Plan: | bedrijventerrein Bruchterweg - Nieuwe Haven |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0160.0000BP00041-VG01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan bedrijventerrein Bruchterweg - Nieuwe Haven met identificatienummer NL.IMRO.0160.0000BP00041-VG01 van de gemeente Hardenberg;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlage;
een onderdeel van een hoofdgebouw dat in ruimtelijk opzicht ondergeschikt is aan de hoofdvorm;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een (para)medisch, juridisch, administratief, therapeutisch, ontwerptechnisch, adviesgevend of daarmee gelijk te stellen dienstverlenend beroep dat in een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
een bedrijf, dat geheel of overwegend gericht is op het bedrijfsmatig voortbrengen van agrarische producten door het telen van gewassen waaronder begrepen tuinbouw en/of het houden van dieren, waaronder begrepen een productiegerichte paardenhouderij, inclusief pensionstal en productie van zonne-energie waarvan de geproduceerde elektriciteit in hoofdzaak aangewend wordt voor eigen gebruik. Bewerking en vergisting van mest en biomassa zijn activiteiten die onderdeel uitmaken van het agrarisch bedrijf, met dien verstande dat deze activiteiten plaatsvinden binnen het eigen bouwvlak, met bedrijfseigen producten en/of bedrijfseigen mest, waarvan de geproduceerde elektriciteit en/of brandstof in hoofdzaak aangewend wordt voor eigen gebruik;
zorg die zich richt op het optimaal beheer van de bodem als unieke bron van informatie over de geschiedenis van Nederland;
de aan een gebied toegekende waarden in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteit in het verleden, ten minste ouder dan 50 jaar;
in een schriftelijke rapportage vastgelegd bureau- en/of veldonderzoek naar de materiële neerslag van menselijke aanwezigheid en menselijk handelen in het verleden;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een in het bestemmingsplan aangegeven percentage dat de grootte van het deel van een terrein aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd;
het tegen betaling aanbieden van toeristisch en kortdurend verblijf en ontbijt. Permanente bewoning van een bed and breakfast in een bijgebouw of bedrijfsgebouw is niet toegestaan;
een niet voor bewoning bestemd gebouw ten dienste van een bedrijf, instelling of voorziening;
een beschrijving van de toekomstplannen van een bedrijf, voor de eerstkomende vijf jaar, met inbegrip van een organisatorische en financiële onderbouwing;
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, van wie de huisvesting daar, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een richtwaarde voor het risico c.q. een risicostand is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden;
aantal, afmeting, afstand, bedrijf, bouwhoogte, bouwwerk, goothoogte, inhoud, inrichting, object, oppervlakte, plaats, situatie of vorm, zoals dat of die rechtens bestaat op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan, dan wel nadien krachtens een omgevingsvergunning, waarvoor de aanvraag is ingediend voor dat tijdstip, kan worden gerealiseerd;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
een gebouw dat in ruimtelijk opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw;
een kunstmatig beplant stuk grond waarop vruchten- of notenbomen worden gekweekt. De boomgaard kan zowel een esthetische als een nutsfunctie hebben;
een begroeiing die voornamelijk uit bomen bestaat met de daarbij behorende ondergroei van planten en struiken. De begroeiing kan de vorm hebben van een natuurlijk bos, productiebos of recreatief bos;
(een deel van) een (voorheen) agrarisch gebruikt gebouw dat blijvend wordt gebruikt voor recreatief nachtverblijf in kamers, al dan niet in combinatie met een dagverblijf. De oppervlakte van een zelfstandige boerderijkamer mag niet meer bedragen dan 50 m² en van de boerderijkamers in totaal niet meer dan 200 m². Het aantal slaapplaatsen mag niet meer bedragen dan 15, vrijstaande appartementen c.q. huisjes zijn niet toegestaan;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
de grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling voor de verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, supermarkten worden hieronder niet begrepen;
detailhandel die vanwege de omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstalling, in de vorm van detailhandel in auto's, boten, caravans, tuininrichtingsartikelen, grove bouwmaterialen, keukens en sanitair en naar de aard daarmee gelijk te stellen artikelen;
detailhandel in goederen die naar hun aard zodanig brand- en/of explosiegevaar kunnen opleveren dat uitstalling ten verkoop in een winkelgebied niet verantwoord is;
extensieve, kleinschalige vormen van vrijetijdsbesteding met een maximale duur van een dag, waarbij geen overnachting plaatsvindt;
vormen van recreatief medegebruik van het agrarisch gebied door middel van al dan niet aangelegde en aanwezige voorzieningen, waarbij de recreatie geen specifiek beslag legt op de ruimte, zoals wandel-, ruiter- en fietspaden, vis- en picknickplaatsen;
een mestbassin uitgevoerd als een met folie beklede grondput met of zonder omdijking;
elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
het gebruiken, doen gebruiken en/of laten gebruiken;
in een gebouw of op een terrein aanwezige functies die maken dat een gebouw of een terrein als geluidsgevoelig object wordt aangemerkt;
gebouwen die dienen ter bewoning of andere geluidsgevoelige gebouwen of terreinen zoals bedoeld in de Wet geluidhinder c.q. het Besluit geluidhinder;
een bij een bestemmingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen, dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken, met inbegrip van aan- en uitbouwen;
een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt;
één of meer personen die op hetzelfde adres wonen en een economisch-consumptieve eenheid vormen;
specifieke vorm van detailhandel, waarbij de transactie via internet (of postorder) tot stand komt en waarbij afhalen, tonen en afrekenen van goederen niet ter plaatse gebeurt;
een onderkomen dat naar de aard en inrichting is bedoeld voor recreatief nachtverblijf, maar zonder een met de grond verbonden constructie en zonder een plaatsgebonden karakter, zoals bijvoorbeeld een tent, vouwwagen, toercaravan of camper;
een ruimte of bij elkaar behorende ruimten, welke zijn bestemd om voornamelijk te worden gebruikt voor administratieve werkzaamheden en naar de aard daarmee gelijk te stellen vormen;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten of het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid door middel van handwerk, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende gebouwen, met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
kamperen in de vorm van recreatief medegebruik op een kampeerterrein geschikt voor een beperkt aantal kampeermiddelen;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand is bepaald die in acht moet worden genomen;
religie, verenigingsleven, cultuur, onderwijs, opvoeding, recreatie, gezondheidszorg, bejaardenzorg of zorg voor andere doelgroepen en andere openbare en bijzondere voorzieningen en dienstverlening, alsook ondergeschikte horeca;
de verplichting om een milieueffectrapportage op te stellen (c.q. te beoordelen of deze moet worden opgesteld) bij de voorbereiding van een plan of besluit dat kan leiden tot belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu;
voertuig voorzien van een motor, bestemd om anders dan langs rails te worden voortbewogen;
een activiteit die in ruimtelijk en functioneel opzicht duidelijk ondergeschikt is aan de volgens de bestemmingsomschrijving toegestane hoofdfunctie op het perceel;
