Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Kernen Buren
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0214.KOMBP20130001-vg01

Artikel 16 Horeca

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Horeca" aangewezen gronden zijn bestemd voor horecabedrijf tot en met categorie 1, zoals opgenomen in de tot het plan behorende “Staat van horecabedrijven” met daarbij behorende erven en terrassen en bijbehorende bewoning met de daarbij behorende doeleinden.
 

16.2 Bouwregels

16.2.1 Toegestane bebouwing

Op gronden met de bestemming “Horeca” mogen uitsluitend worden gebouwd:
  1. bedrijfsgebouwen ten dienste van de in de bestemmingsomschrijving genoemde functie;
  2. bij de bedrijfsgebouwen behorende opslagruimten, bergingen en bedrijfsbouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  3. uitsluitend bestaande bedrijfswoningen;
  4. bij de bedrijfswoning behorende bijbehorende bouwwerken;
  5. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals erfafscheidingen, tuinmuren, pergola's en beeldhouwwerken en daarmee gelijk te stellen kunstzinnige elementen.

16.2.2 Bebouwingspercentage

Voor het bouwen van de artikel 16 lid 2.1 sub a, artikel 16 lid 2.1 sub bartikel 16 lid 2.1 sub c en artikel 16 lid 2.1 sub d genoemde bouwwerken mag het bebouwingspercentage niet meer bedragen dan 60%, met dien verstande dat, voor zover een aanduiding "maximum bebouwingspercentage (%)" is opgenomen, het bebouwingspercentage niet meer mag bedragen dan ter plaatse van die aanduiding is aangegeven.
 

16.2.3 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van de in artikel 16 lid 2.1 sub a en artikel 16 lid 2.1 sub b genoemde bouwwerken mag de goothoogte niet meer bedragen dan 6 m en de bouwhoogte niet meer bedragen dan 11 m, met dien verstande dat, indien de bestaande goothoogte hoger is, deze hogere maat maatgevend is.
 

16.2.4 Bedrijfswoningen

Voor het bouwen van de in artikel 16 lid 2.1 sub c genoemde bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:
  1. de goothoogte en de bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan 6 m respectievelijk 11 m, met dien verstande dat, indien de bestaande goothoogte hoger is, deze hogere maat maatgevend is.

16.2.5 Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen

Voor het bouwen van de in artikel 16 lid 2.1 sub d genoemde bijbehorende bouwwerken gelden de volgende bepalingen:
  1. de gezamenlijke oppervlakte van alle bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 75 m²;
  2. de bijbehorende bouwwerken moeten zodanig worden gesitueerd dat op het bouwperceel ten hoogste drie bijbehorende bouwwerken aanwezig zijn, tenzij strikte toepassing van deze bepaling zou leiden tot een ondoelmatige situering van het betreffende bijbehorende bouwwerk;
  3. de goothoogte van aan het hoofdgebouw (i.c. de bedrijfswoning) aangebouwde bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw plus 0,30 m;
  4. de goothoogte van vrijstaande bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 3 m;
  5. de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 6 m.

16.2.6 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van de in artikel 16 lid 2.1 sub e genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
  1. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde voorgevel(s) dan wel het verlengde daarvan mag niet meer bedragen dan 1 m, met uitzondering van toegangspoorten, waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 1,5 m;
  2. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de naar de weg gekeerde gevels c.q. het verlengde daarvan mag niet meer dan 2 m bedragen mits deze op minimaal 1 m achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw of het verlengde daarvan worden gebouwd;
  3. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 2 m, met dien verstande dat voor pergola's de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 2,5 m, voor beeldhouwwerken en daarmee gelijk te stellen kunstzinnige elementen de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 4 m en voor vlaggenmasten en licht- en reclamemasten de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 6 m.

16.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik strijdig met de bestemming “Horeca” wordt in ieder geval begrepen de opslag van consumentenvuurwerk.
 
 

16.4 Afwijken van de gebruiksregels

16.4.1 Horeca

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in de regels voor de vestiging van een horecabedrijf, waaronder die horecabedrijven worden verstaan die op de tot het plan behorende “Staat van horecabedrijven” zijn vermeld als behorend tot ten hoogste categorie 2, op een andere plaats dan toegestaan middels een aanduiding op de verbeelding, mits geen blijvende onevenredige afbreuk aan het woon- en leefmilieu ontstaat.