7.3 Advies CRK / CHAC
het concept ontwerpbestemmingsplan is samen met het conceptbeeldkwaliteitplan besproken in een gezamenlijke vergadering van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (CRK) en de Cultuurhistorische Adviescommissie (CHAC) d.d. 16 juni 2011. Onder nummer vo2011.12 is advies uitgebracht. De gezamenlijke commissie kan in grote lijnen instemmen met de opzet van het ontwerpbestemmingsplan. Op detailniveau heeft de Commissie een aantal opmerkingen.
Inhoud
-
a. De commissie beveelt aan om voor het (nog zeer fraaie) oostelijke deel van Lieren de dubbelbestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' op te nemen om de waarden in dit gebied te borgen.
-
b. Voor de rij van 3 nieuwe woningen aan de Holleweg die in het ontwerpbestemmingsplan wordt opgenomen adviseert de commissie om een minder gestaffelde invulling van het lint bijvoorbeeld door de bouwvlakken licht te verdraaien of te werken met flexibelere bouwvlakken waardoor ruimte blijft om de woningen te kunnen draaien. Daarnaast ziet de commissie graag dat tussen de woningen ruimte blijft ten behoeve van doorzichten.
-
c. Wanneer er ruimte is tussen woningen in een lint, adviseert de commissie om in het bestemmingsplan niet te werken met bouwstroken maar met bouwvlakken rondom woningen. Zodoende kan de openheid gehandhaafd blijven.
Beantwoording
-
a. De visie op dit deel van Lieren wordt onderkend en staat niet ter discussie. Het opnemen van een dubbelbestemming wordt niet noodzakelijk geacht omdat belangrijke cultuurhistorische belangen al geborgd zijn in het plan. Zo is voor beeldbepalende bebouwing een sloopregeling opgenomen. Voor het open agrarische landschap is een specifieke bepaling opgenomen ter bescherming en handhaving van de cultuurhistorische waarden in het gebied. Hieraan gekoppeld is een nadere eisen regeling die het college van B&W de mogelijkheid geeft nadere eisen te stellen aan de situering en positionering van nieuwe bouwwerken. Hierbij vindt ook een cultuurhistorische afweging plaats.
-
b. In het ontwerpbestemmingsplan zijn voor de betreffende woningen bouwvlakken opgenomen met een breedte van ca. 14 meter en een diepte van 15 meter. Dit biedt voldoende flexibiliteit om een bouwplan uit te kunnen werken overeenkomstig de door de commissie gestelde voorwaarden. Te zijner tijd zullen bouwplannen in het kader van de aanvraag om omgevingsvergunning in de CRK behandeld worden. Wat betreft de wens voor doorzichten. Tussen de bouwvlakken rest voldoende ruimte om doorzichten te kunnen handhaven. Tegelijkertijd moet gerealiseerd worden dat vergunningvrij niet alleen erfscheidingen kunnen worden opgericht maar ook bouwwerken tot een bepaalde maatvoering. met andere woorden, deze wens is hoewel ruimtelijk stedenbouwkundig wellicht wenselijk, juridisch niet afdwingbaar.
-
c. Dit punt heeft betrekking op de wijze waarop de woningen op de bij het bestemmingsplan behorende plankaart juridisch zijn begrensd. Het uitgangspunt is dat gewerkt wordt met zogenaamde bouwstroken waarbinnen meerdere woningen zijn opgenomen. Door middel van nadere regels is bepaald dat vrijstaande woningen niet aan elkaar gebouwd mogen worden. Dit tenzij de ruimte tussen de verschillende woningen erg groot is. In die gevallen wordt per woning een individueel bouwvlak opgenomen. Dit is in lijn met de gedachte van de commissie. Blijkbaar constateert de commissie in de praktijk een aantal situaties waarbij dit principe niet goed is toegepast. Het ontwerpbestemmingsplan zal hier nogmaals op geanalyseerd worden en in voorkomend geval zal de plankaart worden aangepast. Hierbij moet overigens wel worden opgemerkt dat op basis van de wetgeving een behoorlijke mate van vrijheid is met betrekking tot vergunningvrij bouwen.
Conclusie
Het advies van de gecombineerde commissie geeft in eerste instantie geen aanleiding om het bestemmingsplan aan te passen. Wel zal nog een verkenning plaatsvinden met betrekking tot het punt dat onder c. is aangedragen. Zonodig vindt aanpassing plaats.