archeologische maatregel waarbij een aangetroffen en gewaardeerde vindplaats ex situ wordt behouden;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat dient ter overdekking en niet of slechts gedeeltelijk met wanden is omgeven;
bewoning van een ruimte als hoofdverblijf, waarbij door betrokkene(n) niet aannemelijk is of kan worden gemaakt, dat elders daadwerkelijk over een hoofdverblijf wordt beschikt;
detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie;
een inrichting, bij welke een grenswaarde, een richtwaarde voor het risico c.q. een veiligheidsafstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;
een plan dat beschrijft op welke wijze het erf landschappelijk gezien is ingepast in zijn omgeving, hoe de sterke gebiedskenmerken worden doorvertaald in de inrichting van het erf en hoe de nieuwe ontwikkeling op het erf, en waar nodig compenserende maatregelen elders, bijdragen aan het versterken van de ruimtelijke kwaliteit in de omgeving;
Voor het bepalen van de sterke gebiedskenmerken moet gebruik gemaakt worden van de tabellen in de Landschap Identiteit Kaarten (LIK's), waarin de sterke gebiedskenmerken per (deel)gebied zijn beschreven; het LIK deelgebied Radewijk, Hoogenweg, Bruchterveld, Sibculo maakt als bijlage onderdeel uit van de regels;
het resultaat van menselijk handelen en natuurlijke processen dat de ruimte geschikt maakt en houdt voor wat voor mens, plant en dier belangrijk is;
een gebouw met maximaal drie gesloten wanden, dat dient voor de beschutting van, al dan niet hobbymatig gehouden, dieren tegen weersinvloeden alsmede voor de opslag van het voor deze dieren bestemde voer;
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan; een seksbioscoop, een seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
opslag van goederen en producten die geen regelmatige verplaatsing behoeven, zonder dat deze ter plaatse bewerkt, verwerkt, gerepareerd of verhandeld worden; uitgezonderd de opslag van gevaarlijke stoffen;
producten die zijn voortgebracht op ambachtelijke wijze op agrarische bedrijven;
een verplaatsbare constructie, overtrokken met transparant materiaal anders dan glas, voor het kweken of beschermen van gewassen, uitsluitend aanwezig tijdens het teeltseizoen;
de naar de weg gekeerde of aan de voorzijde van een gebouw gelegen gevel of, indien het een gebouw betreft met meerdere zodanige gevels, de gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt;
de bij een bestemmingsplan in acht te nemen maximale waarde voor de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet geluidhinder en/of het Besluit geluidhinder;
de hoogte (het niveau) van de waterspiegel gemeten naar N.A.P. op het moment van aanvraag van de vergunning, ontheffing of bestemmingswijziging. Dit kan betrekking hebben op zowel oppervlaktewater als grondwater;
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, bijvoorbeeld in de vorm van bank- en verzekeringsdiensten, exploitatie van en handel in onroerende zaken, adviesbureaus, verhuurbedrijven en hulpdiensten;
collectoren voor warmteopwekking of een paneel voor electriciteitsopwekking.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Bij de toepassing van het bepaalde over het bouwen binnen bouwvlakken of bestemmingsvlakken worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de bouw- c.q. bestemmingsgrens, dan wel de rooilijn met niet meer dan 1 m wordt overschreden.
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
In de bestemming is geen productiebos begrepen.
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tot een bouwhoogte van 3 m.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
De voor 'Agrarisch met waarden - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
en tevens voor:
Binnen elk bouwvlak op de gronden als bedoeld in artikel 4.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:
Buiten bouwvlakken mogen uitsluitend worden gebouwd:
In afwijking van het bepaalde onder a. zijn zonnecollectoren niet toegestaan.
