Plan: | Verzamelherziening Buitengebied 2012 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0203.1349-0003 |
Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State d.d. 5 september 2018 (met zaaknummer 201710441/1/R1) is het bestemmingsplan "Verzamelherziening Buitengebied 2012" aangepast. De uitspraak is verwerkt in het door de raad op 8 november 2017 vastgestelde bestemmingsplan c.q. onderhavige versie van het bestemmingsplan. De tekst van de uitspraak is opgenomen binnen het vaststellingsbesluit met daarachter het oorspronkelijke raadsbesluit. Ook is de uitspraak als apart plan beschikbaar gesteld op ruimtelijkeplannen.nl. De uitspraak heeft tot gevolg dat de verbeelding ter plaatse van een agrarisch perceel is aangepast. Tevens is een vervangende planregel geformuleerd en zijn daarmee de planregels aangevuld (zie groen gearceerde tekst in artikel 4.4.1 Gebruik overeenkomstig de bestemming van de regels van onderhavig bestemmingsplan). |
Naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State d.d. 5 september 2018 (met zaaknummer 201710441/1/R1) is het bestemmingsplan "Verzamelherziening Buitengebied 2012" aangepast. De uitspraak is verwerkt in het door de raad op 8 november 2017 vastgestelde bestemmingsplan c.q. onderhavige versie van het bestemmingsplan. De tekst van de uitspraak is opgenomen binnen het vaststellingsbesluit met daarachter het oorspronkelijke raadsbesluit. Ook is de uitspraak als apart plan beschikbaar gesteld op ruimtelijkeplannen.nl. De uitspraak heeft tot gevolg dat de verbeelding ter plaatse van een agrarisch perceel is aangepast. Tevens is een vervangende planregel geformuleerd en zijn daarmee de planregels aangevuld (zie groen gearceerde tekst in artikel 4.4.1 Gebruik overeenkomstig de bestemming van de regels van onderhavig bestemmingsplan). |
het bestemmingsplan 'Verzamelherziening Buitengebied 2012' met identificatienummer NL.IMRO.0203.1349-0003 van de gemeente Barneveld;
Het bestemmingsplan "Buitengebied 2012" met identificatienummer NL.IMRO.0203.1056-0004, vastgesteld door de gemeenteraad van Barneveld d.d. 28 mei 2013, en zoals nadien door het college gewijzigd en in werking getreden, door de raad herzien en in werking getreden en zoals gewijzigd door een intrekkingsbesluit van de raad;
(de tekst van artikel 1, van de regels van het bestemmingsplan "Buitengebied 2012" in zijn geheel vervangen door dit artikel)
In deze regels wordt verstaan onder:
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied alsmede een kleinschalig bedrijf niet bestaande uit detailhandelsactiviteiten of een seksinrichting, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende gebouwen, met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend;
een bijbehorend bouwwerk in de vorm van een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde aanduiding;
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren (inclusief het uitbroeden van eieren en het kweken van insecten), met inbegrip van daarmee samenhangende activiteiten, zoals de ontvangst van bezoekers, verkoop van eigen producten en educatie, als onzelfstandig en ondergeschikt onderdeel van het bedrijf;
dierlijke meststoffen die niet verpompbaar zijn, kuilvoer, bijvoedermiddelen die niet verpompbaar zijn, gebruikt substraatmateriaal van plantaardige oorsprong en restmateriaal afkomstig van de teelt van gewassen, voor zover geen sprake is van inerte goederen;
een kleinschalige bedrijfsmatige agrarische activiteit bij een woning gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren, welke niet is aan te merken als een volwaardig agrarisch bedrijf en daarmee ondergeschikt is aan de woonfunctie. Hieronder is eveneens begrepen een kleinschalige gebruiksgerichte paardenhouderij;
wet van 4 juni 1992, Stb. 315, houdende algemene regels van bestuursrecht, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
een regionaal (beleids)archeoloog of een andere door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van de archeologische monumentenzorg;
de waarde die van belang is voor de archeologie en voor de kennis van de beschavingsgeschiedenis;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
het bieden van de ten opzichte van het hoofdgebruik ondergeschikte mogelijkheid tot recreatief nachtverblijf en ontbijt aan personen die hun hoofdverblijf elders hebben door de eigenaar of hoofdbewoner van de desbetreffende woning;
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig vervaardigen, bewerken, installeren en verhandelen van goederen dan wel op het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij eventueel detailhandel uitsluitend plaatsvindt als onzelfstandig en ondergeschikt onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop dan wel levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen;
