direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Sprenkelaar en Anklaar
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1093-vas1

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving
  • a. De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  • b. De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn niet bestemd voor:
    • 1. inrichtingen als bedoeld in artikel 2.1 lid 3 juncto Bijlage 1 onderdeel D van het Besluit omgevingsrecht;
    • 2. risicovolle inrichtingen;
    • 3. detailhandelsbedrijven, met uitzondering van:
      • I. detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit van nijverheid en industrie, in ter plaatse vervaardigde goederen, niet zijnde detailhandel in textiel, schoeisel en lederwaren, voedings- en genotmiddelen en huishoudelijke artikelen;
      • II. detailhandelsbedrijven die zich uitsluitend toeleggen op postorderactiviteiten en/of verkoop via Internet.

met de daarbij behorende bouwwerken en parkeervoorzieningen.

4.2 Bouwregels

Naast de algemene bouwregels van artikel 23 en de regels voor gebiedsaanduidingen van hoofdstuk 3 gelden de specifieke regels van het navolgende bebouwingsschema, waarbij geldt dat de in het schema voorkomende verwijzingen verwijzen naar de in lid 4.3 genoemde afwijkingen.

Bebouwing   Maximale oppervlakte/inhoud   Maximale goothoogte   Maximale bouwhoogte   Bijzondere regels  
Gebouwen en overkappingen, met uitzondering van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg'   bouwvlak, met in achtneming van de ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)' aangegeven waarde     de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' aangegeven waarde   de afstand van gebouwen en overkappingen tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt ten minste 5 m (4.3a)  
Gebouwen en overkappingen voor verkooppunten motorbrandstoffen ter plaatse van de aanduiding verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg'   - 75 m² voor gebouwen
- 250 m² voor overkappingen  
  5 m    
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van overkappingen       tuinmeubilair: 3 m
antenne-installati e s: 15 m
antenne-installaties: 15 m
voor de uitoefening van het bedrijf noodzakelijke bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 10 m
overig: 2 m  
de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór (het verlengde van) de naar de straat of openbaar verblijfsgebied georiënteerde gevel(s) bedraagt ten hoogste 1 m  
4.3 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken:

  • a. van het in lid 4.2 bepaalde om de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens bij bedrijfsgebouwen, overkappingen en bijgebouwen te verkleinen tot een afstand van ten minste 3 m, indien dit uit stedenbouwkundig oogpunt aanvaardbaar is;
  • b. van het in lid 4.1 en lid 4.2 bepaalde voor het oprichten van bebouwing ten behoeve van activiteiten waarvoor ingevolge lid 4.5 is afgeweken van de gebruiksregels.
4.4 Specifieke gebruiksregels
4.4.1 Gebruik niet bebouwde grond

De niet bebouwde grond mag uitsluitend als bedrijfsterrein, tuin, erf en/of parkeervoorziening worden gebruikt, met dien verstande dat gebruik als opslagterrein vóór de naar de wegzijde gekeerde bouwgrens niet is toegestaan. Overtreding van dit verbod is een strafbaar feit.

4.4.2 Regels voor verkooppunt motorbrandstoffen

Voor een verkooppunt motorbrandstoffen gelden de volgende regels:

  • a. bebouwing ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' mag worden gebruikt als technische ruimte, zoals werkplaatsen, en als servicegebouw, waaronder in ieder geval begrepen winkel, magazijn en sanitaire ruimten, zulks ten dienste van het verkooppunt motorbrandstoffen;
  • b. in het onder a genoemde servicegebouw zijn geen afzonderlijke ruimten voor detailhandel toegestaan;
  • c. al dan niet zelfstandige horecaruimten in de zin van café/bar, restaurant, snackbar, et cetera zijn niet toegestaan. Buffetverkoop en verkoop uit automatiek zijn, als onderdeel van de detailhandelsactiviteiten, wel toegestaan;
  • d. bij beëindiging van het verkooppunt motorbrandstoffen dienen de hiervoor genoemde detailhandelsactiviteiten eveneens te worden beëindigd.
4.5 Afwijken van de gebruiksregels
4.5.1 Afwijkingsbevoegdheid

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het in lid 4.1 onder a bepaalde teneinde de vestiging van bedrijfstypen toe te staan die niet zijn genoemd in de Lijst van toegelaten bedrijfstypen, dan wel in de Lijst van toegelaten bedrijfstypen voorkomen in een hogere categorie dan in het betreffende aanduidingsvlak is toegestaan, en die naar hun aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met bedrijfstypen die ter plaatse bij recht zijn toegestaan.

4.5.2 Voorwaarden voor afwijken

Afwijken als bedoeld in dit lid is alleen mogelijk voor zover geen onevenredige belemmeringen voor omliggende functies ontstaan.