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 4.2.1 en 4.2.2, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 4 m | 10 m | 18º |
aanbouwen aan bedrijfsgebouwen | 3,5 m | ||
bedrijfswoningen(2) | 3,5 m | 10 m | 30º |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18º |
overkappingen | 3,5 m | ||
bouwwerken voor mestopslag | 10 m | ||
voedersilo's | 20 m | ||
erf- of perceelsafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn binnen bouwvlakken | 2 m | ||
overige erf- of perceelsafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken binnen bouwvlakken | 10 m | ||
sleufsilo's, kuilvoerplaten en mestplaten buiten bouwvlakken | 2 m | ||
foliebassins met bijbehorende omheining buiten bouwvlakken | 2 m | ||
overige andere bouwwerken buiten bouwvlakken | 3 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m² van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder e, voor het bouwen van bedrijfsgebouwen met afwijkende maatvoering mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder e, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 6 m en 12 m, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder e, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder a, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot maximaal 1.000 m³, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.2.3 onder e, voor een hogere maximale bouwhoogte voor sleufsilo's en kuilvoerplaten buiten bouwvlakken tot maximaal 2,5 m, mits de inpassing in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijke kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Het gebruik van de gronden en gebouwen voor niet-agrarische nevenactiviteiten, zoals bedoeld in artikel 4.1 onder c heeft betrekking op nevenactiviteiten in de vorm van ambachtelijke bedrijvigheid in categorie 1 en 2 van de bijlage Staat van bedrijven ofwel hiermee, wat betreft het leefklimaat, vergelijkbare bedrijven, detailhandel, zakelijke dienstverlening en recreatieve activiteiten, waaronder boerderijkamers, of daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid en met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4.1 onder c en artikel 4.4, voor het toevoegen van niet-agrarische (bedrijfs)activiteiten aan een agrarisch bedrijf, in gebouwen, onder voorwaarde dat de toegevoegde activiteiten uitsluitend betrekking hebben op:
Met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt herbegrenst, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat een in de verbeelding aangegeven bouwvlak wordt vergroot, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 15 (Wonen - Besloten heideontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 15 (Wonen - Besloten heideontginningslandschap), en de bouw van een extra woning toe te staan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen een bouwvlak geen agrarisch bedrijf meer is gevestigd, de bestemming binnen dat bouwvlak te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 6 (Bedrijf - Besloten heideontginningslandschap) met inachtneming van de volgende bepalingen:
Behoudens het bepaalde in artikel 4.7.2, is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning op en in de hierna aangegeven gronden de daarbij aangegeven werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 4.7.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van het volgende:
Werken en werkzaamheden als bedoeld in artikel 4.7.1 , zijn slechts toelaatbaar, indien door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, een of meer waarden of functies van de in dit artikel bedoelde gronden, welke het plan beoogt te beschermen:
- niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel;
- de mogelijkheden voor het herstel van die waarden of functies niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Onder de bedrijfsactiviteiten is detailhandel uitsluitend begrepen voorzover deze is aan te merken als rechtstreeks voortvloeiend uit de activiteiten van het bedrijf, met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel' en 'specifieke vorm van detailhandel – fietsenhandel' en niet zijnde detailhandel in volumineuze goederen of in brand- en/of explosiegevaarlijke stoffen.
Onder bedrijfsactiviteiten wordt/worden niet begrepen:
anders dan bestaande bedrijven als bedoeld in lid 5.1, sub b.
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
met dien verstande dat de afstand tot de perceelgrens ten minste 1 m dient te bedragen, dan wel indien er reeds bestaande gebouwen worden vervangen, ook binnen deze afstand mag worden gebouwd;
voor het verhogen van het bebouwingspercentage met dien verstande dat op elk bouwperceel voldoende ruimte voor het parkeren of stallen van auto's is aangebracht ten behoeve van de bedrijfsvoering ter plekke, dan wel in alternatieve ruimte in de nabijheid is of wordt voorzien. Het bevoegd gezag kan bij verlening van de omgevingsvergunning voorwaarden stellen ten aanzien van het realiseren en onderhoud van de alternatieve parkeer- en/of stallingsruimte;
voor het verhogen van de bestaande bouwhoogte met maximaal 15%;
tot een bouwhoogte van 3 m voor erf- en terreinafscheidingen en 15 m voor overige bouwwerken.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
De voor 'Bedrijf - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Een en ander met uitzondering van:
Op de gronden als bedoeld in artikel 6.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 6.2.1, gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
bedrijfsgebouwen(1) | 4 m | 10 m | 18° |
bedrijfswoningen(2) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 12 m | ||
(1)de maximale goothoogte en minimale dakhelling gelden niet voor technische installaties die verbonden zijn met en onderdeel uitmaken van bedrijfsgebouwen. (2)met dien verstande dat de bedrijfswoning voor maximaal 30 m² van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.2, onder a, voor het binnen eenzelfde bestemmingsvlak bouwen van bedrijfsgebouwen tot een oppervlakte van 125% van de bestaande gebouwen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.2 onder d, voor een hogere maximale goot- en bouwhoogte voor bedrijfsgebouwen tot respectievelijk maximaal 6 m en 12 m, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.2 onder d, voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.2.2 onder b, voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.000 m³, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijk kwaliteitsplan.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 6.1 voor het toestaan van bedrijven die:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, indien is komen vast te staan dat binnen de bestemming Bedrijf - Besloten heideontginningslandschap geen bedrijf meer is gevestigd, de bestemming te wijzigen in de bestemming als bedoeld in artikel 15 (Wonen - Besloten heideontginningslandschap), met inachtneming van de volgende bepalingen;
De voor Bedrijf - Gasontvangststation' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
In de bestemming zijn niet toegestaan:
In de bestemming is het duurzaam opwekken van energie (zoals o.a. WKO en zonnepanelen) voor zowel eigen gebruik als gebruik voor anderen mede begrepen.
