Plan: | Hoenderloseweg 145 en 145B |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0200.bp1159-vas1 |
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende bouwwerken.
Als woningtypen zijn toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand': vrijstaande woningen.
Naast de algemene bouwregels van artikel 9 en de regels voor gebiedsaanduidingen van hoofdstuk 3 gelden de specifieke regels van het navolgende bebouwingsschema.
Bebouwing | Maximale oppervlakte | Maximale goothoogte | Maximale bouwhoogte | Bijzondere regels |
Woningen ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand', | bouwvlak | de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven waarde | de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven waarde | |
Bijgebouwen, overkappingen en aan- of uitbouwen bij woningen ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand' | bij een kaveloppervlakte tot 500 m²: 50 m²; bij een kaveloppervlakte tussen 500 m² en 750 m²: 65 m²; bij een kaveloppervlakte vanaf 750 m²: 85 m²; mits niet meer dan 60% van de kavel (met inbegrip van alle op de kavel aanwezige bebouwing) bebouwd wordt; 20 m² is in ieder geval toegestaan |
bijgebouwen en aan- of uitbouwen: 3 m | bijgebouwen en aan- of uitbouwen: 5 m overkappingen: 3 m |
- tevens toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'erf' - wanneer een bijgebouw of aan- of uitbouw aan de woning wordt vastgebouwd, mag dat aan ten hoogste één zijgevel en/of aan de achtergevel van de woning - bij een aan de woning aangebouwd bijgebouw, overkapping of aan- of uitbouw waarvan het dakvlak in het verlengde van het dakvlak van de woning ligt mag op de bouwhoogte van het dakvlak van de woning worden aangesloten - voor het bepalen van de oppervlakte worden bijgebouwen en aan- of uitbouwen die worden gebruikt voor beroepsuitoefening aan huis dan wel voor niet-publieksgerichte bedrijfsactiviteiten aan huis meegeteld - in bijgebouwen is het aanbrengen van voorzieningen die noodzakelijk zijn voor de beroepsuitoefening aan huis dan wel voor de niet-publieksgerichte bedrijfsactiviteiten aan huis toegestaan |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van overkappingen | tuinmeubilair: 3 m overig: 2 m |
de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen ter plaatse van de aanduiding 'tuin' bedraagt ten hoogste 1 m - de bouwhoogte van een geluidscherm ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - geluidwerende maatregelen' bedraagt ten minste de in de bij deze regels behorende bijlage Overzicht geluidwerende maatregelen aangegeven bouwhoogte |
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering van bijgebouwen en de oppervlakte per bijgebouw, voor zover dit noodzakelijk is voor:
Op het stellen van nadere eisen zijn de in artikel 14 opgenomen procedureregels van toepassing.
De niet bebouwde grond mag uitsluitend als tuin of erf en/of parkeervoorziening worden gebruikt; gebruik van de niet bebouwde grond ten behoeve van bedrijfsactiviteiten is niet toegestaan. Overtreding van dit verbod is een strafbaar feit.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - geluidwerende maatregelen' mag een op grond van lid 4.2 toelaatbaar gebouw uitsluitend als woning worden gebruikt indien de in de bijlage 2 'Overzicht geluidwerende maatregelen' aangegeven gevels en dakvlakken zijn uitgevoerd als geluidwerende gevel en als zodanig in stand worden gehouden en/of het in die bijlage aangegeven geluidscherm is gebouwd en in stand wordt gehouden.
Het ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - geluidwerende maatregelen' gebruiken van een gebouw als woning zonder dat de hiervoor bedoelde geluidwerende maatregelen aanwezig zijn, is een stafbaar feit.
Het gebruik van woningen en bijgebouwen voor beroepsuitoefening aan huis en voor niet-publieksgerichte bedrijfsmatige activiteiten aan huis is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Onverminderd het in hoofdstuk 8 van de Bouwverordening (slopen) bepaalde is het ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' verboden om zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag cultuurhistorisch waardevolle bebouwing geheel of gedeeltelijk te slopen.
Het in lid 4.5.1 vervatte verbod geldt niet voor sloopwerkzaamheden:
De in lid 4.5.1 bedoelde sloopwerkzaamheden zijn slechts toelaatbaar indien uit een nadere overweging van het verzoek blijkt dat handhaving van het pand redelijkerwijs niet kan worden geëist, gezien de huidige bouwkundige en/of gebruikstechnische staat van het gebouw in verhouding tot de kosten van waardedaling en renovatie. Een verzoek om een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk dient in dit geval daartoe vergezeld te gaan van een deskundigenrapport dat ingaat op de bouwkundige en/of gebruikstechnische staat van het gebouw in relatie tot de economische waarde(daling) en de kosten van renovatie.
Alvorens het bevoegd gezag beslist omtrent de aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk als bedoeld in lid 4.5.1 wint het advies in bij een deskundige.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door aan ieder bouwvlak met de bestemming 'Wonen' de aanduiding 'zorgwoning' toe te voegen teneinde zorgwoningen toe te staan indien: