Plan: | Geitenkamp en omgeving |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0202.710-0501 |
Uitgangspunt voor voor het Rijksbeschermd stadsgezicht "De Geitenkamp" is de karakteristieke en historische samenhangende structuur en ruimtelijke kwaliteit van het gebied te onderkennen als zwaarwegend belang bij eventuele ontwikkelingen.
In deze paragraaf worden de waarden van de Geitenkamp beschreven en wordt een uiteenzetting gegeven van de manier waarop deze waarden in dit bestemmingsplan beschermd zijn. Deze inventarisatie is gebaseerd op de toelichting bij het besluit tot aanwijzing opgesteld door het Gelders Genootschap:
De wijk Geitenkamp is van bijzondere stedenbouwkundige waarde op grond van de grote ruimtelijke en esthetische kwaliteit, die mede tot stand gekomen is op basis van herkenbare stedenbouwkundige concepten en de afstemming daarvan op de relatief grote hoogteverschillen.
De manier waarop de ontwerpers dit reliëf hebben benut om straten, pleinen en overige markante plekken te situeren, met daarop - voor een deel - kwalitatief hoogwaardige bebouwing geeft Geitenkamp ook een situationele waarde.
Bijzonder voor die tijd, zeker buiten het westen van Nederland, is de grote omvang van de wijk. Ook bijzonder is de - vanwege de grote afstand tot het stadscentrum - gekozen opzet als zelfstandige woonwijk met arbeiders - en middenstandswoningen. Verder heeft de wijk diverse eigen voorzieningen, waaronder een marktplein en diverse scholen. Als vroeg voorbeeld van een dergelijke woonwijk is Geitenkamp ook van cultuurhistorische waarde. Het prominent gesitueerde complex van kerkgebouw, pastorie, en stadsklooster geeft een ruimtelijke uitdrukking van de maatschappelijke verhoudingen ten tijde van de opbouw van de wijk.
De wijk is tenslotte ook van belang vanwege de uitzonderlijke gaafheid van de stedenbouwkundige structuur, mede gezien de schaal ervan. Naderhand is op slechts beperkte schaal bebouwing verdwenen, vervangen of toegevoegd. Wel zijn veel winkels en woningen gerenoveerd en gemoderniseerd, met als gevolg gevelwijzigingen, vervanging van ramen en deuren en verdwenen details. Ook de inrichting van de openbare ruimte is in een aantal gevallen gewijzigd.
Beschermd is de gehele stedebouwkundige opzet van de wijk, waarin tevens de concepten die aan de uitbreidingsplannen ten grondslag liggen nog duidelijk te herkennen zijn:
Met betrekking tot de stedenbouwkundige hoofdstructuur zijn beschermd:
Het stratenpatroon, met zowel korte, rechte als langere, licht gebogen straten;
De beide grote pleinen, (Geitenkamp, Schuttersbergplein) en voorts kleinere pleinen (o.a. Te Brakeplein), en tot pleinachtige ruimten verbrede straatdelen en kruisingen;
De karakteristieke wijze waarop diverse, min of meer in elkaars verlengde gelegen straten enigszins ten opzichte van elkaar zijn verschoven;
De hiërarchie in het stratenpatroon (brede en smalle straten);
De diagonale assen (zichtlijnen) H.van Kolstraat en de Fokke Noordhofstraat;
Het profiel van de Rosendaalseweg;
De situering van de bebouwing, in het bijzonder de situering op markante plekken van kerk, winkels en scholen;
De hoogteverschillen met de daarbij behorende gemetselde trappen, balustrades, bordessen, en keermuren;
De bestaande symmetrieën in het bebouwingsbeeld en de openbare ruimte.
Voorbeeld symmetrie
Met betrekking tot het bebouwingsbeeld zijn beschermd:
Het type bebouwing: overwegend in blokken van verschillende lengte aaneengebouwde woningen van één of twee bouwlagen met kap;
De eenheid in vormgeving, detaillering en materiaalgebruik binnen de afzonderlijke (woningbouw-) complexen;
De variatie in de architectuur van de bijzondere bebouwing;
Het bebouwingsbeeld van het marktplein;
Met betrekking tot tuinen en groenvoorzieningen zijn de volgende zaken beschermd:
De eenheid in, en de wijze waarop voortuinen van de trottoirs zijn gescheiden (gemetselde muren of hagen);
De hoofdlijnen van de aanleg en de inrichting van het plantsoen aan de Rosendaalseweg;
De beplanting van de Beukenlaan met een dubbele rij beuken;
De oude bomen op diverse plekken binnen het gebied, o.a. Schuttersbergplein, Patrijzenplein, Korhoenplein, hoek Bonte Wetering, Dennenweg, park Larikshof en de linden in enkele zijstraten van de Dr.Schaepmanlaan;
Om bovenstaande waarden te beschermen zijn in dit bestemmingsplan diverse beschermende bepalingen opgenomen. Zo geldt voor het gehele deelgebied de dubbelbestemming Cultuurhistorische waarden. Dit betekent dat de gronden naast de overige bestemmingen tevens bestemd zijn voor het behoud, het herstel en de versterking van de voorkomende architectonische, stedenbouwkundige en landschappelijke kwaliteiten.