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
voor het toestaan van risicovolle inrichtingen, mits hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het woon-, werk- en leefmilieu door hinder en/of gevaar en tevens de belangen van eigenaren en gebruikers van aangrenzende gronden niet onevenredig worden aangetast, met uitzondering van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi';
met dien verstande dat de afstand tot de perceelgrens ten minste 1 m bedraagt;
met dien verstande dat de afstand tot naastliggende bebouwing ten minste 1 m bedraagt;
en toestaan dat de parkeer- of stallingsruimte wordt beperkt, indien in alternatieve ruimte in de nabijheid is of wordt voorzien. Het bevoegd gezag kan bij verlening van de omgevingsvergunning voorwaarden stellen ten aanzien van het realiseren en onderhoud van de alternatieve parkeer- en/of stallingsruimte;
voor het verhogen van de bestaande goot- en/of bouwhoogte met maximaal 15%;
voor het bouwen van gebouwen met een maximale bouwhoogte van 30 m;
voor het verhogen van de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen met maximaal 15% en voor het verhogen van de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, tot maximaal 15 m.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
Het gebruik ten behoeve van wonen op de adressen Bruchterweg 91, 93 en 95 als bedoeld in lid 8.1, onder g, mag niet worden hervat indien dit gebruik gedurende een onafgebroken periode van ten minste anderhalf jaar gestaakt is geweest.
voor het toestaan van bedrijven die niet zijn genoemd in categorie 1 tot en met 2 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijven, maar die naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woongebieden wat betreft geur, stof, geluid en gevaar met de in categorie 1 tot en met 2 genoemde bedrijven kunnen worden gelijkgesteld;
voor het toestaan van bedrijven genoemd in categorie 3.1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijven, die naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woongebieden wat betreft geur, stof, geluid en gevaar met categorie 2 kunnen worden gelijkgesteld;
voor het toestaan van bedrijven die niet zijn genoemd in categorie 1 tot en met 3.1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijven, maar die naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woongebieden wat betreft geur, stof, geluid en gevaar met de in categorie 1 tot en met 3.2 genoemde bedrijven kunnen worden gelijkgesteld;
voor het toestaan van bedrijven genoemd in categorie 3.2 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijven, die naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woongebieden wat betreft geur, stof, geluid en gevaar met categorie 3.1 kunnen worden gelijkgesteld;
voor het toestaan van bedrijven die niet zijn genoemd in categorie 1 tot en met 3.2 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijven, maar die naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woongebieden wat betreft geur, stof, geluid en gevaar met de in categorie 1 tot en met 3.2 genoemde bedrijven kunnen worden gelijkgesteld;
voor het toestaan van bedrijven genoemd in categorie 4.1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijven, die naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woongebieden wat betreft geur, stof, geluid en gevaar met categorie 3.2 kunnen worden gelijkgesteld;
voor het toestaan van bedrijven die niet zijn genoemd in categorie 1 tot en met 4.1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijven, maar die naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woongebieden wat betreft geur, stof, geluid en gevaar met de in categorie 1 tot en met 3.2 genoemde bedrijven kunnen worden gelijkgesteld;
voor het toestaan van bedrijven genoemd in categorie 4.2 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijven, die naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van aangrenzende woongebieden wat betreft geur, stof, geluid en gevaar met categorie 4.1 kunnen worden gelijkgesteld;
en met dien verstande dat voor zover een bedrijf in een hogere categorie van de Staat van bedrijven voorkomt dan volgens het gestelde in lid 8.1 is toegestaan, de aanvrager van de omgevingsvergunning dient aan te tonen dat het betreffende bedrijf, naar aard en effecten op het woon- en leefklimaat van de aangrenzende woongebieden, kan worden gelijkgesteld met de bedrijven die volgens lid 8.1 zijn toegestaan.
