Stroeërschoolweg II

5.2 Cultuurhistorie

5.2.1 Archeologie

Er moet rekening worden gehouden met de in de grond aanwezige dan wel te verwachten monumenten. Voor het maken van een weloverwogen belangenafweging is minimaal een archeologisch bureauonderzoek nodig. Wij hebben een archeologische beleidsadvieskaart voor de gehele gemeente. Deze kaart kan gezien worden als een beknopt bureauonderzoek. Uit de 'archeologische waarden- en verwachtingskaart' van de gemeente blijkt dat voor het perceel Stroeërschoolweg 6 te Stroe een hoge archeologische verwachting geldt.

De gemeenteraad heeft op 28 september 2010 besloten dat voor deze zone nader archeologisch onderzoek noodzakelijk is bij een oppervlakte van 250 m² voor grondverstorende werkzaamheden dieper dan 30 cm. Het project valt echter onder deze vrijstelling zodat geen nader onderzoek noodzakelijk is.

Wij stellen voorwaarden voor de omgang met archeologie bij de vergunningverlening (waaronder de omgevingsvergunning voor het bouwen en voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden).

5.2.2 Historische (steden)bouwkundige waarden

Het betreffende pand aan de Stroeërschoolweg 6 betreft een vrijstaand voormalig schoolgebouw in zakelijk-expressieve trant en heeft een lokale historische waarde. De stichting van deze hervormde lagere school vond plaats in 1931, nadat al jaren was geijverd voor de hervormde jeugd van Stroe, die aanvankelijk in Kootwijkerbroek en Voorthuizen naar school moesten. De Voorthuizense Hervormde schoolvereniging had zich al vanaf begin jaren '20 voor de bouw beijverd, mede om de overvolle scholen in Voorthuizen en Kootwijkerbroek te ontlasten. Uiteindelijk kwam de stichting van de nieuwe school van de grond op initiatief van de Schoolvereniging voor Kootwijkerbroek en Garderen. Er verrees een ruime vierklassige school op een centraal punt in het uitgestrekte agrarische gebied, op een heideperceel. Het gebouw heeft een rechthoekige plattegrond, één bouwlaag en een zolderverdieping onder een fors schilddak met houten overstekken en een afsteek aan de achterzijde, waar de achtergevel een stuk lager is dat de voor- en de zijgevels. De voorgevel heeft per vroeger schoollokaal een drietal grote vensters.

De school werd geopend op 15 oktober 1931 en sloot haar deuren in 1984. Al in de schoolperiode is het gebouw na de Tweede Wereldoorlog herhaaldelijk verbouwd, waarbij onder andere de portieken aan de achterzijde werden dichtgezet en de ingangspartij en de lokalenvensters zijn gemoderniseerd. Ook in het recente verleden is er veel gewijzigd. Zo is het interieur volledig verbouwd, waarbij slechts onderdelen van de hoofdconstructie en delen van de bouwmuren behouden zijn gebleven. Tevens zijn elementen als goten, dakkapellen, schoonstenen e.a. gerenoveerd. Het gebouw werd in fasen verbouwd tot woonhuis en atelier.

Het pand is door de markante en expressieve hoofdvorm een beeldbepalend element in zijn omgeving. De ten opzichte van de nabijgelegen dorpskernen afgelegen en nog steeds vrij eenzame ligging verwijst nog naar de oorspronkelijke situatie, toen bewust voor deze voor de hervormde jeugd in het agrarische gebied praktische ligging werd gekozen.

Afbeelding 4: oude foto's van de school (gemaakt omstreeks 1970)

5.2.3 Historisch-geografische waarden

Binnen het plangebied bevinden zich geen historisch-geografische waarden.