Artikel 11: Algemene afwijkingsregels
Mits geen onevenredige aantasting wordt gedaan aan de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en/of bouwwerken, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:
-
a. de in het bestemmingsplan gegeven maten, afmetingen en percentages voorzover dit gelet op het gebruik en/of de constructie noodzakelijk is;
-
b. het bepaalde in het bestemmingsplan in die zin dat bestemmings- of bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
-
c. het bepaalde in het bestemmingsplan in die zin dat openbare nutsgebouwen, wachthuizen ten behoeve van het openbaar vervoer, telefooncellen, gebouwen ten behoeve van de bediening van kunstwerken, toiletgebouwen en aar de aard daarmee gelijk te stellen gebouwen worden gebouwd, mits:
-
1. de inhoud per gebouw niet meer dan 75 m³ bedraagt;
-
d. het bepaalde in het bestemmingsplan in die zin dat antennemasten tot een bouwhoogte van 25,00 m worden gebouwd.