Plan: | Buitengebied Hardenberg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0160.0000BP00165-VG03 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan 'Buitengebied Hardenberg' van de gemeente Hardenberg;
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0160.0000BP00165-VG03 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen);
een object waarvoor volgens het Besluit externe veiligheid inrichtingen een richtwaarde voor het risico casu quo een risicoafstand is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden;
administratieve, juridische, medische, therapeutische, kunstzinnige, ontwerptechnische en daarmee gelijk te stellen beroepen, die door hun beperkte omvang in een woning en daarbij behorende gebouwen, met behoud van de woonfunctie kunnen worden uitgeoefend en die een ruimtelijke uitwerking of uitstraling hebben die met de woonfunctie in overeenstemming is;
een bouwwerk dat is gebouwd aan een bedrijfsgebouw; het bouwwerk onderscheidt zich van een bedrijfsgebouw door de vorm en is architectonisch ondergeschikt;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een bedrijf, dat geheel of overwegend gericht is op het bedrijfsmatig voortbrengen van agrarische producten door het telen van gewassen waaronder begrepen tuinbouw en/of het houden van dieren, waaronder begrepen een productiegerichte paardenhouderij, inclusief pensionstal en productie van zonne-energie waarvan de geproduceerde elektriciteit in hoofdzaak aangewend wordt voor eigen gebruik. Bewerking en vergisting van mest en biomassa zijn activiteiten die onderdeel uitmaken van het agrarisch bedrijf, met dien verstande dat deze activiteiten plaatsvinden binnen het eigen bouwvlak, met bedrijfseigen producten en/of bedrijfseigen mest waarvan de geproduceerde elektriciteit en/of brandstof in hoofdzaak aangewend wordt voor eigen gebruik;
een bedrijf waarbinnen overwegend arbeid wordt verricht of materialen ter beschikking worden gesteld voor de productie van goederen en diensten ten behoeve van agrarische bedrijven; hieronder wordt mede verstaan het be- en verwerken van agrarisch gelieerde producten alsmede tijdelijke op- en overslag hiervan;
een bedrijf, dat uitsluitend of in overwegende mate is gericht op het verrichten van werkzaamheden voor en/of de levering van diensten aan agrarische bedrijven;
een bedrijf in de land- en tuinbouwsector, dat zich richt op de benutting van braakliggend land door verbouw en het oogsten van gewassen;
een bouwwerk, geen gebouw en geen windturbine zijnde;
het geheel van bijbehorende vertrekken als afzonderlijk gemeubileerde woongelegenheid in een groter gebouw en dat naar de aard en inrichting is bedoeld voor recreatief verblijf; onder recreatief nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
in een schriftelijke rapportage vastgelegd bureau- en/of veldonderzoek naar de materiële neerslag van menselijke aanwezigheid en menselijk handelen in het verleden;
zorg die zich richt op het optimaal beheer van de bodem als unieke bron van informatie over de geschiedenis van Nederland;
de aan een gebied toegekende waarden in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit in het verleden, ten minste ouder dan 50 jaar;
een of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
de oppervlakte van de bebouwing binnen het bouwvlak of het bestemmingsvlak indien daarin geen bouwvlak voorkomt, uitgedrukt in een percentage van de oppervlakte van dat bouwvlak respectievelijk bestemmingsvlak;
het tegen betaling aanbieden van toeristisch en kortdurend verblijf en ontbijt. Permanente bewoning van een bed and breakfast in een bijgebouw of bedrijfsgebouw is niet toegestaan;
een niet voor bewoning bestemd gebouw ten dienste van een bedrijf, instelling of voorziening;
het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanig beheer of exploitatie, dat in de recreatieverblijven -recreatiewoningen en kampeermiddelen- daadwerkelijk recreatief verblijf plaatsvindt; van bedrijfsmatige exploitatie is sprake als het recreatieverblijf voor ten minste 140 dagen per jaar beschikbaar is voor verhuur;
een beschrijving van de toekomstplannen van een bedrijf, voor de eerstkomende vijf jaar, met inbegrip van een organisatorische en financiële onderbouwing;
een woning in of bij een gebouw of op of bij een terrein, die hoort bij en functioneel gebonden is aan een bedrijf, instelling of voorziening in dat gebouw of op dat terrein;
een gebouw dat door bouwvorm, gevelindeling, materiaalgebruik en situering mede bepalend is voor de historische ruimtelijke waarden van het beschermde dorpsgezicht, zoals bepaald in de besluiten die zijn opgenomen in de bijlagen 11, 12 en 13 van de regels;
een niet voor bewoning bestemd gebouw ten dienste van een recreatief nachtverblijf;
aantal, afmeting, afstand, bedrijf, bouwhoogte, bouwwerk, goothoogte, inhoud, inrichting, object, oppervlakte, plaats, situatie of vorm, zoals dat of die rechtens bestaat op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan, dan wel nadien krachtens een omgevingsverguning, waarvoor de aanvraag is ingediend voor dat tijdstip, kan worden gerealiseerd;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
een in het Besluit externe veiligheid inrichtingen bedoelde inrichting die in belangrijke mate een verhoging van de veiligheidsrisico's kan veroorzaken vanwege risicobronnen die buiten de perceelsgrens van de betreffende bedrijfslocatie waarop die risicobronnen aanwezig zijn, een plaatsgebonden risico veroorzaakt van meer dan 10-6 per jaar;
een uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of een ander bouwwerk, met een dak;
bijeenkomsten van persoonlijke aard zoals genoemd in artikel 4 van de Drank- en horecawet;
een gebouw dat in ruimtelijk opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw;
het plegen van ingrepen die het gebruik van de grond veranderen, waardoor het grondwaterpeil verandert en/of het uitvoeren van grondbewerkingen;
(een deel van) een (voorheen) agrarisch gebruikt gebouw dat blijvend wordt gebruikt voor recreatief nachtverblijf in kamers, al dan niet in combinatie met een dagverblijf. De oppervlakte van een zelfstandige boerderijkamer mag niet meer bedragen dan 50 m2 en van de boerderijkamers in totaal niet meer dan 200 m2. Het aantal slaapplaatsen mag niet meer bedragen dan 15, vrijstaande appartementen c.q. huisjes zijn niet toegestaan;
een grondgebonden agrarische bedrijfsvoering die specifiek is gericht op het telen van laanbomen;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een voor mensen toegankelijk deel van een gebouw, dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen wordt begrensd, met uitzondering van onderbouwen, kelders en kappen; de eerste bouwlaag is de bouwlaag op de begane grond;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
de grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde, zijn toegestaan;
een bouwwerk dat naar de aard en inrichting is bedoeld voor recreatief nachtverblijf, met een met de grond verbonden constructie van enige omvang en met een plaatsgebonden karakter, zoals een stacaravan, trekkershut of recreatiewoning;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
de vloeroppervlakte van alle voor mensen toegankelijke ruimten binnen een gebouw;
complex van recreatiewoningen en/of appartementen die voor recreatief nachtverblijf zijn bestemd; onder recreatief nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
een verblijfsrecreatieterrein, ten behoeve van recreatief verblijf in kampeermiddelen en/of stacaravans, chalets en trekkershutten; onder recreatief nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
bouwwerk voor recreatief nachtverblijf bestaande uit één bouwlaag uitsluitend bestemd om te dienen voor recreatief verblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen, die zijn/hun hoofdverblijf elders hebben. Een chalet heeft geen vaste verankering in de grond;
een bedrijf dat op biologische wijze organische afvalstoffen omzet tot compost;
activiteiten ter ontspanning in de vorm van sport, spel, toerisme en educatie, waarbij overnachting niet is toegestaan;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en leveren van goederen voor gebruik, verbruik of aanwending overwegend anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
kliniek en/of praktijk voor de zorg en behandeling van gezelschapsdieren, vee, landbouwhuisdieren en paarden;
extensieve, kleinschalige vormen van vrijetijdsbesteding met een maximale duur van een dag, waarbij geen overnachting plaatsvindt;
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw;
vormen van recreatief medegebruik van het agrarisch of natuurgebied door middel van al dan niet aangelegde en aanwezige voorzieningen, waarbij de recreatie geen specifiek beslag legt op de ruime, zoals wandel-, ruiter- en fietspaden, vis- en picknickplaatsen;
een mestbassin uitgevoerd als een met folie beklede grondput met of zonder omdijking;
elk bouwwerk, met uitzondering van windturbines, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een agrarisch bedrijf, dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen onder glas of daarmee gelijk te stellen materialen;
een (deel van een) gebouw dat blijvend bestemd is voor recreatief nachtverblijf door groepen, waarbij overnacht wordt in slaapzalen en/of slaapkamers, er is een afzonderlijke ruimte voor dagactiviteiten, ook zijn er keuken- en sanitaire voorzieningen die gemeenschappelijk door de groep worden gebruikt;
een gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
een gebouw of een gedeelte van een gebouw, dat naar constructie en inrichting geschikt is voor de permanente huisvesting van één persoon, een gezin of een hiermee gelijk te stellen groep personen;
hotel, pension, restaurant, café, cafetaria of daaraan verwante inrichting, waar tegen vergoeding logies wordt verstrekt, dranken worden geschonken of spijzen voor directe consumptie worden bereid of verstrekt, een en ander -tenzij uitdrukkelijk anders vermeld- met uitzondering van nachtclubs, discotheken, dancings of soortgelijke inrichtingen; onder horeca is in ieder geval niet begrepen een seksinrichting;
een bedrijf, gericht op de aanleg, de inrichting en het onderhoud van tuinen en groen, met gebruikmaking van de daarbij behorende materialen en gereedschappen, zonder dat detailhandel wordt uitgeoefend;
één of meer personen die op hetzelfde adres wonen en een economisch-consumptieve eenheid vormen;
specifieke vorm van detailhandel, waarbij de transactie via internet (of postorder) tot stand komt en waarbij afhalen, tonen en afrekenen van goederen niet ter plaatse gebeurt;
gebieden zoals genoemd in artikel 2.13.1 onder d van de Omgevingsverordening Overijssel en die op de kaart Drinkwatervoorziening nr. 09295053 (vastgesteld door Provinciale Staten op 1 juli 2009) zijn aangegeven;
voorzieningen binnen al of niet voormalige agrarische bebouwing, bedoeld voor recreatief nachtverblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen, die zijn/hun vaste woon- of verblijfplaats elders hebben; onder recreatief nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
een onderkomen dat naar de aard en inrichting is bedoeld voor recreatief nachtverblijf, maar zonder een met de grond verbonden constructie en zonder een plaatsgebonden karakter, zoals bijvoorbeeld een tent, vouwwagen, toercaravan of camper;
een terrein ingericht voor recreatief verblijf in kampeermiddelen en stacaravans; onder recreatief nachtverblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
een gebouw dat door zijn verschijningsvorm als behoudenswaardig aangemerkt wordt;
een gebouw met overwegend transparante, lichtdoorlatende afdekking en wanden, bedoeld voor het kweken en telen van gewassen;
kamperen in de vorm van recreatief medegebruik op een kampeerterrein geschikt voor een beperkt aantal kampeermiddelen;
een object waarvoor volgens het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico respectievelijk een risico-afstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht moet worden genomen;
gebouwen die door de verschijningsvorm zoals blijkend uit goothoogte, nokhoogte, materiaalgebruik, bouwmassa en/of silhouet, visueel storend zijn in het landschapsbeeld; voor het gebied karakteristieke en cultuurhistorisch waardevolle gebouwen vallen hier niet onder;
een bedrijf, dat uitsluitend of in overwegende mate is gericht op het verrichten van werkzaamheden voor en/of de levering van diensten aan (agrarische) bedrijven;
voorzieningen ter zake van religie, verenigingsleven, cultuur, onderwijs, opvoeding, recreatie, gezondheidszorg, bejaardenzorg en andere openbare en bijzondere voorzieningen en dienstverlening;
bedrijvigheid geheel of overwegend gericht op het houden, stallen, africhten, trainen en berijden van paarden en pony's, het ter zake lesgeven en de exploitatie van daarbij behorende voorzieningen, waaronder begrepen een kantine of soortgelijke horecavoorziening;
kamperen in de vorm van recreatief medegebruik op een kampeerterrein geschikt voor een beperkt aantal kampeermiddelen;
voor publiek toegankelijke tuinen, ter bezichtiging of bestudering;
een tuin met bijbehorende voorzieningen die vanuit een educatieve doelstelling toegankelijk is voor publiek en tevens gebruikt kan worden voor activiteiten zoals leer-werkstages en workshops.
een activiteit die in ruimtelijk en functioneel opzicht duidelijk ondergeschikt is aan de volgens de bestemmingsomschrijving toegestane hoofdfunctie op het perceel;
een vergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo);
een voor verblijf geschikt, al dan niet aan zijn bestemming onttrokken, vaar- of voertuig, ark of caravan, voor zover dat of die niet als een bouwwerk is aan te merken, alsook een tent;
archeologische maatregel waarbij een aangetroffen en gewaardeerde vindplaats ex situ wordt behouden;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat dient ter overdekking en niet, of slechts met één wand is omgeven;
een onverhard en omheind terrein, niet overdekt en met een andere ondergrond dan gras, ingericht voor het africhten, trainen en berijden van paarden en pony's en het anderszins beoefenen van de paardensport;
bewoning van een ruimte als hoofdverblijf, waarbij door betrokkene(n) niet aannemelijk is of kan worden gemaakt dat elders daadwerkelijk over een hoofdverblijf wordt beschikt;
het in het Besluit externe veiligheid inrichtingen bedoelde risico op een plaats buiten een inrichting, uitgedrukt als de kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof, gevaarlijke afvalstof of bestrijdingsmiddel betrokken is;
eenvoudige, uit hout en heideplaggen opgetrokken hut;
Een bedrijfswoning behorend tot of voorheen behorend tot een landbouwinrichting, die door een derde bewoond mag worden als bedoeld in artikel 1.1a van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) inclusief aan-huis-gebonden beroep;
een paardenhouderij waar uitsluitend of in hoofdzaak handelingen aan en/of met paarden worden verricht die primair gericht zijn op het voortbrengen, africhten en trainen en verhandelen van paarden;
een gebouw, niet zijnde een stacaravan, chalet, trekkershut of plaggenhut, uitsluitend bestemd om te dienen voor recreatief verblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen, die hun hoofdverblijf elders hebben; onder recreatief verblijf is in ieder geval niet begrepen permanente bewoning door eenzelfde persoon, gezin of andere groep van personen;
aanduiding waarmee wordt aangegeven dat de daardoor verbonden delen als een geheel worden aangemerkt;
een gebouw uitsluitend bestemd voor het africhten van paarden en pony's, ten dienste van en behorende bij een manege of productiegerichte paardenhouderij;
een plan dat beschrijft op welke wijze het erf landschappelijk gezien is ingepast in zijn omgeving, hoe de sterke gebiedskenmerken worden doorvertaald in de inrichting van het erf en hoe de nieuwe ontwikkeling op het erf en waar nodig compenserende maatregelen elders, bijdragen aan het versterken van de ruimtelijke kwaliteit in de omgeving;
voor het bepalen van de sterke gebiedskenmerken moet gebruik gemaakt worden van de tabellen in de Landschap Identiteit Kaarten (LIK's), waarin de sterke gebiedskenmerken per (deel)gebied zijn beschreven; de LIK's maken als bijlage onderdeel uit van de regels;
het resultaat van menselijk handelen en natuurlijke processen dat de ruimte geschikt maakt en houdt voor wat voor mens, plant en dier belangrijk is.
een onderwijsinstelling waar les wordt gegeven aan leerlingen, waaronder inbegrepen kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang;
een gebouw met maximaal drie gesloten wanden, dat dient voor de beschutting van, al dan niet hobbymatig gehouden, dieren tegen weersinvloeden alsmede voor de opslag van het voor deze dieren bestemde voer;
een inrichting, bestaande uit een of meer voor publiek toegankelijke, besloten ruimten, waarin bedrijfsmatig of op een daarmee vergelijkbare wijze, seksuele handelingen worden verricht; onder een hiervoor bedoelde inrichting wordt in elk geval verstaan een bordeel en parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
een ontmoetingscentrum met als doel het versterken van het innerlijke geestesleven;
bouwwerk voor recreatief nachtverblijf bestaande uit één bouwlaag uitsluitend bestemd om te dienen voor recreatief verblijf door een persoon, gezin of andere groep van personen, die zijn/hun hoofdverblijf elders hebben. Een stacaravan heeft geen vaste verankering in de grond en moet over de weg als één deel te verplaatsen zijn;
opslag van goederen en producten die geen regelmatige verplaatsing behoeven, zonder dat deze ter plaatse bewerkt, verwerkt, gerepareerd of verhandeld worden; uitgezonderd de opslag van gevaarlijke stoffen;
producten die zijn voortgebracht op ambachtelijke wijze op agrarische bedrijven;
een voor de bedrijfsvoering benodigde installatie;
een verplaatsbare constructie, overtrokken met transparant materiaal anders dan glas, voor het kweken of beschermen van gewassen, uitsluitend aanwezig tijdens het teeltseizoen;
een eenvoudige vrijstaande blokhut, bestaande uit één bouwlaag, zonder of met beperkte sanitaire voorzieningen, welke uitsluitend gebruikt wordt voor kortdurend recreatief verblijf door wisselende groepen van recreanten, die hun hoofdverblijf elders hebben;
het bedrijfsmatig telen en kweken van groenten, bomen, heesters, struiken, planten en bloemen of tuinbouwzaden, in de volle grond, al dan niet gecombineerd met, als ondergeschikte nevenactiviteit, de handel in boomkwekerijgewassen en vaste planten;
een detailhandelsvestiging met daarbij behorende kwekerij in kwekerijproducten, zoals bomen, kamer- en andere planten, bollen en bloemen, alsmede in artikelen voor tuinaanleg, -inrichting en -onderhoud en dierbenodigdheden voor huisdieren;
de vloeroppervlakte van alle voor mensen toegankelijke ruimten binnen een gebouw voor detailhandel, onder welke ruimten niet zijn begrepen opslag-, personeels-, sanitaire en andere dienstruimten, garderobes en keukens;
een voor het publiek toegankelijk park waar diverse vogelsoorten en enkele andere diersoorten worden gehouden, gehuisvest, verzorgd en getoond met bijbehorende voorzieningen en horeca uitsluitend ten behoeve van het vogelpark;
complex van tuinen voor niet-commerciële sier- en groenteteelt;
de naar de weg gekeerde of aan de voorzijde van een gebouw gelegen gevel of, indien het een gebouw betreft met meerdere zodanige gevels, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt;
de lijn die horizontaal loopt door het buitenwerks vlak van de voorgevel van het hoofdgebouw, tot aan de perceelsgrenzen.
door burgemeester en wethouders aangewezen terrein waarvan op grond van historische gegevens of door archeologische vondsten en onderzoek vast staat dat het van algemeen belang is wegens zijn betekenis voor de archeologische monumentenzorg;
door burgemeester en wethouders aangewezen terrein waarvan op grond van historische gegevens of door archeologische vondsten en onderzoek vermoed wordt dat het van algemeen belang is wegens zijn betekenis voor de archeologische monumentenzorg;
de hoogte (het niveau) van de waterspiegel gemeten naar NAP op het moment van aanvraag van de vergunning of bestemmingswijziging. Dit kan betrekking hebben op zowel oppervlaktewater als grondwater;
dwars op het hoofdkanaal gelegen zijkanaal in een veenkoloniaal landschap;
een door de wind aangedreven bouwwerk waarmee energie wordt opgewekt, inclusief de bij dit bouwwerk behorende (infrastructurele) voorzieningen;
een complex van ruimten volgens aard en indeling geschikt en bestemd voor de huisvesting van een afzonderlijk huishouden;
voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of
in delen kan worden verplaatst;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, bijvoorbeeld in de vorm van bank- en verzekeringsdiensten, exploitatie van en handel in onroerende zaken, adviesbureaus, verhuurbedrijven en hulpdiensten;
een bedrijf, dat uitsluitend of in overwegende mate is gericht op het winnen, opslaan, overslaan, bewerken, verwerken en handel van zand;
collectoren voor warmteopwekking of een paneel voor electriciteitsopwekking;
een zorgfunctie waarbij de sociaal-medische opvang van personen, al dan niet in de vorm van het ter plaatse woonachtig zijn, en al dan niet gecombineerd wordt met agrarische activiteiten, in dié zin dat de personen behulpzaam zijn bij de agrarische of natuurbeherende activiteiten;
complex van ruimten, bedoeld voor de huisvesting van één of meerdere personen van een specifieke doelgroep die zorg nodig heeft;
Onder stikstofemitterende bouwwerken worden verstaan gebouwen voor het houden van landbouwhuisdieren, installaties voor het bewerken of vergisten van mest en/of biomassa, mestplaten en mestsilo's.
1. Er is sprake van een toename van de ammoniakemissie wanneer vanuit het bouwvlak en de bij het desbetreffende bedrijf behorende mestplaten de emissie N/ha/jaar meer bedraagt dan:
de emissie N/ha/jaar op het tijdstip van vaststelling van het bestemmingsplan afkomstig van het aanwezige legale gebruik van de gronden en opstallen behorend tot het bouwvlak en de bij het desbetreffende bedrijf behorende mestplaten.
Onder het 'aanwezige legale gebruik' wordt hier mede verstaan het gebruik ingevolge een ten tijde van de vaststelling van het bestemmingsplan reeds onherroepelijke omgevingsvergunning voor het bouwen.
2. Als uitzondering op lid 1 van dit artikel geldt het volgende. Na inwerkingtreding van Artikel 1, Onderdeel J, van de Wet van 8 oktober 2014, houdende wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 (programmatische aanpak), Stb. 2014, 419, en de Algemene Maatregel van Bestuur als bedoeld in artikel 19kh, zevende lid, onder a onder 1 van de Natuurbeschermingswet 1998, zoals dit artikel luidt na inwerkingtreding van het hiervoor genoemde Artikel 1, Onderdeel J, is er geen sprake van een toename van de ammoniakemissie wanneer:
- het project of handeling waar de aanvraag om omgevingsvergunning op ziet, een stikstofdepositie veroorzaakt op voor stikstof gevoelige habitats in het Natura 2000-gebied die afzonderlijk en, ingeval het project of de handeling betrekking heeft op een inrichting als bedoeld in artikel 1.1, derde lid, van de Wet milieubeheer, in cumulatie met andere projecten of handelingen met betrekking tot dezelfde inrichting in de periode waarvoor het programma geldt, niet een waarde die is vastgesteld bij vorenbedoelde algemene maatregel van bestuur overschrijdt.
3. Onder 'programma' als bedoeld in lid 2 van dit artikel wordt verstaan het programma als bedoeld in artikel 19kg, eerste lid van de Natuurbeschermingswet 1998 zoals dit luidt na inwerkingtreding van Artikel 1, Onderdeel I van de Wet van 8 oktober 2014, houdende wijziging van de Natuurbeschermingswet 1998 (programmatische aanpak), Stb. 2014, 419.
Bij de toepassing van de regels wordt als volgt gemeten en berekend:
vanaf het peil tot het maximale hoogste punt dat de wiek kan bereiken;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; ondergeschikte bouwdelen worden hierbij buiten beschouwing gelaten;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
Ruimten, zoals kelders en kruip- en soortgelijke ruimten, onder de onderzijde van de begane grondvloer - en tussen de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidingsmuren - worden niet meegerekend bij de inhoud van een bouwwerk, tenzij:
In bestaande situaties wordt een kelder waarvan de onderzijde van de begane grondvloer op meer dan 0,3 meter boven peil is gelegen of de kelder aan de buitenzijde een directe toegang heeft, niet meegerekend bij de inhoud van een bouwwerk.
In geval van recreatiewoningen wordt de inhoud van een kelder onder de recreatiewoning wel meegeteld bij de inhoud van de woning;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
bij de toepassing van het bepaalde over het bouwen binnen bouwvlakken of bestemmingsvlakken worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de bouw- of bestemmingsgrens dan wel rooilijn met niet meer dan 1 meter wordt overschreden.
