direct naar inhoud van Artikel 6 Centrum
Plan: Tussen Grachten en Vaarten
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0171.BP00486-VS01

Artikel 6 Centrum

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ' Centrum ' aangewezen gronden zijn bestemd voor de volgende al dan niet gecombineerde doeleinden:

  • a. indien het betreft functies die worden uitgeoefend op de begane grondlaag van gebouwen:
    • 1. detailhandel, een supermarkt daar niet onder begrepen, met dien verstande dat dit niet geldt ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel uitgesloten';
    • 2. zakelijke dienstverlening al dan niet met een baliefunctie;
    • 3. dienstverlenende bedrijven en instellingen;
    • 4. bedrijven die zijn genoemd in de categorieën 1 en 2 van Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 5. sociale, maatschappelijke, (para)medische, educatieve en/of culturele doeleinden;
    • 6. horeca I en II, tot een oppervlakte van niet meer dan 150 m², met dien verstande dat dit niet geldt ter plaatse van de aanduiding 'horeca uitgesloten';
    • 7. wonen;
    • 8. ter plaatse van de aanduiding 'supermarkt', twee supermarkten;
  • b. indien het betreft functies die worden uitgeoefend op de verdieping(en) van gebouwen:
    • 1. wonen;
    • 2. opslagdoeleinden en/of zakelijke dienstverlening ten dienste van en in directe relatie met de onder a genoemde doeleinden;
  • c. kunstwerken;
  • d. evenementen;

met daarbijbehorende:

  • e. gebouwen, een bedrijfswoning en bijbehorende bouwwerken daar niet onder begrepen;
  • f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • g. andere-werken;
  • h. tuinen en erven;
  • i. verblijfsgebieden;
  • j. nutsvoorzieningen;
  • k. waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • l. groenvoorzieningen;
  • m. parkeervoorzieningen.
6.2 Bouwregels

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen.

6.2.1 Gebouwen

Voor een gebouw gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw dient binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. een gebouw waarbij gelet op de omvang of functie daarvan ruimte nodig is voor het parkeren of stallen van motorvoertuigen mag alleen worden gebouwd indien uit de aanvraag om bouwvergunning blijkt dat voldoende parkeer- of stallingsruimte wordt gerealiseerd;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan de aangegeven hoogte;
  • d. op het tijdstip van de terinzagelegging van het plan bestaande bebouwing met afwijkingen in maten en afmetingen mag gehandhaafd worden.
6.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. indien het voor de voorgevel of een naar de weg gekeerde zijgevel van het hoofdgebouw of het verlengde daarvan wordt opgericht mag de bouwhoogte niet meer dan 1 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van kunstwerken, licht- en vlaggenmasten mag niet meer dan 12 m bedragen;
  • c. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 2,5 m bedragen.