direct naar inhoud van 3.2 Juridische vormgeving
Plan: bestemmingsplan bedrijvenpark Haardijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0160.0000BP00167-VG01

3.2 Juridische vormgeving

In dit onderdeel van de toelichting wordt ingegaan op de vormgeving van de verbeelding en de regels.

De Wet ruimtelijke ordening (Wro) bevat de regeling voor de opzet en de inhoud van een bestemmingsplan. In het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) is deze regeling verder uitgewerkt.

Het bestemmingsplan bestaat uit:

  • a. een verbeelding van het bestemmingsplangebied waarin alle bestemmingen van de gronden worden aangewezen;
  • b. de regels waarin de bestemmingen worden beschreven en waarbij per bestemming het doel wordt of de doeleinden worden genoemd.

Bij het bestemmingsplan hoort een toelichting.

Dit bestemmingsplan gaat uit van de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen 2008 (SVBP 2008). Met deze standaard worden de regels en de verbeelding zodanig opgebouwd en ingericht dat bestemmingsplannen goed met elkaar kunnen worden vergeleken.

In het voorliggende bestemmingsplan worden de begrippen uit de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) gehanteerd.

Het bestemmingsplan met de daarbij behorende toelichting wordt langs elektronische weg vastgelegd. Vanaf 1 januari 2010 wordt het bestemmingsplan ook in die vorm vastgesteld, tegelijk met een verbeelding van het bestemmingsplan op papier. Als de digitale en papieren verbeelding tot interpretatieverschillen leiden, is de digitale verbeelding beslissend.

Globale regeling

De gemeente Hardenberg is evenals het voormalige Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer de mening toegedaan dat de vele voordelen van globaal bestemmen opwegen tegen de nadelen (zie paragraaf 2.1). Het is haar ervaring dat gedetailleerde bestemmingsplannen teveel vastleggen en te snel zijn verouderd. Wanneer burgers of particuliere ontwikkelaars in dergelijke gebieden met projectvoorstellen komen, blijkt vaak al snel een extra (bestemmingsplan)procedure noodzakelijk. Dit brengt kosten met zich mee en werkt vertragend, wat voor dergelijke partijen een reden kan zijn om af te haken. Juist vanwege de economische recessie is het in ieders belang dat ruimtelijke ontwikkelingen niet onnodig worden gehinderd. Daarnaast kan worden gesteld dat globale plannen over het algemeen langer houdbaar zijn en om minder herzieningsprocedures vragen. Dat scheelt tijd en geld. Verder kunnen globale plannen vaak rekenen op een groot draagvlak, omdat zij voor veel partijen mogelijkheden bieden. Er zijn dus genoeg redenen om globaal te bestemmen.

Het gemeentelijk adagium voor de vorige actualiseringsronde van bestemmingsplannen was: 'globaal waar kan, gedetailleerd waar nodig'. In die lijn zijn ook de komgebieden Heemse, Baalder/Baalderveld en Dedemsvaart opnieuw bestemd. De gemeente gaat grotendeels verder op dit spoor. Er is sprake van een aantal koerswijzigingen. Zo is het instrument 'nadere eisen' komen te vervallen, omdat er in de praktijk nooit gebruik van wordt gemaakt. Daarnaast zijn de nodige afwijkingsbevoegdheden opgenomen. Dit om snel en adequaat op de behoefte van ondernemers te kunnen inspringen. Een afwijkingsbevoegdheid kan binnen de omgevingsvergunning worden afgehandeld zodat er geen vertraging in de vergunningsprocedure hoeft op te treden. Tevens biedt het de gemeente de mogelijkheid om een nadere afweging te maken, bijvoorbeeld met het oog op dreigende overlast, verkeersveiligheid of stedenbouwkundige kwaliteit. Voor een homogeen en grotendeels ontwikkeld werkgebied als Haardijk, wordt dit een passende wijze van bestemmen geacht.

De bestemmingen

Het bestemmingsplan telt vier bestemmingen. Er is voor deze bestemmingen gekozen op basis van de feitelijk bekende (legale) situatie, de vigerende regeling en eerder genoemde uitgangspunten.

Bedrijventerrein

Binnen deze bestemming is een zonering opgenomen. De zoneringsmethode is afgeleid van de VNG-brochure Bedrijven en Milieuzonering. Het idee is dat op bedrijfspercelen die het dichtst bij hindergevoelige objecten zijn gelegen, alleen de laagste milieucategorieën zijn toegestaan (zie verder paragraaf 4.2). Ook geldt hier een lagere maximale bouwhoogte.