een gebouw, niet zijnde een bedrijfswoning, op een terrein dat noodzakelijk is gelet op de bestemming;
Het door middel van een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon beheren of exploiteren van recreatiewoningen, waarbij voor recreatiewoningen geldt dat daar permanent wisselende recreatieve (nacht)verblijfsmogelijkheden worden geboden;
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein;
aspecten die van invloed zijn op de beleving van de ruimtelijke omgeving en objecten in de omgeving zoals structuur, identiteit en belevingswaarde;
bestaand en legaal aanwezig of legaal realiseerbare bebouwing of gebruik op de dag van inwerkintreding van het bestemmingsplan;
de grens van een bestemmingsvlak;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en daarbij behorende bijlagen;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
een inrichting waarop het Besluit externe veiligheid inrichtingen van toepassing is of bedrijven zoals genoemd in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning;
een tuin die, al dan niet tegen betaling, is opengesteld voor derden en die is gericht op het tentoonstellen aan bezoekers van bijvoorbeeld het ontwerp van de tuin, planten, bomen en/of kunstobjecten;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;
een bijbehorend bouwwerk in de vorm van een niet voor bewoning bestemd vrijstaand of aangebouwd gebouw, dat een gebruikseenheid vormt met en dienstbaar is aan de bij omschrijving van de hoofdbestemming opgesomde functies, zoals een garage, huishoudelijke bergruimte of hobbyruimte. Onder een bijgebouw, behorende bij een woning, wordt ook verstaan de ruimte voor de in de vorige volzin bedoelde functies die integraal onderdeel uitmaken van het hoofdgebouw van de woning en daarom dan ook niet gezien kan worden als bijbehorend bouwwerk;
een gebouw of bouwwerk, geen stacaravan zijnde, op een afstand boven de grond dat is bestemd voor recreatief verblijf;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, dat bedoeld is om ter plaatse te functioneren;
het in de open lucht opslaan van goederen en materialen alsmede het stallen van machines, voertuigen, werktuigen en het plaatsen van showmodellen ten behoeve van de bedrijfsvoering op het perceel, inclusief handelsvoorraden;
installatie voor de be- en verwerking en/of vergisting van mest van het eigen bedrijf en/of uit de directe omgeving van de installatie, al dan niet met maximaal 50 procent aan co-substraten, waarmee gas en/of energie wordt geproduceerd en/of waarbij be- en verwerking van dierlijke mest plaatsvindt;
organische materialen/producten, die mogen worden toegevoegd aan een mestvergistingsproces, waarbij het eindproduct nog steeds onder de definitie van meststof valt als bedoeld in de milieuwetgeving;
het telen van gewassen in potten los van de daaronder liggende ondergrond;
voorzieningen ten behoeve van cultuur en ontspanning, waaronder: een bezoektuin, museum, historische attracties, muziek- en dansscholen en creativiteitscentra;
recreatieve activiteit zonder nachtverblijf;
iedere bovenbeëindiging van een bouwwerk;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen, geen motorbrandstoffen zijnde, aan personen die de goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. Onder detailhandel wordt niet verstaan detailhandel via webwinkels;
het verlenen van economische diensten aan derden;
een bouwkundige constructie die een ruimte in een gebouw scheidt van de buitenlucht, waarin geen te openen delen aanwezig zijn en met een karakteristieke geluidswering - conform NEN 5077 - die ten minste gelijk is aan het verschil tussen de geluidsbelasting van die constructie en 33 dB, alsmede een bouwkundige constructie waarin alleen bij wijze van uitzondering te openen delen aanwezig zijn, mits die delen niet direct grenzen aan een geluidsgevoelige ruimte, zoals omschreven in artikel 1 van de Wet geluidhinder, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct ligt bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw voor zover dit bestemmingsplan die inrichting niet verbiedt;
een vorm van recreatief medegebruik dat in hoofdzaak is gericht op natuur- en landschapsbeleving, zoals wandelen en fietsen, en dat slechts beperkt beslag op de ruimte legt. Voor het extensieve recreatief medegebruik is geen specifieke inrichting van het gebied noodzakelijk, maar kan worden volstaan met de voorzieningen die reeds ten behoeve van de hoofdfunctie aanwezig zijn en ondergeschikte voorzieningen zoals bewegwijzeringsbordjes. Onder extensief recreatief medegebruik wordt in elk geval niet verstaan gebruik zoals paintball, boerengolf, een maïsdoolhof en gemotoriseerde sporten;
elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
het doen gebruiken, laten gebruiken en in gebruik geven;
een paardenhouderij die is gericht op het africhten en trainen van paarden, het bieden van stalruimte voor paarden, het geven van instructie aan derden, het trainen van paarden en uitbrengen in de sport, verhuur van diensten met behulp van paarden en/of de in- en verkoop van paarden, niet zijnde een manege;
bewoning of andere geluidsgevoelige functies zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder;
gebouwen welke dienen ter bewoning of ten behoeve van een andere geluidsgevoelige functie als bedoeld in de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder;
gewasbeschermingsmiddel als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden, zoals deze bepaling luidde op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan, met inbegrip van eventuele latere wijzigingen;
een constructie, bedoeld als alternatief voor een kampeermiddel, in de vorm van een stacaravan met een oppervlakte van maximaal 30 m2, danwel in de vorm van een constructie waarvan de wanden in hoofdzaak bestaan uit tentdoek met een oppervlakte van maximaal 50 m2;
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen in kassen;
een gebouw, geen appartement, motel of pension zijnde, dat blijkens zijn indeling geschikt en bestemd is voor een groep of groepen te dienen als recreatief verblijf;
een kampeerterrein zonder permanente voorzieningen en voor tijdelijk gebruik door een organisatie met een doelstelling van sociale, culturele, educatieve of wetenschappelijke aard ten behoeve van eigen doeleinden, voor ten hoogste 25 kampeermiddelen;
agrarisch bedrijf dat gericht is op het ontwikkelen van activiteiten, waarbij de productie voor meer dan 50 procent afhankelijk is van het producerend vermogen van de grond waarover het bedrijf in de omgeving van de bedrijfsgebouwen kan beschikken. Voor melkrundvee is dit het geval wanneer voldaan wordt aan de voorwaarden uit de Wet verantwoorde groei melkveehouderij en de AMvB grondgebonden groei melkveehouderij;
het telen van gewassen en/of het houden van dieren, anders dan in het kader van de uitoefening van een agrarisch bedrijf of een bedrijfsmatige agrarische nevenfunctie niet zijnde een volkstuin. Hieronder is eveneens begrepen een hobbymatige gebruiksgerichte paardenhouderij;
een maximale waarde voor de geluidbelasting, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder;
gebouw, of gedeelte daarvan dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
een bedrijf, waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies worden verstrekt, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van erotisch getinte vermaaksfuncties;
één of meerdere bomen, hakhout, een houtwal en een houtsingel, beplanting van bosplantsoen, begroeiing van hagen, heesters en struiken. Hagen, heesters en struiken met een maximum hoogte van 2 m zijn niet aan te merken als houtopstand;
persoon of groep personen die een huishouden voert, waarbij sprake is van een onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan;
een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan;
een niet-grondgebonden agrarisch bedrijf voor het houden van dieren - zelfstandig of als neventak - waarbij dit houden van dieren geheel of nagenoeg geheel plaatsvindt in gebouwen. Het houden van melkrundvee, schapen of paarden wordt niet aangemerkt als intensieve veehouderij;
maatschappelijke voorziening voor de opvang, (onder meer medische) begeleiding en huisvesting van kinderen en jongeren, met inbegrip van onderwijs, ondergeschikte en onzelfstandige recreatie, en de vorming van personeel en welzijnswerkers, alsmede daaraan ondersteunende voorzieningen;
een tent, kampeerwagen of toercaravan, een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele zijn bestemd dan wel kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
een voertuig als aangegeven in artikel 1.1 van de Regeling voertuigen;
een zone rondom bestaande woonkernen en bedrijventerreinen, alsmede ter plaatse van en rondom zoekgebieden voor uitbreiding daarvan, waarbij voor de kernrandzone specifieke regels zijn opgenomen voor de ontwikkeling van agrarische bedrijven in die zone;
bedrijf zoals opgenomen in bijlage 1 'Lijst kleinschalige bedrijfsactiviteiten' van dit bestemmingsplan, of daar qua aard en omvang mee vergelijkbaar is, waarbij de werkzaamheden uitsluitend mogen worden uitgevoerd door de bewoners van de woning;
een kampeerterrein bij een agrarisch bedrijf of gebruiksgerichte paardenhouderij waarbij niet meer dan 25 kampeermiddelen aanwezig mogen zijn;
