direct naar inhoud van Artikel 17 Algemene wijzigingsregels
Plan: Kern Barlo 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0197.BP00005-OH01

Artikel 17 Algemene wijzigingsregels

17.1 Nutsvoorzieningen

Burgemeester en wethouders kunnen het plan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening wijzigen waarbij gronden worden bestemd voor de bouw van bouwwerken voor verdeel-, regel- en transformatorruimten, met dien verstande dat:

  • a. de bouwhoogte niet meer dan 5 m mag bedragen;
  • b. de inhoud niet meer dan 150 m³ mag bedragen.
17.2 wro-zone - wijzigingsgebied 1

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 1' te wijzigen teneinde de bouw van maximaal één vrijstaande woning toe te staan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan 5,5 m, respectievelijk 9 m, met dien verstande dat de maatvoering aansluit op de stedenbouwkundige karakteristiek van de omgeving en niet leidt tot een onevenredige aantasting van de stedenbouwkundige kwaliteit van de omgeving;
  • b. het gebouw ter plaatse van de aanduidingen 'atelier' en 'bed & breakfast' is gesloopt en de aanduidingen 'atelier' en 'bed & breakfast' worden verwijderd;
  • c. uit milieuoogpunt bestaan geen bezwaren voor vestiging van de woningen;
  • d. de woningen vormen geen belemmering voor bedrijfsactiviteiten in de omgeving;
  • e. ten behoeve van het bepaalde onder c. en d. geldt in ieder geval het volgende:
    • 1. voldaan wordt aan de normen die gesteld zijn bij of krachtens de Wet geurhinder en veehouderij;
    • 2. voldaan wordt aan de normen die gesteld zijn bij of krachtens de Wet geluidhinder;
    • 3. uit onderzoek dient te blijken dat de externe veiligheid voldoende gewaarborgd is;
  • f. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en de belangen van derden mogen niet onevenredig worden geschaad.
17.3 wro-zone - wijzigingsgebied 2

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 2' te wijzigen in de bestemming 'Tuin' en 'Wonen', mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. uitsluitend is de bouw van maximaal één vrijstaande woning toegestaan;
  • b. de goothoogte van de woning mag niet meer bedragen dan 5,5 m en de bouwhoogte van de woning mag niet meer bedragen dan 9 m;
  • c. de bouwdiepte van de woning mag niet meer bedragen dan 12 m;
  • d. uit milieuoogpunt bestaan geen bezwaren voor vestiging van de woning;
  • e. de woning vormt geen belemmering voor bedrijfsactiviteiten in de omgeving;
  • f. ten behoeve van het bepaalde onder d. en e. geldt in ieder geval het volgende:
    • 1. voldaan wordt aan de normen die gesteld zijn bij of krachtens de Wet geurhinder en veehouderij;
    • 2. voldaan wordt aan de normen die gesteld zijn bij of krachtens de Wet geluidhinder;
    • 3. uit onderzoek dient te blijken dat de externe veiligheid voldoende gewaarborgd is;
  • g. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en de belangen van derden mogen niet onevenredig worden geschaad;
  • h. de bepalingen uit de bestemmingen 'Tuin' en 'Wonen' zijn van overeenkomstige toepassing.