direct naar inhoud van Artikel 29 Algemene bouwregels
Plan: Ceintuurbaanzone
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0193.BP11002-0004

Artikel 29 Algemene bouwregels

29.1 Parkeren
  • a. Onverminderd het bepaalde in de overige artikelen van deze regels mag uitsluitend worden gebouwd, indien in, op of onder het bouwwerk, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij het bouwwerk behoort, voorzien wordt in voldoende parkeerruimte ten behoeve van het parkeren of stallen van motorvoertuigen.
  • b. De onder a bedoelde ruimten voor het parkeren van personenauto's moeten afmetingen hebben die afgestemd zijn op gangbare personenauto's;
  • c. Onder "voldoende parkeergelegenheid" als bedoeld in artikel 29.1 onder a wordt voor het gebied Oosterenk - Watersteeg, zoals aangegeven in Bijlage 3 behorende bij de regels, verstaan maximaal één parkeerplaats per 50 m² bruto vloeroppervlakte.
29.2 Laden of lossen

Indien de bestemming van een bouwwerk aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen mag onverminderd het bepaalde in de overige artikelen van deze regels uitsluitend worden gebouwd, indien in, op of onder het bouwwerk, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij het bouwwerk behoort, voorzien wordt in voldoende ruimte voor het laden of lossen van goederen.

29.3 Afwijken van de bouwregels

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

  • a. het bepaalde in artikel 29.1 en 29.2 voor zover op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingsruimte dan wel laad- of losruimte wordt voorzien;
  • b. het bepaalde in artikel 29.1 en 29.2 voor zover het voldoen aan die regels door bijzondere omstandigheden op overwegende bezwaren stuit.