Buitengebied Groesbeek

Status: Onherroepelijk
Identificatie: NL.IMRO.0241.BPBuitengebied-GVS2
Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

Artikel 12 Sport – Golfbaan

 

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Sport – Golfbaan’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. een golfbaan met daarbij behorende voorzieningen;

  2. centrale voorzieningen inclusief horecavoorzieningen behorend bij de golfbaan ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport - centrale voorzieningen’;

  3. detailhandel behorend bij de golfbaan;

  4. een boomgaard ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport – boomgaard’;

  5. een driving range ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport– driving range’;

  6. een onderhoudsbedrijf ten behoeve van de golfbaan ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport – onderhoudsbedrijf’;

  7. een schuilhut ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport - schuilgelegenheid’;

  8. een woning met bijbehorende erf, tuin en bijbehorende bouwwerken ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport – villa’;

  9. parkeervoorzieningen ter plaatse van de aanduiding ‘parkeerterrein’;

  10. twee bedrijfswoningen;

  11. beroep of dienstverlening aan huis;

  12. sport- en speelvoorzieningen;

  13. paden,wegen en parkeervoorzieningen ten behoeve van eigen gebruik;

  14. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

  15. groenvoorzieningen;

  16. nutsvoorzieningen;

  17. behoud, herstel en/of ontwikkeling van de geomorfologische waarden.

 

 

12.2 Algemeen

  1. Kelders en souterrains zijn toegestaan onder bedrijfsgebouwen, de bedrijfswoning en bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

  1. De kelder mag niet dienen als verblijfruimte.

  2. De kelder en het souterrain mogen maximaal één bouwlaag diep zijn.

  1. Ter plaatse van de aanduiding ‘tunnel’ mag de bouwdiepte van een tunnel niet meer bedragen dan 4,5 m.

 

12.2.1 Gebouwen ten behoeve van de golfbaan

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van de golfbaan gelden de volgende

voorwaarden:

  1. Gebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak .

  2. De goothoogte mag niet meer bedragen dan 4,5 m.

  3. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 9 m.

  4. De dakhelling mag niet minder en niet meer bedragen dan 30º respectievelijk 60º.

 

 

12.2.2 Overkapping driving range

Voor het bouwen van een overkapping van de afslagruimte op de driving range ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport –driving range’ gelden de volgende voorwaarden:

  1. De overkapping is uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak.

  2. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 7 m.

  3. De oppervlakte mag niet meer bedragen dan 200 m².

 

12.2.3 Onderhoudsbedrijf

Voor het bouwen van gebouwen ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport – onderhoudsbedrijf’ gelden de volgende voorwaarden:

  1. Gebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak.

  2. De goothoogte mag niet meer bedragen dan 4,5 m.

  3. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 9 m.

  4. De oppervlakte mag niet meer bedragen dan 1.393 m².

 

12.2.4 Villa

Voor het bouwen van een woning met bijbehorende bouwwerken ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport – villa’ gelden de volgende voorwaarden:

  1. De woning en bijbehorende bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak.

  2. Het aantal woningen mag niet meer bedragen dan 1.

  3. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan de bestaande bouwhoogte.

  4. De inhoud mag niet meer bedragen dan de bestaande inhoud.

  5. Ter plaatse van de aanduiding ‘kantoor’ is tevens een kantoor toegestaan.

 

12.2.5 Schuilgelegenheden

Voor het bouwen van schuilgelegenheden gelden de volgende voorwaarden:

  1. Een schuilgelegenheid is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport - schuilgelegenheid’.

  2. De bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3,8 m.

  3. De oppervlakte per schuilgelegenheid mag niet meer bedragen dan 4 m².

 

12.2.6 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van overkappingen, gelden de volgende voorwaarden:

  1. De bouwhoogte van lichtmasten en bewegwijzering mag niet meer bedragen dan 5 m.

  2. De bouwhoogte van sport- en spelvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 2 m.

  3. De bouwhoogte van ballenvangers mag niet meer bedragen dan 8,5 m.

  4. De bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 2 m.

 

 

12.3 Specifieke gebruiksregels

  1. Ter plaatse van de aanduiding ‘parkeerterrein’ zijn parkeerplaatsen toegestaan ten behoeve van de golfbaan.

  2. De oppervlakte ten behoeve van kantoor mag ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van sport – onderhoudsbedrijf’ niet meer bedragen dan 250 m².

  3. Buiten het bouwvlak mag de hoogte van hagen en heggen niet meer bedragen dan 1 m.

 

12.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

 

12.4.1 Werken en werkzaamheden

Het is verboden op of in de bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:

  1. het aanleggen of verharden van wegen, paden, banen of parkeergelegenheden en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen;

  2. het ontginnen, bodemverlagen, afgraven, ophogen of egaliseren van de grond;

  3. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;

  4. het vellen, rooien of beschadigen van houtopstanden.

  5. en tevens ter plaatse van de aanduiding ‘recreatieweg’ het zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning verharden of verwijderen van wegen.

 

12.4.2 Uitzonderingen

  1. Het in lid 12.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  1. het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn;

  2. reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende omgevingsvergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

  1. Het in lid 12.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op de volgende werken en werkzaamheden:

  1. terreinverlagingen en terreinophogingen ten behoeve van de aanleg van holes tot een maximum diepte c.q. hoogte van 1 m;

  2. terreinverhogingen ten behoeve van de aanleg van greens tot een maximum hoogte van 1,5 m;

  3. terreinegalisering en verharding binnen bouwvlak.

 

12.4.3 Toelaatbaarheid

De omgevingsvergunning kan uitsluitend worden verleend indien aan het volgende criterium wordt voldaan:

  1. Door de werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de landschappelijke en ecologische waarden en de recreatieve betekenis alsmede de ontwikkelingspotenties voor landschap en natuur, niet onevenredig worden aangetast.