De zoneringsmethode maakt onderscheid tussen woongebieden (Marslanden) en individuele woonbestemmingen (Polenweg en omgeving). Voor de laatste 'groep' geldt dat kortere afstanden tot hogere milieucategorieën aanvaardbaar zijn, omdat het karakter van het gebied waarin wordt gewoond anders is dan een rustig woongebied. Uiteraard dient ter plaatse wel te worden voldaan aan normen ten aanzien van het binnenklimaat maar dat is geregeld via andere wetgeving (Bouwbesluit).

Bedrijfswoningen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'. Binnen deze gebieden is maximaal één bedrijfswoning per bedrijf toegestaan. Buiten dit gebied kan een bedrijfswoning op basis van een afwijkingsbevoegdheid worden gebouwd, zoals dat ook is geregeld in het vigerend bestemmingsplan.

In de regels is opgenomen dat op ieder bouwperceel voldoende ruimte aanwezig dient te zijn voor het parkeren of stallen van auto's ten behoeve van de bedrijfsvoering ter plekke. De gemeente gaat hierbij uit van de Nota Parkeernormering (12 april 2007).

Groen

Ter plaatse van de Polenweg gaat het bedrijvenpark Haardijk over in een groengebied met woonfuncties. Zoals gezegd, wordt aan de westzijde van deze weg het bedrijventerrein Heemserpoort ontwikkeld. Dit is geen uitbreiding van het bedrijvenpark Haardijk, maar een zelfstandig bedrijventerrein met een eigen karakter. Dat bedrijventerrein krijgt een eigen ontsluiting aan de Jachthuisweg. Het groengebied van de Polenweg ligt als een buffer tussen beide terreinen in en is derhalve bestemd als Groen.

Verkeer

De hoofdwegen in het plangebied zijn bestemd als Verkeer. De overige wegen zijn binnen de gebiedsbestemmingen opgenomen. Ook voor de Polenweg is een verkeersbestemming opgenomen, omdat deze weg een geheel eigen karakter heeft (zie paragraaf 3.1).

Wonen

De bestaande woningen in het plangebied zijn bestemd als Wonen. Binnen deze bestemming zijn ook verkeer en groenvoorzieningen begrepen. Er zijn - conform de bestemmingsregeling voor andere woongebieden binnen de gemeente - geen bouwvlakken opgenomen. De afstand van een woning tot bedrijfsbestemmingen en wegen mag niet worden verkleind vanwege eventuele milieuhinder.

Binnen deze bestemming is ook een mogelijkheid opgenomen om bijzondere woonvormen toe te staan. Toestemming hiervoor is afhankelijk van de effecten op de omgeving. Dit zal in een omgevingsvergunning worden mee gewogen.

Eventuele maatregelen ter voorkoming van nadelige ruimtelijke gevolgen worden bij verlening van een vergunning als vereiste opgenomen. Hierbij dient met name te worden gedacht aan het voorkomen van geluid- en parkeeroverlast.

Bijgebouwenregeling

De huidige bijgebouwenregeling van de gemeente is te beperkend gebleken. Om deze reden is in dit plan een nieuwe bijgebouwenregeling opgenomen, waarbij vooral meer ruimte is geboden aan de hoogte van de bijgebouwen.

Overige regelingen

In de Beleidsregel kleinschalige bedrijfsactiviteiten aan huis heeft de gemeente aangegeven welke vormen van bedrijvigheid in de woonomgeving zijn toegestaan. De gemeente stelt dat bepaalde beroepen en bedrijven aan huis bijdragen aan een verlevendiging van woongebieden. Uiteraard moet daarbij worden voorkomen dat er hinder ontstaat. De aard, de omvang en de intensiteit van de bedrijfsfunctie moeten verenigbaar zijn met de woonfunctie, waarbij het wonen duidelijk de hoofdfunctie dient te blijven. Zo heeft de gemeente strikte criteria geformuleerd op het gebied van:

  • ondergeschiktheid aan de woonbestemming;
  • toegestane milieucategorie;
  • hinder/overlast;
  • verkeer en parkeren;
  • opslag en stalling;
  • hoofdverblijf;
  • publieke karakter.

De beleidsregel is vertaald in de regels van dit bestemmingsplan en is te raadplegen op de gemeentelijke website.

Overige bestemmingen

Dit bestemmingsplan kent één dubbelbestemming Leiding – Hoogspanning. Deze is gelegd op de zogenaamde belemmeringenzone. Dit is de zone waarbinnen de leidingbeheerder advies kan geven wat er kan worden gebouwd. Binnen deze zone zijn woningen, scholen, kinderopvang en crèches uitgesloten.