direct naar inhoud van 6.3 Planopzet
Plan: Veldwijk Noord, Middengebied
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0030-0301

6.3 Planopzet

Het juridisch bindend gedeelte van het bestemmingsplan bestaat uit de regels en bijbehorend GML-bestand waarin de geometrisch bepaalde planobjecten zijn vervat. Het .GML-bestand en de regels dienen in samenhang te worden bekeken.

De regels zijn onderverdeeld in vier hoofdstukken:

1. Inleidende regels;

2. Bestemmingsregels;

3. Algemene regels;

4. Overgangs- en slotregels.

In het navolgende worden de regels per hoofdstuk toegelicht.

6.3.1 Inleidende regels

Hoofdstuk 1 bevat de inleidende regels. Deze regels gelden voor het gehele plangebied.

6.3.1.1 Begrippen

Dit artikel bevat de definities van de in de regels gebruikte begrippen, waarmee een eenduidige interpretatie van deze begrippen is vastgelegd.

6.3.1.2 Wijze van meten

De "wijze van meten" geeft onder meer regels waar mag worden gebouwd en hoe voorkomende eisen betreffende de maatvoering begrepen moeten worden.

6.3.2 Bestemmingsregels

Hoofdstuk 2 van de regels bevat de juridische vertaling van de verschillende bestemmingen die voorkomen in het plangebied. Voor ieder gebied op de verbeelding is de bestemming aangegeven. In de regels is onder andere aangegeven welk gebruik is toegestaan, wat er gebouwd mag worden en wat verboden is. Hieronder worden de verschillende bestemmingen en dubbelbestemmingen toegelicht.

6.3.2.1 Groen

Op de gronden met de bestemming "Groen" is het toegestaan om groenvoorzieningen en bermen en beplanting aan te leggen. Tevens zijn ondergeschikt ondermeer toegestaan fiets- en wandelpaden, in- en uitritten voor aanliggende bestemmingen, watergangen en nutsvoorzieningen.Ter plaatse zijn nutsvoorzieningen en bouwwerken geen gebouwen zijnde toegestaan. Aan de plaats en afmeting van de bebouwing kunnen nadere eisen gesteld worden.

6.3.2.2 Verkeer-Verblijfsgebied

Op de gronden met de bestemming "Verkeer - verblijfsgebied" is het toegestaan om wegen, straten, paden en voet- en fietspaden, parkeerplaatsen te realiseren. Dit betreft alle wegen in het plangebied die niet onder de doorgaande wegen vallen. Ter plaatse zijn nutsvoorzieningen en bouwerken geen gebouwen zijnde toegestaan. Aan de plaats en afmeting hiervan kunnen nadere eisen worden gesteld.

6.3.2.3 Wonen

Op de gronden met de bestemming "Wonen" is het toegestaan om woningen te realiseren. Naast wonen mag ook in de woning onder voorwaarden worden gewerkt in het kader van aan-huis-verbonden beroepen. Ten behoeve van de woonfunctie zijn ondergeschikte tuinen, erven, terreinen, woonstraten, verhardingen, overpaden, in-/uitritten en voorzieningen ten behoeve van afvoer, tijdelijke berging en infiltratie van hemelwater alsmede bijbehorende bebouwing toegestaan.

De bestemming 'Wonen' is op de verbeelding aangegeven met een bestemmingsvlak en een bouwvlak. De hoofdgebouwen dienen binnen deze bouwvlakken opgericht te worden, met uitzondering van erkers, balkons, luifels en dergelijke. In de regels en op de verbeelding is een maatvoering ten aanzien van de maximaal toegestane bouwhoogte opgenomen. Voorts is in de regels bepaald dat hoofdgebouwen opgericht dienen te worden in de aan de straat gelegen bouwgrens danwel maximaal 3 meter daarachter (tenzij anders bepaald) en dat de maximale diepte van een hoofdgebouw bij geschakelde, aaneengebouwde of halfvrijstaande woningen 12 meter en bij vrijstaande woningen 14 meter bedraagt.

Een deel van de bestemming "Wonen" heeft een functieaanduiding "zorgwoningen" gekregen. Zorgwoningen zijn uitsluitend toegestaan binnen het als zodanig aangeduide gebied.

Een deel van de bestemming "Wonen" heeft een functieaanduiding "bedrijf tot en met categorie 1" gekregen. Dat maakt het mogelijk om in combinatie met een woning bedrijfsactiviteiten te starten. Per woning is maximaal 100 m2 bedrijfsbebouwing toegestaan. Er moet een bedrijfseconomische binding bestaan tussen de bewoner/bewoners van de woning en de op hetzelfde bouwperceel uitgeoefende bedrijfsactiviteiten.

