direct naar inhoud van Artikel 1 Begripsbepalingen
Bestemmingsplan Scholtenhoeklaan, eerste wijziging Meijbree-Haerbroek

Artikel 1 Begripsbepalingen

1.1 in deze regels wordt verstaan onder:

het plan

het bestemmingsplan "Scholtenhoeklaan, eerste wijziging Meijbree–Haerbroek" van de gemeente Oldenzaal, vervat in de plankaart en de bijbehorende verklaring met tekeningnummer 12366c en deze regels met bijlagen;

bouwen

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een standplaats;

bouwwerk

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

bebouwing

een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouw zijnde;

gebouw

elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

hoofdgebouw

een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie en afmetingen als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken;

bijgebouw

een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;

overkapping

een bouwwerk bestaande uit maximaal twee al dan niet tot de constructie behorende wanden;

bouwlaag

een doorlopend gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en kap;

onderbouw

een gedeelte van een gebouw, dat wordt afgedekt door een vloer waarvan de bovenkant minder dan 1,20 meter boven het peil is gelegen;

bouwvlak

een op de plankaart door bouwgrenzen omsloten vlak, waarmee gronden zijn aangegeven waarop ingevolge deze regels bepaalde bebouwing is toegestaan;

bouwgrens

een op de plankaart aangegeven lijn, die ingevolge deze regels niet mag worden overschreden door bebouwing, behoudens de in of krachtens deze regels toegestane overschrijdingen;

voorste bouwgrens

de als zodanig op de plankaart aangegeven bouwgrens;

bouwperceel

een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge deze regels één bouwwerk of meerdere bij elkaar behorende bouwwerken zijn toegestaan;

bouwperceelsgrens

een grens van een bouwperceel;

peil

het peil overeenkomstig de bouwverordening, dan wel indien geen peil overeenkomstig de bouwverordening is vast te stellen, de hoogte van het afgewerkte bouwperceel;

bestemmingsvlak

een op de plankaart door bestemmingsgrenzen omsloten vlak, waarmee gronden zijn aangegeven met eenzelfde bestemming;

bestemmingsgrens

een op de plankaart aangegeven lijn, die de grens aanduidt van een bestemmingsvlak;

aanduidingsgrens

een op de plankaart aangegeven lijn, die de grens aanduidt van gronden binnen een bestemmingsvlak, waarvoor ingevolge deze regels een specifieke aanduiding geldt;

categoriescheidingslijn

een op de plankaart aangegeven lijn, die de grens aanduidt tussen gronden binnen een bestemmingsvlak, waarvoor ingevolge deze regels verschillende bestemmingscategorieën gelden;

hoogtescheidingslijn

een op de plankaart aangegeven lijn, die de grens aanduidt tussen gronden binnen een bestemmingsvlak, waarvoor ingevolge deze regels verschillende maximaal toegestane (goot)hoogten voor bouwwerken gelden;

woning

een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van één huishouden;

bedrijf

een onderneming gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen
van diensten;

aan huis gebonden beroep

een beroep op het gebied van zakelijke en maatschappelijke dienstverlening, dat door de gebruiker van de woning wordt uitgeoefend in de woning of een daarbij behorend bijgebouw, waarbij de woonfunctie als hoofdfunctie gehandhaafd blijft;

aan huis gebonden bedrijf

een kleinschalig bedrijf dat door de gebruiker van de woning wordt uitgeoefend in de woning of een daarbij behorend bijgebouw, waarbij de woonfunctie als hoofdfunctie gehandhaafd blijft, met dien verstande dat hieronder in elk geval niet worden begrepen een detailhandelsbedrijf, een horecabedrijf, een seks- en/of pornobedrijf en een prostitutiebedrijf;

maatschappelijke dienstverlening

het verlenen van diensten op medisch, therapeutisch, religieus, educatief, recreatief, sociaal en/of cultureel gebied;

zakelijke en maatschappelijke dienstverlening

het verlenen van diensten op administratief, financieel, juridisch, medisch, therapeutisch, religieus, educatief, sociaal en/of cultureel gebied;

seks- en/of pornobedrijf

een inrichting of instelling gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van erotische en/of pornografische aard dan wel voor detailhandel in seks- en/of pornoartikelen, zoals een seksbioscoop, seksclub, seksautomaat of sekswinkel;

prostitutiebedrijf

een inrichting of instelling gericht op het tegen betaling doen plaatsvinden van seksuele omgang met prostituees op een naar buiten toe kenbare wijze, zoals een bordeel of escortservice;

detailhandel

  • het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of (af)leveren van goederen aan diegenen die die goederen kopen voor gebruik en/of verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van beroeps- of bedrijfsactiviteiten;
  • een kapsalon;

horeca

het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse, waarbij het doen beluisteren van overwegend mechanische muziek en het gelegenheid geven tot dansen een wezenlijk onderdeel kunnen vormen, alsmede het bedrijfsmatig verstrekken van logies;

bijlage

een bijlage behorend bij en onderdeel uitmakend van deze regels;

ontheffing

een ontheffing als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder c van de Wet ruimtelijke ordening;

nadere eis

een nadere eis als bedoeld in artikel 3.6 eerste lid onder d van de Wet ruimtelijke ordening;

1.2 In deze regels wordt mede verstaan onder:

gebruiken

het in gebruik geven, doen gebruiken en laten gebruiken.