direct naar inhoud van 2.5 Gemeentelijk beleid
Plan: Emmeloord, Noord en Oost
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0171.BP00484-VS01

2.5 Gemeentelijk beleid

Structuurplan

In het "Structuurplan" (1992) wordt handhaving van het specifieke landschap van de Noordoostpolder en versterking van de ruimtelijke structuur beschouwd als de basis voor het ruimtelijk beleid. Het agrarische karakter van de gemeente dient ook in de toekomst in het landschapsbeeld tot uitdrukking te komen. Daarnaast is vergroting van de ontsluiting van de gemeente een beleidsuitgangspunt. Wat betreft de bevolkingsontwikkeling richt het beleid zich op de bevolkingsgroei, de bevolkings- samenstelling en op de bevolkingsspreiding. Het versterken van de woonfunctie wordt gerealiseerd door een verhoging van de kwaliteit van het woningaanbod en het aanbod van aantrekkelijke en schone woonmilieu's. Wat betreft de verzorgingsstructuur wordt gestreefd naar handhaving en versterking van een zo hoog mogelijk verzorgingsniveau. Om de werkgelegenheid te bevorderen wordt onder meer gestreefd naar het tijdig realiseren en aanbieden van gunstig gelegen bedrijventerreinen. Tot slot is de vergroting van de omvang van het aanbod en de diversiteit van de recreatieve voorzieningen, alsmede het opwaarderen van bestaande voorzieningen beleidsuitgangspunt.

Visie Noordoostpolder 2030

De gemeenteraad van Noordoostpolder heeft de "Visie Noordoostpolder 2030" vastgesteld in zijn vergadering van 24 oktober 2002. Achterliggend idee was dat het goed gaat met de gemeente Noordoostpolder in die zin dat de polder een gebied is geworden waar het prettig wonen is en waar met name de agrarische sector een belangrijke rol speelt. Na een periode van opbouwen moeten er plannen komen voor de toekomst en om in te kunnen spelen op toekomstige ontwikkelingen moeten keuzes worden gemaakt.

De Visie 2030 is de koers die men in de gemeente tot 2030 wil varen. De basis voor deze koers zijn tien stellingen:

  • 1. Kiezen op hoofdlijnen, maar niet alles vastleggen.
  • 2. Ontwikkelingen toetsen aan het unieke ontwerp van Noordoostpolder.
  • 3. Noordoostpolder blijft primair een open landbouwgebied.
  • 4. De schaalgrootte respecteren.
  • 5. Water is een belangrijk ordenend principe.
  • 6. Noordoostpolder wordt diverser.
  • 7. Niet-agrarische functies zijn verweven met elkaar.
  • 8. De dorpen en deelgebieden krijgen een eigen karakter.
  • 9. Ingrepen zijn acceptabel als zij imago en koers versterken.
  • 10. Noordoostpolder kiest voor een groene lijst rond agrarisch imago.

Ten aanzien van de functie van deze Toekomstvisie heeft de gemeenteraad het volgende besloten:

  • I. toekomstvisie moet worden beschouwd als richtinggevend kader voor toekomstige ontwikkelingen;
  • II. de 10 stellingen en de keuzeboom moeten in voorkomende gevallen als toetsinstrument worden benut;
  • III. de Toekomstvisie moet iedere raadsperiode zonodig worden herijkt.

Ambitiedocument structuurvisie

Het college van burgemeester en wethouders heeft het ambitiedocument voor de structuurvisie Noordoostpolder vastgesteld. Dit document is de basis voor de gemeente om de structuurvisie op te stellen. Om sturing te geven aan ontwikkelingen werkt de gemeente aan een structuurvisie. Die moet richting geven aan de (toekomstige) inrichting en kwaliteiten van de Noordoostpolder. Daarbij wordt veel gelegenheid gegeven aan bewoners en organisaties om mee te praten. Zo is Noordoostpolder onderweg naar een ruimtelijke structuur die klaar is voor de dag van morgen.

Met een structuurvisie zet de gemeente op hoofdlijnen een koers uit voor de meer gedetailleerde bestemmingsplannen. De basis voor deze koers zijn de 10 richtinggevende stellingen van de Toekomstvisie 2030 die zijn geëvalueerd en door de gemeenteraad zijn vastgesteld. In dit ambitiedocument is een aantal thema's verder uitgewerkt.

