Stroe V

5.1 Bodem

In het kader van de ontwikkeling van het gebied dient te worden beoordeeld of de uiteindelijke bodemkwaliteit binnen dit gebied uit oogpunt van volksgezondheid en milieu aan zekere kwaliteitsnormen voldoet om te voorkomen dat op verontreinigde grond wordt gebouwd.

Bij de ontwikkeling van het bestemmingsplan 'Stroe – IV' is tevens een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd (1997). Uit dit onderzoek bleek dat in de vaste bodem een licht verhoogd EOX-gehalte aanwezig is en dat in het grondwater een gering overschrijding van de streefwaarden van chroom, koper, lood, cadmium en nikkel gevonden is. Voor nikkel is plaatselijk ook een overschrijding van de interventiewaarde aangetroffen. Deze overschrijdingen zijn een kenmerkend verschijnsel voor deze regio. Er kan gesteld worden dat er sprake is van een verhoogde achtergrondconcentratie. Ondanks deze verschijnselen bestaat er geen aanleiding om te veronderstellen dat de bodem op de onderzoekslocatie van een zodanige kwaliteit is dat er sprake is van reële risico's voor de volksgezondheid en het milieu.

Mede door het gebruik van het terrein als grasland in de afgelopen jaren is de conclusie dat geen belemmering aanwezig is voor het vastleggen van de nieuwe bestemming en voor de eventuele afgifte van een omgevingsvergunning voor het bouwen.