direct naar inhoud van 5.9 Water
Plan: Zeebuurt 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0243.BP00051-0004

5.9 Water

5.9.1 Algemeen

Het plan ligt ten oosten van de historisch binnenstad en valt binnen bestaand stedelijk gebied. Het betreft een bestaande wijk met voornamelijk woonerven. Aan de noordzijde van het bestemmingsplan Zeebuurt is een openbaar park gelegen, plangebied De Harder. Het plangebied Zeebuurt bevindt zich niet binnen de zoekgebieden voor waterberging zoals deze staan weergegeven in het Streekplan. Het plan heeft geen nadelige gevolgen voor en door (grond)water in de omgeving.

De bodem is zandig en, uitgaande van ervaringsgegevens, goed doorlatend.

5.9.2 Oppervlaktewater

Binnen het plangebied is geen oppervlaktewaterstructuur aanwezig. Aan de westzijde, buiten het plangebied zijn wel de Vissershaven en de Lelyhaven gelegen.

Door bij eventuele herinrichtingen of nieuwbouw de afkoppelbeslisboom toe te passen, geen uitlogende bouwmaterialen toe te passen en de DOB methode (Duurzaam OnkruidBeheer) toe te passen m.b.t. chemische bestrijdingsmiddelen heeft het plan geen nadelige gevolgen voor de oppervlaktewaterkwaliteit.

Het plan veroorzaakt geen nadelige gevolgen voor of door het oppervlaktewatersysteem in de omgeving.

5.9.3 Grondwater

Het grondwaterpeil ligt tussen de 1 en 2 meter onder maaiveld. In de wintermaanden staat het grondwater hoger dan in de zomermaanden. De grondwaterstanden liggen over het algemeen diep genoeg onder maaiveld om nu en in de toekomst geen overlast te veroorzaken. Er is in en om het gebied geen grondwateroverlast bekend. Het gebied ligt aan de zuidzijde deels in de grondwaterfluctuatiezone zoals de Provincie Gelderland deze heeft gedefinieerd. Dit is een zone waarvan de drooglegging door grondwaterstijgingen op langere termijn kritisch kan worden. De aanwezigheid van de havens ten westen van het gebied heeft hier echter een grondwaterregulerende invloed op.

Grondwaterneutraal bouwen

Voor de bouw van eventuele ondergrondse ruimten (kelders) moet de grondwaterstand gedurende de uitvoeringsperiode mogelijk worden verlaagd. De constructie van de kelder(s) moet zodanig waterdicht worden uitgevoerd dat na de bouw in de gebruiksfase geen (permanente) grondwaterstandverlaging nodig is.

Tevens betekent dit ook, dat bij nieuwbouw het vloerpeil (bijvoorbeeld ophogen) of de bouwwijze (bijvoorbeeld kruipruimteloos) moet worden afgestemd op de grondwaterstand, zodat er geen permanente drainage nodig is. In de grondwaterfluctuatiezone betekent dit, dat ook gekeken moet worden naar de toekomstige grondwaterstand.

5.9.4 Riolering DWA (droogweerafvoer) en RWA (regenwaterafvoer)

Het huidige rioleringstelsel is een gemengde rioleringsstelsel waarbij zowel het stedelijk afvalwater (dwa) als het regenwater (rwa) gezamenlijk via 1 rioolbuis wordt ingezameld en getransporteerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie op het industrieterrein Lorentz.

In het plangebied zijn meerdere belangrijke grotere transportriolen aanwezig. Het transportriool betreft een belangrijk groter riool dat het afvalwater van de gemeenten Ermelo en Putten door Harderwijk transporteert naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie op het industrieterrein Lorentz. Deze transportriolen hebben meerdere eigenaren, de gemeente Ermelo en Harderwijk en Waterschap Veluwe. De transportriolen zijn gelegen in:

  • de Burgemeester de Meesterstraat (westzijde in plangebied);
  • het park nabij plan De Harder (aan noordzijde buiten het plangebied) en doorlopend in de groenstrook tot aan de rotonde Verkeersweg (in plangebied) in zuidelijke richting;
  • de parallelweg/groenstrook Verkeersweg (zuidzijde in plangebied).

Vanwege het risico op milieuschade, gelden voor ontwikkelingen nabij deze transportleiding nadere eisen en randvoorwaarden (vanwege beheer en onderhoud). In de dubbelbestemming "Leiding - Riool" zijn deze opgenomen.

Regenwater

Bij eventuele grootschalige herinrichting en/of particuliere nieuwbouw zal worden onderzocht of regenwater via de bodem kan worden geïnfiltreerd of niet (afkoppel beslisboom van de Provincie Gelderland). Tevens wordt op deze wijze voorkomen dat het eventueel te infiltreren hemelwater het grond- en/of oppervlaktewater verontreinigt.

5.9.5 Waterveiligheid

Het maaiveld in het plangebied ligt boven de +2m NAP waarmee ook op lange termijn de veiligheid tegen overstroming vanuit oppervlaktewater is gegarandeerd.

5.9.6 Procedures

Voor de wateraspecten wordt een watertoets doorlopen. Hierbij zijn de van belang zijnde wateraspecten die zijn gehanteerd bij de "Watertoets Voorontwerp Structuurplan Harderwijk 2020" geselecteerd. Deze wateraspecten zijn uitgewerkt in het concept watertoetsdocument voor de Zeebuurt, dat is voorgelegd aan het Waterschap Veluwe.


Voor deze watertoets Zeebuurt heeft op 11 en 18 mei 2011 overleg via de mail plaatsgevonden tussen Waterschap Veluwe en de gemeente Harderwijk. Het waterschap heeft de wateraspecten beoordeeld en is hiermee akkoord. Het waterschap verzoekt wel nog de riooltransportleidingen op de plankaart op te nemen.


Eventueel benodigde vergunningen worden niet met deze waterparagraaf geregeld en zullen via daarvoor bedoelde procedures verkregen moeten worden.