Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Kernen Buren
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0214.KOMBP20130001-vg01

Artikel 23 Sport

23.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Sport" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. sport- en speelvelden;
  2. bijbehorende voorzieningen;
  3. groenvoorzieningen;
  4. voorzieningen voor de waterhuishouding, waterberging, waterzuivering en hemelwaterinfiltratie;
  5. ondergeschikte horeca ter plaatse van de aanduiding 'horeca';
  6. voorzieningen voor het verenigingsleven ter plaatse van de aanduiding 'verenigingsleven';
  7. ondergeschikte horecavoorzieningen ten dienste van deze functie.

23.2 Bouwregels

23.2.1 Toegestane bebouwing

Op gronden met de bestemming “Sport” mogen uitsluitend worden gebouwd:
  1. kantines, kleedruimtes en ruimten voor beheer, bergingen en sanitaire voorzieningen;
  2. tribunes;
  3. bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de waterhuishouding, waterberging, waterzuivering en infiltratie van hemelwater;
  4. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals afrasteringen en (keer)- muren, toestellen voor sport en spel, zitbanken, reclameborden, scoreborden, lichtmasten, verkeers- en verwijsborden, dug-outs en ballenvangers.

23.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van de in artikel 23 lid 2.1 sub a genoemde gebouwen gelden de volgende bepalingen:
  1. voor zover de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte" is opgenomen, de goot- en bouwhoogte niet meer mag bedragen dan ter plaatse van die aanduiding is aangegeven;
  2. indien er geen aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte" is opgenomen mag de goot- en bouwhoogte niet meer bedragen dan de bestaande goot- en bouwhoogte.

23.2.3 Tribunes

Voor het bouwen van de in artikel 23 lid 2.1 sub b genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan 6 m.
 
 

23.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, t.b.v. de waterhuishouding

Voor het bouwen van de in artikel 23 lid 2.1 sub c genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan 1 m.
 
 

23.2.5 Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van de in artikel 23 lid 2.1 sub d genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan 3 m, met dien verstande dat de bouwhoogte van lichtmasten niet meer mag bedragen dan 15 m en de bouwhoogte van ballenvangers niet meer mag bedragen dan 8 m.