direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Hooilanden
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0184.BP2010Ho-0401

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven die voorkomen in de categorieën 1 en 2 die zijn genoemd in de bij deze planregels behorende bijlage 'Staat van bedrijfsactiviteiten';
  • b. smederij, uitsluitend op het perceel Achterland 20d;
  • c. meubelmakerij, uitsluitend op het perceel Achterland 24;
  • d. het stallen van motorvoertuigen en andere vervoermiddelen;
  • e. voor Rotholm 85a-85e, 87 en 89 geldt dat slechts is toegestaan:
    • 1. het opslaan en/of herstellen van materialen, gereedschappen en werktuigen;
    • 2. kleine ambachtelijke bedrijven, met uitzondering van detailhandelsbedrijven.

Bedrijfswoningen zijn niet toegestaan.

3.2 Bouwregels

Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten behoeve van bedrijfsdoeleinden worden gebouwd met een bouwhoogte die niet meer bedraagt dan 4 meter tenzij op de plankaart anders staat aangegeven en met dien verstande dat, indien op de plankaart een bebouwingspercentage en een bouwvlak staan aangegeven, uitsluitend in het bouwvlak en tot niet meer dan dat percentage mag worden bebouwd.

3.3 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning in afwijking van het bestemmingsplan verlenen van het bepaalde in 3.1 sub a voor:

  • 1. de vestiging van bedrijven, genoemd in een naast hogere categorie dan wel bedrijven welke niet genoemd zijn in de bijlage 'Staat van bedrijfsactiviteiten', mits de bedrijfsactiviteiten naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn aan de ingevolge 3.1 sub a toegestane bedrijven, mits het geen op grond van artikel 41 van de Wet geluidhinder aangewezen bedrijf als bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer betreft en geen bedrijf dat valt onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
  • 2. detailhandel in ter plaatse vervaardigde goederen als ondergeschikte nevenactiviteit waarbij niet meer dan 10% van het totale bedrijfsvloeroppervlak mag worden gebruikt.