Plan: | Veluwe |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0200.bp1058-onh1 |
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende bouwwerken en voorzieningen.
Naast de algemene bouwregels van artikel 23 en de regels voor gebiedsaanduidingen van hoofdstuk 3 gelden de specifieke regels van het navolgende bebouwingsschema, waarbij geldt dat de in het schema voorkomende verwijzingen verwijzen naar de in lid 10.3 genoemde afwijkingen.
Bebouwing |
Maximale oppervlakte/ inhoud |
Maximale goothoogte | Maximale bouwhoogte | Bijzondere regels |
Gebouwen en overkappingen
|
110% van de bestaande oppervlakte per aanduidingsvlak aan gebouwen en overkappinge | de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven waarde | de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven waarde | - gebouwen en overkappingen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van natuur - natuurbeheer- en educatie', 'kampeerterrein', 'specifieke vorm van natuur - jachthut' en 'specifieke vorm van natuur-voederschuur' - voor het bepalen van de oppervlakte worden bedrijfswoningen en bijgebouwen niet meegeteld |
Bedrijfswoningen | 700 m3 | 4 m | - voor het bepalen van de inhoud worden inpandige garages en bergingen meegeteld - bedrijfswoningen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - natuurbeheer- en educatie' , met dien verstande dat per aanduidingsvlak één bedrijfswoning is toegestaan, tenzij anders is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal bedrijfswoningen' - voor het splitsen van de bedrijfswoning in twee wooneenheden geldt het in artikel 23 lid 23.3 bepaalde - de afstand van een op te richten bedrijfswoning tot bestaande kassen bedraagt ten minste 30 m |
|
Bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen | 75 m2 | 3 m | 5 m | - bijgebouwen en overkappingen mogen niet voor de voorgevel van de bedrijfswoning of het verlengde daarvan worden opgericht (10.3.1a) |
Bijgebouwen behorende bij de woning in het aangrenzende bestemmingsvlak Wonen | bestaande oppervlak en situering | bestaand | bestaand | - toegestaan binnen bestemmingsvlak |
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van overkappingen |
2 m | - oprichten van hekwerken, waaronder erfafscheidingen, is niet toegestaan (10.3.1b) - de hoogte van ecoducten ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van natuur - ecoduct' bedraagt ten hoogste de bestaande hoogte - de hoogte van zendmasten ter plaatse van de aanduiding 'zend-/ontvangstinstallatie' bedraagt ten hoogste de bestaande hoogte |
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het in lid 10.2bepaalde voor :
Afwijkingen als bedoeld in dit lid kunnen alleen worden verleend voor zover de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied niet significant worden aangetast en het in het planbeoogde stedenbouwkundige en landschappelijke beeld niet onevenredig wordt aangetast.
Naast het bepaalde in lid 10.1, de algemene gebruiksregels van artikel 24 en de regels voor gebiedsaanduidingen van hoofdstuk 3 gelden de volgende specifieke regels.
Extensief grondgebonden agrarisch gebruik is uitsluitend toegestaan voor zover dit ten dienste staat van het natuurbeheer.
De rijbaanbreedte van wegen ter plaatse van de aanduiding 'weg' bedraagt ten hoogste 5 meter. Voor bestaande wegen die een grotere breedte hebben, geldt de bestaande breedte als maximum. Naast de rijbaan is aan één zijde van de weg een in twee richtingen berijdbaar fietspad of aan beide zijden een in één richting berijdbaar fietspad toegestaan, mits:
Voorzieningen in de vorm van kleinschalige parkeerterreinen (ten hoogste 25 parkeerplaatsen) en paden ten dienste van het recreatief medegebruik zijn toegestaan. Een parkeerterrein met meer dan 25 parkeerplaatsen is uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' toegestaan.
Het maximale aantal plaatsen voor kampeermiddelen ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein' bedraagt:
- voor het kampeerterrein nabij de Otterloseweg: 20,
- voor het kampeerterrein nabij de Hoog Buurloseweg: 15.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het in lid 10.4bepaalde:
teneinde de maximale rijbaanbreedte van wegen ter plaatse van de aanduiding 'weg' met ten hoogste 2 m te verbreden, mits dat voor een goede verkeersafwikkeling noodzakelijk is.
Afwijkingen als bedoeld in dit lid kunnen alleen worden verleend voor zover de wezenlijke kenmerken of waarden van het gebied niet significant worden aangetast en het in het planbeoogde stedenbouwkundige en landschappelijke beeld niet onevenredig wordt aangetast.
De in artikel 37 opgenomen regels voor omgevingsvergunningen voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden zijn van toepassing.