een Klimbos is een dagrecreatieve voorziening met één of meerdere routes door de kronen van de aanwezige bomen via een daarvoor aangelegd parkoers
een kwetsbaar object als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder sub l van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door de waarneembare verschijningsvorm van dat gebied, zoals beplanting, verkaveling, openheid en reliëf;
gemiddelde hoogte van het afgewerkte terrein dat een gebouw of bouwwerk omgeeft;
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen, religieuze voorzieningen, kinderopvangvoorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, waarbij eventueel detailhandel uitsluitend plaatsvindt als onzelfstandig en ondergeschikt onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop dan wel levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen en/of onzelfstandige en ondergeschikte horeca activiteiten niet zijnde hotelactiviteiten of andere vormen van nachtverblijf;
een sportvoorziening bestaande uit één of meerdere (binnen)rijbanen, welk in hoofdzaak is gericht op het bieden van paardrijmogelijkheden en het geven van instructie aan derden met gebruik van paarden;
langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en die de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt;
een nadere eis als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, sub d, van de Wet ruimtelijke ordening;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door geologische, geomorfologische, bodemkundige en/of biologische elementen, voorkomend in dat gebied;
activiteit die ondermeer in ruimtelijk opzicht ondergeschikt is aan de hoofdfunctie op een perceel;
een voor mensen toegankelijke ruimte, gelegen onder de begane grondvloer en binnen de fundering van een gebouw;
een gebouw ten behoeve van het onderhoud van een landgoed, zoals een gebouw voor de stalling van materieel, een houtloods of een berging;
het opslaan en of stallen van goederen, materialen en voertuigen ten behoeve van de ter plaatste gevestigde bedrijfsactiviteit;
een bouwwerk, niet zijnde een gebouw, bestaande uit tenminste een dak en maximaal één wand;
een onoverdekte voorziening, uitsluitend bestaande uit een omheining, bedoeld voor het berijden, africhten en laten bewegen van paarden;
gebruik als woonadres als bedoeld in de Wet basisregistratie personen;
een grondgebonden agrarische bedrijf gericht op het fokken van paarden en/of pony's, het bieden van leefruimte aan opgroeiende paarden en/of pony's en/of het voortbrengen van producten doormiddel van het houden van paarden en/of pony's, zoals een paardenmelkerij of een daarmee gelijk te stellen bedrijfsvorm, eventueel in combinatie met daaraan ondergeschikte trainingsfaciliteiten ten behoeve van de ter plaatse opgefokte paarden;
een bedrijf dat een verblijfsrecreatieterrein op een zodanige wijze exploiteert en/of beheert, dat in of op de toeristische standplaatsen, stacaravans en/of recreatiewoningen recreatief verblijf plaatsvindt, waarbij onder een bedrijf wordt ook verstaan een stichting of een andere rechtspersoon;
verblijf, inclusief nachtverblijf, voor uitsluitend recreatieve doeleinden door bij voorkeur wisselende huishoudens of daarmee gelijk te stellen groepen van personen, die hun hoofdverblijf elders hebben;
een gebouw, geen stacaravan zijnde, al dan niet met vaste fundering, dat is bestemd voor recreatief verblijf;
een op de verbeelding opgenomen aanduiding, die aangeeft welke bestemmingsvlakken en/of bouwvlakken met elkaar verbonden zijn en een eenheid vormen;
Een door burgemeester en wethouders bijgehouden administratie waarin wordt vastgelegd hoeveel agrarische bouwvlakken uit het bestemmingsplan zijn verwijderd en hoeveel er zijn toegevoegd sinds de vaststelling van dat plan op 28 mei 2013. In deze administratie wordt tevens de oppervlakte vastgelegd van de agrarische bouwvlakken die zijn verwijderd en de oppervlakte aan agrarisch bouwvlak dat is toegevoegd sinds 28 mei 2013. Het saldo van de salderingsregistratie bestaat daarmee uit twee componenten, te weten:
Standaard Bedrijf Indelingscode van het Centraal Bureau voor Statistiek;
een terrein, gebouw, vaar- of voertuig waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichtingen worden in ieder geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
als bijlage(n) bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst(en) van bedrijven en instellingen;
een bouwwerk voor recreatief verblijf, in de vorm van een caravan of een andersoortig onderkomen al dan niet op wielen - en derhalve zonder vaste fundering - en met een maximum oppervlakte van 50 m2. Onder vaste fundering wordt hier niet begrepen een betonnen of andersoortige ondergrond welke geen deel uitmaakt van de constructie van het bouwwerk;
