direct naar inhoud van Artikel 27 Overgangsrecht
Plan: Rutten
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0171.BP00503-VS01

Artikel 27 Overgangsrecht

27.1 Overgangsrecht bouwwerken

Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,

  • a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
  • b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
27.2 Afwijken

Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van lid 27.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 27.1 met maximaal 10%.

27.3 Uitzondering op het overgangsrecht bouwwerken

Lid 27.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

27.4 Overgangsrecht gebruik

Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.

27.5 Strijdig gebruik

Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 27.4 , te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.

27.6 Verboden gebruik

Indien het gebruik, bedoeld in lid 27.4 , na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.

27.7 Uitzondering op het overgangsrecht gebruik

Lid 27.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

27.8 Persoonsgebonden overgangsrecht

Voor de bouwpercelen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie-persoonsgebonden overgangsrecht' geldt dat het met het voorgaande en dit bestemmingsplan strijdige, illegale gebruik voor permamente bewoning van een gebouw, bestemd voor recreatief dag- en nachtverblijf, mag worden voortgezet door een gebruiker van het gebouw, mits:

  • a. deze gebruiker vóór 1 november 2003 meerderjarig was en het gebouw onafgebroken gebruikt voor permanente bewoning vanaf een tijdstip, dat gelegen is vóór 1 november 2003;
  • b. het gebouw voldoet aan de bij of krachtens de Woningwet aan een bestaande woning gestelde eisen;

waarbij voorts geldt dat indien het gebruik van het gebouw voor permanente bewoning wordt gestaakt, en in het gebouw geen gebruikers meer wonen die op basis van dit artikel het strijdige gebruik voor permamente bewoning mogen voortzetten, het recht op het voortzetten van het gebruik van deze gebouwen voor permanente bewoning vervalt.