Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Buitengebied, tweede herziening
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0214.BUIBP20110007-vg01

Artikel 10 Bedrijf - Riviergebonden

10.1 Bestemmingsomschrijving

10.1.1

De op de verbeelding voor "Bedrijf- Riviergebonden' aangewezen gronden zijn bestemd voor: 
  1. een bedrijf in het ontschorsen en verchippen van hout, met dien verstande dat het ontschorsen en verchippen van hout slechts mag plaatsvinden in de bedrijfsbebouwing;
  2. op- en overslag van hoofdzakelijk over water aangevoerde materialen voor een bedrijf in het ontschorsen en verchippen van hout, met dien verstande dat de opslag pas is toegestaan als de keermuur met een hoogte van 4 meter, ter plaatse van de aanduiding "sba-14", gerealiseerd is; 
  3. bijbehorende voorzieningen; 
  4. landschappelijke beplanting.

10.1.2

Indien een gedeelte van een bestemmingsvlak op de verbeelding is voorzien van de aanduiding "v = verkeer", is dat gedeelte uitsluitend bestemd voor verkeer en laden en lossen.

10.2 Bouwregels

10.2.1

Op de gronden met de bestemming "Bedrijf - Riviergebonden" mogen uitsluitend worden gebouwd: 
  1. bedrijfsgebouwen;     
  2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de bestemming.

10.2.2

Bij de bouw van de in artikel 10 lid 2.1 sub a bedoelde bedrijfsgebouwen dienen de volgende bepalingen in acht genomen te worden: 
  1. de bedrijfsgebouwen mogen uitsluitend gebouwd worden binnen het bouwvlak;
  2. het bebouwd oppervlak van ieder afzonderlijk gebouw mag niet meer bedragen dan 110% van de bestaande bebouwde oppervlakte van het betreffende gebouw; 
  3. de inhoud van ieder afzonderlijk gebouw mag niet meer bedragen dan 110% van de bestaande inhoud van het betreffende gebouw; 
  4. in plaats van ieder afzonderlijk gebouw mag het gestelde onder artikel 10 lid 2.2 sub b en artikel 10 lid 2.2 sub c ook worden toegepast op naar functie en op hetzelfde perceel bij elkaar behorende gebouwen; 
  5. de afstand tot de perceelsgrens mag niet minder bedragen dan 5 m;
  6. de gebouwen mogen pas worden gebouwd als de keermuur met een hoogte van 4 meter ter plaatse van de aanduiding "sba-14" gerealiseerd is.

10.2.3

Bij de bouw van de in artikel 10 lid 2.1 sub a bedoelde bedrijfsgebouwen en met in achtneming van het gestelde in artikel 10 lid 2.2, dienen de volgende bepalingen in acht genomen te worden: 
  1. de hoogte mag niet meer bedragen dan 8 m;
  2. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 4,5 m.

10.2.4

Bij de bouw van de in artikel 10 lid 2.1 sub b bedoelde overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dienen de volgende bepalingen in acht te worden genomen: 
  1. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 10 m2, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "sba-14" geen maximale oppervlakte geldt; 
  2. de hoogte mag niet meer bedragen dan 2,5 m, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "sba-14" de hoogte niet meer mag bedragen dan 4 m.

10.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en Wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 10 lid 2.3 sub b, voor de bouw van een bedrijfsgebouw met een goothoogte van meer dan 4,5 m, indien en voorzover: 
  1. een grotere goothoogte noodzakelijk is in verband met de aard van de bedrijvigheid; 
  2. de goothoogte niet meer bedraagt dan 8 m;
  3. de functies en waarden die in het plan aan de desbetreffende en aan de omliggende gronden zijn toegekend, niet blijvend onevenredig worden geschaad;
  4. geen strijdigheid ontstaat met de Beleidslijn grote rivieren;
  5. geen strijdigheid ontstaat met de aan het plan ten grondslag liggende Structuurvisie Buren 2009-2019, vastgesteld op 27 oktober 2009.
 

10.4 Specifieke gebruiksregels

Als gebruik in strijd met de bestemming "Bedrijf - Riviergebonden", dat ingevolge artikel 29 is verboden, wordt in ieder geval begrepen de opslag van goederen en materieel in de openlucht, voor zover de hoogte van de opslag meer bedraagt dan 6 m en de oppervlakte meer bedraagt dan 25.000 m2.