Het huidig gemeentelijke beleidskader wordt onder andere gevormd door de nota "Toekomstvisie gemeente Noordoostpolder, ruimte voor kwaliteit" (2003), het "Milieubeleidsplan" en de nota "Noordoostpolder: ruimte voor wonen" (2001). In het gemeentelijke beleid ten aanzien van het wonen in de Noordoostpolder zijn de volgende doelstellingen geformuleerd:

  • zorg voor de kwaliteit van de bestaande en nieuw te bouwen woningen en de woonomgeving;
  • versterking van de centrumfunctie van Emmeloord;
  • versterking van de woonfunctie van de dorpen;
  • zorg voor voldoende huisvesting voor ouderen;
  • kansen blijven scheppen voor mensen in kwetsbare posities;
  • het verbeteren van de zeggenschap van burgers over woning en woonomgeving.

De doelstellingen uit de nota "Noordoostpolder: ruimte voor wonen" (2001) zijn in 2004 verder uitgewerkt en op onderdelen geactualiseerd in de "Woningmarktanalyse Noordoostpolder". Dit rapport geeft een overzicht van de huidige en de te verwachten tekorten en overschotten op de woningmarkt, zowel kwantitatief als kwalitatief. De Woningmarktanalyse bestrijkt de periode tot 2015, maar geeft ook een doorkijk naar 2030.

De huidige woningmarkt in Noordoostpolder kenmerkt zich onder andere door een groot aantal eengezinswoningen (in een rij), een tekort aan woningen voor senioren en (her)starters, relatief betaalbare koopwoningen en een tekort aan sociale huurwoningen. De sociale huurwoningen bevinden zich met name in de centra, terwijl de halfvrijstaande woningen en vrijstaande woningen voornamelijk aan de rand van de dorpen en in Emmeloord gesitueerd zijn.

De huishoudens in de gemeente Noordoostpolder hebben een lager inkomen dan gemiddeld in Nederland, maar de huishoudens hebben tegelijkertijd ook een lager geregistreerd werkloosheidscijfer. Tevens wonen er in de gemeente Noordoostpolder relatief veel gezinnen met kinderen. Qua bevolkingsontwikkeling zal de komende jaren (tot 2015) het aantal 'jongeren' (tot en met 19 jaar) en het aantal 'actieve senioren' (55-69 jarigen) in de Noordoostpolder sterk toenemen. Na 2015 zet de vergrijzing in de Noordoostpolder definitief door en zal de groep inwoners van 70 jaar en ouder behoorlijk toenemen. Door deze ontwikkelingen zal de behoefte aan woningen geschikt voor 1- en 2-persoonshuishoudens toenemen.

Verder daalt de gemiddelde woningbezetting, maar deze is nog altijd hoger dan het Nederlands gemiddelde. Landelijke trends op de woningmarkt zoals individualisering, informatisering, internationalisering en toename van het aantal tweeverdieners doen zich ook voor in de Noordoostpolder en zijn van invloed op de woonvoorkeuren van de woonconsument.

In het "Milieubeleidsplan 2005-2008" zijn duurzame stedenbouw en duurzame bedrijventerreinen belangrijke onderwerpen. In dat plan is vervat dat de gemeente haar beleid voor bedrijven zal blijven richten op duurzame economische ontwikkeling waarin economische groei gecombineerd wordt met een relatieve vermindering in de toename van de milieudruk. Algemeen uitgangspunten zijn derhalve:

  • behoud en versterking van de huidige relatief gunstige milieukwaliteit;
  • minimaal het behouden van de kernkwaliteiten van het landelijk gebied en waar nodig, dan wel gewenst, verbeteren.

Milieubeleid dat uitgaat van duurzaamheid verhoogt de kwaliteit van de omgeving. Dit kwaliteitsbeleid past in de ontwikkeling van de toekomstvisie "Ruimte voor kwaliteit". De gemeente Noordoostpolder kiest in de toekomstvisie duidelijk voor kwaliteit. Ruimte, rust en schone lucht zijn de kernkwaliteiten van de Noordoostpolder. Wonen, werken en verkeer moeten op voldoende afstand van elkaar plaatsvinden.

De gemeente Noordoostpolder heeft zich tot doel gesteld de relatief gunstige milieukwaliteit in onze polder te behouden en te versterken. Eén van de middelen die zij daartoe inzet is duurzaam bouwen. Dit is een manier van bouwen waarbij negatieve effecten voor milieu en gezondheid ten gevolge van het bouwen en de gebouwde omgeving tot een minimum worden beperkt. Zo is de volgende doelstelling opgenomen in het gemeentelijk milieubeleidsplan en het meerjaren milieu-uitvoeringsprogramma 2005-2008 (MMUP): 'De gemeente Noordoostpolder stimuleert duurzaam bouwen als een vanzelfsprekend onderdeel van de totstandkoming, vernieuwing en het gebruik van de bebouwde omgeving. In uitbreidingsplannen voor woningbouw wordt uitvoering gegeven aan het "plan van aanpak duurzaam bouwen". Ook is in het MMUP opgenomen dat "Het duurzaam gebruiken en onderhouden van woningen (duurzaam wonen) wordt gestimuleerd". Tenslotte wordt in het kader van het gemeentelijk klimaatbeleid gestreefd naar woningen die 5 tot 10 % energiezuiniger zijn dan het bouwbesluit voorschrijft.