De voor 'Agrarisch met waarden - Beekdallandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
en tevens voor:
In afwijking van het bepaalde onder a geldt dat voor zover op de verbeelding binnen een bouwvlak de aanduiding "akkerbouwbedrijf" is opgenomen, uitsluitend de uitoefening van agrarisch bedrijf in de vorm van een akkerbouwbedrijf is toegestaan.
Binnen elk bouwvlak op de gronden als bedoeld in artikel 3.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:
Buiten bouwvlakken mogen uitsluitend worden gebouwd:
In afwijking van het bepaalde onder a zijn zonnecollectoren niet toegestaan.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 3.2.1 en 3.2.2, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 4 m | 10 m | 18º |
aanbouwen aan bedrijfsgebouwen | 3,5 m | ||
bedrijfswoningen | 3,5 m | 10 m | 30º |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18º |
overkappingen | 3,5 m | ||
bouwwerken voor mestopslag | 10 m | ||
voedersilo's | 20 m | ||
erf- of perceelsafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn binnen bouwvlakken | 2 m | ||
overige erf- of perceelsafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken binnen bouwvlakken | 10 m | ||
sleufsilo's, kuilvoerplaten en mestplaten buiten bouwvlakken | 1,5 m | ||
gebouwen ten behoeve van een ijsbaan | 3 m | 6 m | |
foliebassins met bijbehorende omheining buiten bouwvlakken | 2 m | ||
gebouwen ten behoeve van volkstuinen | 2,5 m | ||
overige andere bouwwerken buiten bouwvlakken | 3 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. |
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde bouwregels, dezelfde mogelijkheden om af te wijken van de bouwregels en dezelfde wijzigingsbevoegdheden als voor een bedrijfswoning.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.3 onder e, voor het bouwen van bedrijfsgebouwen met afwijkende maatvoering mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.1, onder b voor het bouwen van een tweede bedrijfswoning binnen het bouwvlak, mits :
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.3 onder e, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 6 meter en 12 meter, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.3 onder e, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.3 onder a, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot maximaal 900 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.2.3 onder e, voor een hogere maximale bouwhoogte voor sleufsilo's en kuilvoerplaten buiten bouwvlakken tot maximaal 2 meter, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het gebruik van de gronden en gebouwen voor niet-agrarische nevenactiviteiten, zoals bedoeld in lid 3.1 onder c heeft betrekking op nevenactiviteiten in de vorm van ambachtelijke bedrijvigheid in categorie 1 en 2 van de bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten, ofwel hiermee, wat betreft het leefklimaat, vergelijkbare bedrijven, detailhandel, zakelijke dienstverlening en recreatieve activiteiten, of daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde gebruiksregels als voor een bedrijfswoning, met dien verstande dat, in afwijking van artikel 3.4 onder b, tevens een aan-huis-gebonden beroep is toegestaan. De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.1 onder c en artikel 3.4, voor het toevoegen van niet-agrarische (bedrijfs)activiteiten aan een agrarisch bedrijf, in gebouwen, onder voorwaarde dat de toegevoegde activiteiten uitsluitend betrekking hebben op:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.1 en artikel 3.4 voor het gebruiken van gronden in en/of binnen een afstand van maximaal 30 m van het bouwvlak als standplaats voor ten hoogste 15 kampeermiddelen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt herbegrenst, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt vergroot, waarbij artikel 3.2.3 onder h van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat op de gronden als bedoeld in artikel 3.1, de bestemming wordt gewijzigd in:
Het wijzigen mag uitsluitend geschieden ten aanzien van gronden waarvan vaststaat dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 39 (Wonen - Beekdallandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 39 (Wonen - Beekdallandschap), en de bouw van een extra woning toe te staan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Behoudens het bepaalde in artikel 3.7.2, is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 3.7.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 3.7.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in dit artikel bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen,
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Agrarisch met waarden - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
en tevens voor:
In afwijking van het bepaalde onder a geldt dat voor zover op de verbeelding binnen een bouwvlak:
Binnen elk bouwvlak op de gronden als bedoeld in artikel 4.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:
Buiten bouwvlakken mogen uitsluitend worden gebouwd:
In afwijking van het bepaalde onder a zijn zonnecollectoren niet toegestaan.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 4.2.1 en 4.2.2, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 4 m | 10 m | 18º |
aanbouwen aan bedrijfsgebouwen | 3,5 m | ||
bedrijfswoningen(2) | 3,5 m | 10 m | 30º |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18º |
overkappingen | 3,5 m | ||
bouwwerken voor mestopslag | 10 m | ||
voedersilo's | 20 m | ||
erf- of perceelsafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn binnen bouwvlakken | 2 m | ||
overige erf- of perceelsafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken binnen bouwvlakken | 10 m | ||
sleufsilo's, kuilvoerplaten en mestplaten buiten bouwvlakken | 2 m | ||
gebouwen ten behoeve van een ijsbaan | 3 m | 6 m | 18º |
foliebassins met bijbehorende omheining buiten bouwvlakken | 2 m | ||
overige andere bouwwerken buiten bouwvlakken | 3 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde bouwregels, dezelfde mogelijkheden om af te wijken van de bouwregels en dezelfde wijzigingsbevoegdheden als voor een bedrijfswoning.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder f, voor het bouwen van bedrijfsgebouwen met afwijkende maatvoering mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.1, onder b voor het bouwen van een tweede bedrijfswoning binnen het bouwvlak, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder f, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 6 meter en 12 meter, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder f, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder a, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot maximaal 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaats vindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder f, voor een hogere maximale bouwhoogte voor sleufsilo's en kuilvoerplaten buiten bouwvlakken tot maximaal 2,5 meter, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het gebruik van de gronden en gebouwen voor niet-agrarische nevenactiviteiten, zoals bedoeld in artikel 4.1 onder c heeft betrekking op nevenactiviteiten in de vorm van ambachtelijke bedrijvigheid in categorie 1 en 2 van de bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten, ofwel hiermee, wat betreft het leefklimaat, vergelijkbare bedrijven, detailhandel, zakelijke dienstverlening en recreatieve activiteiten, waaronder boerderijkamers, of daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde gebruiksregels als voor een bedrijfswoning, met dien verstande dat, in afwijking van artikel 4.4 onder b, tevens een aan-huis-gebonden beroep is toegestaan. De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.1 onder c en artikel 4.4, voor het toevoegen van niet-agrarische (bedrijfs)activiteiten aan een agrarisch bedrijf, in gebouwen, onder voorwaarde dat de toegevoegde activiteiten uitsluitend betrekking hebben op:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt herbegrenst, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt vergroot, waarbij artikel 4.2.3 onder i van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie - uitbreiding recreatieterrein" de bestemming wordt gewijzigd in de bestemming als bedoeld in artikel 30 Recreatie - Besloten heideontginningslandschap ten behoeve van uitbreiding van het naastgelegen recreatieterrein (Pallegarsteweg 4 te Marienberg), met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat in de verbeelding één of meer nieuwe bouwvlakken worden aangegeven, voorzien van de aanduiding "akkerbouwbedrijf", met elk een oppervlakte van ten hoogste 1,5 ha, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat op de gronden als bedoeld in artikel 4.1, de bestemming wordt gewijzigd in:
Het wijzigen mag uitsluitend geschieden ten aanzien van gronden waarvan vaststaat dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 40 (Wonen - Besloten heideontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 40 (Wonen - Besloten heideontginningslandschap), en de bouw van een extra woning toe te staan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 9 (Bedrijf - Besloten heideontginningslandschap), waarbij artikel 4.2.3 onder i van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Behoudens het bepaalde in artikel 4.7.2, is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 4.7.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van het volgende:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 4.7.1 , zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in dit artikel bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen: - niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Agrarisch met waarden - Besloten veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
en tevens voor:
In afwijking van het bepaalde onder a geldt dat voor zover op de verbeelding binnen een bouwvlak de aanduiding "akkerbouwbedrijf" is opgenomen, uitsluitend de uitoefening van agrarisch bedrijf in de vorm van een akkerbouwbedrijf is toegestaan.
Binnen elk bouwvlak op de gronden als bedoeld in artikel 5.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:
Buiten bouwvlakken mogen uitsluitend worden gebouwd:
In afwijking van het bepaalde onder a zijn zonnecollectoren niet toegestaan.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 5.2.1 en 5.2.2, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 4 m | 10 m | 18 º |
aanbouwen aan bedrijfsgebouwen | 3,5 m | ||
bedrijfswoningen(2) | 3,5 m | 10 m | 30 º |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18 º |
overkappingen | 3,5 m | ||
bouwwerken voor mestopslag | 10 m | ||
voedersilo's | 20 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn binnen bouwvlakken | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken binnen bouwvlakken | 10 m | ||
schuilgelegenheden buiten bouwvlakken | 2,5 m | 5 m | 18 º |
sleufsilo's, kuilvoerplaten en mestplaten buiten bouwvlakken | 2 m | ||
foliebassins met bijbehorende omheining buiten bouwvlakken | 2 m | ||
overige andere bouwwerken buiten bouwvlakken | 3 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde bouwregels, dezelfde mogelijkheden om af te wijken van de bouwregels en dezelfde wijzigingsbevoegdheden als voor een bedrijfswoning.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.2.3 onder f, voor het bouwen van bedrijfsgebouwen met afwijkende maatvoering mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.2.1, onder b voor het bouwen van een tweede bedrijfswoning binnen het bouwvlak, mits :
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.2.3 onder f, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 6 meter en 12 meter, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.2.3 onder f, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.2.3 onder a, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot maximaal 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.2.3 onder f, voor een hogere maximale bouwhoogte voor sleufsilo's en kuilvoerplaten buiten bouwvlakken tot maximaal 2,5 meter, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van de gronden en gebouwen voor niet-agrarische nevenactiviteiten, zoals bedoeld in artikel 5.1 onder c heeft betrekking op nevenactiviteiten in de vorm van ambachtelijke bedrijvigheid in categorie 1 en 2 van bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten, ofwel hiermee, wat betreft het leefklimaat, vergelijkbare bedrijven, detailhandel, zakelijke dienstverlening en recreatieve activiteiten, waaronder boerderijkamers, of daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde gebruiksregels als voor een bedrijfswoning, met dien verstande dat, in afwijking van artikel 5.4 onder b, tevens een aan-huis-gebonden beroep is toegestaan. De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.1 onder c en artikel 5.4, voor het toevoegen van niet-agrarische (bedrijfs)activiteiten aan een agrarisch bedrijf, in gebouwen, onder voorwaarde dat de toegevoegde activiteiten uitsluitend betrekking hebben op:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt herbegrenst, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt vergroot, waarbij artikel 5.2.3 onder i van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat in de verbeelding één of meer nieuwe bouwvlakken worden aangegeven, voorzien van de aanduiding "akkerbouwbedrijf", met elk een oppervlakte van ten hoogste 1,5 ha, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat op de gronden als bedoeld in artikel 5.1, de bestemming wordt gewijzigd in:
Het wijzigen mag uitsluitend geschieden ten aanzien van gronden waarvan vaststaat dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 41 (Wonen - Besloten veenontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 41 (Wonen - Besloten veenontginningslandschap), en de bouw van een extra woning toe te staan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 10 (Bedrijf - Besloten veenontginningslandschap), waarbij artikel 5.2.3 onder i van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Behoudens het bepaalde in artikel 5.7.2, is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 5.7.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.7.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in dit artikel bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Agrarisch met waarden - Essen- en hoevenlandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
en tevens voor:
In afwijking van het bepaalde onder a geldt dat voor zover op de verbeelding binnen een bouwvlak:
Binnen elk bouwvlak op de gronden als bedoeld in artikel 6.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor zover een bouwvlak is voorzien van:
Buiten bouwvlakken mogen uitsluitend worden gebouwd:
In afwijking van het bepaalde onder a zijn zonnecollectoren niet toegestaan.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 6.2.1 en 6.2.2, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 4 m | 10 m | 18° |
aanbouwen aan bedrijfsgebouwen | 3,5 m | ||
bedrijfswoningen | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
bouwwerken voor mestopslag | 10 m | ||
voedersilo's | 20 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn binnen bouwvlakken | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken binnen bouwvlakken | 10 m | ||
schuilgelegenheden buiten bouwvlakken | 2,5 m | 4 m | 18° |
sleufsilo's, kuilvoerplaten en mestplaten buiten bouwvlakken | 1,5 m | ||
foliebassins met bijbehorende omheining buiten bouwvlakken | 2 m | ||
overige andere bouwwerken buiten bouwvlakken | 3 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. |
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde bouwregels, dezelfde mogelijkheden om af te wijken van de bouwregels en dezelfde wijzigingsbevoegdheden als voor een bedrijfswoning.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.3 onder e, voor het bouwen van bedrijfsgebouwen met afwijkende maatvoering mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.1 onder b, voor het bouwen van een tweede bedrijfswoning binnen het bouwvlak, mits :
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.3 onder e, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 6 meter en 12 meter, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.3 onder e, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.1 onder a voor het vergroten van de inhoud van de woning tot maximaal 900 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.3 onder e, voor een hogere maximale bouwhoogte voor sleufsilo's en kuilvoerplaten buiten bouwvlakken tot maximaal 2 meter, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van de gronden en gebouwen voor niet-agrarische nevenactiviteiten, zoals bedoeld in artikel 6.1 onder c heeft betrekking op nevenactiviteiten in de vorm van ambachtelijke bedrijvigheid in categorie 1 en 2 van de bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten, ofwel hiermee, wat betreft het leefklimaat, vergelijkbare bedrijven, detailhandel, zakelijke dienstverlening en recreatieve activiteiten, waaronder boerderijkamers, of daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde gebruiksregels als voor een bedrijfswoning, met dien verstande dat, in afwijking van artikel 6.4 onder b, tevens een aan-huis-gebonden beroep is toegestaan. De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.1 onder c en artikel 6.4, voor het toevoegen van niet-agrarische (bedrijfs)activiteiten aan een agrarisch bedrijf, in gebouwen, onder voorwaarde dat de toegevoegde activiteiten uitsluitend betrekking hebben op:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.1 onder f voor het gebruiken van gronden in of nabij het bouwvlak als standplaats voor ten hoogste 25 kampeermiddelen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt herbegrenst, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt vergroot, waarbij artikel 6.2.3 onder i van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat op de gronden als bedoeld in artikel 6.1, de bestemming wordt gewijzigd in:
Het wijzigen mag uitsluitend geschieden ten aanzien van gronden waarvan vaststaat dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 42 (Wonen - Essen- en hoevenlandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 42 (Wonen - Essen- en hoevenlandschap), en de bouw van een extra woning toe te staan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Behoudens het bepaalde in artikel 6.7.2, is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 6.7.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van :
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 6.7.1, zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in dit artikel bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Agrarisch met waarden - Open heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
en tevens voor:
In afwijking van het bepaalde onder a geldt dat voor zover op de verbeelding binnen een bouwvlak de aanduiding "akkerbouwbedrijf" is opgenomen, uitsluitend de uitoefening van agrarisch bedrijf in de vorm van een akkerbouwbedrijf is toegestaan.