Bij aanvraag van een omgevingsvergunning als bedoeld onder a tot en met c dient te worden aangetoond dat op het bouwperceel voldoende ruimte voor het parkeren of stallen van auto's wordt aangebracht, dan wel in alternatieve ruimte in de nabijheid is of wordt voorzien. Het bevoegd gezag kan bij verlening van de omgevingsvergunning voorwaarden stellen ten aanzien van het realiseren en onderhoud van de alternatieve parkeer- en/of stallingsruimte.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Binnen de bestemming is het oprichten van nieuwe geluidgevoelige functies niet begrepen.
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
met dien verstande dat de afstand tot de perceelgrens ten minste 1 m dient te bedragen, dan wel indien er reeds bestaande gebouwen worden vervangen, ook binnen deze afstand mag worden gebouwd;
voor het verhogen van het percentage, met dien verstande dat op elk bouwperceel voldoende ruimte voor het parkeren of stallen van auto's is aangebracht ten behoeve van de maatschappelijke functie ter plekke, dan wel in alternatieve ruimte in de nabijheid is of wordt voorzien. Het bevoegd gezag kan bij verlening van de omgevingsvergunning voorwaarden stellen ten aanzien van het realiseren en onderhoud van de alternatieve parkeer- en/of stallingsruimte;
voor het verhogen van de toegestane goot- en/of bouwhoogte met maximaal 15%;
tot een bouwhoogte van 3 m voor erf- en terreinafscheidingen en 15 m voor overige bouwwerken.
De voor 'Maatschappelijk - Begraafplaats' aangewezen gronden zijn bestemd voor;
De voor ''Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Onder groenvoorzieningen is een inrichting als water begrepen.
Van de wegen bedraagt het aantal rijstroken met uitzondering van opstelstroken niet meer dan het bestaande aantal, met dien verstande dat het aantal rijstroken mag worden vermeerderd indien dit niet tot gevolg heeft dat de voorkeurswaarde, dan wel een verleende hogere grenswaarde op geluidgevoelige bebouwing, bedoeld in de Wet geluidhinder, wordt overschreden.
De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Onder groenvoorzieningen is een inrichting als water begrepen.
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Onder het doel water is de functie van extensief recreatief medegebruik begrepen.