Inmiddels is de startnotitie Milieuplan 2009-2013 door burgemeester en wethouders vatsgesteld. Met behulp van deze startnotitie wil het college inventariseren welke milieuonderwerpen inwoners, bedrijven en maatschappelijke organisaties van Noordoostpolder belangrijk vinden. Ook wil zij ideeën en wensen in kaart brengen die straks mogelijk een plek krijgen in het Milieubeleidsplan.

In de startnotitie staan de woorden flexibel en ambitie centraal. Flexibel in die zin dat het plan de mogelijkheid biedt de uitvoering van beleid tussentijds aan te passen. Het plan kan zo bijvoorbeeld inspelen op nieuwe ontwikkelingen. Ambitie staat voor het feit dat de gemeente een stap extra wil zetten dan het wettelijk minimumniveau.

In de startnotitie wordt voorgesteld het milieubeleid gebiedsgericht te formuleren. Per gebied worden dan milieuthema's benoemd, die het beste passen bij dat gebied. Per thema is vervolgens een ambitieniveau aangegeven. Het is de bedoeling om de thema's uit te werken binnen de volgende vijf gebieden:

  • 1. Wonen en werken - (ambitie: afval, energie en klimaat en duurzaam bouwen).
  • 2. Grootschalige landbouw - (ambitie: energie en klimaat en natuur en landschap).
  • 3. Natuur en Recreatie - (ambitie: afval, geluid, geur, water, natuur en landschap).
  • 4. Cultuurhistorie - (ambitie op bodem, geluid, water, natuur en landschap).
  • 5. Glastuinbouw - (ambitie op afval, energie en klimaat, water).

Duurzame gemeente

De gemeentelijke organisatie wil zelf het goede voorbeeld geven op het gebied van milieu en duurzaamheid. Zij wil daarvoor: zorgen voor een goed bedrijfsintern milieuzorgsysteem, diensten en producten zoveel mogelijk duurzaam inkopen, energiegebruik van gemeentelijke gebouwen verminderen en energie gebruiken die duurzaam is opgewekt.

De provincie Flevoland en de gezamenlijke Flevolandse gemeenten, verenigd in het Netwerk Duurzaam Bouwen Flevoland, hebben het manifest "Nieuw Flevolands Peil" opgesteld. Op 10 juni 2005 hebben de opstellers, partijen uit de bouwwereld, energie- en waterleidingbedrijven en de vereniging Natuur en Milieu Flevoland het manifest ondertekend. De ondertekening van het manifest vormt het startsein om te komen tot regionale afspraken die leiden tot woningen en een woningomgeving waar het prettig, gezond en comfortabel wonen is. Het manifest en de te maken afspraken richten zich zowel op nieuwbouw als op bestaande bouw.

Op 27 mei 2004 heeft de gemeenteraad het "Welstandsbeleidsplan Noordoostpolder" vastgesteld. Het Welstandsbeleidsplan geeft richting aan het welstandstoezicht in de Noordoostpolder en voor de inwoners van de gemeente biedt het plan helderheid over de welstandsbeoordeling van hun bouwplannen. Uitgangspunt daarbij is een gebiedsgericht welstandbeleid. Op deze wijze wordt aan de verschillen binnen de polder recht gedaan. Daarnaast zijn er zogenaamde loketcriteria (toetsingscriteria) geformuleerd voor kleine bouwwerken waarvoor de licht-bouwvergunningplichtige procedure geldt (erkers, aanbouwen, dakkapellen et cetera). Tenslotte zijn er ook objectgerichte criteria geformuleerd die gelden voor specifieke bouwwerken die door de hele polder voorkomen (bijvoorbeeld reclame-uitingen).