Binnen elk bouwvlak op de gronden als bedoeld in artikel 7.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:
Buiten bouwvlakken mogen uitsluitend worden gebouwd:
In afwijking van het bepaalde onder a zijn zonnecollectoren niet toegestaan.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 7.2.1 en 7.2.2, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 6 m | 12 m | |
bedrijfswoningen(2) | 6 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 4 m | ||
voedersilo's | 20 m | ||
bouwwerken voor mestopslag | 10 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn binnen bouwvlakken | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken binnen bouwvlakken | 12 m | ||
sleufsilo's, kuilvoerplaten en mestplaten buiten bouwvlakken | 2 m | ||
foliebassins met bijbehorende omheining buiten bouwvlakken | 2 m | ||
overige andere bouwwerken buiten bouwvlakken | 3 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde bouwregels, dezelfde mogelijkheden om af te wijken van de bouwregels en dezelfde wijzigingsbevoegdheden als voor een bedrijfswoning.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 7.2.3 onder e, voor het bouwen van bedrijfsgebouwen met afwijkende maatvoering mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 7.2.1, onder b voor het bouwen van een tweede bedrijfswoning binnen het bouwvlak, mits :
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 7.2.3 onder e, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 10 meter en 14 meter, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 7.2.3 onder e, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 7.2.3 onder a, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.200 m3 , mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 7.2.3 onder e, voor een hogere maximale bouwhoogte voor sleufsilo's en kuilvoerplaten buiten bouwvlakken tot maximaal 2,5 meter, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 7.2.3, onder g, voor afwijkingen van de bestaande verschijningsvorm, mits de afwijking past binnen het bepaalde voor bedrijfswoningen in artikel 7.2.3, onder e.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van de gronden en gebouwen voor niet-agrarische nevenactiviteiten, zoals bedoeld in artikel 7.1 onder c heeft betrekking op nevenactiviteiten in de vorm van ambachtelijke bedrijvigheid in categorie 1 en 2 van de bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten Staat van Bedrijfsactiviteiten, ofwel hiermee, wat betreft het leefklimaat, vergelijkbare bedrijven, detailhandel en zakelijke dienstverlening, of daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde gebruiksregels als voor een bedrijfswoning, met dien verstande dat, in afwijking van artikel 7.4 onder b, tevens een aan-huis-gebonden beroep is toegestaan. De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 7.1 onder c en artikel 7.4, voor het toevoegen van niet-agrarische (bedrijfs)activiteiten aan een agrarisch bedrijf, in gebouwen, onder voorwaarde dat de toegevoegde activiteiten uitsluitend betrekking hebben op:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt herbegrenst, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt vergroot, waarbij artikel 7.2.3 onder i van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat in de verbeelding één of meer nieuwe bouwvlakken worden aangegeven, voorzien van de aanduiding "akkerbouwbedrijf", met elk een oppervlakte van ten hoogste 1,5 ha, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat op de gronden als bedoeld in artikel 7.1, de bestemming wordt gewijzigd in:
Het wijzigen mag uitsluitend geschieden ten aanzien van gronden waarvan vaststaat dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 43 (Wonen - Open heideontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 14 (Bedrijf - Open heideontginningslandschap), waarbij artikel 7.2.3 onder i van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Behoudens het bepaalde in artikel 7.7.2 is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 7.7.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 7.7.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in dit artikel bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen,
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Agrarisch met waarden - Open veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
en tevens voor:
In afwijking van het bepaalde onder a geldt dat voor zover op de verbeelding binnen een bouwvlak:
1. de aanduiding "akkerbouwbedrijf" is opgenomen, uitsluitend de uitoefening van agrarisch bedrijf in de vorm van een akkerbouwbedrijf is toegestaan;
2. de aanduiding "opslag" is opgenomen, uitsluitend bebouwing in ten behoeve van mest- of voederopslaag ten denste van een agrarisch bedrijf is toegestaan.
Binnen elk bouwvlak op de gronden als bedoeld in artikel 8.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor zover een bouwvlak is voorzien van de aanduiding "opslag" is uitsluitend bebouwing in de vorm van een mestsilo, ten dienste van een agrarisch bedrijf, toegestaan.
Buiten bouwvlakken mogen uitsluitend worden gebouwd:
In afwijking van het bepaalde onder a zijn zonnecollectoren niet toegestaan.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 8.2.1 en 8.2.2, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 6 m | 12 m | |
bedrijfswoningen(2) | 6 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 4 m | ||
bouwwerken voor mestopslag | 10 m | ||
voedersilo's | 20 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn binnen bouwvlakken | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken binnen bouwvlakken | 12 m | ||
gebouwen ten behoeve van volkstuinen | 2,5 m | ||
sleufsilo's, kuilvoerplaten en mestplaten buiten bouwvlakken | 2 m | ||
foliebassins met bijbehorende omheining buiten bouwvlakken | 2 m | ||
overige andere bouwwerken buiten bouwvlakken | 3 m | ||
gebouwen ten behoeve van een composteerbedrijf | 10 m | 18° | |
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde bouwregels, dezelfde mogelijkheden om af te wijken van de bouwregels en dezelfde wijzigingsbevoegdheden als voor een bedrijfswoning.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 8.2.3 onder f, voor het bouwen van bedrijfsgebouwen met afwijkende maatvoering mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 8.2.1, onder b voor het bouwen van een tweede bedrijfswoning binnen het bouwvlak, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 8.2.3 onder f, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 10 meter en 14 meter, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 8.2.3 onder f, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 8.2.3 onder a, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 8.2.3 onder f, voor een hogere maximale bouwhoogte voor sleufsilo's en kuilvoerplaten buiten bouwvlakken tot maximaal 2,5 meter, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 8.2.3, onder h, voor afwijkingen van de bestaande verschijningsvorm, mits de afwijking past binnen het bepaalde voor bedrijfswoningen in artikel 8.2.3, onder f.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van de gronden en gebouwen voor niet-agrarische nevenactiviteiten, zoals bedoeld in artikel 8.1 onder c heeft betrekking op nevenactiviteiten in de vorm van ambachtelijke bedrijvigheid in categorie 1 en 2 van de bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten, ofwel hiermee, wat betreft het leefklimaat, vergelijkbare bedrijven, detailhandel en zakelijke dienstverlening, of daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Voor een bedrijfswoning die aangeduid is als plattelandswoning gelden dezelfde gebruiksregels als voor een bedrijfswoning, met dien verstande dat, in afwijking van artikel 8.4 onder b, tevens een aan-huis-gebonden beroep is toegestaan. De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 8.1 onder c en artikel 8.4, voor het toevoegen van niet-agrarische bedrijfsactiviteiten aan een agrarisch bedrijf, in gebouwen, onder voorwaarde dat de toegevoegde activiteiten uitsluitend betrekking hebben op:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt herbegrenst, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt vergroot, waarbij artikel 8.2.3 onder j van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat in de verbeelding één of meer nieuwe bouwvlakken worden aangegeven, voorzien van de aanduiding "akkerbouwbedrijf", met elk een oppervlakte van ten hoogste 1,5 ha, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat op de gronden als bedoeld in artikel 8.1, de bestemming wordt gewijzigd in:
Het wijzigen mag uitsluitend geschieden ten aanzien van gronden waarvan vaststaat dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 44 (Wonen - Open veenontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 15 (Bedrijf - Open veenontginningslandschap), waarbij artikel 8.2.3 onder j van deze planregels van overeenkomstige toepassing is en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Behoudens het bepaalde in artikel 8.7.2, is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 8.7.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van :
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 8.7.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in dit artikel bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen,
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Bedrijf - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Een en ander met uitzondering van:
Op de gronden als bedoeld in artikel 9.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 9.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 4 m | 10 m | 18° |
bedrijfswoningen(2) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.2.2, onder a, voor het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte van 125% van de bestaande gebouwen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.2.2 onder d, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 6 meter en 12 meter, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 9.1 voor het toestaan van bedrijven die:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Bedrijf - Besloten heideontginningslandschap geen bedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 40 (Wonen - Besloten heideontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat op de gronden als bedoeld in artikel 9.1 onder e, de bestemming wordt gewijzigd in de bestemmingen Groen - Landschapselement, Natuur - Besloten heideontginningslandschap en/of Water. Het wijzigen mag uitsluitend geschieden als vaststaat dat:
De voor 'Bedrijf - Besloten veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Een en ander met uitzondering van:
Op de gronden als bedoeld in artikel 10.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 10.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 4 m | 10 m | 18° |
bedrijfswoningen(2) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
(1) de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 10.2.2, onder a, voor het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte van 125% van de bestaande gebouwen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 10.2.2 onder d, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 6 meter en 12 meter, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 10.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 10.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaats vindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 10.1 voor het toestaan van bedrijven die:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Bedrijf - Besloten veenontginningslandschap geen bedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 41 (Wonen - Besloten veenontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen, dat op de gronden als bedoeld in artikel 10.1 onder c, de bestemming wordt gewijzigd in de bestemmingen Groen - Landschapselement, Natuur - Natuur - Besloten veenontginningslandschap en/of Water. Het wijzigen mag uitsluitend geschieden als vaststaat dat:
De voor 'Bedrijf - Essen- en hoevelandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Een en ander met uitzondering van:
Op de gronden als bedoeld in artikel 11.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 11.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 4 m | 10 m | 18° |
bedrijfswoningen | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 11.2.2 onder f, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 6 meter en 12 meter, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 11.2.2 onder f, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 11.2.2 onder d, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 900 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaats vindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 11.2.2, onder h, voor afwijkingen van de bestaande verschijningsvorm, mits de afwijking past binnen het bepaalde voor bedrijfswoningen in artikel 11.2.2 onder f.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 11.1 voor het toestaan van bedrijven die:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Bedrijf - Essen- en hoevelandschap geen bedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 42 (Wonen - Essen- en hoevenlandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor 'Bedrijf - Gasontvangstation' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 12.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 12.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte |
erf- of perceelafscheidingen | 3 m | |
gebouwen | 4 m | |
overige andere bouwwerken | 12 m |
De voor 'Bedrijf - Nutsbedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 13.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 13.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte |
dienstgebouwen¹ | 4 m | 12 m |
erf- of perceelafscheidingen | 2,5 m | |
brandvlamtorens | 40 m | |
overige andere bouwwerken | 12 m | |
1) de maximale goothoogte geldt niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van dienstgebouwen. |
De voor 'Bedrijf - Open heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Een en ander met uitzondering van:
Op de gronden als bedoeld in artikel 14.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 14.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 6 m | 12 m | 18° |
bedrijfswoningen(2) | 6 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 4 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.2 onder a, voor het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte van 125% van de bestaande gebouwen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 14.1 voor het toestaan van bedrijven die:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Bedrijf - Open heideontginningslandschap geen bedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 43 (Wonen - Open heideontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor 'Bedrijf - Open veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Een en ander met uitzondering van:
Op de gronden als bedoeld in artikel 15.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 15.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 6 m | 12 m | 18° |
bedrijfswoningen(2) | 6 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 4 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige,andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 15.2.2, onder a, voor het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte van 125% van de bestaande gebouwen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 15.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 15.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 15.1 voor het toestaan van bedrijven die:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Bedrijf - Open veenontginningslandschap geen bedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 44 (Wonen - Open veenontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor 'Detailhandel - Besloten veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 16.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 16.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen | 4 m | 10 m | 18° |
bedrijfswoningen¹ | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 4 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
1) met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 16.2.2, onder a, voor het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte van 125% van de bestaande gebouwen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 16.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 16.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot maximaal 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaats vindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen wonen in een woning, anders dan ten behoeve van een huishouding, met dien verstande dat een huishouden wel mag worden aangevuld met een huishouding in verband met dringende sociale, verzorgings- of sociaal-economische redenen.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming 'Detailhandel - Besloten veenontginningslandschap' geen detailhandelsbedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 41 (Wonen - Besloten veenontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor 'Groen - Landschapselement' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 17.1 mogen uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen, dan wel de bestaande hoogte indien deze meer bedraagt.