Voorzover deze kwaliteiten niet op de plankaart opgenomen kunnen worden zijn deze weergegeven op de cultuurhistorische waardenkaart.
Ter bescherming van de stedenbouwkundige hoofdstructuur zijn de bestaande bouwgrenzen, bouwvlakken en pleinvormen vastgelegd op de plankaart. Het groene karakter van de pleinen wordt gewaarborgd middels een groenbestemming.
Samen met de reeds genoemde bouwgrenzen waarin gebouwd moet worden zijn ter bescherming van het bebouwingsbeeld op de plankaart de bestaande goot- en nokhoogten evenals het aantal bouwlagen vastgelegd. Daarnaast geldt voor de niet-monumentale woningbouwcomplexen een voorgeschreven kap zoals ingetekend op de cultuurhistorische waardenkaart.
De waardevolle groenelementen zoals voortuinen met hagen en laan- en boombeplantingen zijn weergegeven op de cultuurhistorische waardenkaart, op deze elementen geldt een aanlegvergunningenstelsel. Hierdoor is de eenheid in beplanting en erfafscheiding alsmede het groene karakter van de pleinen, voor- en zijtuinen geborgd.
In de stedenbouwkundige opzet van de Geitenkamp is op verschillende plaatsen gebruik gemaakt van symmetrie. Deze symmetrie beperkt zich niet alleen tot de bebouwing maar is ook terug te vinden in het openbaar gebied. Op de cultuurhistorische waardenkaart zijn deze symmetriegebieden weergegeven. Binnen deze gebieden zijn veranderingen aan gebouwen of in de openbare ruimte slechts toegestaan indien de symmetrie in hoofdlijnen in stand blijft.
voorbeeld symmetrie
Daarnaast geldt ter bescherming van het straatbeeld en het groene karakter van de naar de openbare weg gerichte tuinen in de gehele wijk een verbod op het parkeren in voor- en zijtuinen tenzij er geparkeerd wordt op een oprit naar een carport of garage.
De bestaande bebouwing en de bestaande groenstructuren zijn in dit deelgebied, zoals dat ook het geval was in het geldende bestemmingsplan, conserverend bestemd. In de voormalige school aan de Vogelkersweg 52 is een sportschool gevestigd. Deze zal in dit bestemmingsplan positief worden bestemd waarbij in de bestemming "maatschappelijk" sport toegestaan is.
In het oosten van het deelgebied ligt het wegvak van de A12 dat gelegen is tussen de knooppunten Waterberg en Velperbroek. Dit wegvak vormt de verbindende schakel tussen de A50 en de A12 ten westen van knooppunt Waterberg en tussen de N348 én de A18 en A12 ten oosten van knooppunt Velperbroek. Het is daarmee de belangrijkste (inter)nationale verbinding tussen oost en west. Dit wegvak verbindt niet alleen de Achterhoek, de Liemers en Duitsland met de Randstad, maar vormt ook een belangrijke schakel tussen Noord-Oost Nederland en Zuid-Oost Nederland.
Het wegvak vormt een bottleneck in de verkeersdoorstroming van en naar de genoemde regio's. Tijdens de ochtendspits voldoet het wegvak momenteel niet meer aan de verkeersvraag. Het gevolg is dat er in de ochtendspits in beide richtingen filevorming ontstaat.
Momenteel bereidt Rijkswaterstaat de verbreding van de A12 tussen Waterberg en Velperbroek voor. Dit wegvak zal na verbreding bestaan uit 2x3-rijstroken plus vluchtstrook. De verbreding is onderdeel van de Spoedaanpak Wegen en valt onder het Benuttingsprogramma ZSM-2. (ZSM staat voor Zichtbaar, Slim en Meetbaar.) De voorbereiding vindt plaats via de Tracéwetprocedure. Het ministerie van Verkeer en Waterstaat brengt voor 1 januari 2010 het Tracébesluit uit. De start bouw is voorzien in 2011 en oplevering in 2014.De voorziene verbreding past binnen de bestemming voor verkeersdoeleinden.
