direct naar inhoud van 5.4 Geluidhinder
Plan: Agrarische Enclave
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1073-vas2

5.4 Geluidhinder

Op basis van de Wet geluidhinder (Wgh) zijn er drie geluidsbronnen waarmee bij de vaststelling van bestemmingsplannen rekening gehouden dient te worden: wegverkeers-, railverkeers- en industrielawaai. In het plangebied is geen sprake van industrielawaai.

5.4.1 Wegverkeerslawaai: geluidgevoelige bestemmingen nabij bestaande wegen

Artikel 76 Wgh verplicht ertoe om bij de vaststelling van een bestemmingsplan dat betrekking heeft op gronden binnen een geluidzone terzake van de geluidsbelasting van de gevel van geprojecteerde geluidsgevoelige bestemmingen (zoals woningen) de grenswaarden uit de Wgh in acht te nemen. Bij het voorbereiden van de vaststelling van zo'n bestemmingsplan moet akoestisch onderzoek worden gedaan naar die geluidsbelasting.

Op grond van artikel 74 Wgh heeft iedere weg van rechtswege een geluidzone, met uitzondering van:

  • wegen die liggen binnen een tot woonerf bestemd gebied;
  • wegen waarop een wettelijke snelheid geldt van ten hoogste 30 kilometer per uur.

De breedte van de zone is afhankelijk van het aantal rijstroken en van de ligging van de weg in binnen- of buitenstedelijk gebied.

Wanneer woningen worden geprojecteerd binnen een geluidzone moet akoestisch onderzoek worden uitgevoerd naar de geluidsbelasting op de gevels van die woningen. De voorkeursgrenswaarde bedraagt 48 dB. Bij een hogere geluidbelasting moet worden gekeken of er maatregelen getroffen kunnen worden om de geluidbelasting te reduceren. Indien maatregelen onvoldoende effect geven en/of onmogelijk zijn en de geluidsbelasting niet hoger is dan de maximale grenswaarde van 53-63 dB (Lden, inclusief aftrek ex artikel 110g Wgh) kunnen burgemeester en wethouders een hogere waarde vaststellen. De voorwaarde die de gemeente Apeldoorn daaraan stelt is dat daarvoor een grond aanwezig is. Die gronden zijn vastgelegd in de gemeentelijke beleidsregel voor de voorkeurswaarden en de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting.

Het plangebied ligt in de zones van verschillende wegen zoals de Aardhuisweg, de Harderwijkerweg, Markveldweg en de Garderenseweg. Van woningen die binnen deze zone worden geprojecteerd moet de geluidsbelasting worden bepaald. Indien alle nieuwe woningen binnen het vlak van de vigerende woonbestemming worden geprojecteerd is geen nadere procedure nodig. Indien het vlak van een nieuwe woonbestemming dichter bij de weg wordt geprojecteerd én de voorkeurswaarde van 48 dB wordt overschreden, dienen maatregelen te worden beschouwd en/of dient een hogere waarden procedure te worden gevolgd.

In het kader van een goede ruimtelijke ordening moeten in een akoestisch onderzoek ook de wegen zonder geluidzone worden beschouwd. Hierbij wordt aansluiting gezocht bij de kaders van de Wgh.Verder zal in het kader van een goede ruimtelijke ordening ook onderzoek moeten worden gedaan naar de akoestische effecten op de bestaande woonomgeving van plannen met een toename van verkeer over bestaande wegen.

Bij het te zijner tijd indienen van de bouwvergunningaanvraag kan het, afhankelijk van de geluidsbelasting, nodig zijn een onderzoek naar de geluidwering te overleggen.

5.4.2 Wegverkeerslawaai: nieuwe weg nabij bestaande geluidgevoelige bestemming

Artikel 76 Wgh verplicht ertoe om bij de vaststelling van een bestemmingsplan dat betrekking heeft op een nieuwe weg nabij nieuwe en bestaande woningen of andere geluidsgevoelige bestemmingen de grenswaarden uit de Wgh in acht te nemen. Het bestemmingsplan maakt echter geen nieuwe wegen mogelijk.

5.4.3 Spoorweglawaai: geluidgevoelige bestemmingen nabij bestaande spoorwegen

Op grond van de Wgh hebben spoorlijnen van rechtswege een geluidzone. Het traject Apeldoorn-Amersfoort heeft een geluidzone van 300 meter. Bij de vaststelling van een bestemmingsplan dat betrekking heeft op gronden binnen zo'n geluidzone moeten terzake van de geluidsbelasting van de gevel van geprojecteerde woningen (en andere geluidsgevoelige bestemmingen) de grenswaarden uit het Besluit geluidhinder spoorwegen in acht genomen worden. Bij het voorbereiden van de vaststelling van zo'n bestemmingsplan moet akoestisch onderzoek worden gedaan naar die geluidsbelasting. De voorkeursgrenswaarde bedraagt 55 dB. Bij een hogere geluidbelasting moet worden gekeken of er maatregelen getroffen kunnen worden om de geluidbelasting te reduceren. Indien maatregelen onvoldoende effect geven en/of onmogelijk zijn en de geluidsbelasting niet hoger is dan de maximale grenswaarde van 68 dB (Lden) kunnen burgemeester en wethouders een hogere waarde vaststellen. De voorwaarde die de gemeente Apeldoorn daaraan stelt is dat daarvoor een grond aanwezig is. Die gronden zijn vastgelegd in de gemeentelijke beleidsregel voor de voorkeurswaarden en de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting.

In het plangebied bevinden zich géén geluidgevoelige bestemmingen binnen de geluidzone van de spoorweg.