Behoudens het bepaalde in artikel 17.3.2 is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 17.3.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 17.3.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Horeca - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 18.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 18.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen | 4 m | 10 m | 18° |
bedrijfswoningen(1) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkapping | 4 m | ||
erf- of perceelsafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelsafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
(1)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 18.2.2, onder a, voor het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte van 125% van de bestaande gebouwen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 18.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 18.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot maximaal 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Horeca - Besloten heideontginningslandschap geen horecabedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 40 Wonen - Besloten heideontginningslandschap met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor 'Horeca - Besloten veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 19.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 19.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen | 4 m | 10 m | 18° |
bedrijfswoningen(1) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkapping | 4 m | ||
erf- of perceelsafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelsafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
(1)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 19.2.2, onder a, voor het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte van 125% van de bestaande gebouwen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 19.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 19.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot maximaal 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het gebruik voor kleinschalig kampeerterrein is alleen toegestaan tot maximaal het op de verbeelding aangegeven aantal kampeermiddelen.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Horeca - Besloten veenontginningslandschap geen horecabedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 41 (Wonen - Besloten veenontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor 'Horeca - Open veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 20.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 20.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken |
max. goothoogte |
max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen | 6 m | 12 m | 18° |
bedrijfswoningen(1) | 6 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkapping | 4 m | ||
erf- of perceelsafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelsafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
(1)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 20.2.2, onder a, voor het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte van 125% van de bestaande gebouwen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 20.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 20.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot maximaal 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming 'Horeca - Open veenontginningslandschap' geen horecabedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 40 (Wonen - Besloten heideontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor 'Maatschappelijk - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
adres | nadere bestemming | max. aantal dienstwoningen |
Bosweg 1, Heemserveen | Verenigingsgebouw | 0 |
Bosweg 2, Heemserveen | Centrale voorziening ten behoeve van wegbeheer | 0 |
Grote Kattendijk ongenummerd, Ebbenbroek | Speelterrein | 0 |
Grote Kattendijk 23, Ebbenbroek | Verenigingsgebouw | 0 |
Hoogenweg 5, Hoogenweg | School | 0 |
Hoogenweg 45/45a, Hoogenweg | Verenigingsgebouw (bijeenkomsten van persoonlijke aard toegestaan) | 1 |
Oldemeijerweg 3, Rheeze | Begraafplaats | 0 |
Ommerweg 24a, Rheezerveen | Centrale voorziening ten behoeve van bosbeheer | 0 |
Ommerweg 69, Rheezerveen | Afvalverwerkingslocatie | 0 |
Paterswal 6b, Sibculo | Verenigingsgebouw | 0 |
Radewijkerweg 37/39, Radewijk | Verenigingsgebouw | 0 |
Radewijkerweg 54, Radewijk | Kerk | 0 |
Radewijkerweg 48, Radewijk | School | 0 |
Rheezerveenseweg 4, Heemserveen | Logopediepraktijk en logopedisch hippotherapeutisch centrum | 1 |
Rheezerveenseweg 54, Rheezerveen | Verenigingsgebouw | 0 |
Schapenweg 2,a Bergentheim | Begraafplaats | 0 |
Op de gronden als bedoeld in artikel 21.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 21.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken |
max. goothoogte |
max. bouwhoogte | min. dakhelling |
dienstgebouwen | 6 m | 12 m | 18° |
dienstwoningen(1) | 6 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkapping | 4 m | ||
erf- of perceelsafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelsafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)met dien verstande dat de dienstwoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 21.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de dienstwoning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 21.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 21.1, voor het gebruik voor een ander soort maatschappelijke voorziening dan genoemd in artikel 21.1 onder a, mits deze, naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woningen, redelijkerwijs kan worden gelijkgesteld met de voorziening die op de betreffende plaats is toegestaan.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Maatschappelijk - Besloten heideontginningslandschap geen maatschappelijke functie meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 40 (Wonen - Besloten heideontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor 'Maatschappelijk - Besloten veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
adres | nadere bestemming | max. aantal dienstwoningen |
Anerweg-Noord 70, Lutten | Kerk | 0 |
Bouwmansweg 3, Rheezerveen | School | 0 |
De Omloop 16, Balkbrug | Molen | 0 |
Geert Migchelsweg 6, Slagharen | Kerk | 1 |
Maatschappijwijk 15, Balkbrug | Dierenpension | 1 |
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 22.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 22.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
dienstgebouwen | 6 m | 12 m | 18° |
dienstwoningen(1) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 4 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige,andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)met dien verstande dat de dienstwoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 22.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de dienstwoning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 22.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 22.1, voor het gebruik voor een ander soort maatschappelijke voorziening dan genoemd in artikel 22.1 onder a, mits deze, naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woningen, redelijkerwijs kan worden gelijkgesteld met de voorziening die op de betreffende plaats is toegestaan.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Maatschappelijk - Besloten veenontginningslandschap geen maatschappelijke functie meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 41 (Wonen - Besloten veenontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor 'Maatschappelijk - Essen- en hoevenlandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
adres | nadere bestemming | max. aantal dienstwoningen |
Anerveenseweg 26, Ane | Molen | 0 |
de Lutteresweg 2, Lutten | Verenigingsgebouw | 0 |
de Steeghe 7 en 9, Ane | School | 0 |
de Vaart 1, Ane | Opslagterrein | 0 |
Maatdijk 7a, Brucht | Sportterrein | 0 |
Zwolseweg 2, Den Velde | School | 0 |
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 23.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 23.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
dienstgebouwen | 4 m | 10 m | 18° |
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m |
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 23.1, voor het gebruik voor een ander soort maatschappelijke voorziening dan genoemd in artikel 23.1 onder a, mits deze, naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woningen redelijkerwijs kan worden gelijkgesteld met de voorziening die op de betreffende plaats is toegestaan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 23.2.2 onder b, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van dienstgebouwen, mits:
De voor 'Maatschappelijk - Open Veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
adres | nadere bestemming | max. aantal dienstwoningen | ||||
Dedemsvaartseweg-Noord 152, Lutten | School, kerk | 0 | ||||
Lutteresweg 38, De Krim | Begraafplaats | 0 |
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 24.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 24.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
dienstgebouwen | 6 m | 12 m | 18° |
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m |
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van gronden en bouwwerken voor horeca, anders dan aan de maatschappelijke voorziening ondergeschikte en gebonden horeca.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 24.1, voor het gebruik voor een ander soort maatschappelijke voorziening dan genoemd in artikel 24.1 onder a, mits deze, naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woningen, redelijkerwijs kan worden gelijkgesteld met de voorziening die op de betreffende plaats is toegestaan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 24.2.2 onder b, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
De voor 'Natuur - Beekdallandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 25.1, mogen uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen, dan wel de bestaande hoogte indien deze meer bedraagt.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 25.2 voor het bouwen van niet voor bewoning bestemde gebouwen ten dienste van de bestemming, zoals schuilgelegenheden en bergingen, mits de noodzaak daarvan is aangetoond en de in artikel 25.1 bedoelde waarden niet onevenredig worden aangetast. Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:
Behoudens het bepaalde in artikel 25.4.2 is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werk, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 25.4.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 25.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Natuur - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 26.1, mogen uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen, dan wel de bestaande hoogte indien deze meer bedraagt.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 26.2, voor het bouwen van niet voor bewoning bestemde gebouwen ten dienste van de bestemming, zoals schuilgelegenheden en bergingen, mits:
Behoudens het bepaalde in artikel 26.4.2 is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 26.4.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 26.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Natuur - Besloten veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 27.1 mogen uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen, dan wel de bestaande hoogte indien deze meer bedraagt.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 27.2, voor het bouwen van niet voor bewoning bestemde gebouwen ten dienste van de bestemming, zoals schuilgelegenheden en bergingen, mits:
Behoudens het bepaalde in artikel 27.4.2, is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 27.4.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 27.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Natuur - Essen- en hoevenlandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 28.1 mogen uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen, dan wel de bestaande hoogte indien deze meer bedraagt.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 28.2, voor het bouwen van niet voor bewoning bestemde gebouwen ten dienste van de bestemming, zoals schuilgelegenheden en bergingen, mits:
Behoudens het bepaalde in artikel 28.4.2 is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 28.4.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 28.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Natuur - Open veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 29.1 mogen uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen, dan wel de bestaande hoogte indien deze meer bedraagt.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 29.2, voor het bouwen van niet voor bewoning bestemde gebouwen ten dienste van de bestemming, zoals schuilgelegenheden en bergingen, mits:
Behoudens het bepaalde in artikel 29.4.2 is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 29.4.1 vervatte verbod geldt niet voor:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 29.4.1, zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Recreatie - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
adres | nadere bestemming (1) | max. aantal appartementen | max. aantal recreatiewoningen | max. aantal bedrijfswoningen |
