direct naar inhoud van 2.4 Toekomst van het plangebied
Plan: Centrum Epe
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0232.EPE015CentrumEpe-VBP2

2.4 Toekomst van het plangebied

Visie

De gemeente heeft in 2011 een nieuwe structuurvisie vastgesteld, voortbordurend op het eerder vastgestelde Ruimtelijke Structuurplan Epe uit 2007. Het gebied van de structuurvisie is kleiner dan het onderhavige plangebied.

In de structuurvisie is een koers uitgezet voor de komende jaren van het centrum van Epe. Binnen de structuurvisie is de centrale ambitie 'groen - gezellig - gastvrij' opgenomen.

Groen: omdat Epe een groen dorp is. Niet alleen de omgeving maar ook de kern zelf. De gemeente streeft dan ook naar kwalitatief hoogwaardig groen.

Gezellig: vanwege het dorpse karakter van de kern. Plekken en pleinen wisselen elkaar af en de bebouwing heeft een schaalgrootte die past bij een dorp. Het streven is om dit karakter te behouden en waar mogelijk te verbeteren.

Gastvrij: het centrum is als een huiskamer voor de Epenaren waar de toeristen welkom zijn. Het moet bezoekers dan ook naar de zin worden gemaakt; een goede bereikbaarheid, parkeermogelijkheden en voldoende voorzieningen horen daarbij.

Om deze ambitie waar te maken zijn voor de uitwerking vier uitgangspunten geformuleerd.

1. Optimaal aanbod van voorzieningen voor Epe en omgeving

2. Versterken van de woonfunctie: de juiste woning op de juiste plek

3. Verder versterken van de ruimtelijke kwaliteit

4. Verder optimaliseren van de bereikbaarheid en het verblijfsklimaat

1. De kwaliteit en het aantal winkels is goed te noemen. Er is echter nog ruimte voor uitbreiding van niet-dagelijkse goederen. Daarnaast is uitbreiding van het horeca-aanbod in de vorm van hotels gewenst. Ook is verplaatsing van de horeca naar het concentratiegebied aan de Markt wenselijk.

2. De woonfunctie in het centrum mag meer divers. Daarom wordt ingezet op de bouw van appartementen voor starters en woningen in het hogere prijssegment. Hierdoor onstaat er meer diversiteit. De woningbouw richt zich specifiek op herstructureringslocaties.

3. Het kernwinkelgebied, de winkelacht, is een sterke winkelstructuur. Deze kan nog versterkt worden de realisatie van een horecaconcetratiegebied aan de zuidzijde van de Markt, het verder versterken van de Markt als weekmarkt en voor evenementen. Ook moeten de parken meer betrokken worden bij de groene structuur van het centrum. Ten slotte kan ook de ruimtelijke kwaliteit van de bebouwing in het centrum verbeterd worden. Vooral de Marktwand komt daarvoor in aanmerking.

4. Het centrum is zowel per fiets als met de auto goed te bereiken. Toch kan de parkeerstructuur en routering beter. Het aantal beschikbare parkeerplaatsen is nog voldoende maar dient op peil te blijven bij de realisatie van nieuwe ontwikkelingen. De auto hoeft verder niet overal even dominant aanwezig te zijn, dit geldt vooral voor de winkelacht. Het verblijfsklimaat kan nog verder worden versterkt door de groenstructuur in het gebied meer te betrekken bij andere structuren (pleinen en lanen).

Gebiedsgericht beleid

In de structuurvisie zijn de vier bovengenoemde uitgangspunten uitgewerkt in gebiedsgericht beleid (ten aanzien van kernwinkelgebied, pleinruimtes, aanloopstraten, centrum dorps, centrum halfstedelijk, parken en verkeer en parkeren) waarbij verschillende projecten aan de orde zijn. Er is sprake van sturende projecten en autonome projecten. Deze laatste projecten zijn autonome ontwikkelingen die veelal door externe partijen worden opgepakt. De sturende projecten zijn de aanjagers voor het tot stand komen van het gewenste beeld zoals in de structuurvisie wordt geschetst. Voor het gebiedsgericht beleid en de projecten wordt verwezen naar de structuurvisie. De structuurvisiekaart is hierna in figuur 2.4 weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0232.EPE015CentrumEpe-VBP2_0005.png"

Figuur 2.4 Kaart Structuurvisie

Beeldkwaliteitplan

Parallel aan het bestemmingsplan wordt een beeldkwaliteitsplan opgesteld. Het beeldkwaliteitplan moet worden gezien als een uitwerking van de ruimtelijke ambities die in de structuurvisie centrum Epe worden verwoord. De aanwezige structuur wordt vervolmaakt om de beleving van het centrum op een hoger niveau te tillen. De beeldkwaliteit is hiervan een belangrijk onderdeel. Het plangebied voor het beeldkwaliteitplan wijkt af van het plangebied van het bestemmingsplan en omvat alleen het centrumgebied met daarin de plandelen 'centrum halfstedelijk' en 'wonen boven winkels' zoals benoemd in de structuurvisie.