het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen of het anderszins aanbieden van goederen en diensten, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel;
kassen die gebruikt worden als onderdeel van vollegrondteelt;
bouwwerken die gebruikt worden als onderdeel van de teelt en een directe relatie hebben met het grondgebruik, zoals tunnelkassen, hagelnetten en stellages voor de containerteelt;
een in hoofdzaak uit doek en stokken vervaardigd onder komen dat gemakkelijk is op te vouwen, bestemd voor recreatief verblijf;
een al dan niet uitklapbare caravan geen stacaravan zijnde, bestemd voor recreatief verblijf;
een plaatsingsmogelijkheid voor een kampeermiddel;
een gebouw van eenvoudige constructie en beperkte omvang ten behoeve van passanten, bestemd voor recreatief verblijf;
een bijbehorend bouwwerk in de vorm van een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw. Functionele ondergeschiktheid is niet vereist;
het doen uitvoeren, laten uitvoeren en in uitvoering geven;
een uitwerking als bedoeld in artikel 3.6 lid 1 sub b van de Wet ruimtelijke ordening;
de bij het bestemmingsplan behorende kaart (analoog of digitaal) waarop onder meer de begrenzing van het plan, de in het bestemmingsplan voorkomende bestemmingen, aanduidingen en topografische en kadastrale gegevens zijn weergegeven;
recreatief verblijf in een recreatiewoning, stacaravan, kampeermiddel of ander recreatieverblijf;
een op de verbeelding door bestemmingsgrenzen omsloten vlak met de bestemming Recreatie - verblijfsrecreatie;
tankstation waar motorbrandstoffen, waaronder lpg, worden verkocht, eventueel met ondergeschikte detailhandel en horeca;
tankstation waar motorbrandstoffen, uitgezonderd lpg, worden verkocht, eventueel met ondergeschikte detailhandel en horeca;
een perceel grond dat niet tot het erf van een woning behoort, waarop de gebruiker gewassen teelt voor eigen gebruik;
een agrarisch bedrijf dat jaarrond een arbeidsbehoefte of -omvang heeft van ten minste één volledige arbeidskracht, met een daarbij passend jaarinkomen, en waarvan het behoud ook op langere termijn in voldoende mate en op duurzame wijze is verzekerd, dat wil zeggen in zowel bedrijfseconomisch opzicht als op milieuhygiënisch verantwoorde wijze;
de evenwijdig aan de as van de weg gelegen lijn welke, zoveel mogelijk aansluitend aan de ligging van de voorgevels van de (bestaande) bebouwing, een zoveel mogelijk gelijkmatig beloop van de rooilijn overeenkomstig de richting van de weg geeft;
de maximale waarde voor de geluidbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder;
werken en/of bouwwerken ten dienste van de waterhuishouding, zoals grondlichamen, beschoeiingen, drainage, gemalen, duikers, stuwen en sluizen;
een specifieke vorm van detailhandel waarbij het aanbieden van producten en de transactie, volledig online geschiedt, waarbij de goederen via internet worden aangeboden en zowel per post worden geleverd als ter plaatse afgehaald worden;
een constructie, geen bouwwerk zijnde;
Wet van 1 juli 2008 (Stb. 2006, 566) houdende vaststelling van nieuwe planregels omtrent de ruimtelijke ordening, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
een inrichting die in belangrijke mate geluidhinder kan veroorzaken, zoals bedoeld in artikel 1.1 derde lid van de Wet milieubeheer en artikel 1 van de Wet geluidhinder en genoemd in bijlage I, onderdeel D van het Besluit omgevingsrecht;
een wijziging als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, sub a, van de Wet ruimtelijke ordening;
een complex van ruimten dat dient voor de zelfstandige huisvesting van één afzonderlijk huishouden of - ingeval van inwoning - van twee huishoudens, aanbouwen en uitbouwen daaronder begrepen, bijgebouwen en bedrijfsgebouwen daarvan uitgezonderd;
een gebouw of een deel van een gebouw, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van één huishouden (inclusief het bieden van mantelzorg);
een gebouw dat ten minste twee woningen omvat;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, ten behoeve van de opvang van zonne-energie en het omzetten daarvan in warmte of elektriciteit;
het op professionele basis aanbieden en uitoefenen van zorgactiviteiten gericht op dagbesteding en zonder nachtverblijf, waarbij deze zorgactiviteiten in hoofdzaak bestaan uit het uitoefenen van agrarische werkzaamheden zoals het houden van vee, het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden, het kweken van gewassen en/of het bewerken van grond;
Aan artikel 3.2.6, na lid c., een nieuw lid d. toevoegen: “onder bijgebouwen zijn onderbouwen toegestaan, met dien verstande dat de oppervlakte aan onderbouwen niet meer mag bedragen dan 40 m2.”.
