Plan: | Barneveld-Centrum |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0203.1012-0003 |
Bij het opstellen van een bestemmingsplan dienen de bepalingen van de Wet geluidhinder in acht te worden genomen. Dit betekent onder meer dat wanneer in het bestemmingsplan gronden worden bestemd voor nieuwe woningbouw of andere geluidsgevoelige gebouwen en terreinen, moet worden nagegaan of voor deze gronden een geluidszone van kracht is. Alle wegen met uitzondering van 30km/h zones en woonerven hebben een zone. De zonebreedte is afhankelijk van de situatie binnen- of buitenstedelijk en het aantal rijstroken. Ook alle spoorwegen hebben een zone met een breedte die afhankelijk is van de bezetting. Daarnaast hebben industrieterreinen zoals het terrein van de Rijnvallei een zone. Binnen een zone moet akoestisch onderzoek worden verricht, waaruit blijkt of aan de voorkeursgrenswaarde wordt voldaan. Als deze wordt overschreden kan onder bepaalde voorwaarden onder andere uit het gemeentelijk geluidbeleid tot een wettelijk maximum ontheffing worden verleend.
Voorliggend plan is voornamelijk een beheersgericht plan. Met het plan worden geen nieuwe ontwikkelingen die vallen onder het regime van de Wet geluidhinder mogelijk gemaakt. Een akoestisch onderzoek is dan ook niet noodzakelijk.
Volgens de Wet geluidhinder dienen alle industrieterreinen, waarop inrichtingen zijn of kunnen worden gevestigd die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken, gezoneerd te zijn. Bedoelde inrichtingen worden nader genoemd in Bijlage I, onderdeel D van het Besluit omgevingsrecht. Rondom zo'n terrein dient een geluidszone te worden vastgesteld en vastgelegd in bestemmingsplannen. Bij het mogelijk maken van nieuwe geluidsgevoelige functies dient rekening te worden gehouden met de zonering van industrielawaai. Nieuwe geluidsgevoelige functies (zoals woningen) binnen de zonegrens zijn niet zonder meer toegestaan. Indien er binnen de 50 dB(A)-contour, de zonegrens van het industrieterrein, geluidsgevoelige functies (bijvoorbeeld woningen) mogelijk worden gemaakt, geldt er een onderzoeksplicht. Wanneer voor een locatie binnen de zone industrielawaai wordt aangetoond dat de geluidsbelasting onder de 50 dB(A) is gelegen, kan de bouw van geluidsgevoelige functies op die locatie worden toegestaan. Bij een geluidsbelasting van meer dan 50 dB(A) kan door burgemeester en wethouders een hogere grenswaarde worden vastgesteld tot maximaal 55 dB(A).
De Rijnvallei, een mengvoederfabriek, is een zogenaamde 'grote lawaaimaker'. Doordat er een grote lawaaimaker binnen het plangebied is gelegen is er een zone voor die grote lawaaimaker op de verbeelding opgenomen.
Op 25 april 2000 is door de gemeenteraad van Barneveld het bestemmingsplan "Van Zuylen van Nieveltlaan" vastgesteld. In dit plan is een industrielawaaizone zoals bedoeld in de Wet geluidhinder opgenomen. Een industrielawaaizone mag alleen op een manier zoals aangegeven in de Wet geluidhinder worden veranderd. Nu dat tijdens de vaststelling van het bestemmingsplan "Van Zuylen van Nieveltlaan" niet op de juiste wijze is gebeurd, is de opgenomen geluidszone op de kaart van het bestemmingsplan "Van Zuylen van Nieveltlaan" niet rechtsgeldig. Dit betekent dat teruggevallen moet worden op de eerder vastgestelde industrielawaaizone. De geldende zone is vastgesteld door gedeputeerde staten op 25 november 1987 en is op 30 september 1988 bij koninklijk besluit bekrachtigd.
In mei 1996 is in opdracht van de provincie een saneringsonderzoek uitgevoerd. In het kader van dit onderzoek zijn door het mengvoederbedrijf akoestisch bronmaatregelen getroffen. Op 17 december 1996 zijn namens de (toenmalige) minister van VROM voor 82 woningen maximaal toelaatbare geluidbelastingen vastgesteld. Door de in 1996 aan het mengvoederbedrijf getroffen akoestische bronmaatregelen is de invloed van het bedrijf op de omgeving veel kleiner geworden. Het veel kleiner geworden 50 dB(A) contour is inzichtelijk gemaakt met het saneringsonderzoek in dat jaar. Tegelijkertijd met het onderhavige bestemmingsplan "Barneveld-Centrum" wordt deze 50 dB(A) contour volgens de procedurele verplichtingen van de Wet geluidhinder vastgesteld tot een industrielawaaizone. Daardoor is er sprake van een kleinere rechtsgeldige zone.