Bruchterbeekweg 28, Brucht | Hotel en theehuis | bestaand aantal | 0 | 1 |
Hoogenweg 52, Hoogenweg | Manege | 0 | 0 | 1 |
Larixweg 7 Heemserveen | Camping | 0 | 0 | 1 |
Larixweg 6, Heemserveen | Manege | 0 | 0 | 1 |
Ommerweg 27, Rheezerveen | Camping | 0 | 2 | 2 |
Ommerweg 24a Rheezerveen | Natuurcamping | 0 | 0 | 0 |
Grote Beltenweg 17, Rheeze | Camping | 0 | 0 | 1 |
Grote Beltenweg 15, Rheeze | Camping en bungalowpark | 0 | tot een oppervlakte van maximaal 40 % van het bestemmingsvlak | 1 |
Grote Beltenweg 11 / Stoetendijk 1, Rheeze | Camping en bungalowpark | 0 | tot een oppervlakte van maximaal 25 % van het bestemmingsvlak | 4 |
Oldemeijerweg ongenummerd, Rheeze (de Oldemeijer) | Recreatieplas en dagrecreatieterrein | 0 | 0 | 1, ter plaatse van de aanduiding "horeca" |
Ommerweg 11, Rheezerveen | Logies en manege | 48 | 0 | 1 |
Pallegarsteweg 4, Mariënberg | Camping | 0 | 0 | 2 |
Radewijkerweg 47, Radewijk | Camping en bungalowpark | 0 | 30 | 1 |
Rondweg 27 Holtheme | Camping en bungalowpark | 0 | 6 | 1 |
Westeindigerdijk 3, Loozen | Modeltuinen | 0 | 0 | 1 |
Stobbenhaarweg 15, Radewijk | Sportterrein | 0 | 0 | 0 |
(1)voor zover de gronden zijn bestemd als camping dienen deze terreinen op een zorgvuldige wijze landschappelijk te zijn ingepast. |
en tevens voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 30.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 30.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen | 6 m | 12 m | 18° |
bedrijfswoningen(1) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
recreatiewoningen | 3,5 m | 6 m | |
trekkershutten | 4 m | ||
appartementen | 3,5 m | 8 m | |
stacaravans | 3,5 m (vanaf de vloer van een stacaravan) | ||
chalets | 3,5 m (vanaf de vloer van een chalet) | ||
bergingen behorend bij recreatiewoning, chalet of stacaravan | 3 m | ||
overkappingen | 4 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 30.2.2 onder a en b, voor het toestaan van een groter oppervlak aan bedrijfsgebouwen, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 30.2.2 onder d, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 30.2.2 onder o, voor het toestaan van een kleinere dakhelling en/of een hogere maximale goothoogte tot maximaal 10 meter voor bedrijfsgebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 30.2.2 onder o, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 30.2.2 onder f en h voor het toestaan van aaneen gebouwde recreatiewoningen met een maximum van drie aaneen gebouwde recreatiewoningen, mits passend binnen de aard, schaal en het beeld van het perceel en het bepaalde in artikel 30.1.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 30.1 onder a en artikel 30.2.1 voor het toestaan van andere vormen van recreatief verblijf op een camping, zodanig dat er naast kampeermiddelen, stacaravans, chalets en trekkershutten, ook andere vormen van recreatief nachtverblijf aanwezig mogen zijn. Hieraan zijn de volgende voorwaarden verbonden:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 30.1 en artikel 30.4, voor zover betreft het gebruik van gronden en bestaande gebouwen voor de volgende nevenactiviteiten:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor 'Recreatie - Besloten veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
adres | nadere bestemming(1) | max. aantal appartementen | max. aantal recreatiewoningen | max. aantal bedrijfswoningen |
Elfde Wijk 40a en 42c, Rheezerveen | Bungalowpark | 0 | 175 ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie - bungalowpark" | 1 |
Elfde Wijk 42, Rheezerveen | Camping | 0 | tot een oppervlakte van maximaal 35% van het bestemmingsvlak ten zuiden van de Elfde Wijk. | 2 |
Slagenweg 2b en 2c , Collendoorn | Verenigingsterrein | 0 | 0 | 0 |
Spekopswijk 4a, Dedemsvaart | Manege | 0 | 0 | 1 |
Tottenhamstraat 8a Dedemsvaart | Camping | 0 | 6 plaggenhutten | 0 |
Valkenlaan 100, Sibculo | Bungalowpark | 0 | 361 | 1 |
(1)voor zover de gronden zijn bestemd als camping dienen deze terreinen op een zorgvuldige wijze landschappelijk te zijn ingepast. |
Op de gronden als bedoeld in artikel 31.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 31.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen | 6 m | 12 m | 18° |
bedrijswoningen(1) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
recreatiewoningen | 3,5 m | 6 m | |
trekkershutten/plaggenhutten | 4 m | ||
stacaravans |
3,5 m (vanaf de vloer van een stacaravan) | ||
chalets | 3,5 m (vanaf de vloer van een chalet) | ||
bergingen behorend bij recreatiewoning, chalet of stacaravan | 3 m | ||
overkappingen | 4 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 31.2.2 onder a voor het toestaan van een groter oppervlak aan bedrijfsgebouwen, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 31.2.2 onder d voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 31.2.2 onder f en g voor het toestaan van:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 31.2.2 onder n voor het toestaan van een kleinere dakhelling en/of een hogere maximale goothoogte tot maximaal 10 meter voor bedrijfsgebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 31.2.2 onder n voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 31.1 onder a en artikel 31.2.1 voor het toestaan van andere vormen van recreatief verblijf op een camping, zodanig dat er naast kampeermiddelen, stacaravans, chalets en trekkers- en plaggenhutten, ook andere vormen van recreatief nachtverblijf aanwezig mogen zijn. Hieraan zijn de volgende voorwaarden verbonden:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 31.1 en artikel 31.4, voor zover betreft het gebruik van gronden en bestaande gebouwen voor de volgende nevenactiviteiten:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor 'Recreatie - Essen- en hoevenlandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
adres | nadere bestemming (1)(2) | max. aantal appartementen | max. aantal recreatiewoningen | max. aantal bedrijfswoningen |
De Kerkdijk 26, Lutten | Vogelpark | 0 | 0 | 1 |
Doozemansteeg 1, Collendoorn | Bungalowpark | 0 | 210 | 2 |
Grote Beltenweg 1, Rheeze | Hotel | 12 | 2 | |
Grote Beltenweg 1a, Rheeze | Restaurant | 1 | ||
Grote Beltenweg 3, Rheeze | Camping | 0 | tot een oppervlakte van ten hoogste 25 % van het bestemmingsvlak | 2 |
Grote Esweg 2, Diffelen | Kampeerboerderij | 0 | 0 | 1 |
Grote Esweg 9b, Diffelen | Camping | 0 | 0 | 0 |
Omgeving Grote Esweg, Diffelen (kadastrale percelen HDB01 sectie AE, nrs 534, 536 en 537) | Kampeerterrein ter plaatse van de aanduiding "kampeerterrein" | 0 | 0 | 0 |
Grote Esweg 8a en 8x, Diffelen | Kampeerterrein ter plaatse van de aanduiding "kampeerterrein" | 0 | 0 | 0 |
Hardenbergerweg 23, Loozen | Camping, groepsaccommodatie, restaurant en hotel | 0 | 0 | 1 |
Rheezerweg 76, Rheeze | Camping | 0 | 0 | 1 |
Rheezerweg 79, Rheeze | Camping en bungalowpark | 0 | 3 | 2 |
Roskampweg 2 Loozen | Camping en bungalowpark | 0 | 55 | 1 |
(1)voor zover de gronden zijn bestemd als camping dienen deze terreinen op een zorgvuldige wijze landschappelijk te zijn ingepast. (2)binnen de nadere bestemming "kampeerterrein" is per bouwperceel maximaal 1 kampeermiddel of 1 stacaravan toegestaan, of het aantal aanwezige kampeermiddelen en/of stacaravans op het tijdstip van de ter inzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan. |
Op de gronden als bedoeld in artikel 32.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 32.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen | 6 m | 12 m | 18° |
bedrijfsgebouwen ten behoeve van vogelpark | 6 m | 12 m | |
bedrijfswoningen | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
recreatiewoningen | 3,5 m | 6 m | |
trekkershutten | 4 m | ||
stacaravans |
3,5 m (vanaf de vloer van een stacaravan) | ||
chalets | 3,5 m (vanaf de vloer van een chalet) | ||
bergingen behorend bij recreatiewoning, chalet of stacaravan | 3 m | ||
overkappingen | 4 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 32.2.2 onder a, voor het toestaan van een groter oppervlak aan bedrijfsgebouwen, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 32.2.2 onder c, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaats vindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 32.2.2 onder e en f voor het toestaan van aaneen gebouwde recreatiewoningen met een maximum van drie aaneen gebouwde recreatiewoningen, mits passend binnen de aard, schaal en het beeld van het perceel en het bepaalde in artikel 32.1.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 32.2.2 onder m, voor het toestaan van een kleinere dakhelling en/of een hogere maximale goothoogte tot maximaal 10 meter voor bedrijfsgebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 32.2.2 onder m, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 32.1 onder a en artikel 32.2.1 voor het toestaan van andere vormen van recreatief verblijf op een camping, zodanig dat er naast kampeermiddelen, stacaravans, chalets en trekkers- en plaggenhutten, ook andere vormen van recreatief nachtverblijf aanwezig mogen zijn. Hieraan zijn de volgende voorwaarden verbonden:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 32.1 en artikel 32.4, voor zover betreft het gebruik van gronden en bestaande gebouwen voor de volgende nevenactiviteiten:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor 'Recreatie - Open veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
adres | nadere bestemming | max. aantal appartementen | max. aantal recreatiewoningen | max. aantal bedrijfswoningen |
Tottenhamstraat 17 Dedemsvaart | Bungalowpark | 0 | 3 | 1 |
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 33.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 33.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen | 6 m | 12 m | 18° |
bedrijfswoningen(1) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
recreatiewoningen | 3,5 m | 6 m | |
bergingen behorend bij recreatiewoning | 3 m | ||
overkappingen | 4 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 33.2.2 onder a, voor het toestaan van een groter oppervlak aan bedrijfsgebouwen, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 33.2.2 onder c, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaats vindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 33.2.2 onder j, voor het toestaan van een kleinere dakhelling en/of een hogere maximale goothoogte tot maximaal 10 meter voor bedrijfsgebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 33.2.2 onder j, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 33.2.2 onder e en f voor het toestaan van aaneen gebouwde recreatiewoningen met een maximum van drie aaneen gebouwde recreatiewoningen, mits passend binnen de aard, schaal en het beeld van het perceel en het bepaalde in artikel 33.1.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 33.1 en artikel 33.4, voor zover betreft het gebruik van gronden en bestaande gebouwen voor de volgende nevenactiviteiten:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor Recreatie - Recreatiewoningen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 34.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 34.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
recreatiewoningen | 3,5 m | 6 m | 30° |
bergingen behorend bij recreatiewoning | 3 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 6 m |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 34.2.2 onder g, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 34.2.2 onder b en d voor het toestaan van aaneen gebouwde recreatiewoningen met een maximum van drie aaneen gebouwde recreatiewoningen, mits passend binnen de aard, schaal en het beeld van het perceel en het bepaalde in artikel 34.1.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen het gebruiken, in gebruik geven of laten gebruiken van recreatiewoningen voor permanente bewoning.
De voor 'Verkeer - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 35.1, mogen uitsluitend worden gebouwd niet voor bewoning bestemde gebouwtjes en andere bouwwerken, zoals viaducten, tunnels, verkeerstekens, lichtmasten, portalen, afrasteringen en nutsbebouwing, uitgezonderd verkooppunten voor motorbrandstoffen.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 35.2.1, gelden de volgende bepalingen:
De voor 'Verkeer - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 36.1, mogen uitsluitend worden gebouwd niet voor bewoning bestemde gebouwtjes en andere bouwwerken, zoals viaducten, tunnels, verkeerstekens, lichtmasten, portalen, afrasteringen en nutsbebouwing, uitgezonderd verkooppunten voor motorbrandstoffen.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 36.2.1, gelden de volgende bepalingen:
De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Op gronden als bedoeld in artikel 37.1 mogen uitlsuitend worden gebouwd niet voor bewoning bestemde gebouwtjes en andere bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals fietsenstallingen, tunnels, abri's, telefooncellen, straatmeubilair en dergelijke.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 36.2.1, gelden de volgende bepalingen:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 38.1 mogen uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, behorende bij de bestemming of bij aangrenzende wegen, in- en uitritten en paden, zoals duikers, stuwen, tunnels, bruggen en aanlegsteigers voor recreatief medegebruik. De bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer dan 6 m bedragen.