Artikel 3.5.2, wijzigen in: "Als gebruik strijdig met de bestemming wordt aangemerkt:
1. per bouwvlak niet meer dan één gebruiksgerichte paardenhouderij is toegestaan;
2. voor zover het bedrijf voor de milieuregelgeving als één inrichting wordt aangemerkt, deze inrichting niet op twee in de nabijheid van elkaar gelegen bouwvlakken mag zijn gelegen";
Bedrijven, niet zijnde Bedrijf - Niet agrarisch | Benodigde inzetbare sloopmeters |
Bedrijfsrecht | 100 m2 |
Per m2 vloeroppervlakte van 0 tot en met 1.000 m2 | 2 m2 |
Aan artikel 6.2.6, na lid c., een nieuw lid d. toevoegen: “onder bijgebouwen zijn onderbouwen toegestaan, met dien verstande dat de oppervlakte aan onderbouwen niet meer mag bedragen dan 40 m2.”.
Artikel 7.2.1, wijzigen in "Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende bepaling:
Aan artikel 7.7, lid 1., sub b., na de woorden "voormalige bedrijfsruimte" het woord "alleen" toevoegen.
Artikel 8.2.1, wijzigen in: "Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende bepaling:
Aan artikel 8.7, lid a., na de woorden "voormalige bedrijfsruimte" het woord "alleen" toevoegen.
9.4.1. Gebruik strijdig met de bestemming
Als gebruik strijdig met de bestemming wordt aangemerkt het verharden van onverharde paden";
Artikel 9.6, lid 1., sub c. wijzigen in: "het verbreden en verharden van paden, het aanleggen van wegen en parkeergelegenheden en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen".
In artikel 10.2.5, lid b., na de woorden "inhoud van" het woord "de" wijzigen in "een".
Aan artikel 10.2.6, na lid c., een nieuw lid d. toevoegen: “onder bijgebouwen zijn onderbouwen toegestaan, met dien verstande dat de oppervlakte aan onderbouwen niet meer mag bedragen dan 40 m2.”.
Artikel 11.2.1, wijzigen in: "Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende bepaling:
Aan artikel 11.7, lid 1., sub a., na het woord "bedrijfswoning(en)" het woord "ook" toevoegen.
In artikel 12.1, lid m., het woord "water" wijzigen in "waterhuishoudkundige voorzieningen".
Aan artikel 12, na artikel 12.4, een nieuw artikel toevoegen: "12.5 Specifieke gebruiksregels
Als gebruik overeenkomstig de bestemming wordt aangemerkt het gebruik van grond voor het plaatsen van zonnecollectoren, mits:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van artikel 12.5, ten behoeve van het gebruik van grond voor het plaatsen van zonnecollectoren, mits:
Artikel 14.2.1 wijzigen in: "Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Artikel 14.5.2, lid b., wijzigen in “het gebruik van gronden en bebouwing voor overnachtingsdoeleinden, behoudens wanneer dit gebruik plaatsvindt ten behoeve van kortstondige, incidentele evenementen, festiviteiten en manifestaties, indien en voor zover daarvoor ingevolge een wettelijk voorschrift vergunning, ontheffing of vrijstelling is vereist en deze is verleend.”.
In artikel 15.2.2, lid c., na de woorden "oppervlakte van" het woord "de" wijzigen in "een".
Straat | Huisnummer | Naam recreatieterrein | Maximum aantal recreatiewoningen |
Kerkendelweg | 30 | Berkenhorst | 25 |
In artikel 16.2.3, lid c, in de tabel, het woord "kantine" wijzigen in "Horecavoorziening, niet zijnde hotel".
Aan artikel 16.5.1, na lid b., een nieuw lid c. toevoegen: "het gebruik van grond voor het plaatsen van zonnecollectoren, mits:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van artikel 16.5.1, ten behoeve van het gebruik van grond voor het plaatsen van zonnecollectoren, mits:
Artikel 18.5.1 wijzigen in: "In afwijking van artikel 18.1 zijn speelvoorzieningen niet toegelaten ter plaatse van de aanduiding 'spoorweg'.".
Aan artikel 18, na artikel 18.5, een nieuw artikel toevoegen: "18.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van artikel 19.2 voor het oprichten van enig bouwwerk na schriftelijke instemming van de waterbeheerder."
Aan artikel 20.2.4, na lid c., een nieuw lid d. toevoegen: “onder bijgebouwen zijn onderbouwen toegestaan, met dien verstande dat de oppervlakte aan onderbouwen niet meer mag bedragen dan 80 m2.”.
Aan artikel 20.2.6, na lid c., een nieuw lid d. toevoegen: “onder bijgebouwen zijn onderbouwen toegestaan, met dien verstande dat de oppervlakte aan onderbouwen niet meer mag bedragen dan 40 m2.”.