Het beeldkwaliteitplan biedt een kader voor de inrichting van de openbare ruimte en om nu nog niet bekende initiatieven te kunnen toetsen aan het gewenste beeld voor het centrum.

Uitgangspunten voor het bestemmingsplan

Het bestemmingsplan is hoofdzakelijk consoliderend van aard. Dat wil zeggen dat de bestaande (planologische) situatie het uitgangspunt vormt voor het bestemmingsplan. Het gebiedgericht beleid en de bijbehorende projecten uit de structuurvisie dienen nog nader uitgewerkt en onderzocht te worden voordat ze in een bestemmingsplan kunnen worden verankerd. Voor de diverse ontwikkelingen/projecten worden te zijner tijd dan ook afzonderlijke juridische-planologische procedures doorlopen. Het op te stellen beeldkwaliteitplan vormt daarbij een aanvullend kader.

Ten aanzien van enkele onderdelen uit de structuurvisie vormt het bestemmingsplan wel een vertaalslag van de structuurvisie danwel verzet het bestemmingsplan zich niet tegen de uitwerking van de structuurvisie. Het betreft de volgende onderdelen:

Kernwinkelgebied en aanloopstraten

Het bestemmingsplan maakt, conform het gestelde in structuurvisie, duidelijk onderscheid tussen het kernwinkelgebied en de aanloopstraten. Het beleid voor het kernwinkelgebied is vooral gericht op detailhandel. Het winkelaanbod is goed en voldoende. Uitbreiding, concentratie en versterking van het winkelaanbod kan plaatsvinden binnen de bestaande fysieke ruimte van de winkelacht. Overige functies in het gebied beperken zich vooral tot horeca en consumentgerichte diensten. Deze functies zijn toegestaan op de begane grond. Daarnaast wordt op verdiepingen boven winkels gewoond. In het bestemmingsplan is de winkelacht bestemd voor detailhandel. Binnen deze bestemming is uitbreiding van winkels mogelijk. Waar sprake is van specifieke functies is dat apart aangegeven. Wonen op de verdieping is mogelijk voorzover het gaat om het bestaande aantal. Eventuele nieuwe woningen worden projectgericht gerealiseerd (afzonderlijke procedure) waarbij tevens aandacht dient te zijn voor voldoende parkeren.

De aanloopstraten naar het kernwinkelgebied worden gekenmerkt door een menging van functies. Hier is het beleid gericht op behoud van die menging. Dienstverlening en maatschappelijke functies zijn rechtstreeks toegestaan evenals het bestaande aantal woningen op de verdieping. Detailhandel is uitsluitend mogelijk op de bestaande locaties. Hetzelfde geldt voor bestaande andere functies op de begane grond.

Rondom de Markt wordt versteviging van de horecafunctie voorgestaan. Naast de bestaande horecavestigingen biedt het bestemmingsplan de mogelijkheid (via een wijzigingsbevoegdheid) voor nieuwe horeca. Tevens is horeca, in combinatie met maatschappelijke en culturele voorzieningen en zakelijke dienstverlening, ter plaatse van het voormalige gemeentehuis mogelijk gemaakt.

Openbare ruimte

In de structuurvisie worden verschillende aanpassingen en verbeteringen in de openbare ruimte voorgesteld, bijvoorbeeld ten aanzien van de inrichting van het Marktplein voor het gemeentehuis en de parken. De gewenste herinrichting zal grotendeels mogelijk zijn binnen de kaders van het bestemmingsplan. De bestemmingslegging is op dat punt flexibel. Een uitzondering vormt de in de structuurvisie genoemde 'kortsluiting' tussen de Stationsstraat en de Brinklaan achter het voormalige gemeentehuis langs om de Markt en de route Marktwand-Veluwepoort te ontlasten. Deze nieuwe verbinding grijpt in op de bestaande structuur en is derhalve middels een wijzigingsbevoegdheid mogelijk gemaakt.

Marktwand

De herontwikkeling van de Marktwand wordt in een aparte procedure mogelijk gemaakt. Het ontwerp hiervoor ligt inmiddels ter visie. Het betreffende deel conserverend is opgenomen in het voorontwerp- en ontwerpbestemmingsplan Centrum. Nu een eigen procedure wordt gevolgd is conserverend bestemmen niet meer doelmatig en noodzakelijk, en is besloten om de Martkwand uit het bestemmingsplan Centrum te halen.

Samenvattend

Het bestemmingsplan is consoliderend van aard, waarbij de bestaande situatie (functies en bebouwing) als uitgangspunt voor de regeling dient. Het beleid en de projecten genoemd in de structuurvisie zullen te zijner tijd mogelijk worden gemaakt middels afzonderlijke juridisch-planologische procedures.