Een deel van de bestemming "Wonen" heeft een functieaanduiding "verkeer" gekregen. Dat maakt het mogelijk om binnen het aangegeven gebied voet- en fietspaden aan te leggen.

Binnen het bouwvlak van de bestemming 'Wonen' zijn aan-/uitbouwen en bijgebouwen ten dienste van de bestemming toegestaan. De maatvoeringen ten aanzien van het maximaal te bebouwen oppervlak, de bouwhoogte alsmede de afstand van een aan-/uitbouw en bijgebouw tot de zijdelingse perceelsgrens en (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw zijn opgenomen in de regels.

Ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen ten hoogste 2 meter mag bedragen, tenzij gelegen voor de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw. Alsdan is de hoogte beperkt tot 1 meter. De hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt 5 meter of 7,5 meter voor kunstobjecten en bouwwerken ten behoeve van verlichting, geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer.

In de specifieke gebruiksregels is expliciet aangegeven dat het verboden is gronden en opstallen te gebruiken ten behoeve van een seksinrichting. Daarnaast is aangegeven dat het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor zelfstandige bewoning niet is toegestaan. Voorts zijn in de specifieke gebruiksbepalingen voorwaarden opgenomen ten aanzien van de uitoefening van aan-huis-verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteiten.

6.3.2.4 Gemengd - Uit te werken

Voor een gebied waarvoor nog geen definitief stedenbouwkundig ontwerp is gemaakt is gekozen voor de bestemming Gemengd - Uit te werken. In deze bestemming kunnen (zorg)woningen en maatschappelijke voorzieningen worden gerealiseerd. Er is al wel een maximale bouwhoogte voor het uit te werken gebied aangegeven. De begrenzingen zijn verwoord in de in de regels opgenomen uitwerkingsregels.

6.3.3 Algemene regels

Hoofdstuk 3 bevat de algemene regels. Deze gelden voor het gehele plangebied.

6.3.3.1 Anti-dubbeltelregel

De anti-dubbeltelregel is opgenomen om ervoor te zorgen dat grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing wordt gelaten.

6.3.3.2 Algemene bouwregels

In dit artikel wordt de aanvullende werking van de bouwverordening voor zover betrekking hebbend op de stedenbouwkundige bepalingen in de bouwverordening buiten werking gesteld. Zou dit niet het geval zijn dan zouden deze stedenbouwkundige bepalingen automatisch de in de, in het bovenstaande beschreven, bestemmingen geboden ruimte inperken. Voor een aantal stedenbouwkundige bepalingen in de bouwverordening is echter een uitzondering opgenomen: deze blijven wel gelden. Deze bepalingen hebben voornamelijk betrekking op de toegankelijkheid van bouwwerken en de ruimte tussen bouwwerken.

6.3.3.3 Algemene gebruiksregels

Dit artikel regelt enkele aspecten met betrekking tot het gebruik van gronden.

6.3.3.4 Algemene aanduidingsregels

Dit artikel regelt enkele aspecten met betrekking tot de gebruikte aanduidingen.

6.3.3.5 Algemene afwijkingsregels

Door middel van de algemene afwijkingsbevoegdheid kunnen burgemeester en wethouders bij het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van de bestemmingsplanregels voor onder andere geringe overschrijding van bepaalde bouwvoorschriften, alsmede voor kunstobjecten, bouwwerken van openbaar nut, telecommunicatievoorzieningen enzovoort. Deze bevoegdheid vergroot de flexibiliteit van het plan.

6.3.3.6 Algemene wijzigingsregels

In dit artikel is opgenomen aan welke voorwaarden moet worden voldaan ingeval gebruik gemaakt wordt van de wijzigingsmogelijkheden.

6.3.3.7 Algemene procedureregels

In dit artikel is de procedure beschreven die gevolgd moet worden bij een uitwerking of wijziging van het plan, dan wel het stellen van nadere eisen.

6.3.3.8 Overige regels

Dit artikel regelt de afstand van bebouwing tot de Rijksweg.

6.3.4 Overgangs- en slotregels

Hoofdstuk 4 bevat regels omtrent overgangsrecht en de slotregel. Deze gelden voor het hele plangebied.

6.3.4.1 Overgangsrecht

Dit artikel regelt ten aanzien van gebouwen en van gebruik dat bestaande gebouwen of bestaand gebruik dat afwijkt van het plan, onder voorwaarden mag worden voortgezet.

6.3.4.2 Slotregel

In dit artikel staat de naam van het bestemmingsplan.