Aan artikel 20.2, na artikel 20.2.6, een nieuw artikel toevoegen: "20.2.7 Woonwagenstandplaats
Voor een standplaats van een woonwagen gelden de volgende bepalingen:
Aan artikel 20.2, na artikel 20.2.6, een nieuw artikel toevoegen: "20.2.8 Bijgebouwen bij woonwagenstandplaats
Voor het bouwen van bijgebouwen bij een woonwagenstandplaats gelden de volgende bepalingen:
Aan artikel 21.1, lid a., na het woord "wonen", de woorden "in woningen" toevoegen;
In artikel 22.4, lid 2., de woorden ", indien het belang van de leiding daardoor niet onevenredig wordt geschaad" wijzigen in "na schriftelijke instemming van de leidingbeheerder".
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van artikel 23.2 voor wat betreft het oprichten van bebouwing overeenkomstig de ter plaatse geldende bestemming, met uitzondering van (bedrijfs)woningen en na schriftelijke instemming van de elektriciteitsmaatschappij.";
Artikel 23.3, lid 1, sub d. verwijderen.
De regels van artikel 24 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
In artikel 25.1, het woord "primair" wijzigen in "mede".
In artikel 26.1, het woord "primair" wijzigen in "mede".
De regels van artikel 27 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
Aan artikel 28.2, na de woorden "erf- en terreinafscheidingen" de woorden “uitgezonderd aansluitend aan het bouwvlak waar bij recht of bij afwijking gebouwd kan worden” toevoegen.
28.3.1 Gebruik strijdig met de bestemming
"Als gebruik strijdig met de bestemming wordt aangemerkt, in afwijking van hetgeen overigens in dit plan is bepaald, het telen van houtachtige gewassen en het beplanten met fruitbomen voor bedrijfsmatige doeleinden.".
Artikel 28.3, lid 1., sub c. verwijderen.
De regels van artikel 29 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
De regels van artikel 30 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
Aan artikel 31, na lid 31.4, een nieuw lid toevoegen: “31.5 Inpandige bijgebouwen
Indien een bijgebouw wordt gerealiseerd overeenkomstig het bepaalde in de tweede volzin van artikel 2.27:
Aan artikel 32, na artikel 32.3, een nieuw artikel toevoegen: "32.4 Parkeernormen
Artikel 33.2, wijzigen in “Ongeacht de bestemming zijn de gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone' ook bestemd voor de bescherming van de geur veroorzakende activiteit.
33.2.1 Bouwregels
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone' geldt dat op die gronden geen geurgevoelige objecten mogen worden opgericht.
33.3.2 Specifieke gebruiksregels
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone' geldt dat gebouwen niet als geurgevoelige objecten mogen worden gebruikt.
33.3.3 Wijzigingsbevoegdheid
De regels van artikel 33.3 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
De regels van artikel 33.4 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
De regels van artikel 33.6 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
De regels van artikel 33.8 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
Aan artikel 33, na artikel 33.9, een nieuw artikel toevoegen: "33.10 relatie
Bestemmingsvlakken, bouwvlakken en aanduidingsvlakken die door de aanduiding 'relatie' met elkaar verbonden zijn gelden voor de toepassing van dit bestemmingsplan als één bestemmingsvlak, respectievelijk één bouwvlak, respectievelijk één aanduidingsvlak.".
Aan artikel 33, na artikel 33.9, een nieuw artikel toevoegen: "33.11 veiligheidszone - Activiteitenbesluit
33.11.1 Bouwregels
Ongeacht de bestemming zijn op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - Actualiteitenbesluit' geen nieuwe beperkt kwetsbare objecten toegestaan.
33.11.2 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van artikel 33.11.1 voor wat betreft beperkt kwetsbare objecten, welke zijn toegestaan overeenkomstig de ter plaatse geldende bestemming, mits:
De regels van artikel 33.10 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - voorwaardelijke verplichting 1', 'overige zone - voorwaardelijke verplichting 2', 'overige zone - voorwaardelijke verplichting 3', 'overige zone - voorwaardelijke verplichting 4', 'overige zone - voorwaardelijke verplichting 5' en 'overige zone - voorwaardelijke verplichting 6' gelden voorwaardelijke verplichtingen. Voor de in onderstaande tabel opgenomen locaties zijn de daar aangegeven voorwaardelijke verplichtingen van toepassing.
