Plan: | Haaksbergen-Dorp, partiële herziening Frankenhuisterrein |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0158.BP1060-0003 |
Voor het aspect industrielawaai is in samenhang met wegverkeerslawaai een onderzoek5 verricht. Industrieterrein ’t Vark is, gezamenlijk met industrieterrein Brammelo, gezoneerd ingevolge de Wet geluidhinder. Deze zone ligt over een gedeelte van het plangebied. Buiten de geluidszone van het industrieterrein mag de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein niet meer bedragen dan 50 dB(A).
Bij de zonering is gebleken dat, binnen de geluidszone, woningen aanwezig waren met een geluidsbelasting hoger dan 55 dB(A). Ten gevolge van deze geluidsbelasting bestaat de mogelijkheid dat in de aanwezige woningen geluidshinder ontstaat. Om deze geluidshinder te reduceren heeft een sanering plaatsgevonden met als doelstelling het terugbrengen van de geluidsbelasting ter plaatse van, binnen de geluidszone gelegen, woningen tot ten hoogste 55 dB(A). Bij de vaststelling van het saneringsprogramma heeft Gedeputeerde Staten van de provincie Overijssel tevens de maximaal toelaatbare geluidsbelastingen van de bestaande woningen binnen de geluidszone vastgesteld op 55 dB(A).
Burgemeester en wethouders kunnen voor de woningen een hogere grenswaarde van de geluidsbelasting vanwege industrielawaai tot maximaal 55 dB(A) vaststellen indien het toepassen
van maatregelen, gericht op het terugbrengen van de geluidsbelasting tot de voorkeursgrenswaarde onvoldoende doeltreffend zal zijn.
Uit de berekeningen blijkt dat de geluidbelasting in het plangebied, volgens het meest recente zonebewakingsmodel, ten hoogste 52 dB(A) bedraagt. Verder blijkt dat de geluidsbelasting in een groot gedeelte van het plangebied niet hoger is dan de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A).
De bedrijvigheid op een industrieterrein is echter een dynamisch proces. Zo vinden er met regelmaat wijzigingen plaats. Deze wijzigingen kunnen betrekking hebben op het vertrek, wijzigen of vestigen van bedrijven. Het is daarom ook noodzakelijk om enige ‘speelruimte’ te hebben bij de akoestische inpassing van deze bedrijven. Burgemeester en wethouders dienen daarom enigszins hogere grenswaarden vast te stellen dan de huidige geluidsbelasting.
Burgemeester en wethouders is verzocht hogere grenswaarden vast te stellen, overeenkomstig de berekende geluidsbelastingen.
Tevens is gebleken dat de bedrijfsvoering van de omliggende bedrijven niet onnodig wordt beperkt vanwege de realisatie van geluidsgevoelige bestemmingen op het Frankenhuisterrein.
Het onderzoek naar industrielawaai is opgenomen in Bijlage 3.