De voor 'Wonen - Besloten heideontginningslandschap' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Op en in de gronden als bedoeld in artikel 15.1 mogen uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in artikel 15.2.1 gelden de volgende bepalingen:
bouwwerken | max. goothoogte | max. bouwhoogte | min. dakhelling |
woningen(1) | 3,5 m | 10 m | 30° |
bijgebouwen | 3 m | 6 m | 18° |
overkappingen | 3,5 m | ||
erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevelrooilijn | 2 m | ||
overige erf- of perceelafscheidingen | 1 m | ||
overige andere bouwwerken | 10 m | ||
(1)met dien verstande dat de woning voor maximaal 30 m² van een platte afdekking mag worden voorzien. |
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 15.2.2 onder c, mits een voldoende woon- en leefklimaat gegarandeerd kan worden en de bedrijfsvoering van omliggende (agrarische) bedrijven hierdoor niet wordt belemmerd.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 15.2.2 onder d voor het vergroten van de inhoud van de woning tot 1.000 m³, mits de inpassing op het erf en in het landschap op zorgvuldige wijze plaatsvindt, aan de hand van een ruimtelijk kwaliteitsplan.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 15.2.2 onder g voor het toestaan van een kleinere dakhelling van gebouwen, mits:
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
De uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik van boerderijkamers is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 15.1 en artikel 15.4 voor het gebruik van bestaande gebouwen voor een kleinschalige (bedrijfs)activiteit, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om binnen de bestemming Wonen - Besloten heideontginningslandschap, de bouw van een extra woning toe te staan, met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en tevens voor:
Ter plaatse van de aanduiding 'zorginstelling' wordt onder wonen niet-zelfstandige huisvesting en/of verzorging van woongroepen, al dan niet gecombineerd met een dienstencentrum, begrepen.
Het bestaande systeem van ontsluiting door middel van wegen en paden wordt, behoudens verbetering met het oog op de verkeersveiligheid en/of vermindering van geluidsoverlast, gehandhaafd. Aanvullende voorzieningen blijven beperkt tot de eventuele aanleg van fiets- en/of voetpaden en parkeerstroken.
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
voor het verkleinen van de afstand indien dit geen nadelige gevolgen heeft voor de bedrijfsvoering van de bedrijven op omliggende bedrijventerreinen;
voor het verhogen van het percentage, met dien verstande dat op elk bouwperceel voldoende ruimte voor het parkeren of stallen van auto's is aangebracht ten behoeve van de woonfunctie ter plekke, dan wel in alternatieve ruimte in de nabijheid is of wordt voorzien. Het bevoegd gezag kan bij verlening van de omgevingsvergunning voorwaarden stellen ten aanzien van het realiseren en onderhoud van de alternatieve parkeer- en/of stallingsruimte;
mits de bouwhoogte van het bijgebouw ondergeschikt blijft aan de bouwhoogte van het hoofdgebouw, dan wel de goothoogte van het bijgebouw of de bouwhoogte van de overkapping ondergeschikt blijft aan de goothoogte van het hoofdgebouw;
tot een bouwhoogte van 3 m voor erf- en terreinafscheidingen en 15 m voor overige bouwwerken.
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in elk geval wordt begrepen:
De uitoefening van aan huis gebonden beroepen is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het gebruik voor bed and breakfast is alleen toegestaan met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 16.1 en 16.4 ten behoeve van kleinschalige bedrijfsactiviteiten, met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 16.4, sub a voor het in één of meerdere woningen wonen in groepsverband voor speciale doelgroepen, zoals hulpbehoevenden met daarbij behorende speciale woon-zorgfuncties, met dien verstande dat de vestiging geen onevenredige afbreuk ten aanzien van het woon- en leefklimaat (waaronder geluidhinder) voor omwonenden zal opleveren, alsmede geen beperkingen voor de bedrijfsvoering op omliggende bedrijfsterreinen zal opleveren. De aanvraag om een omgevingsvergunning dient in te gaan op de mogelijkheid van verstoring van het woon- en leefklimaat en eventueel noodzakelijke maatregelen die nodig zijn om hinder voor omwonenden te voorkomen. In elk geval dient op het perceel voldoende ruimte voor het parkeren of stallen van auto's te worden aangebracht ten behoeve van de bedrijfsvoering ter plekke, dan wel dient in alternatieve ruimte in de nabijheid te worden voorzien. Het bevoegd gezag kan bij verlening van de omgevingsvergunning voorwaarden stellen ten aanzien van het realiseren en onderhoud van de alternatieve parkeer- en/of stallingsruimte.
