direct naar inhoud van Artikel 6 Bedrijf
Plan: Wonen Ommen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0175.wonen201200001-va01

Artikel 6 Bedrijf

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven in de categorieën 1 en 2 van de, als bijlage bij de planregels opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening': uitsluitend voor een nutsvoorziening;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'gemaal': uitsluitend voor een gemaal;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'waterzuiveringsinstallatie': uitsluitend voor een waterzuiveringsinstallatie;
  • e. bestaande bedrijfswoningen en volkstuinen;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel': tevens voor detailhandel;
  • g. bedrijven ter plaatse van de aanduidingen:
    • 1. 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' een verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg;
    • 2. 'verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' een verkooppunt motorbrandstoffen met lpg;
    • 3. 'specifieke vorm van bedrijf – gasregelstation' een gasregelstation;
    • 4. 'specifieke vorm van bedrijf - garagebedrijf' een garagebedrijf;
    • 5. 'specifieke vorm van bedrijf - hoogspanningschakelstation' een hoogspanningschakelstation;
    • 6. 'specifieke vorm van bedrijf - installatiebedrijf' een installatiebedrijf;
    • 7. 'specifieke vorm van bedrijf - zuivelfabriek' een zuivelfabriek.
  • h. productiegebonden detailhandel;
  • i. openbare nutsvoorzieningen;

met bijbehorende bouwwerken, (parkeer)voorzieningen en (on)bebouwde gronden.

6.1.1 Vuurwerk

Onder de bedrijfsactiviteiten zijn het vervaardigen en/of de opslag van brand- en explosiegevaarlijke goederen, anders dan ten behoeve van consumentenverkoop van vuurwerk, niet begrepen.

6.1.2 Uitzonderingen

In de bestemming zijn niet toegestaan:

  • a. risicovolle inrichtingen;
  • b. geluidzoneringsplichtige inrichtingen op grond van de Wet geluidhinder, behoudens een bestaande zuivelfabriek ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - zuivelfabriek';
  • c. bedrijven die voldoen aan de activiteitomschrijvingen in kolom 1 van de onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage .

6.2 Bouwregels

Bouwen is toegestaan uitsluitend ten dienste van de in artikel 6.1 omschreven bestemming en met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de gebouwen mogen de rooilijn niet overschrijden;
  • b. de goot- en bouwhoogte bedragen niet meer dan 115% van de goot- en bouwhoogte van het bestaande hoofdgebouw op het bouwperceel;
  • c. de afstand van hoofdgebouwen tot de zijdelingse bouwperceelgrens dient minimaal 3 m te bedragen, dan wel tenminste de afstand van het bestaande gebouw tot de zijdelingse bouwperceelgrens indien deze minder bedraagt;
  • d. het bebouwingspercentage bedraagt niet meer dan 70% van het bouwperceel, dan wel ten hoogste het bestaande percentage indien dat meer bedraagt;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - uitgesloten bebouwing' is geen bebouwing toegestaan;
  • f. bij een bestaande bedrijfswoning zijn bijgebouwen toegestaan, met dien verstande dat:
    • 1. deze zowel aangebouwd als vrijstaand mogen worden gebouwd;
    • 2. de gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen per bedrijfswoning maximaal 75 m2 mag bedragen;
    • 3. in afwijking van het bepaalde onder b. de goot- respectievelijk bouwhoogte maximaal 3,5 m/6 m mag bedragen.
  • g. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde:
    • 1. er zijn uitsluitend vergunningsvrije erf- en perceelafscheidingen toegestaan overeenkomstig artikel 2 van bijlage 2 van het Besluit omgevingsrecht (zoals dat geldt op het moment van vaststelling van dit bestemmingsplan), met dien verstande dat bestaande erf- en perceelafscheidingen eveneens zijn toegestaan;
    • 2. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, bedraagt niet meer dan 5 m;
    • 3. in afwijking van het bepaalde in 6.2 sub f. 2 bedraagt de bouwhoogte ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - zuivelfabriek' van silo's niet meer dan 15 m en van schoorstenen niet meer dan de bestaande hoogte.
6.2.1 Nutsvoorzieningen

Voor het bouwen van gebouwen voor openbare nutsvoorzieningen en verkeer en verblijf gelden de volgende regels:

  • a. de inhoud bedraagt per gebouw niet meer dan 30 m3;
  • b. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 3 m.
6.2.2 Volkstuinen

Voor het bouwen van gebouwen, bouwwerken en overkappingen ten dienste van volkstuinen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal 2,10 m;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen per volkstuin bedraagt maximaal 4 m2.
  • c. per volkstuin mag één overkapping worden gebouwd met een maximale hoogte van 1,50 m, een maximale breedte van 0,80 m en een maximale lengte van 3 m;
  • d. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt niet meer dan 1,20 meter.

6.3 Afwijken van de bouwregels
6.3.1 Afstand

Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • b. het bebouwingsbeeld;
  • c. de verkeersveiligheid;
  • d. parkeervoorzieningen;

bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.2 sub c met dien verstande dat de afstand tot naast liggende bebouwing ten minste 1 m bedraagt.

6.3.2 Bebouwingspercentage

Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
  • b. het bebouwingsbeeld;
  • c. de verkeersveiligheid;
  • d. parkeervoorzieningen;

bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.2 sub d voor het verhogen van het percentage met dien verstande dat op ieder bouwperceel voldoende ruimte voor het parkeren of stallen van auto's is aangebracht ten behoeve van de bedrijfsvoering en eventuele woonfunctie ter plekke dan wel in alternatieve ruimte in de nabijheid is of wordt voorzien. Het bevoegd gezag kan bij verlening van de omgevingsvergunning voorwaarden stellen ten aanzien van het realiseren en onderhoud van de alternatieve parkeer- en stallingsruimte.

6.3.3 Goot- en bouwhoogte

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2 onder b. voor het verhogen van de toegestane goot- en/of bouwhoogte met maximaal 15%.

6.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik in strijd met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen een gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van:

  • a. opslag voor de voorgevel van het hoofdgebouw;
  • b. bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen, voor zover niet toegestaan op basis van artikel 6.1;
  • c. detailhandel anders dan detailhandel genoemd in de bestemmingsomschrijving;
  • d. een gebruik van volkstuinen voor het opkweken van heesters, coniferen, kerstbomen e.d.;
  • e. vuurwerkbedrijven.
6.5 Afwijken van de gebruiksregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.1 voor het toestaan van een ander bedrijf dan ter plaatse is toegestaan, mits:

  • a. het bedrijf is opgenomen in de categorieën 1 of 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten dan wel het een bedrijf betreft dat voor wat betreft de aard en de omvang van de milieuhinder die het veroorzaakt gelijk kan worden gesteld met een bedrijf genoemd in de categorieën 1 of 2;
  • b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
6.6 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor het toestaan van een bedrijf dat is opgenomen in de naasthogere categorie van de Staat van Bedrijfsactiviteiten dan ter plaatse is toegestaan, dan wel een bedrijf dat voor wat betreft de aard en de omvang van de milieuhinder die het veroorzaakt gelijk gesteld kan worden met een bedrijf van die naasthogere categorie, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

  • a. geen onevenredige aantasting vindt plaats van de verkeersveiligheid;
  • b. geen onevenredige aantasting vindt plaats van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van nabijgelegen gronden.