De voor 'Wonen - Beekdallandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Op de gronden als bedoeld in artikel 39.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 39.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
woningen | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 39.2.2 onder c en d, mits een voldoende woon- en leefklimaat gegarandeerd kan worden en de bedrijfsvoering van omliggende (agrarische) bedrijven of recreatiebestemmingen hierdoor niet wordt belemmerd.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 39.2.2 onder d voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 900 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 39.2.2 onder g voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
De uitoefening van aan huis gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik als minicamping is alleen toegestaan tot maximaal het bestaande aantal kampeermiddelen.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 39.1 en artikel 39.4 voor het gebruik van bestaande gebouwen voor een kleinschalige (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende bepalingen:
bedrijfsactiviteiten die voorkomen in, of gelijk te stellen zijn met categorie 1 van bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten
De voor 'Wonen - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en tevens voor:
met daaraan ondergeschikt:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 40.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 40.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
woningen(1) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
(1)met dien verstande dat de woning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 40.2.2 onder c en d, mits een voldoende woon- en leefklimaat gegarandeerd kan worden en de bedrijfsvoering van omliggende (agrarische) bedrijven of recreatiebestemmingen hierdoor niet wordt belemmerd.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 40.2.2 onder e voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaats vindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 40.2.2 onder h voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het parkeren ten behoeve van de in artikel 40.1 onder c, d, e en f genoemde functies dient op eigen terrein plaats te vinden.
Het gebruik als minicamping is alleen toegestaan tot maximaal het bestaande aantal kampeermiddelen.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 40.1 en artikel 40.4 voor het gebruik van bestaande gebouwen voor een kleinschalige (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende bepalingen:
bedrijfsactiviteiten die voorkomen in, of gelijk te stellen zijn met categorie 1 van bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om binnen de bestemming Wonen - Besloten heideontginningslandschap, de bouw van een extra woning toe te staan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor 'Wonen - Besloten veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en tevens voor:
met daaraan ondergeschikt:
Op de gronden als bedoeld in artikel 41.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 41.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
woningen(1) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
(1)met dien verstande dat de woning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 41.3.1 onder c en d, mits een voldoende woon- en leefklimaat gegarandeerd kan worden en de bedrijfsvoering van omliggende (agrarische) bedrijven of recreatiebestemmingen hierdoor niet wordt belemmerd.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 41.2.2 onder e voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.000 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaats vindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 41.2.2 onder h voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het parkeren ten behoeve van de in artikel 41.1 onder c t/m g genoemde functies dient op eigen terrein plaats te vinden.
Het gebruik als minicamping is alleen toegestaan tot maximaal het bestaande aantal kampeermiddelen.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 41.1 en artikel 41.4 voor het gebruik van bestaande gebouwen voor een kleinschalige (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende bepalingen:
bedrijfsactiviteiten die voorkomen in, of gelijk te stellen zijn met categorie 1 van bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om binnen de bestemming Wonen - Besloten veenontginningslandschap, de bouw van een extra woning toe te staan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor 'Wonen - Essen- en hoevenlandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en tevens voor:
met daaraan ondergeschikt bij wonen:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 42.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 42.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
woningen | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 42.2.2 onder c en d, mits een voldoende woon- en leefklimaat gegarandeerd kan worden en de bedrijfsvoering van omliggende (agrarische) bedrijven of recreatiebestemmingen hierdoor niet wordt belemmerd.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 42.2.2 onder f voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 900 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 42.2.2 onder i voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 42.2.2 onder k voor afwijkingen van de bestaande verschijningsvorm, mits de afwijking past binnen het bepaalde voor het bouwen van bouwwerken in artikel 42.2.2 onder i.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik als minicamping is alleen toegestaan tot maximaal het bestaande aantal kampeermiddelen.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 42.1 en artikel 42.4 voor het gebruik van bestaande gebouwen voor een kleinschalige (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende bepalingen:
bedrijfsactiviteiten die voorkomen in, of gelijk te stellen zijn met categorie 1 van bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten;
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om binnen de bestemming Wonen - Essen- en hoevenlandschap, de bouw van een extra woning toe te staan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor 'Wonen - Open heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Met daaraan ondergeschikt:
Op de gronden als bedoeld in artikel 43.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 43.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
woningen(1) | 6 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
(1)met dien verstande dat de woning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 43.2.2 onder c en d, mits een voldoende woon- en leefklimaat gegarandeerd kan worden en de bedrijfsvoering van omliggende (agrarische) bedrijven of recreatiebestemmingen hierdoor niet wordt belemmerd.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 43.2.2 onder e voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 43.2.2 onder h voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik als minicamping is alleen toegestaan tot maximaal het bestaande aantal kampeermiddelen.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 43.1 en artikel 43.4 voor het gebruik van bestaande gebouwen voor een kleinschalige (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende bepalingen:
bedrijfsactiviteiten die voorkomen in, of gelijk te stellen zijn met categorie 1 van bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten;
De voor 'Wonen - Open veenontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en tevens voor:
met daaraan ondergeschikt:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 44.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 44.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
woningen(1) | 6 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
(1)met dien verstande dat de woning voor maximaal 30 m2 van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 44.2.2 onder c en d, mits een voldoende woon- en leefklimaat gegarandeerd kan worden en de bedrijfsvoering van omliggende (agrarische) bedrijven of recreatiebestemmingen hierdoor niet wordt belemmerd.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 44.2.2 onder e voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.200 m3, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 44.2.2 onder h voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het parkeren ten behoeve van de in artikel 44.1 onder c, d en e genoemde functies dient op eigen terrein plaats te vinden.
Het gebruik als minicamping is alleen toegestaan tot maximaal het bestaande aantal kampeermiddelen.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 44.1 en artikel 44.4 voor het gebruik van bestaande gebouwen voor een kleinschalige (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende bepalingen:
bedrijfsactiviteiten die voorkomen in, of gelijk te stellen zijn met categorie 1 van bijlage 8 Staat van bedrijfsactiviteiten;
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
Op of in de gronden als bedoeld in artikel 45.1mogen bouwwerken ten behoeve van een gasleiding worden gebouwd en afsluiterschema's worden gebouwd, met inachtneming van het volgende:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 45.2 voor het bouwen overeenkomstig de betreffende andere bestemming van deze gronden, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van de gronden en bouwwerken als woning (waaronder niet worden begrepen bestaande woningen), school, kinderopvang of crèche.
Behoudens het bepaalde in artikel 45.5.2 is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de hierna aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren op en in de gronden als bedoeld in artikel 45.1:
Het in artikel 45.5.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 45.5.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door de uitvoering daarvan, dan wel de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen:
De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de aanleg, het beheer en het onderhoud van ondergrondse en bovengrondse hoogspanningsverbindingen en de daarbij behorende voorzieningen.
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 46.1 mogen bouwwerken ten behoeve van een hoogspanningsverbinding worden gebouwd, met inachtneming van het volgende:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 46.2 voor het bouwen overeenkomstig de betreffende andere bestemming van deze gronden, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen het gebruik van de gronden en bouwwerken als woning (waaronder niet worden begrepen bestaande woningen), school, kinderopvang of crèche.
Behoudens het bepaalde in artikel 46.5.2 is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de hierna aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren op en in de gronden als bedoeld in artikel 46.1:
Het in artikel 46.5.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 46.5.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door de uitvoering daarvan, dan wel de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen:
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en bescherming van de archeologische waarden.
Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen, dient de aanvrager van een omgevingsvergunning, voor een of meerdere bouwwerken waarbij grond geroerd wordt met een (gezamenlijk) geroerde oppervlakte groter dan 100 m2 en een diepte van 40 cm of meer, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die volgens de aanvraag zullen worden verstoord, in voldoende mate zijn vastgesteld. Een dergelijke rapportage is niet noodzakelijk als aangetoond kan worden dat de betreffende gronden geroerd zijn en de trefkans op archeologische waarden gering is.
Indien uit het in artikel 47.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorschriften verbinden aan de omgevingsvergunning die de verplichting inhouden:
Indien uit het in artikel 47.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen worden verstoord zonder dat het mogelijk is om deze door de in artikel 47.2.2 genoemde voorschriften veilig te stellen, dan wordt de vergunning geweigerd.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, of te laten uitvoeren:
Het in artikel 47.3.1 gestelde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De vergunning als bedoeld in artikel 47.3.1 wordt verleend indien:
en:
Indien is gebleken dat de in artikel 47.3.1 genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden wel kunnen leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal kan de vergunning worden verleend, indien aan de vergunning één of meerdere van de volgende voorschriften worden verbonden over of met betrekking tot:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de bestemming 'Waarde - Archeologie 1' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en bescherming van de archeologische waarden.
Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen, dient de aanvrager van een omgevingsvergunning, voor een of meerdere bouwwerken waarbij grond geroerd wordt met een (gezamenlijk) geroerde oppervlakte groter dan 250 m2 en een diepte van 40 cm of meer, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die volgens de aanvraag zullen worden verstoord, in voldoende mate zijn vastgesteld. Een dergelijke rapportage is niet noodzakelijk als aangetoond kan worden dat de betreffende gronden geroerd zijn en de trefkans op archeologische waarden gering is.
Indien uit het in artikel 48.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorschriften verbinden aan de omgevingsvergunning die de verplichting inhouden:
Indien uit het in artikel 48.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen worden verstoord zonder dat het mogelijk is om deze door de in artikel 48.2.2 genoemde voorschriften veilig te stellen, dan wordt de vergunning geweigerd.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, of te laten uitvoeren:
Het in artikel 47.3.1 gestelde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De vergunning als bedoeld in artikel 48.3.1 wordt verleend indien:
en:
Indien is gebleken dat de in artikel 48.3.1 genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden wel kunnen leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal kan de vergunning worden verleend, indien aan de vergunning één of meerdere van de volgende voorschriften worden verbonden over of met betrekking tot:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de bestemming 'Waarde - Archeologie 2' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en bescherming van de verwachte archeologische waarden.
Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen, dient de aanvrager van een omgevingsvergunning, voor een of meerdere bouwwerken waarbij grond geroerd wordt met een (gezamenlijk) geroerde oppervlakte groter dan 275 m2 en een diepte van 40 cm of meer, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die volgens de aanvraag zullen worden verstoord, in voldoende mate zijn vastgesteld. Een dergelijke rapportage is niet noodzakelijk als aangetoond kan worden dat de betreffende gronden geroerd zijn en de trefkans op archeologische waarden gering is.
Indien uit het in artikel 49.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorschriften verbinden aan de omgevingsvergunning die de verplichting inhouden:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, of te laten uitvoeren:
Het in artikel 49.3.1 gestelde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De vergunning als bedoeld in artikel 49.3.1 wordt verleend indien:
en:
Indien is gebleken dat de in artikel 49.3.1 genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden wel kunnen leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal kan de vergunning worden verleend, indien aan de vergunning één of meerdere van de volgende voorschriften worden verbonden over of met betrekking tot:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de bestemming 'Waarde - Archeologie 3' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en bescherming van de verwachte archeologische waarden.
Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen, dient de aanvrager van een omgevingsvergunning, voor een of meerdere bouwwerken waarbij grond geroerd wordt met een (gezamenlijk) geroerde oppervlakte groter dan 500 m2 en een diepte van 50 cm of meer, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die volgens de aanvraag zullen worden verstoord, in voldoende mate zijn vastgesteld. Een dergelijke rapportage is niet noodzakelijk als aangetoond kan worden dat de betreffende gronden geroerd zijn en de trefkans op archeologische waarden gering is.
