur is opgezet:
Functieverdeling in vier kwadranten:
Het eerste kwadrant bestaat vrijwel uitsluitend uit woonbebouwing. Er bestaan nog wat verouderde bedrijfsgebouwen welke niet voldoen aan de gewenste kwaliteit. Het parkeerterrein en fietsenstalling ten behoeve van het CCNV en CCH voldoet niet aan de woonfunctie en zou uit kwadrant 1 moeten verdwijnen. Dit deel zal worden ingevuld met woonbebouwing (?).
In het tweede kwadrant wordt de bebouwing aan Verkeersweg verbonden met de bebouwing aan de Stationslaan waarbij de rooilijn wordt aangehouden. Passende functies in dit gebied zijn onderwijs en wonen. Dat betekent dat in de visie van de gemeente het gebied rond de Praxis en het benzinepompstation zijn commerciële functies verliest. De locatie van het cultureel centrum is niet storend in het gebied maar voegt in de huidige vorm ook niets toe. Wanneer het cultureel centrum, ondanks het voornemen te verhuizen, blijft in het gebied, is het wenselijk het parkeren aan de zijde van de rotonde te situeren en de entree van het theater ook in deze richting te verplaatsen.
Op de structuurvisiekaart zijn de contouren van de bebouwing reeds weergegeven. Aanbouw, herbouw of nieuwbouw van onderwijs gerelateerde functies moeten binnen deze contouren plaatsvinden zodat het hart van het gebied wordt gevrijwaard van verdere bebouwing. Dit hart wordt ingericht als stadspark met sportveld/evenementenruimte. Dit gebied leent zich goed voor het organiseren van culturele- of sport gerelateerde manifestaties en evenementen.
Het derde kwadrant wordt gekenmerkt door bebouwing ten noorden van de Couperussingel. Deze bebouwing is van een hoge dichtheid waarbij de rooilijn van de bebouwing aansluit op de bebouwing van de Commandeur. Dezelfde afstand wordt aangehouden bij nieuwe ontwikkelingen aan de kant van de Hoofdweg. Het gebied ten zuiden van de Couperussingel is het binnensportgebied. Het huidige sport- en aquacentrum 'De Sypel' wordt uitgebreid met een 2e sporthal. Alle nieuwe bebouwing passend binnen het cluster Sports&Games wordt zoveel mogelijk aan de oostzijde van het derde kwadrant gesitueerd. De bebouwing van Estrado is daarvoor kenmerkend in die zin dat de bebouwing moet bijdragen aan de groene en/of sportuitstraling van het gebied.
Het vierde kwadrant is bedoeld voor buitensport. Dit gebied wordt benut door voetbalvereniging Zwart-wit, hockeyvereniging 'De Mezen' en jeu de boulesvereniging 'Harderwieker bieleggers'. Uitbreiding van bebouwde faciliteiten moeten aan de randen van het gebied worden gedaan. Bestaand groen moet zoveel mogelijk worden gespaard.