In het Welstandsbeleidplan is ten aanzien van het plangebied Emmeloord Noord en Oost voor wat betreft de 'Oudste schil' vermeld dat het welstandstoezicht er in grote lijnen op gericht is om de bestaande karakteristieken te behouden of met respect voor het oude te renoveren. Dit gebied behoort immers samen met het centrumgebied tot de oude kern van Emmeloord. In de structuur is dit nog op veel plekken te herkennen en ook staat er nog vrij veel gave bebouwing uit de begintijd van Emmeloord. De kwaliteit van de vormgeving van deze bebouwing wordt momenteel weer sterk gewaardeerd. Daarnaast zijn er nieuwe invullingen uit latere tijden. De oorspronkelijke karakteristieken dienen zoveel mogelijk te worden bewaard en nieuwe ontwikkelingen dienen daar goed bij te passen. Die nieuwe ontwikkelingen dienen in dit centrale deel van de stad van een goede en waar mogelijke bijzondere kwaliteit te zijn.

Voor de meest noordelijk en westelijk gesitueerde gebiedsdelen geldt de welstandsbeschrijving van 'Overige woonwijken'. Die wijken zijn vanaf de jaren '60 gebouwd en weerspiegelen de ontwerpopvattingen uit de verschillende tijden. Er wordt relatief weinig gebouwd in deze wijken, de meeste plannen zijn kleine uitbreidingen aan de woningen. Het beleid is er op gericht de bestaande kwaliteit te bewaren.

Op 4 oktober 2007 heeft de gemeenteraad de archeologische basis- en beleidsadvieskaart inclusief bijbehorende rapportage vastgesteld als gemeentelijk toetsingskader. Op de archeologische beleidsadvieskaart is duidelijk aangegeven in welke gebieden er onderzoek gedaan moet worden en in welke gebieden onderzoek achterwege kan blijven. Ook wordt vermeld in welke mate er archeologische waarden verwacht worden of beschermd zijn.

De "Nota Economisch Beleid" (2002) geeft het beleidskader van de gemeente Noordoostpolder op economisch gebied in de komende jaren weer en kan gezien worden als toetsingskader voor (nieuwe) ontwikkelingen op economisch gebied in de gemeente. Doelstelling van het economisch beleid is het voortzetten van de positieve economische ontwikkeling en het bevorderen van duurzame werkgelegenheid. Dat wil zeggen kiezen voor kwaliteit en een economische ontwikkeling in harmonie met andere beleidsontwikkelingen zoals ruimtelijke ordening, milieu en sociale veiligheid. In dit kader is onder andere van belang het onderdeel werken aan huis, waarover in de nota wordt gesteld dat ingespeeld moet worden op de trends van flexibele werktijden en thuiswerken.

Gemeentelijk vestigingsbeleid

Op 9 oktober 2008 heeft de gemeenteraad de "Gemeentelijke Vestigingsvisie" (GVV) vastgesteld.

In deze GVV wordt een analyse gemaakt van de sociaal economische ontwikkelingen binnen de gemeente Noordoostpolder op basis van een aantal toekomstscenario's.

Er is een inventarisatie gemaakt van de bestaande werklocaties binnen de gemeente. De provincie onderscheidt binnen werklocaties detailhandel, kantoren, gemengde locaties wonen/werken en werken/wonen, bedrijventerreinen en terreinen voor zware industrie. Vervolgens is gekeken naar de ontwikkelingswensen, visie van de gemeente waaronder de Toekomstvisie 2030, het economische beleidsplan, het milieubeleidsplan en het meest recente collegeprogramma. Uit deze stukken zijn die delen overgenomen die relevant zijn voor de ontwikkeling van werklocaties binnen de gemeente Noordoostpolder.

Op grond van de visie en de berekende scenario's zijn vervolgens doorzichten gemaakt naar de planning van de verschillende typen werklocaties.Voorts heeft een confrontatie plaatsgevonden van de geprognostiseerde vraag en het aanbod aan werklocaties dat in planning is.

In het onderdeel 'Gemeentelijk vestigingsbeleid' wordt bij Centrummilieus melding gemaakt van het Ontwikkelingsplan Emmeloord Centrum, zijnde een kwaliteitssprong gericht op duurzaamheid, aantrekkelijkheid en veiligheid. De "rode draad" is het ontwikkelingsprincipe en wordt vertaald in een gedifferentieerde route voor voetgangers van het gemeentehuis tot aan het Smedingplein.

Ten aanzien van gemengde werkmilieus wordt voor bepaalde bedrijfsmatige activiteiten aan huis een ontheffingsregeling voorgesteld. Onder specifieke werkmilieus wordt gemeld dat gestreefd wordt naar een optimale segmentatie van kantoorvestigingsmogelijkheden. Voor Emmeloord Centrum wordt opgemerkt dat op grond van vraagprognoses meer kantoren kunnen worden toegelaten.

Voor wat betreft het aspect Detailhandel wordt gesteld dat de uitbreiding van de reguliere detailhandel beperkt blijft tot het centrum van Emmeloord.