Voor het sportcentrum Valkenhuizen geldt de bestemming "sport", maatschappelijke functies zoals onderwijs (CIOS) zijn ook toegestaan. De bestaande bebouwing vastgelegd is met een beperkte uitbreidingsmogelijkheid.
Het landschappelijk fraaie gebied tussen de Beukenlaan en de Schelmseweg is in het structuurplan nog aangewezen als woningbouwlocatie. Besloten is echter dat deze plannen geen doorgang zullen vinden. Om die reden is het gebied bestemd voor agrarische doeleinden met de dubbelbestemming landschappelijke waarden. De agrarische bedrijven hebben beperkte bouwmogelijkheden. De kwekerij met dienstwoning is als zodanig bestemd waarbij tevens verkoop van bloemen en planten en verwante producten mogelijk is gemaakt.
Plangebied Geitenkamp ligt op de noordflank van de in de voorlaatste ijstijd gevormde Zuidoost-Veluwe stuwwal. Stuwwallen ontstonden in het Saalien (circa 250.000-130.000 jaar geleden) doordat een dik pakket landijs vanuit het noorden de bodem opstuwde. De Rijn en Maas werden hierdoor gedwongen hun loop naar het westen te verleggen. Door een permanent bevroren ondergrond kon het smeltwater alleen over het oppervlak afstromen, daarbij diepe dalen uitslijtend. Dit zijn nu de 'droge dalen'. Tijdens de laatste ijstijd, het Weichselien (circa 110.000-13.000 jaar geleden), bereikte het landijs Nederland niet. Door het droge en koude klimaat traden grote zandverstuivingen op. Op de stuwwallen werd op veel plekken dekzand en löss afgezet.
Op de Indicatieve Kaart van Archeologische Waarden (IKAW) heeft het plangebied Geitenkamp een onbekende archeologische verwachtingskans. Dit komt door de ligging in een stedelijk gebied, waardoor er geen kartering plaats heeft gevonden. De paleogeografische situatie maakt dat ook voor Geitenkamp met een middelhoge tot hoge archeologische verwachtingskans rekening moet worden gehouden. Dit komt door de ligging op de stuwwal die voor de mens voordelen bood. De gemakkelijk te bewerken zandgronden leenden zich voor bouwland terwijl het vee in de lager gelegen gebieden kon worden geweid. De 'woeste gronden' op de stuwwal leverden bouwhout en weidegrond voor schapen en varkens. Drinkwater was aanwezig in de verschillende beken. Nabij de nederzettingen begroef men overledenen in rechthoekige kuilen, afgedekt met stammen. Over sommige van deze graven werd een heuvel geworpen. Nabij de grafheuvels stichtte men de nederzettingen. In Arnhem zijn op de stuwwal meerdere grafheuvels gelegen; ook zijn er (zij het tot nu toe spaarzaam) prehistorische nederzettingssporen gevonden. In de 9e eeuw, toen de schriftelijke berichtgeving meer toenam in vergelijking met de periode daarvoor, worden voor het eerst plaatsen genoemd die op de flank van de stuwwal zijn ontstaan: Velp, Oosterbeek, Elden, Monnikenhuizen en Arnhem.
Voor het plangebied geldt een grotendeels middelhoge tot hoge archeologische verwachtingskans. Bij grondroerende werkzaamheden zal archeologisch onderzoek plaats moeten vinden, te beginnen bij een bureauonderzoek. Hieruit moet blijken of en welke vervolgstappen noodzakelijk zijn. Vervolgstappen kunnen bestaan uit booronderzoek, gevolgd door proefsleuvenonderzoek en uiteindelijk een opgraving. In sommige gevallen kan ook een archeologische begeleiding van werkzaamheden aan de orde zijn. Het uiterst noordelijke deel van de wijk (ten noorden van de Beukenlaan en buiten Sportcentrum Valkenhuizen) is reeds onderzocht. Hier bevinden zich blijkens onderzoek geen archeologische waarden; voor dit deel van Geitenkamp geldt geen archeologisch regiem. Dit met uitzondering van vindplaats waarnemingsnummer 137660. Hiervoor geldt meer specifiek het regiem dat bij vervolgingrepen een proefsleuvenonderzoek plaats moet vinden.