Straat | huisnummer | wijzigingsplan/partiële herziening | voorwaardelijke verplichting | artikel in de regels van het plan | datum, nummer vaststellingsbesluit |
Apeldoornsestraat | 107 | Apeldoornsestraat VII (W) | 1: realiseren inrichting binnen twee jaar voordat omgevingsvergunning verleend kan worden; 3: slopen bebouwing voorafgaand aan verlenen omgevingsvergunning voor een woning |
6.1.1 6.1.2 |
26 augustus 2014, nr 606028 |
Boshuisweg | 17 | Boshuisweg I (W) | 1: gebruik volgens de bestemming toegestaan als binnen twee jaar omgevingsvergunning voor bouwen is verleend. | 6.1.1 | 1 april 2015, 624134 |
Drieënhuizerweg | 40 | Drieënhuizerweg III (W) | 2: gebruik toegestaan als binnen drie jaar na inwerkingtreding van omgevingsvergunning voor bouwen de landschappelijke inrichting realiseren | 5.2.1 | 17 november 2015, 650238 |
Essenerweg | 109/ 109B | Essenerweg XII (W) | 4: sloopeis, sloop gerealiseerd hebben binnen een jaar na inwerkingtreding omgevingsvergunning voor bouwen. | 6.1.1 | 25 maart 2015, 622913 |
Hessenweg | 12 | Hessenweg X (W) | 2: gebruik toegestaan als binnen twee jaar na inwerkingtreding van omgevingsvergunning voor bouwen de landschappelijke inrichting realiseren 3: slopen bebouwing voorafgaand aan verlenen omgevingsvergunning voor een woning. |
6.1.1 6.1.2 |
21 januari 2016, 657697 |
Kapweg, Graafhorstweg | 30, 20 |
Kapweg-Graafhorstweg (W) | 1: gebruik volgens de bestemming toegestaan voor verhuur voor tijdelijke huisvesting van werknemers t.b.v. gebruiksgerichte paardenhouderij. | 5.1.1 | 8 maart 2016, 661820 |
Klettersteeg-Grote Fliertweg |
1 |
Klettersteeg-Grote Fliertweg (PH) | 1: gebruik volgens de bestemming toegestaan als binnen twee jaar omgevingsvergunning voor bouwen is verleend de inrichting overeenkomstig inrichtingsplan is gerealiseerd. | 6.1.1 | 14 december 2016, 16-125 |
Laageinderweg | 35/ 37 |
Laageinderweg IV (W) | 1: gebruik volgens de bestemming toegestaan als binnen twee jaar omgevingsvergunning voor bouwen is verleend de inrichting overeenkomstig inrichtingsplan is gerealiseerd. | 5.1.1 | 21 juni 2016, 1015025 |
Lange Zuiderweg | 98 | Lange Zuiderweg IV (W) | 1: gebruik volgens de bestemming toegestaan als binnen twee jaar omgevingsvergunning voor bouwen is verleend de inrichting overeenkomstig inrichtingsplan is gerealiseerd; 5: gebruik van de inrichting is toegestaan op voorwaarde dat de maximale toegestane ammoniakdepositie niet wordt overschreden. |
6.1.1 6.1.2 |
15 februari 2016, 660442 |
Nachtegaalweg | 26/ 28 |
Nachtegaalweg II (W) | 1: gebruik volgens de bestemming toegestaan als binnen twee jaar omgevingsvergunning voor bouwen is verleend ,de inrichting overeenkomstig inrichtingsplan is gerealiseerd. | 6.1.1 | 5 januari 2016, 653626 |
Renswoudsestraat- weg |
65 | Renswoudsestraatweg III (W) | 1: gebruik volgens de bestemming toegestaan als binnen twee jaar de inrichting overeenkomstig inrichtingsplan is gerealiseerd. | 6.1.1 | 7 juni 2016, 1014199 |
Sandersstraat | 5 | Sandersstraat I (W) | 1: gebruik volgens de bestemming toegestaan als binnen twee jaar omgevingsvergunning voor bouwen is verleend,de inrichting overeenkomstig inrichtingsplan is gerealiseerd; 3: te slopen bebouwing te hebben gesloopt voordat de omgevingsvergunning voor bouwen wordt verleend. |
9.1.1 9.1.2 |
15 februari 2016, 660762 |
In artikel 34.1, lid 1, sub c., de woorden "woning in een voormalig" wijzigen in "(voormalige) bedrijfswoning in een (voormalig)".
Aan artikel 35, na artikel 35.1, een nieuw artikel toevoegen "35.2 Standplaats
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de aanduiding 'specifieke vorm van detailhandel - Standplaats' wordt toegevoegd aan de gronden, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
De regels van artikel 36 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
De regels van artikel 37 van de regels van het bestemmingsplan Buitengebied 2012 worden niet herzien.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied 2012' van de gemeente Barneveld.
Behoort bij het besluit van de raad van de gemeente Barneveld
d.d. tot vaststelling.
Mij bekend,
de griffier.