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor een aardgastransportleiding.
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de verwachte archeologische waarden.
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de verwachte archeologische waarden.
De voor 'Waarde - Archeologie 5' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de verwachte archeologische waarden.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Geluidzone - industrie
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone – industrie' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van instandhouding van de geluidsruimte in verband met de nabijheid van een inrichting bedoeld in artikel 41 van de Wet geluidhinder.
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mogen geen nieuwe woningen of andere geluidsgevoelige gebouwen worden gebouwd.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 22.1 voor het bouwen van nieuwe woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen overeenkomstig de andere bestemmingen, mits de geluidbelasting vanwege het industrieterrein van de gevels van deze woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.
Veiligheidszone - bevi
In afwijking van het bepaalde in de overige bestemmingsregels mogen ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi' geen kwetsbare objecten of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd en mag de afstand van bestaande bebouwing tot de risicocontour niet worden verkleind.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 22.3 en toestaan dat kwetsbare objecten of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd, mits:
Gronden en opstallen ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi' mogen niet worden gebruikt als kwetsbaar object of beperkt kwetsbaar object.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 22.5 en toestaan dat gronden en bouwwerken worden gebruikt als kwetsbaar object of beperkt kwetsbaar object, mits:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat aan de gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidzone - bevi' de bestemming wordt ontnomen of gewijzigd, indien de risicovolle inrichting ter plaatse is beëindigd of wordt gewijzigd.
Veiligheidszone - gasontvangststation
In afwijking van het bepaalde in de overige bestemmingsregels mogen ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - gasontvangststation' geen kwetsbare objecten of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 22.8 en toestaan dat kwetsbare objecten of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd, mits:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen, in die zin dat aan de gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidzone - gasontvangststation' de bestemming wordt ontnomen of gewijzigd, indien de inrichting ter plaatse is beëindigd of wordt gewijzigd.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van:
met dien verstande dat de ligging van geluidgevoelige bebouwing dichter op een weg uitsluitend is toegestaan voorzover de voorkeurswaarde of en hoger verkregen grenswaarde, zoals bedoeld bij of krachtens de Wet Geluidhinder, niet wordt overschreden.
De onder 23.1.1 bedoelde afwijkingen mogen niet leiden tot een onevenredige aantasting van:
Bij een omgevingsvergunning kan, binnen de bestemming 'Agrarisch met waarden - Besloten heideontginningslandschap' worden afgeweken van het plan voor het realiseren van paardenbakken buiten bouw- of bestemmingsvlakken, voor het bedrijfsmatig of hobbymatig houden van paarden, met inachtnemening van de volgende bepalingen:
Bij omgevingsvergunning kan binnen de bestemming Agrarisch met waarden - Besloten heideontginningslandschap worden afgeweken van de regels voor het toestaan van zonnecollectoren buiten agrarische bouwvlakken, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen voor:
De onder 24.1 bedoelde wijziging mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
Voorzover de regels in het bestemmingsplan met betrekking tot:
ruimte bieden voor verschillende mogelijkheden voor het realiseren van gebouwen, is deze ruimte tevens bedoeld voor het kunnen stellen van voorwaarden op basis van de in artikel 12a van de Woningwet aangegeven welstandscriteria (voor zover die binnen het betreffende gebied van toepassing zijn), mits:
Het bestemmingsplan verzet zich tegen het gebruik van de gronden als seksinrichting.
Dit bestemmingsplan verzet zich niet tegen het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van evenementen en andere meerdaagse of regelmatig terugkerende activiteiten met een maximum van drie evenementen per jaar en een duur van ten hoogste 15 dagen per evenement, mits, voor zover noodzakelijk, een omgevingsvergunning op basis van de APV is verleend.
A Overgangsrecht bouwwerken
B Overgangsrecht gebruik
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan bedrijventerrein Bruchterweg - Nieuwe Haven.