Indien uit het in artikel 50.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorschriften verbinden aan de omgevingsvergunning die de verplichting inhouden:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, of te laten uitvoeren:
Het in artikel 50.3.1 gestelde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De vergunning als bedoeld in artikel 50.3.1 wordt verleend indien:
en:
Indien is gebleken dat de in artikel 50.3.1 genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden wel kunnen leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal kan de vergunning worden verleend, indien aan de vergunning één of meerdere van de volgende voorschriften worden verbonden over of met betrekking tot:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de bestemming 'Waarde - Archeologie 4' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
De voor 'Waarde - Archeologie 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en bescherming van de verwachte archeologische waarden.
Voor het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen, dient de aanvrager van een omgevingsvergunning, voor een of meerdere bouwwerken waarbij grond geroerd wordt met een (gezamenlijk) geroerde oppervlakte groter dan 2500 m2 en een diepte van 50 cm of meer, een rapport te overleggen waarin de archeologische waarden van de gronden die volgens de aanvraag zullen worden verstoord, in voldoende mate zijn vastgesteld. Een dergelijke rapportage is niet noodzakelijk als aangetoond kan worden dat de betreffende gronden geroerd zijn en de trefkans op archeologische waarden gering is.
Indien uit het in artikel 51.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorschriften verbinden aan de omgevignsvergunning die de verplichting inhouden:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, of te laten uitvoeren:
Het in artikel 51.3.1 gestelde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De vergunning als bedoeld in artikel 51.3.1 wordt verleend indien:
en:
Indien is gebleken dat de in artikel 51.3.1 genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden wel kunnen leiden tot een verstoring van archeologisch materiaal kan de vergunning worden verleend, indien aan de vergunning één of meerdere van de volgende voorschriften worden verbonden over of met betrekking tot:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door de bestemming 'Waarde - Archeologie 5' geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.
De voor 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en herstel van de cultuurhistorisch ruimtelijke structuur, het historische bebouwingsbeeld en overige ruimtelijke elementen, zoals omschreven in:
De belangen van de dubbelbestemming 'Waarde - Beschermd dorpsgezicht' zijn primair ten opzichte van de belangen van de andere daar voorkomende bestemmingen.
Voor het bouwen van gebouwen en andere bouwwerken geldt dat de gebouwen en andere bouwwerken uitsluitend in overeenstemming met het karakter van het beschermd dorpsgezicht mogen worden gebouwd, zoals beschreven in artikel 52.1
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan bouwwerken ter voorkoming van onevenredige aantasting van het beschermd dorpsgezicht en de beeldbepalende panden:
de historische ruimtelijke waarden van de beschermde dorpsgezichten zoals omschreven in de toelichting op de aanwijzing tot beschermd dorpsgezicht die is opgenomen in de bijlagen 11 en 13.
Behoudens het bepaalde in artikel 52.4.2 is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 52.4.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 52.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door deze werken of werkzaamheden, dan wel de gevolgen daarvan, geen onevenredige aantasting ontstaat of kan ontstaan van de waarden van het beschermd dorpsgezicht.
De voor 'Waarde - Natuur en landschap' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar aangewezen bestemming(en), mede bestemd voor:
De belangen van de dubbelbestemming Waarde - Natuur en landschap zijn primair ten opzichte van de belangen van de andere daar voorkomende bestemmingen.
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 53.1 mogen uitsluitend worden gebouwd andere bouwwerken, waarvan de bouwhoogte niet meer dan 3 m mag bedragen.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 53.2 voor het bouwen van bouwwerken overeenkomstig de ter plaatse aanwezige bestemmingen. Burgemeester en wethouders verlenen de omgevingsvergunning uitsluitend indien het bouwwerk noodzakelijk is in verband met de verwezenlijking of de verdere ontwikkeling van de ter plaatse aanwezige bestemming en de instandhouding van de natuurwaarden van de gronden waarop gebouwd in voldoende mate is verzekerd.
Behoudens het bepaalde in artikel 53.4.2, is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 53.4.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van de volgende werken en werkzaamheden:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 53.4.1 zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in die artikelen bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Waterstaat- waterbergingsgebied' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor:
Op de gronden als bedoeld in artikel 54.1 mogen worden gebouwd:
Voor zover toepassing wordt gegeven aan de afwijkingsregels van de andere aldaar voorkomende bestemmingen, wordt bij de beoordeling van de toelaatbaarheid de invloed op het waterbergend vermogen van het gebied, op de waterveiligheid en op de waterkwaliteit betrokken.
Indien voor de gronden als bedoeld in artikel 54.1 een omgevingsvergunningplicht geldt voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden, zijn de daarin genoemde werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden slechts toelaatbaar indien daardoor de in artikel 54.1 genoemde functie niet onevenredig wordt aangetast.
Het in artikel 54.4.1 bepaalde geldt niet voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor:
Alvorens te beslissen op een aanvraag voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden, winnen burgemeester en wethouders het advies in van het ter plaatse bevoegde waterstaatsgezag.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Onder strijdig gebruik met de bestemmingen van het bestemmingsplan wordt in ieder geval begrepen:
het gebruik van de gronden en/of bouwwerken voor activiteiten die voldoen aan de omschrijvingen in kolom 1 alsmede aan de bijbehorende omschrijvingen in kolom 2 van de onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage.
Het bestemmingsplan verzet zich tegen het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen voor boomteelt en fruitteelt binnen 50 meter van:
Op en in gronden die grenzen aan de gronden als bedoeld in artikel 38 (Water), mag niet worden gebouwd binnen een afstand van 5 m, loodrecht gemeten op de bestemmingsgrens van die gronden.
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken, na advies te hebben ingewonnen van de beheerder van de betreffende watergang omtrent de waterstaatkundige aanvaardbaarheid daarvan, van artikel 57.1.1, voor het bouwen tot aan de bestemmingsgrens van die gronden.
Op en in gronden die grenzen aan de gronden als bedoeld in artikel 35 (Verkeer - 1) en 36 (Verkeer - 2), mogen binnen de hierna bij de verschillende categorieën wegen genoemde afstanden, loodrecht gemeten uit de as van de weg, uitsluitend andere bouwwerken worden gebouwd:
afstanden | bestemming: |
20 m | Verkeer - 1 |
10 m | Verkeer - 2 |
Burgemeester en wethouders kunnen afwijken, na advies te hebben ingewonnen van de desbetreffende wegbeheerder omtrent de aanvaardbaarheid daarvan uit oogpunt van wegbeheer en verkeersveiligheid, van artikel 57.2.1, voor het bouwen op een kleinere afstand tot de as van de weg.
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'Geluidzone - industrie' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming en instandhouding van de geluidruimte in verband met de nabijheid van een inrichting als bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder.
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mag ter plaatse van de aanduiding 'Geluidzone - industrie' geen nieuw geluidgevoelig gebouw worden gebouwd.
Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid af te wijken van het bepaalde in artikel 58.1.2 voor het bouwen van nieuwe geluidgevoelige gebouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits de geluidbelasting vanwege het industrieterrein van de gevels van deze geluidgevoelige gebouwen niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende grenswaarde of een verkregen hogere waarde.
Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - intrekgebied' geldt dat die gronden - naast de andere voor die gronden aangewezen bestemming(en) en aanduidingen - tevens bestemd zijn voor doeleinden ter bescherming en veiligstelling van de kwaliteit van het grondwaterbeschermingsgebied; voor zover nieuwe activiteiten zijn gelegen in een intrekgebied, mag er geen verslechtering optreden van de grondwaterkwaliteit en mag er geen vergroting van het risico op verontreiniging van het grondwater plaatsvinden.
In afwijking van het bepaalde bij de daar voorkomende bestemming(en) geldt ter plaatse van de aanduiding 'Vrijwaringszone - molenbiotoop' dat niet hoger mag worden gebouwd dan:
Deze regels zijn niet van toepassing op bestaande bouwwerken.
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 58.3.1, in die zin dat ter plaatse van de aanduiding ‘Vrijwaringszone - molenbiotoop’ de in de daar voorkomende bestemming(en) genoemde gebouwen en andere bouwwerken worden gebouwd, mits vooraf advies wordt ingewonnen van de beheerder van de molen.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan, mits de maximale (bouw)hoogte niet meer is dan 118 meter :
Een omgevingsvergunning wordt niet verleend indien:
Bij een omgevingsvergunning kan binnen de verschillende bestemmingen "Bedrijf", "Horeca", "Maatschappelijk" en "Recreatie" worden afgeweken van de regels voor het bouwen van een bedrijfs- of dienstwoning, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 56.2 voor het toestaan van het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen voor boomteelt en fruitteelt, mits door middel van onderzoek en/of door het treffen van maatregelen aangetoond kan worden dat het woon- en leefklimaat en de natuurlijke waarden van de omliggende gronden hierdoor niet onevenredig worden aangetast.
Bij een omgevingsvergunning kan, binnen de diverse bestemmingen 'Agrarisch met waarden' worden afgeweken van het plan voor het realiseren van paardenbakken buiten bouw- of bestemmingsvlakken, voor het bedrijfsmatig of hobbymatig houden van paarden, met inachtnemening van de volgende bepalingen:
Bij omgevingsvergunning kan binnen de bestemmingen Agrarisch met waarden, Bedrijf, Maatschappelijk, Recreatie en Wonen worden afgeweken van de regels voor het toestaan van één of meerdere windturbines, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij omgevingsvergunning kan binnen de verschillende bestemmingen wonen worden afgeweken van de regels omtrent het toegestane aantal woningen per bouwperceel, voor het toestaan van:
Bij omgevingsvergunning kan binnen de diverse bestemmingen Agrarisch met waarden worden afgeweken van de regels voor het toestaan van zonnecollectoren buiten agrarische bouwvlakken, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan overeenkomstig de in het bestemmingsplan opgenomen afwijkingsbevoegdheden slechts worden afgeweken van het plan, mits geen activiteiten worden toegestaan die voldoen aan de omschrijvingen in kolom 1 alsmede aan de omschrijvingen in kolom 2 van de onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door aan gronden alsnog de bestemming 'Waarde - Archeologie 1, 2, 3, 4 of 5' toe te kennen, indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat de bestemming van deze gronden, gelet op ter plaatse aanwezige archeologische waarden, aanpassing behoeft.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat een aanduiding 'Milieuzone - intrekgebied' op de verbeelding wordt aangebracht voor de (potentiële) waterwinning Bruchterveld.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen door binnen de diverse bestemmingen 'agrarisch met waarden' de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - plattelandswoning' van de verbeelding te verwijderd, mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de ligging van bestemmings-, bouw- en aanduidingsgrenzen te wijzigen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het bestemmingsplan opgenomen bestemmingen overeenkomstig de in het bestemmingsplan opgenomen wijzigingsbevoegdheden slechts wijzigen, mits geen activiteiten worden toegestaan die voldoen aan de omschrijvingen in kolom 1 alsmede aan de omschrijvingen in kolom 2 van de onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage.
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels van dit plan wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan.
Voorzover de regels in het bestemmingsplan met betrekking tot:
ruimte bieden voor verschillende mogelijkheden van het realiseren van gebouwen, is deze ruimte tevens bedoeld voor het kunnen stellen van voorwaarden op basis van de in artikel 12a van de Woningwet voorgeschreven welstandscriteria (voor zover die binnen het betreffende gebied van toepassing zijn) mits:
Het bestemmingsplan verzet zich tegen het gebruik van de gronden en gebouwen als seksinrichting, met uitzondering van de seksinrichting die is toegestaan volgens artikel 15 lid 1 Bedrijf - Open veenontginningslandschap.
Dit bestemmingsplan verzet zich niet tegen het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van evenementen en andere meerdaagse of regelmatig terugkerende activiteiten met een maximum van drie evenementen per jaar met een duur van ten hoogste 15 dagen per evenement, mits, voor zover noodzakelijk, een omgevingsvergunning op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) is verleend.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied Hardenberg'.