direct naar inhoud van 5.2 Flora en fauna
Plan: Veldwijk Noord - Winkelcentrum
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0051-0301

5.2 Flora en fauna

De Flora- en faunawet voorziet in de bescherming van een aantal planten- en diersoorten. Centraal hierbij staat de zorgplicht. Dit houdt in dat iedereen 'voldoende zorg' in acht moet nemen voor alle in het wild voorkomende planten en dieren en hun leefomgeving. In de praktijk betekent dit dat bepaalde handelingen ten aanzien van dieren en planten slechts onder strikte voorwaarden mogelijk zijn. Ten behoeve van de planrealisatie kan het dan ook nodig zijn om ontheffing aan te vragen in verband met de (voorgenomen) overtreding van de verbodsbepalingen uit de Flora- en faunawet. Tijdens het plannen van de werkzaamheden dienen de volgende zaken in kaart gebracht te worden:

  • Welke beschermde planten- en diersoorten komen in en nabij het plangebied voor;
  • Leidt het realiseren van het plan of uitvoering van de geplande werkzaamheden tot handelingen die in strijd zijn met de verbodsbepalingen uit de Flora- en faunawet;
  • Kunnen het plan of de voorgenomen werkzaamheden zodanig worden aangepast dat dergelijke handelingen niet of in mindere mate gepleegd worden;
  • Is om de plannen te kunnen uitvoeren of de werkzaamheden te kunnen verrichten een ontheffing (ex. artikel 75 van de Flora- en faunawet) vereist?

Om bovenstaande vragen te kunnen beantwoorden is in 2007 een flora- en faunaonderzoek gedaan. Uit dit onderzoek, zijn (begin 2008) de volgende resultaten gekomen. Het gebied waarvoor het flora en faunaonderzoek is gedaan omvat het gebied zoals op afbeelding 5 "rood omlijnd" is aangegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0164.BP0051-0301_0007.jpg"

afbeelding 5

Inventarisatie

Flora

Er groeien geen beschermde planten.

Vogels

De meest opvallende vogelsoort is de gierzwaluw, waarvan één nest in een flat is vastgesteld. Spechten, uilen en dagroofvogels zijn niet gezien.

Vleermuizen

Er zijn drie soorten vleermuizen waargenomen; de gewone dwergvleermuis, laatvlieger en rosse vleermuis. Rosse vleermuis en laatvlieger foerageren in het gebied, maar huizen erbuiten. Aannemelijk is, dat de dwergvleermuizen wel binnen het gebied hun onderkomen hebben. Bomen in het gebied hebben geen holten voor boombewonende vleermuizen.

Landgebonden zoogdieren

Bijzondere soorten als steenmarter zijn niet waargenomen.

Conclusies

Het aanvragen van ontheffing is niet nodig. Wel geldt de zorgplicht en dient bij sloop rekening te worden gehouden met gierzwaluwnesten en vleemuisverblijven. Dit betekent, dat nesten van gierzwaluwen buiten de broedtijd moeten worden verwijderd. En dat in september-oktober dan wel half maart-april te slopen gebouwen ongeschikt gemaakt worden voor vleermuizen.